Volleybal Niveaus in Duitsland: Een Uitleg en Vergelijking met Nederland

De discussie over het niveau van volleybal in Nederland en Duitsland is al jaren aan de gang. Recentelijk is deze discussie weer opgelaaid door Redbad Strikwerda, coach van Dynamo, die een poging deed om met zijn team in de Duitse Bundesliga te spelen. Hoewel dit verzoek werd afgewezen, heeft het wel de aandacht gevestigd op de verschillen in competitie en niveau tussen de twee landen.

De Aanleiding: Reuring en Terugtrekkingen

Volgens Lycurgus-coach Arjan Taaij is het idee om met Nederlandse teams in de Duitse competitie te spelen niet nieuw. Strikwerda heeft het onderwerp echter opnieuw aangekaart, mogelijk uit onvrede over de situatie in Nederland. Taaij legt uit dat Strikwerda zich verdiept in de Duitse competitie en weet dat recentelijk drie clubs zich hebben teruggetrokken uit de Bundesliga, waardoor er slechts negen teams overblijven. Dit heeft geleid tot de vraag of Nederlandse teams kunnen aansluiten om de competitie aan te vullen en het niveau te verhogen.

De Mogelijkheid van Deelname: Tirol Alpenvolleys als Voorbeeld

Taaij haalt het voorbeeld aan van Tirol Alpenvolleys uit Innsbruck, dat jarenlang kampioen van Oostenrijk was. Deze club heeft de afgelopen drie jaar een Duitse licentie gehad en deelgenomen aan de Bundesliga. Tirol Alpenvolleys had een samenwerkingsverband met Unterhaching, een voormalige topclub, waardoor ze deels wedstrijden in Innsbruck en deels in Unterhaching speelden. Dit laat zien dat het wel degelijk mogelijk is voor een buitenlandse club om in de Duitse competitie te spelen.

De Voordelen en Nadelen van Grensoverschrijdend Spelen

Taaij is voorstander van het idee om in competitieverband over de grens te spelen. Hij is het eens met Strikwerda dat er "reuring" moet komen in het Nederlandse volleybal. Nederlandse teams spelen in de voorbereiding vaak tegen buitenlandse ploegen uit Duitsland, België en Portugal om weerstand te vinden. Echter, de Nederlandse teams presteren de laatste jaren minder goed in Europese competities en verliezen terrein op andere landen.

Taaij illustreert dit met een voorbeeld uit het verleden: "Wytze Kooistra ging in 2001 naar Dynamo, en ons trainingsprogramma bij Lycurgus nu is vele malen beter dan het programma dat Dynamo destijds had. Terwijl zij toen wel de Top Teams Cup wonnen (red. in 2003, de huidige CEV Cup, het tweede niveau), dus we hebben toch terrein verloren op andere competities in Europa."

Lees ook: Volleybal: Alles over winnen

De Financiële Uitdagingen

Een belangrijk obstakel voor Nederlandse teams om in de Bundesliga te spelen, zijn de financiële consequenties. Taaij schat dat een club twee tot tweeënhalve ton meer budget nodig heeft om mee te kunnen doen in de Duitse competitie. Met een budget van ongeveer vijf ton is geen enkele club in Nederland hier momenteel klaar voor.

De extra kosten omvatten reiskosten, hotelovernachtingen en de vereisten van de Duitse competitie, zoals televisie, een vloer zonder strepen en LED-boarding.

Samenwerking met België als Alternatief

Taaij ziet een samenwerking met België als een praktischere optie. Hij merkt op dat de meeste teams in België Nederlandstalig zijn, waardoor de communicatie gemakkelijker is. Bovendien is de reistijd naar bijvoorbeeld Maaseik slechts drie uur, terwijl München tien uur reizen is.

De Duitse Competitie: Beleving, Fanbase en Entertainment

Taaij benadrukt dat de Duitse competitie aantrekkelijk is vanwege de beleving, fanbase en entertainmentwaarde. Veel Duitse teams, zoals Herrsching, Netzhoppers, Lüneburg en Rottenburg, spelen in kleinere, maar sfeervolle accommodaties die vaak vol zitten.

De Nederlandse volleybalbond volgt de ontwikkelingen met belangstelling, maar richt zich op het versterken van de eigen competitie. Een woordvoerder van de bond stelt: "We zitten met zijn allen in een proces om de eredivisie sterker te maken, dus dat heeft ook onze prioriteit."

Lees ook: Alles over zand sokken en volleybal

Alternatieve Oplossingen: Een Aanvullende Competitie

Taaij ziet het niet snel beter worden in Nederland en stelt voor om een aanvullende competitie te creëren, zoals de MEVZA-competitie in Oost-Europa. Deze competitie omvat teams uit Oostenrijk, Slovenië, Kroatië en Bosnië, die naast hun eigen reguliere competitie een aparte cup spelen. Dit zou Nederlandse teams de mogelijkheid geven om meer wedstrijden op een hoger niveau te spelen.

Taaij suggereert een combinatie van teams uit België, Duitsland en Nederland, bijvoorbeeld Maaseik en Roeselare uit België, Lüneburg, Düren en Herrsching uit Duitsland, en enkele Nederlandse teams. Dit zou een competitie van negen teams kunnen vormen en het niveau van het Nederlandse volleybal versterken. Hij fantaseert over een "DuBeNe-League", waarbij Nederlandse talenten niet meer naar België hoeven te vertrekken om op een hoger niveau te spelen.

Lycurgus' Visie: Openstaan voor Samenwerking

Lycurgus heeft in haar strategisch plan voor 2020-2023 opgenomen dat de club openstaat voor samenwerking met andere competities. Taaij concludeert dat hij het eens is met de belangrijkste constatering van Strikwerda: er moet iets gebeuren met het niveau in Nederland.

Recente Ontwikkelingen in het Volleybal

Naast de discussie over de competitiestructuur zijn er ook andere ontwikkelingen in het volleybal die het vermelden waard zijn.

Internationaal Beachvolleybal

In het internationale beachvolleybalcircuit verdedigen verschillende Nederlandse teams de oranje kleuren. Stefan Boermans is geblesseerd en mist het eerste Elite 16-toernooi in Mexico. Matthew Immers en Ruben Penninga schuiven door naar het hoofdtoernooi. Steven van de Velde en Alexander Brouwer vormen een nieuw team en starten op het hoogste niveau.

Lees ook: Alles over Vrije Ruimte Volleybal

De internationale beachvolleybalkalender telt dit seizoen elf Elite 16-toernooien, waarvan er slechts drie in Europa zijn. Er zijn ook acht Challenge-toernooien en 55 Futures-toernooien voor mannen en vrouwen.

De doelen voor elk team zijn verschillend, maar de grote piekmomenten zijn het EK en het WK aan het einde van het jaar.

AIA Aequilibrium Cup

De Nederlandse Volleybaldames hebben deelgenomen aan de AIA Aequilibrium Cup met een vernieuwde selectie. Ze speelden tegen Italië, Duitsland en Turkije. Hoewel ze van Italië verloren met 3-2, wonnen ze van Duitsland met 3-2. Turkije won het toernooi.

Bondscoach Felix Koslowski was tevreden over het toernooi, vooral omdat veel speelsters hun eerste officiële interland speelden. Hij benadrukte dat de speelsters hebben kunnen zien welk niveau nodig is in deze wedstrijden.

tags: #volleybal #niveaus #duitsland #uitleg