Technische Oefeningen Voetbal Uitleg: Een Complete Gids

Voetbal is een sport die draait om techniek, tactiek, conditie en mentaliteit. Om een complete voetballer te worden, is het essentieel om al deze aspecten te trainen. Technische oefeningen vormen hierbij een cruciale basis. Dit artikel biedt een uitgebreide uitleg van diverse technische oefeningen, geschikt voor verschillende niveaus en leeftijden, met als doel het verbeteren van de individuele vaardigheden en het teamspel.

Het Belang van Technische Oefeningen

Technische oefeningen zijn essentieel voor het ontwikkelen van de individuele vaardigheden van voetballers. Door gerichte training kunnen spelers hun balcontrole, passing, dribbelvaardigheden en schottechniek verbeteren. Dit resulteert in meer zelfvertrouwen op het veld en een grotere bijdrage aan het team.

Waarom 1 tegen 1-situaties creëren?

Het uitspelen van een 1 tegen 1-situatie is een effectieve manier om tot kansen te komen, zowel aanvallend als verdedigend. De meeste situaties in een voetbalwedstrijd bestaan uit 1 tegen 1 situaties. Hierbij komt het neer op het domineren van je tegenstander. Dit kan zowel als aanvaller, maar ook zeker als verdediger.

Basistechnieken en Oefeningen

Voordat we ingaan op specifieke oefeningen, is het belangrijk om de basistechnieken te beheersen. Dit omvat onder andere:

  • Balcontrole: Het vermogen om de bal onder controle te houden met verschillende delen van de voet.
  • Passing: Het nauwkeurig en gecontroleerd versturen van de bal naar een medespeler.
  • Dribbelen: Het voortbewegen met de bal aan de voet, waarbij de bal dicht bij het lichaam wordt gehouden.
  • Schieten: Het met kracht en precisie op het doel schieten.

Oefeningen voor balcontrole:

  • Tikken: De bal met de binnenkant van de voet omhoog tikken, afwisselend links en rechts.
  • Stuiteren: De bal op de grond stuiteren en met de voet controleren.
  • Hooghouden: De bal zo lang mogelijk in de lucht houden met verschillende lichaamsdelen.

Oefeningen voor passing:

  • Kaatsen: De bal tegen een muur of met een medespeler kaatsen.
  • Passen over korte afstand: Nauwkeurige passes over korte afstand met de binnenkant van de voet.
  • Passen over lange afstand: Lange passes met de wreef van de voet, gericht op een medespeler.

Oefeningen voor dribbelen:

  • Dribbelen door pylonen: Dribbelen met de bal door een parcours van pylonen, waarbij de bal dicht bij de voet wordt gehouden.
  • Snel dribbelen: Dribbelen met hoge snelheid over een rechte lijn, waarbij de bal gecontroleerd wordt.
  • Dribbelen met tempowisselingen: Dribbelen met afwisselend hoge en lage snelheid, om de tegenstander te verrassen.

Oefeningen voor schieten:

  • Schieten op doel van korte afstand: Schieten op doel van korte afstand met de binnenkant van de voet.
  • Schieten op doel van lange afstand: Schieten op doel van lange afstand met de wreef van de voet.
  • Schieten na een dribbel: Schieten op doel na een korte dribbel, om de techniek te combineren.

Specifieke Technische Oefeningen

Naast de basistechnieken zijn er talloze specifieke oefeningen die kunnen worden gebruikt om de technische vaardigheden verder te ontwikkelen. Hieronder volgt een selectie van oefeningen, ingedeeld op basis van de vaardigheid die ze trainen.

Lees ook: Technische Jeugdcommissie: Taken en Verantwoordelijkheden

1 tegen 1 Trainingsvormen

  • 1 tegen 1 met omschakeling (van aanvaller naar verdediger)
  • 1 vs 1 en 2vs1 - Aanvallende techniektraining
  • 1 tegen 1 oefening - Rug naar de goal en snelheid + reflex
  • Van 1 tegen 1 naar 1 tegen 2 en 2 tegen 2 - Shaun Green / Aanvallen en verdedigen
  • 1 v 1 voetbaltrainingen voor 09, 010, o11, o12, 013 en o14 / Thomas Vlaminck
  • 1 vs 1, om elkaar heen draaien, bal ingespeeld krijgen en actie maken

Dribbeloefeningen

Dribbeloefeningen zijn cruciaal voor het ontwikkelen van balgevoel en wendbaarheid.

