KNVB stopt met Nederlands elftal onder 20 jaar: Achtergronden en gevolgen

De KNVB heeft besloten te stoppen met het Nederlands elftal voor spelers onder de 20 jaar (O20). Dit team fungeerde als een overgangsfase voor spelers die de leeftijd voor Onder 19 (O19) zijn gepasseerd, maar nog niet in aanmerking komen voor Jong Oranje. Dit besluit, en andere recente wijzigingen binnen de KNVB, zijn gericht op het verbeteren van de kwaliteit en aantrekkelijkheid van het Nederlandse voetbal.

Redenen achter het besluit

Nico-Jan Hoogma, directeur topvoetbal KNVB, verklaart dat het Nederlands elftal voor spelers onder 20 jaar al langere tijd ter discussie stond. Een belangrijke overweging is dat deze leeftijdsgroep voornamelijk vriendschappelijke interlands speelt. De KNVB twijfelt of dit voldoende prikkel biedt aan spelers die bij hun clubs al in het eerste elftal spelen of meetrainen.

Alternatieven en opvang

Het wegvallen van Onder 20 wordt deels ondervangen door, op momenten dat er ruimte voor is, een aantal spelers uit Onder 20 aan de groep van Jong Oranje toe te voegen. Op die manier kunnen de toptalenten uit deze leeftijdscategorie nog wel met elkaar blijven trainen. Tegelijkertijd kunnen wij onderzoeken of dit binnen de langetermijnvisie van de KNVB past.

Samenvoeging JO18 en JO19 competities

Met ingang van het seizoen 2024/’25 worden de JO18 en JO19 competities samengevoegd in één JO19 competitie. In deze competitie zullen spelers van twee geboortejaren spelen en wordt een competitie voor JO18-teams vanaf het komende seizoen dus niet meer opgenomen in het aanbod. De KNVB is ervan overtuigd dat het spelplezier door deze maatregel wordt vergroot. Door het samenvoegen van de competities worden de wedstrijden gelijkwaardiger. Clubs krijgen immers de mogelijkheid om spelers van zeventien en achttien jaar meer op niveau te selecteren. Ook komen er in totaal meer teams waaruit de competitiepoules kunnen worden samengesteld. Dit zorgt voor een betere landelijke dekking in het totale aanbod van teams. Hierdoor kan er bij de indeling meer rekening worden gehouden met spelniveau en zullen reisafstanden over het algemeen iets korter worden. Ook is de KNVB van mening dat deze beslissing de ontwikkeling van jonge voetballers bevordert. Zeventienjarigen zullen het moeten opnemen tegen iets oudere voetballers. Daarmee bereiden ze zich alvast voor op het seniorenvoetbal. Dit kan ook, omdat na de JO17 de fysieke verschillen tussen spelers waar een geboortejaar tussen zit, steeds minder groot worden. Ten slotte zorgt het samenvoegen van de JO18 en JO19 competities ervoor dat we de junioren voetbalpiramide in één seizoen toekomstbestendig maken. Eerder was al het besluit genomen om de JO18 en JO19 competities in de divisies samen te voegen. Het samenvoegen sluit aan bij het nieuwe competitieconcept JO13-JO16 categorie A, waarbij teams het speelniveau meenemen naar het volgende seizoen. De wijziging van de O18/O19 competities heeft gevolgen voor de promotie-/degradatieregelingen O18 en O19 (zie hier). De promotie-/degradatieregelingen divisies O13-O19 voorjaar 2024 en O18-O21 seizoen 2023/'24 zijn gepubliceerd.

Gevolgen voor promotie en degradatie

De promotie-/degradatieregeling van zowel de competities O18 als O19 (voorjaar 2023/’24), geven vorm aan de nieuwe piramide O19 (najaar 2024/’25). Eenmalig zullen de niveaus van de huidige O18 richtinggevend zijn voor de nieuwe O19. Vanaf een nader te bepalen niveau zullen ook de huidige O19-teams spelen voor een plaats in de nieuwe O19-piramide.

