Paul Verweel en de KNVB: Een leven gewijd aan sport en maatschappelijke betrokkenheid

Paul Verweel, een naam die onlosmakelijk verbonden is met de sport in Utrecht en daarbuiten, overleed in 2018. Hij was hoogleraar Bestuurs- & Organisatiewetenschap aan de Universiteit Utrecht en bekleedde diverse bestuursfuncties in de sportwereld. Van 2008 tot 2014 was hij vicevoorzitter van het dagelijks bestuur amateurvoetbal van de KNVB. Verweel was een fervent pleitbezorger van de traditionele sportvereniging, geleid door vrijwilligers, en zag sport als een belangrijk middel voor sociale cohesie en de ontwikkeling van kinderen.

Een sporter in hart en nieren

Alette van Doggenaar beschreef hoe sport haar leven beheerste vanaf de lagere school. Ze was een talent in voetbal, fietste in de bergen en was een goede hardloper. Sporters herkennen elkaar, niet alleen aan blessures, maar ook aan hun visie op samenwerking en persoonlijke aandacht. Van Doggenaar benadrukte het belang van het blootleggen van fascinaties en het wegnemen van randvoorwaarden die het leren in de weg staan, zowel in het onderwijs als bij sportverenigingen. Ze wees erop dat verenigingen vaak te veel gericht zijn op selectie en het eerste team, terwijl het voor de meeste kinderen vooral belangrijk is om met hun vriendjes te spelen.

De kracht van sport voor sociale cohesie

Van Doggenaar geloofde dat sport een belangrijke rol kan spelen in het versterken van maatschappelijke samenhang en het ontwikkelen van sociaal kapitaal. Dit kapitaal groeit als het vertrouwen in jezelf en in anderen toeneemt en je in staat bent een netwerk op te bouwen. Onderzoek heeft aangetoond dat sport hierbij enorm belangrijk kan zijn, ongeacht of je bij een Turkse, Marokkaanse of gemengde vereniging gaat. Ze benadrukte dat allochtone meisjes graag willen sporten als de condities goed zijn, bijvoorbeeld gescheiden van de jongens.

Verweel en de KNVB: Een kritische blik

Verweel was kritisch over de ontwikkelingen binnen de KNVB, met name het nieuwe bestuursmodel. Hij was principieel tegen dit model, niet zozeer vanwege de effectiviteit, maar vanwege de basis van het amateurvoetbal: meer dan een miljoen voetballers organiseren volgens het vrijwilligersprincipe. Hij vond dat de KNVB te veel focuste op de kleine groep talentvolle voetballertjes en de behoeften van de overige 95 procent negeerde.

Verweel hekelde de schizofrene organisatie van de KNVB, met aan de ene kant het betaalde voetbal en aan de andere kant de amateurs. Hij vond dat de cultuur en de organisatievorm van deze twee takken verschillend zijn en dat de KNVB dit onvoldoende onderkende. Hij was van mening dat het amateurvoetbal haar ziel had verkocht aan het betaalde voetbal met de keuze om tot één KNVB te komen. Dit zou gevaar opleveren voor het spelplezier van de KNVB-leden, omdat het amateurvoetbal niet zit te wachten op allerlei regeltjes bedacht door professionals.

Lees ook: De Olympische Spelen van de Gastronomie

De Krajicek Leerstoel: Onderzoek naar de maatschappelijke rol van sport

In 2008 aanvaardde Verweel het ambt als hoogleraar op de ‘Krajicek-leerstoel’ voor Bestuurs- & Organisatiewetenschap aan de Universiteit Utrecht. Zijn leerstoel werd gesponsord door de Richard Krajicek Foundation, waardoor zijn opdracht een nieuwe richting insloeg: onderzoek doen naar de maatschappelijke rol van sport bij jongeren in achterstandswijken.

Verweel bouwde voort op eerder onderzoek met Jan Janssens van het Mulier Instituut, waarin ze onderzochten of leden van allochtone verenigingen meer of minder sociaal kapitaal opbouwen dan leden van autochtone verenigingen. Ze concludeerden dat er niet veel verschil is tussen deze groepen.

Met de Krajicek Leerstoel wilde Verweel onderzoeken aan welke condities moet worden voldaan om de jongeren die op de playgrounds sporten zoveel mogelijk sociaal kapitaal te geven. Hij wilde interactief te werk gaan en voortdurend in contact blijven met de Richard Krajicek Foundation om de effecten van nieuwe initiatieven te onderzoeken en verbeterpunten aan te brengen.