  • Dribbelen door een rechte lijn van paaltjes: Tien à twaalf paaltjes worden op 3 meter afstand van elkaar in rechte lijn in de grond geslagen. De speler moet de bal met de rechtervoet in slingerlijn langs de paaltjes drijven. Het eerste paaltje wordt gepasseerd met de binnenkant van de voet, het tweede met de buitenkant, het derde wederom met de binnenkant, het vierde met de buitenkant, enz. De speler dient zo dicht mogelijk langs de paaltjes te drijven, zonder deze evenwel aan te raken. Dit kan ook met de linkervoet, zigzagsgewijs tussen de paaltjes door, of door de bal telken male om ieder paaltje te drijven.
  • Dribbelparcours met variatie: Spelers dribbelen de bal met de rechtervoet en brengen de bal naar een andere speler. Deze neemt de bal met de binnenkant van de rechtervoet over en dribbelt de bal verder.
  • Dribbelen in een baan: Voor jongere spelers en minder geoefenden kan een baan worden aangebracht ter breedte van plm. 1 meter en ter lengte van plm. 50 meter. Bij het dribbelen moet men elke pas de bal spelen, hetzij met de binnenkant hetzij met de buitenkant van de voet. Het maken van kleine passen is nodig om iedere pas de bal te kunnen raken en daardoor het leder onder contrôle te houden.

Pass- en Trapvormen

Nauwkeurigheid en timing zijn essentieel bij het passen en trappen.

  • Plaatsen van de bal in een kring: Spelers staan in een kring opgesteld en plaatsen de bal met de rechtervoet om de beurt naar de leider in het midden.
  • Plaatsen, stoppen en doorgeven in een cirkel: Spelers staan in een cirkel opgesteld. Links stoppen, rechts doorgeven en omgekeerd.
  • Stoppen en aangeven met plaatswisseling: Oefening in het stoppen en aangeven van de bal door drie spelers, die telkenmale veranderen van plaats.

Schietoefeningen

Kracht en precisie zijn belangrijk bij het schieten op doel.

  • Doelschieten met stilliggende ballen: Doelschieten met vier of meer stilliggende ballen.
  • Schieten na een dribbel: Bal langs de grond naar voren geplaatst; speler moet toelopen en in het doelvlak schieten.

Kopoefeningen

Hoewel vaak onderschat, is koppen een belangrijke vaardigheid in het voetbal.

  • Koppen met kopgalg: De kopgalg is een hulpmiddel om de juiste wijze van het koppen aan te leren. De bal meermalen achtereen met het voorhoofd wegslaan, waarbij de voeten op de grond blijven staan.
  • Rondkoppen: De bal rondkoppen, rechts-links omgaande.
  • Koppen na opspringen: De bal wordt zo opgehangen, dat de speler om het leder te kunnen wegslaan, moet opspringen. Hierbij een korte aanloop nemen en afzetten met één been.

Positiespel

Positiespel is belangrijk voor het creëren van kansen en het behouden van balbezit.

Lees ook: Technische tips volleybal

  • Positiespel in de middencirkel: Vijf spelers (A, B, C, D en E) stellen zich op om de middencirkel van het veld. In de cirkel gaan twee tegenstanders staan: 1 en 2. Men mag de bal alleen langs de grond passeren. De spelers 1 en 2 zullen dus voortdurend in actie moeten zijn om te trachten de bal aan te raken en de anderen om zich vrij op te stellen.

Stoppen van de Bal

Het correct stoppen van de bal is cruciaal voor een goede balcontrole.

  • Stoppen met de voet: De speler kijkt naar en volgt met zijn ogen de bal, totdat deze de grond raakt. Dit been moet iets gebogen in de knie zijn. Tegelijkertijd wordt het staande been licht gebogen, waardoor een losse, soepele houding ontstaat.
  • Stoppen met de borst: De bal wordt de speler toegeworpen, zodanig dat deze enkele meters voor hem op de grond komt. Deze wordt nu in de buik- en maagstreek opgevangen en valt daarna voor de speler neer. De buik- en maagspieren worden ingetrokken en gespannen, de adem wordt ingehouden, op het moment dat de bal opgevangen wordt.
  • Stoppen met het hoofd: De bal wordt de speler hoog toegeworpen en wel zodanig, dat deze enkele meters voor hem op de grond neerkomt. De speler loopt naar de plaats waar de bal op de grond komt en houdt deze goed in het oog. Daartoe wordt één voet min of meer vooruit geplaatst en de bal met de bovenkant van het voorhoofd gestopt, zodanig dat deze voor de voeten neervalt en dan onmiddellijk met de binnenkant van linkerof rechtervoet wordt meegenomen.

Samenspel Oefeningen

Het combineren met medespelers is essentieel voor een succesvol team.