Lees ook: Maatschappelijke betrokkenheid in het amateurvoetbal: een onderzoek.

Open competitie en dispensatie

De O19-competitie in 2024/’25 is een open categorie A-competitie, met een promotie-/degradatieregeling om het niveau te bepalen. Voor de O19-Hoofdklasse komt een vrije inschrijving. De nieuwe O19-categorie A zal geen leeftijdsdispensatie kennen. Teams die momenteel met dispensatiespelers spelen in de O18, kunnen deze spelers dus niet meer inschrijven voor de nieuwe O19 competitie.

Toekomst van de O18 competitie

De KNVB onderzoekt of zij een 018-competitie kunnen blijven aanbieden. Hierover valt later, voor aanvang van de voorjaarscompetitie, een besluit. De KNVB adviseert alle huidige O18-teams om volgend seizoen als O19-teams in te schrijven, om de nieuwe O19 zo optimaal mogelijk vorm te geven. Zodra bepaald is of we een 018 competitie blijven aanbieden, zullen we ook bekend maken of en hoeveel dispensatiespelers zijn toegestaan. De huidige O18 bepaalt het niveau om komend seizoen uit te komen in de O19, maar het is niet verplicht om volgend seizoen een O19 in te schrijven. In dat geval zal de promotie/degradatieregeling voorzien in het opvullen van een opengevallen plaats in de betreffende Divisie/Hoofdklasse.

Vernieuwde spelregels in jeugdcompetities

In het seizoen 2025/'26 worden de vernieuwde spelregels toegepast bij de O13 en O14 categorie B (jongens en meiden) en MO13 categorie A. Het gaat om vier vernieuwde spelregels. Dit zijn de zelfpass, indribbelen, tijdstraf en vliegend wisselen. Nieuw in 2025/'26 is dat een uitbal wordt genomen door in te dribbelen in plaats van in te trappen. Dit sluit aan bij de wedstrijdvorm 8- tegen-8 en wat jongere spelers al gewend zijn. De pilot gaat niet verder bij JO15 en MO15. Uit onderzoek en reacties van spelers, trainers en scheidsrechters blijkt dat deze groep minder positief is over de vernieuwde spelregels. In seizoen 2024-2025 zijn vier vernieuwde spelregels getest bij JO13 t/m JO15 (categorie B) en MO13 en MO15 (categorie A en B). Er zijn twee keer tijdens het seizoen enquêtes gehouden, en clubs hebben extra feedback gegeven via een klankbordgroep.

Pilot optimale wedstrijdvorm O13

Naast de uitbreiding van de pilot vernieuwde spelregels wordt ook onderzoek gedaan naar de optimale wedstrijdvorm bij de O13. Er zijn hiervoor in 2022 oefenwedstrijden gespeeld op de KNVB campus in verschillende vormen (8x8, 9x9, 11x11). Uit deze steekproef is gebleken dat spelers/speelsters meer bij het spel betrokken zijn als de wedstrijdvorm kleiner is. Vanaf seizoen 2025/’26 worden de landelijke bekercompetities in divisie 1 en 2 voor O13 gespeeld in de 9 tegen 9 vorm, met de doelen op de 16-meterlijn. Deze competities dienen als pilotfase in een officiële setting. Op basis van de resultaten ut deze pilot besluit de KNVB over een eventuele bredere invoering in het reguliere competitievoetbal vanaf seizoen 2026/’27.