Verweels nalatenschap: Een inspiratie voor de sportwereld

Paul Verweel overleed in 2018 na een ziekteperiode van vierenhalf jaar. Ondanks zijn ziekte bleef hij zich met passie inzetten voor het voetbal en voor de wetenschap. Hij werd herinnerd als een betrokken en idealistisch persoon, die geloofde in het goede van de mensen en zich sterk maakte voor de integratie van nieuwkomers in de maatschappij.

Ter ere van Verweel werd het Paul Verweel Sportfonds opgericht, een voortzetting van het Jeugdsportfonds. Via dit fonds kunnen kinderen tot en met 17 jaar, die in het bezit zijn van een U-pas, een aanvraag doen voor het verkrijgen van een sportattribuut naar keuze.

Lees ook: Ontwikkelingen waterpolo Nederland

Verweels nalatenschap leeft voort in de vele mensen die hij heeft geïnspireerd en in de projecten die hij heeft opgezet om sport toegankelijk te maken voor iedereen. Hij blijft een voorbeeld voor de sportwereld en een inspiratie voor iedereen die zich inzet voor een betere samenleving.

De rol van vrijwilligers in de sport

Verweel was een groot voorstander van het model van verenigen, waarbij vrijwilligers een cruciale rol spelen. Hij benadrukte dat de georganiseerde sport niet alleen om beweging en gezondheid gaat, maar juist om die vrijwillige vereniging, het sociaal cultureel kapitaal van Nederland. Hij vond dat hier te makkelijk over gedacht wordt, terwijl er nog altijd meer dan een miljoen vrijwilligers actief zijn in de sport.

Hij waarschuwde voor het weggooien van cultuurgoed en het blindelings volgen van trends. Hij was van mening dat sportverenigingen zich moeten blijven richten op hun core values, zoals verbinden, en niet te veel moeten luisteren naar onheilsprofeten die denken dat alles anders moet.

De fitnessbranche versus de sportvereniging

Verweel zag de fitnessbranche als iets totaal anders dan de georganiseerde sport. Mensen gaan met een andere motivatie naar een sportvereniging dan naar een sportschool. Bij een sportvereniging gaat het niet alleen om gezondheid en bewegen, maar ook om de vrienden, de verbondenheid en het samen beleven van het spel.

Hij erkende wel dat sportverenigingen iets van de fitnessbedrijven kunnen leren, bijvoorbeeld door in te spelen op de behoefte aan meer flexibiliteit. Er zijn verenigingen die trainingsarrangementen aanbieden, waarbij de deelnemers geen competitie hoeven te spelen. Dit zijn prima initiatieven om de vereniging wat meer vlees op de botten te geven, maar het moet de kern van de vereniging niet aantasten.

Lees ook: Spectaculair gevecht: Tyson tegen Paul

Sportbonden en de ongebonden sporter

Verweel was kritisch over de pogingen van sportbonden om de ongebonden sporter aan zich te binden. Hij vroeg zich af waarom die sportbonden die ongebonden sporter eigenlijk zo nodig aan zich willen binden. Volgens hem gaat het vooral om geld, want hoe meer leden de bond heeft, hoe meer geld er vanuit NOC*NSF binnenkomt.

Hij vond dat mensen zichzelf moeten kunnen organiseren en dat de bond lekker zijn eigen ding moet doen: competities organiseren en clubs faciliteren om mensen in georganiseerd verband te laten sporten.

Voetbal als spiegel van de samenleving

Verweel zag voetbal als een spiegel van de samenleving. Hij benadrukte dat de samenleving op het voetbalveld wordt gebouwd, dat daar verbinding ontstaat. Verbinding die op heel veel andere gebieden - kerkelijk, politiek - is weggevallen. Voetbal vervangt de functie van de binding met elkaar.

Hij waarschuwde voor een beweging in de samenleving waarin mensen elkaar alleen nog maar als contractpartners zien. Hij vond dat het van essentieel belang is dat mensen elkaar als mensen blijven zien, want als dat wegvalt, ontstaan er problemen.

Verweel geloofde dat voetbal een bijdrage kan leveren aan een betere wereld. Hij wees erop dat voetbalclubs heel belangrijk zijn voor mensen in onderdrukte gebieden die zichzelf willen verenigen. Ook in Nederland kan voetbal een belangrijke rol spelen in het versterken van de sociale cohesie en het bevorderen van de integratie.

tags: #paul #verweel #en #knvb