  • Drie spelers samen opbrengen van de bal: Drie spelers stellen zich met een willekeurige tussenruimte naast elkaar op. A plaatst met de binnenkant van de linkervoet voor B. B loopt toe en stopt de bal met de binnenkant van zijn rechtervoet en geeft daarna met de binnenkant van de linkervoet naar C.
  • Variatie op bovenstaande oefening: A plaatst met de binnenkant van de linkervoet voor B. B loopt toe en stopt de bal met de binnenkant van zijn rechtervoet. Hiertoe brengt hij zijn rechtervoet even links naast en boven zijn linkervoet. De bal blijft nu links van hem liggen. A, B en C lopen door en D, die is gevolgd, loopt nu snel op de bal toe en plaatst deze met de binnenkant van de linkervoet achter B langs voor C.

Overige Oefeningen

  • Spelers in een kring: Zes à zeven spelers staan in een kring opgesteld, de leider bevindt zich in het midden daarvan. Hij deelt de spelers mee, dat zij, zoals zij nu staan opgesteld, zich moeten indenken, dat ieder van hen aan de linker…

Trainingstips voor Trainers

Om technische trainingen effectief te laten zijn, is het belangrijk om een aantal principes in acht te nemen:

  • Focus op de basis: Zorg ervoor dat de basistechnieken goed worden aangeleerd voordat je overgaat op complexere oefeningen.
  • Herhaling: Laat de spelers de oefeningen vaak herhalen, zodat de techniek goed wordt ingeslepen.
  • Variatie: Bied voldoende variatie in de oefeningen, zodat de spelers gemotiveerd blijven.
  • Wedstrijdecht: Probeer de oefeningen zo wedstrijdecht mogelijk te maken, zodat de spelers de technieken ook in de wedstrijd kunnen toepassen.
  • Individuele aandacht: Geef de spelers individuele feedback, zodat ze hun techniek kunnen verbeteren.
  • Plezier: Zorg ervoor dat de trainingen leuk zijn, zodat de spelers met plezier trainen en gemotiveerd blijven om te leren.
  • Differentiatie: Pas de oefeningen aan aan het niveau van de spelers, zodat iedereen op zijn eigen niveau kan trainen.
  • Doelgerichtheid: Stel duidelijke doelen voor de trainingen, zodat de spelers weten waar ze aan werken.
  • Evaluatie: Evalueer de trainingen regelmatig, zodat je kunt zien wat goed gaat en wat beter kan.

TrainingsPlanner en Oefenstof

Voor trainers die op zoek zijn naar meer oefeningen en inspiratie, is er de TrainingsPlanner. Deze tool biedt toegang tot tientallen oefeningen over techniektraining, positiespelen, pass- en trapvormen, partijspelen en andere oefeningen.

Waaraan voldoet een goede voetbaltraining?

Een goede voetbaltraining voldoet in grote lijnen aan de volgende aandachtspunten: ontwikkel de speelwijze (1) in wedstrijdechte vormen (2) waarin spelers veel herhalingen maken (3) en zich steeds moeten aanpassen aan wisselende omstandigheden (4).

Lees ook: Overzicht van de Technische Staf in het Voetbal

  1. Ontwikkel de speelwijze: Voetbaltraining geven is eigenlijk niets anders dan spelers overtuigen van de manier van spelen waar je als technische staf in gelooft.
  2. Zorg voor wedstrijdechte vormen: Voetbaltraining is het continu verbeteren van de koppeling tussen perceptie en actie. Elke voetbalactie bestaat uit waarnemen (perceptie), analyseren, beslissen en uitvoeren (actie).
  3. Laat de spelers veel herhalingen maken: Het geheim van een goede voetbaltraining zit ‘m in het isoleren van het voetbalgedrag dat je wilt terugzien.
  4. Zorg voor veel variatie: De mens is een geboren aanpasser.

Wat voor oefenstof kun je gebruiken?

  • Warming-up
  • Funvormen
  • Passvormen en afwerkvormen
  • Positiespelen
  • Aanvalsvormen
  • Partijspelen

Corona-proof trainen

Ook in tijden van beperkingen zijn er mogelijkheden om te blijven trainen. Seniorenteams mogen bijvoorbeeld trainen in groepen van maximaal 4 personen, waarbij zij onderling anderhalve meter afstand moeten houden. Er zijn diverse oefeningen die binnen deze richtlijnen kunnen worden uitgevoerd, zoals parcours in wedstrijdvorm, pion schiet spel, voetvolley 1 tegen 1, lijnen dribbel, vrije speler zoeken en afronden na lange pass.

tags: #technische #oefeningen #voetbal #uitleg