Nieuwe aanduidingen jeugdcompetities

De internationaal gebruikelijke aanduidingen worden voortaan gehanteerd. De aanduidingen A- tot en met C-junioren en D- tot en met F-pupillen verdwijnen. Hiervoor in de plaats komen de internationaal gebruikelijke aanduidingen Onder 20 (jaar) tot en met Onder 6 (jaar). Zie ook het schema. C-junioren worden dus bijvoorbeeld Onder 15. Dit was altijd al de leeftijdsgrens van de C-junioren. Feitelijk verandert er dus niets. De huidige Onder 8-, Onder 10-, Onder 12- en Onder 14-klassen, die op verschillende plaatsen in het land al worden aangeboden, worden dus ook in het komende seizoen op dezelfde wijze georganiseerd. Nieuw is ook de toevoeging van een J in de aanduidingen voor de jeugd. Niet de J van jongens, maar de J van jeugd. Jeugdklassen waarin zowel jongens als meiden gezamenlijk in één team of als teams tegen elkaar kunnen uitkomen. Naast deze gemengde jeugdcompetities komt er, net als nu, bij een aantal leeftijdsgroepen ook een specifieke meidencompetitie, die wordt aangeduid met een M in plaats van een J. De opgave van teams gaat op dezelfde manier als de jaren hiervoor. Alleen heet het B1-elftal straks het O17-1 elftal en het D4 team het O13-4 team. Ook de indeling gaat niet anders zijn dan in voorgaande jaren. Deze aanduidingen zijn nodig om verbeteringen in de toekomst mogelijk te maken. De kwaliteit van het voetbal bijvoorbeeld. Deze aanpassing geeft de KNVB de mogelijkheid om bijvoorbeeld geboortejaarcompetities aan te bieden (O14, O12, etc.). In enkele districten is hier nu al sprake van.

Lees ook: KNVB-overschrijvingen: Een complete gids

Overstappen van speeldag

22 verenigingen hebben aangegeven per seizoen 2025/’26 van speeldag te willen wisselen. Hierbij gaat het om 19 mannenstandaardteams en 3 vrouwenteams. Op één vereniging na maken al deze verenigingen een switch van zondag naar zaterdag. Het wisselen van speeldag van deze teams heeft geen gevolgen voor de huidige competitie. De teams die aan het einde van het huidige seizoen wisselen, strijden gewoon mee om het kampioenschap. Bij het winnen van een periodetitel volgt ook gewoon deelname aan de nacompetitie. Ook degradatie behoort tot de mogelijkheden. Het niveau dat aan het einde van het huidige seizoen wordt bereikt, wordt meegenomen naar de nieuwe speeldag in het seizoen 2025/’26. Standaardteams mannen die wisselen van speeldag en uitkomen in de 2e klasse of lager, worden in het seizoen 2025/’26 ingedeeld in een competitie van de nieuwe speeldag. Teams die uitkomen in de Tweede Divisie, Derde Divisie, Vierde Divisie en eerste klasse (de gemengde competities) gaan hun thuiswedstrijden op de nieuwe speeldag spelen. Vrouwenteams die wisselen van speeldag en uitkomen in de Hoofdklasse of lager, worden in het seizoen 2025/’26 ingedeeld in een competitie van de nieuwe speeldag. Teams die uitkomen in de Topklasse blijven alle wedstrijden op zaterdag spelen.

