Blessures vormen een belangrijk aandachtspunt in de Nederlandse sport, en voetbal, als de meest beoefende sport, staat hierbij vaak in de schijnwerpers. Dit artikel biedt een uitgebreid overzicht van blessurestatistieken binnen de KNVB (Koninklijke Nederlandse Voetbal Bond), waarbij we kijken naar de frequentie, aard en preventie van blessures in het Nederlandse voetbal. Het blessurerisico en het percentage geblesseerde sporters zijn onderdeel van de kernindicatoren voor het landelijk monitoren van sport en bewegen. Wat is het blessurerisico van Nederlanders? Op deze pagina worden de nationale cijfers gepresenteerd en deze worden voor verschillende groepen in de bevolking beschreven.
Algemene Blessurecijfers in Nederland
In 2024 rapporteerde 11% van de wekelijkse sporters een sportblessure te hebben opgelopen in de afgelopen 3 maanden. Dit aandeel is vergelijkbaar met eerdere jaren. Het blessurerisico wordt berekend onder sporters die minimaal één keer in het meetjaar hebben gesport. Het aantal blessures wordt gedeeld door het aantal gesporte uren op jaarbasis, uitgedrukt per 1000 sporturen.
Mannen lopen vaker blessures op dan vrouwen. In 2024 meldde 15% van de mannelijke sporters een blessure in de afgelopen 3 maanden, tegenover 8% van de vrouwelijke sporters. Uitgedrukt per 1000 sporturen is de kans op een blessure voor mannen 2,9, tegenover 1,9 voor vrouwen. Ouderen (55-plussers) hebben een lager blessurepercentage. In 2024 rapporteerde 7% van de sportende 55-plussers een blessure in de afgelopen 3 maanden.
Het opleidingsniveau lijkt ook een rol te spelen. In 2024 rapporteerde 6% van de sporters met een basisonderwijs of vmbo-diploma een blessure, tegenover 12% van de hbo'ers en wo'ers. Sporters met zowel een langdurige aandoening als een lichamelijke beperking rapporteren het laagste percentage blessures (6%), mogelijk doordat ze minder uren sporten of minder risicovolle sporten beoefenen.
Blessures per Sporttak
In 2023 werden de meeste blessures opgelopen tijdens fitness (inclusief aerobics en krachttraining) (22%). Veldvoetbal (19%) en hardlopen (13%) volgen op respectabele afstand. Gezamenlijk zijn deze drie sporten verantwoordelijk voor 54% van alle blessures in Nederland. Tijdens veldvoetbal lopen veel meer kinderen/jongeren in de leeftijd tot en met 17 jaar een blessure op dan tijdens hardlopen en fitness.
Lees ook: Wisselbeleid in het voetbal
Soorten Blessures en Getroffen Lichaamsdelen
Ruim zes op de tien sportblessures in 2023 betroffen de onderste extremiteiten (63%). Knieblessures komen het vaakst voor (21%), gevolgd door enkelblessures. Bij veldvoetbal betreft 92% van de blessures de onderste extremiteiten, met name de knie (24%) en de enkel (20%). Ook bij hardlopen komen de meeste blessures voor aan de onderste extremiteiten (87%), vooral aan de knie (30%) en de heup, bekken of lies (13%). Bijna twee derde deel van de blessures (65%) was een acuut ontstane blessure, bijvoorbeeld door zwikken of een botsing. Ruim een derde deel ontstond geleidelijk, vaak door overbelasting of een veel herhaalde beweging.
Spoedeisende Hulp (SEH) Bezoeken
Veldvoetbal leidt tot veruit de meeste bezoeken aan de Spoedeisende Hulp (SEH). In 2023 vonden 28.900 SEH-bezoeken plaats in verband met een blessure door veldvoetbal, bijna een derde van alle SEH-bezoeken in verband met een sportblessure (31%). Na veldvoetbal volgen bewegingsonderwijs en paardensport met respectievelijk 7.300 en 6.500 SEH-bezoeken. Van alle SEH Spoedeisende hulp (Spoedeisende hulp)-bezoeken is de helft ernstig.
