De KNVB heeft in 2007 onderzoek gedaan naar verschillende aspecten van jeugdvoetbal, met een bijzondere focus op de effecten van koppen en de scouting van jonge talenten. Dit artikel bundelt de belangrijkste bevindingen en ontwikkelingen rondom dit thema.
Koppen in het Jeugdvoetbal: Onderzoek naar de Effecten
De KNVB heeft de effecten van kopballen voor jeugdspelers onderzocht. Hoewel de KNVB stelt dat er nog geen bewijs is dat koppen met de juiste techniek in het voetbal schadelijk is, wil de bond wel de impact voor jonge voetballers in kaart brengen. De bond hoopt binnen twee jaar met de eerste resultaten te komen. De KNVB volgt het voorbeeld van UEFA, die momenteel ook al de mogelijk schadelijke gevolgen van koppen in jeugdvoetbal onderzoekt. Eerder concludeerden Amerikaanse wetenschappers al dat voetballers door koppen waarschijnlijk hersenbeschadiging kunnen oplopen. Ook in Engeland loopt momenteel een grootschalig onderzoek naar het verband tussen koppen en dementie. Daarvoor wordt gekeken naar 15.000 voormalig profvoetballers. De KNVB bracht eerder al de grootte (en dus het gewicht) van de bal voor spelers onder de twaalf terug. De bond stelt nu dat koppen op jonge leeftijd vooralsnog mogelijk moet blijven zodat spelers het goed kunnen leren. In België mogen jeugdspelers al niet meer vanaf de zijlijn ingooien omdat dit vaak gevolgd wordt door een kopbal.
Scouting van Jonge Talenten: Een Ethische Discussie
Een ander belangrijk thema dat in het onderzoek van 2007 naar voren kwam, is de scouting van jonge talenten. Uit het onderzoek bleek dat clubs zich aan een instroomleeftijd van 10 jaar zouden moeten houden. Tien jaar later blijkt echter dat die leeftijdsgrens niet wordt gerespecteerd. Sterker, er is een wedloop gaande tussen clubs om de allerjongste talentjes.
Minister Bruno Bruins van Sport vindt die ontwikkeling onwenselijk. "Het is niet wenselijk dat er al op 6/7-jarige leeftijd wordt gescout. Op die leeftijd moet het echt gaan over de lol in sport en de lol in samen voetballen."
Bruins ziet geen rol voor de overheid, maar roept de clubs wel op om paal en perk te stellen aan de ontwikkelingen. "De clubs moeten dit onderling regelen, eventueel met de KNVB. Ze moeten elkaar aankijken en zeggen: dit moeten we niet willen."
Lees ook: Beleving van de Oranjesupporter
Kritiek op de KNVB
Dat de KNVB wel onderzoek heeft gedaan waaruit blijkt dat scouten van kinderen onder de 10 jaar schadelijk is, maar dit niet naar buiten heeft gebracht, is onethisch. De praktijk is ook een doorn in het oog van kinderombudsman Margrite Kalverboer. Ze is vooral kritisch op de voetbalbond: "Dat de KNVB wel onderzoek heeft gedaan waaruit blijkt dat scouten van kinderen onder de 10 jaar schadelijk is, maar dit niet naar buiten heeft gebracht, is onethisch."
Oproep tot Afspraken en Internationale Regelgeving
Volgens de KNVB is Europese regelgeving nodig. Daar is Kalverboer, die toeziet op de rechten van het kind en daarover jaarlijks rapporteert aan de Tweede Kamer, het mee eens. Maar er is wel haast geboden. "Het is zaak nu wel stappen te zetten. Er zouden op nationaal én internationaal niveau afspraken gemaakt moeten worden, zodat jonge kinderen bij hun eigen club kunnen blijven spelen. Het is belangrijk daarbij kinderen en jongeren zélf te betrekken." "Ik pleit ervoor om te onderzoeken hoe kinderen die in het proces zijn afgevallen, hierop terugkijken. Wat heeft het ze opgeleverd en waar hebben ze nadeel van ondervonden? Deze lessen moeten aan de basis liggen van het te ontwikkelen beleid."
Standpunt van de Eredivisie CV
Voor Jacco Swart, algemeen directeur van de Eredivisie CV (ECV), ligt de situatie gecompliceerder. "Volgens mij is het heel moeilijk om bij spelertjes van 6, 7 of 8 jaar talent te herkennen. We moeten met elkaar die discussie voeren. Uiteindelijk is het de verantwoordelijkheid van de clubs en van de ouders om terughoudend te zijn."
Als ECV-directeur vertegenwoordigt hij alle Nederlandse profclubs. "Het belang van het kind staat altijd voorop en daarna komt het belang van de clubs. Dit is een internationaal probleem op alle niveaus van de voetbalpiramide. Stel dat we in Nederland regels opstellen en clubs uit Engeland of Spanje opeens onze talenten komen weghalen. We moeten onszelf ook niet in een nog zwakkere concurrentiepositie brengen."
Voor iets oudere kinderen ziet Swart vooral voordelen van een opleiding bij een profvoetbalclub. "Jongens en meisjes die tussen hun 10de en 20ste jaar in de opleiding van een profclub zitten, hebben meestal wel een goede schoolopleiding gekregen.
Lees ook: Boeien en Binden in Hockey
Relatieve Leeftijdseffecten
Ieder die zichzelf talentvol vindt, zou eens even moeten kijken in welke maand hij geboren is. Inspanningsfysioloog Raymond Verheijen heeft bijna 10.000 spelers uit de jeugdopleidingen van profsclubs zes jaar lang gevolgd. Iedere maand worden even veel jongens geboren, maar niet elke maand levert even veel talentvolle voetballers op. Grofweg is de verdeling in de jeugdelftallen van de profsclubs over vier kwartalen simpel te verdelen: 40-30-20-10 procent. Hoe later in het jaar een jeugdspeler geboren wordt, hoe meer kans hij maakt op groeistoornissen en blessures. In de puberteit maakt enkele maanden verschil veel uit.
Lees ook: Maatschappelijke betrokkenheid in het amateurvoetbal: een onderzoek.