Jeugdplan Nederland (JPN) Meiden

Bij het Jeugdplan Nederland (JPN) Meiden krijgen talentvolle voetbalsters de kans zich verder te ontwikkelen en daarna misschien zelfs door te stromen naar de nationale (jeugd)teams. Zo hebben bijna alle speelsters van de Oranje Leeuwinnen in hun jeugd ook deelgenomen aan het JPN Meiden-traject. Waar het JPN voor jongens - dat per 1 juli stopt - de laatste jaren een traject was voor zogeheten future-spelers (spelers met veel potentie, maar die door bijvoorbeeld het geboortemaandeffect of laatrijpheid minder opvallen en (nog) niet in beeld zijn bij een BVO), is het JPN voor meiden dé route richting het nationale elftal. Voor hen is de voetbalpiramide in Nederland namelijk nog niet zo gunstig ingericht als voor jongens. Nog lang niet alle amateurverenigingen bieden de juiste mogelijkheden voor meiden - zeker niet voor meiden die op relatief hoog niveau willen spelen en wanneer het gemengd voetbal op een bepaalde leeftijd niet meer passend is - en bij BVO’s is de opleiding voor meiden nog volop in ontwikkeling. Het JPN biedt al jarenlang de oplossing. “Het JPN Meiden-traject focust zich op de leeftijdsgroepen O12 tot en met O15”, vertelt Alied Schuiringa, die zich als Medewerker Talentontwikkeling bij de KNVB richt op JPN Meiden in het opleidingsgebied Noord-Oost. “De beste meiden van amateurverenigingen worden door JPN-scouts en ook steeds meer door datascouting in kaart gebracht en krijgen een uitnodiging om deel te nemen aan een paar selectieactiviteiten. Als ze goed genoeg zijn, kunnen ze instromen in het JPN-programma.” Vervolgens nemen de meiden in ieder geval een halfjaar deel aan het JPN, tot het eerstvolgende selectiemoment in de winter of de zomer. In dat halfjaar staan zo’n acht tot tien JPN-activiteiten op het programma. Die activiteiten bestaan uit trainingen en wedstrijden, vaak tegen gemengde teams of jongensteams. Voor de geselecteerde meiden is dat niet nieuw: gemengd voetbal is in Nederland een grote pijler en vrijwel alle talentvolle speelsters spelen tot een jaar of veertien nog samen met en tegen jongens. Daarin is Nederland niet alleen onderscheidend ten opzichte van andere voetballanden; het draagt ook enorm bij aan de ontwikkeling van de speelsters. In de praktijk gebeurt het dan ook maar zelden dat een speelster na een halfjaar ook meteen weer uitstroomt bij het JPN. In de O12 heeft ieder opleidingsgebied van het JPN (Noord-Oost, Zuid en West) drie groepen met speelsters. In de O13 zijn dat nog twee groepen per opleidingsgebied, bij de O14 nog slechts eentje en ook in de O15 is het nog maar één groep, waarbij de speelsters een extra kort programma draaien. Na de kerstvakantie start namelijk een landelijk programma, de voorloper van de lijn van nationale teams.

Toekomstige positionering JPN Meiden

Anders positioneren In de hierboven geschetste situatie in het vrouwenvoetbal, met de piramide die voor jongens gunstiger is ingericht, is de laatste jaren gelukkig wel verandering zichtbaar. Veel BVO’s hebben inmiddels een eerste vrouwenteam, regelmatig ook een beloftenteam en een O17 of O16 en daaronder steeds vaker ook trainingsgroepen. Kortom: het voetballandschap is zich aan het ontwikkelen. Dat zorgt ervoor dat JPN Meiden zich op den duur wellicht iets anders moet gaan positioneren. Schuiringa: “Het JPN heeft een essentiële positie in het meidenvoetbal. Al jarenlang is het zo dat vrijwel alle Oranje Leeuwinnen hebben deelgenomen aan het JPN. Ook nu geldt dat voor 95% van de speelsters. Dat het voetballandschap voor de meiden nu in positieve zin aan het veranderen is en dat er ook naast het JPN meer ontwikkelmogelijkheden komen, is natuurlijk hartstikke goed nieuws, maar maakt ook dat we met JPN Meiden de komende jaren richting een kruispunt gaan.” Schuiringa neemt de weg die JPN Jongens heeft afgelegd als voorbeeld. Dat traject maakte enkele jaren geleden de overstap van ‘de beste spelers van dit moment’ naar de future-spelers, simpelweg omdat het voetballandschap inmiddels zo was ontwikkeld dat talentvolle jongens ook zónder het JPN vaak al op de radar van betere amateurverenigingen of BVO’s verschenen en hun weg richting de top konden vinden. “Maar zo ver is het JPN Meiden nu nog niet: dat de mogelijkheden voor meiden toenemen is één; de kwaliteit van die mogelijkheden is een tweede.” Schuiringa licht toe: “Veel BVO’s hebben hun eerste vrouwenelftal al met behoorlijk veel moeite en discussie op de been kunnen brengen. In de leeftijdscategorieën daaronder is het nog vaker zo dat clubs niet al hun faciliteiten kunnen inzetten voor de jongere meidengroepen. Het is nu vaak nog best een uitdaging om echt kwalitatieve activiteiten te organiseren en goed, gekwalificeerd kader voor elke groep te zetten, al wisselt dat natuurlijk wel per BVO. Bij JPN Meiden hebben we onze JPN-trainers, fysiotherapeuten en leerlijnen over onder meer voeding, fysieke ontwikkeling, blessurepreventie en de combinatie tussen topsport en onderwijs. Daarnaast is het zo dat de gemiddelde BVO haar speelsters relatief dicht bij huis vindt, met uitzondering van de topclubs. De meiden spelen bij de trainingsgroepen dus samen met andere talentvolle speelsters uit de regio. Bij het JPN komen de beste meiden van de verschillende BVO-groepen weer samen.”