Blessurepreventie binnen de KNVB
De KNVB investeert in blessurepreventie om het aantal blessures te verminderen en de sportparticipatie te bevorderen. Een belangrijk initiatief is het blessurepreventieve trainingsprogramma ‘Voetbalfit’, gebaseerd op het FIFA 11+ programma. Dit programma is effectief gebleken voor zowel senioren als jeugdvoetballers.
Echter, de implementatie van FIFA 11+ in het amateurvoetbal verloopt moeizaam. Het programma is vrij tijdsintensief en de oefeningen spreken niet iedereen aan. Daarom hebben onderzoekers de oefeningen vertaald naar de voetbalpraktijk en 94 oefeningen gemaakt, vaak met bal en in spelvorm, die gebaseerd zijn op de effectieve trainingsvormen uit FIFA 11+ en het Athletic Skills Model. Deze oefeningen zijn beschikbaar in Rinus, de online assistent-trainer van de KNVB.
De KNVB promoot Voetbalfit actief bij clubs en trainers en integreert het programma in trainersopleidingen. Blessurepreventie wordt gezien als een essentieel onderdeel van de training.
Lees ook: Dispensatieregels in het Voetbal
Beweegarmoede en Motorische Ontwikkeling
De KNVB erkent dat kinderen steeds minder bewegen, wat kan leiden tot overgewicht, slechte lichamelijke ontwikkeling en meer blessures. Daarom werkt de KNVB volgens het principe van Brede Motorische Ontwikkeling (BMO) bij de jeugd tot twaalf jaar, in samenwerking met andere sportbonden en NOC*NSF. Een brede motorische ontwikkeling kan bijdragen aan het voorkomen van blessures.
Blessures in het Profvoetbal
Hoewel de focus vaak ligt op het amateurvoetbal, zijn blessures ook in het profvoetbal een groot probleem. Wereldwijd worden de meeste wedstrijden gemist door scheuringen, vooral in spieren of de meniscus. Ook botbreuken, verrekkingen en operaties zijn veelvoorkomende oorzaken van het missen van wedstrijden. Specifiek lettend op de positie die voetballers op het veld hebben, blijkt uit de blessuredata dat vooral aanvallers moeten oppassen. Die lopen met een gemiddelde van 7,7 het vaakst een blessure op. Verdedigers lijken gemiddeld zwaardere blessures te hebben; zij missen de meeste wedstrijden door blessures.
Kosten van Blessures
Blessures in het voetbal brengen aanzienlijke kosten met zich mee, zowel voor de individuele sporter als voor de maatschappij. Behandelingen bij fysiotherapeuten, ziekenhuisbezoeken en revalidatieprogramma's kunnen duur zijn. Daarnaast leiden blessures tot sportuitval, verzuim op school of werk en een verminderde kwaliteit van leven.
Groeigerelateerde Blessures bij Kinderen
Naast de algemene blessures komen bij sportende kinderen ook groeigerelateerde blessures voor. Deze blessures zijn vaak leeftijdsgebonden en ontstaan door de snelle groei van botten en spieren.
Groeiblessures 5-12 jaar:
- Perthes: Pijn in de heup en de knie, met name bij belasting zonder specifiek trauma vooraf.
- Sever Schinz: Pijn op de aanhechting van de achillespees (apofyse).
Groeiblessures 12-16 jaar:
- Osgood Schlatter: Pijn aan de voorkant van de knie, zwelling ter hoogte van de aanhechting patellapees.
- Patello-femoraal pijnklachten: Pijn aan de voorzijde van de knie en verergering tijdens belasten of lang stilzitten, onjuiste sporing van de knieschijf, standsverandering voeten (platvoeten), disbalans tussen bovenbeenspieren.
Groeiblessures vanaf 16 jaar:
- Soms nog last van Osgood Schlatter of Patello femoraalklachten, maar de meeste klachten zijn enkel- of knie gerelateerd. Vaak zijn dit blessures aan de enkel- of kniebanden.
Lees ook: Waterpolo: spelregels voor beginners
tags: #aantal #blessures #knvb #statistieken