Nieuwe uitdagingen voor JPN Meiden

Daarmee blijft JPN Meiden de essentiële positie die het al jarenlang heeft als route richting de Oranje Leeuwinnen, ook de komende jaren nog wel vervullen. De positieve ontwikkelingen in het voetballandschap dwingen het traject wél om mee te bewegen en brengen dan ook nieuwe uitdagingen met zich mee. Zo is het nu maatwerk om alle JPN-speelsters een geschikt programma aan te bieden. “Bijna alle speelsters spelen inmiddels bij zowel hun amateurvereniging, als in een trainingsgroep van een BVO, als bij het JPN, maar acht of negen keer per week trainen is natuurlijk niet gezond”, aldus Schuiringa. “Dat is wat betreft belasting en belastbaarheid soms best een puzzel, die ook nog eens verschilt per speelster.” Tot slot gaat de ontwikkeling van het vrouwenvoetbal hand in hand met een toename in het aantal voetballende meiden. Aan de onderkant wordt de instroom steeds groter. Dat brengt een mooie, nieuwe doelstelling voor JPN Meiden met zich mee: “Als de meidenvoetballers in aantallen toenemen, betekent dat ook dat wij veel meer in kaart moeten brengen. De JPN-scouts moeten meer verenigingen bezoeken, meer speelsters bekijken, et cetera. Het is wat idealistisch, maar het liefst hebben we natuurlijk 100% van het meidenvoetballandschap in beeld.

Stoppen met standaardelftal

Wil je vereniging stoppen met het standaardelftal op zaterdag of zondag? Of met een ander (reserve-)elftal uitkomend in de categorie A? Overstappen van het zondag- naar het zaterdagvoetbal of andersom? Of met het futsalteam niet meer uitkomen in de categorie A? Niet meer inschrijven voor categorie A kan onder andere in de volgende situaties. Het bestuur amateurvoetbal van de KNVB kan hier voorwaarden aan verbinden. Niet meer inschrijven van een eerste team na een fusie. Een overstap van een eerste team van het zondagvoetbal naar het zaterdagvoetbal of andersom. Let op: de verenigingen waarvan het 1e elftal komend seizoen een overstap maakt en dit al eerder schriftelijk kenbaar hebben gemaakt, hoeven niet opnieuw een bericht te sturen. Een eerste team mannen dat niet meer het niveau heeft om in de competitie voor eerste teams te spelen. Een reserveteam dat nu uitkomt in categorie A en een overstap wil maken van het zondagvoetbal naar het zaterdagvoetbal of andersom. Een reserveteam mannen of eerste of reserveteam vrouwen dat wegens het vertrek of stoppen van spelers aantoonbaar ernstig verzwakt is. Een juniorenteam dat vanwege een andere samenstelling van het team niet meer op het niveau van categorie A kan uitkomen. Niet meer inschrijven van een team voor de futsalcompetitie na een fusie. Een futsalteam dat vanwege een andere samenstelling van het team niet meer op het niveau van categorie A kan uitkomen. Het is belangrijk dat de KNVB het verzoek uiterlijk 1 mei heeft ontvangen. Dit geldt voor zowel het veldvoetbal als het futsal. Alleen dan kan een open plaats via de nacompetitie van het huidige seizoen worden opgevuld door een ander team.

Lees ook: Scheidsrechter niet aanwezig? Dit zijn de stappen

tags: #knvb #stopt #met #nederlandse #onder #20