Hoeveel Spelers Spelen Zaalvoetbal? Een Complete Gids

Zaalvoetbal, ook wel futsal genoemd, is een dynamische en snelgroeiende sport die wereldwijd aan populariteit wint. Het is een variant van voetbal die binnenshuis wordt gespeeld, op een kleiner veld en met specifieke regels. In Nederland is futsal de grootste teamzaalsport, met maar liefst 330.000 beoefenaars. Dit artikel geeft een uitgebreid overzicht van het zaalvoetbal, inclusief de regels, de geschiedenis en tips om zelf te beginnen met spelen.

Wat is Futsal?

Futsal is afgeleid van de Spaanse woorden "fútbol" (voetbal) en "sala" (zaal). Het is een snelle en technische sport die meestal met vijf spelers per team wordt gespeeld. Het spel vindt plaats op een kleiner veld dan veldvoetbal, wat zorgt voor meer balcontacten, snelheid en precisie. Futsal wordt vaak gezien als de perfecte manier om de technische vaardigheden van jonge voetballers te ontwikkelen, omdat het de nadruk legt op dribbelen, passen en balbeheersing. In futsal draait het niet alleen om aanvallen, maar ook om snelle omschakelingen en goed verdedigen. Het is de ideale sport voor iedereen die zijn voetbalskills wil verbeteren, en daarom steeds populairder wordt, vooral bij de jeugd!

Geschiedenis van Futsal

Zaalvoetbal is in de jaren 1930 in Argentinië ontstaan en waaide uiteindelijk in de jaren 1960 over naar Nederland. Juan Carlos Ceriani was de grondlegger van het futsal, zo’n 100 jaar geleden. De spelregels voor zaalvoetbal haalde hij van verschillende bestaande sporten, waaronder basketbal, handbal en waterpolo. Van basketbal gebruikte hij de wedstrijdduur en de teamgrootte, van handbal de veld- en doel dimensies en van waterpolo de keeper regels. Het duurde niet lang voordat de sport zich over heel Zuid-Amerika verspreidde en de regels een standaard werden. De eerste internationale confederatie werd in het jaar 1965 gevormd. In het jaar 1988 introduceerde de FIFA futsal als een nieuwe discipline en een jaar later werd Brazilië de eerste Wereldkampioen zaalvoetbal. Het eerste WK werd gehouden in Nederland, maar ons team verloor de finale van Brazilië. Hierna werd de sport in Europa een stuk bekender en in 1996 organiseerde de UEFA het eerste Europese zaalvoetbal kampioenschap. Zaalvoetbal is een onderdeel van de KNVB sinds het jaar 1968.

De Basisregels van Futsal

Futsal kent een aantal specifieke regels die het onderscheiden van veldvoetbal. Hieronder een overzicht van de belangrijkste regels:

  • Aantal spelers: Een team bestaat uit vijf spelers, inclusief een doelverdediger. Er mogen maximaal 7 wisselspelers zijn.
  • Speeltijd: Een zaalvoetbalwedstrijd bestaat uit twee helften van 20 minuten aan zuivere speeltijd. Wanneer de bal uit het spel is, wordt de tijd stopgezet. Bij jeugdwedstrijden kan de speeltijd korter zijn, bijvoorbeeld 2x25 minuten.
  • Het speelveld: Het speelveld voor futsal moet altijd een rechthoek zijn, waarvan de lengte niet minder dan 25 en niet meer dan 46 meter mag zijn. De breedte van het speelveld mag niet minder dan 18 en niet meer dan 25 meter zijn. Voor internationale wedstrijden dient de lengte van het veld tussen de 38 en 42 meter te zijn en de breedte tussen de 20 en 25 meter. Er dient een obstakelvrije uitloopruimte van 2 meter te zijn rondom het speelveld. Men dient het speelveld af te bakenen met duidelijke lijnen, de lange lijnen zijn de zijlijnen en de korte lijnen de doellijnen. Ook het middelpunt van het veld moet duidelijk aan zijn gegeven en rondom dit punt moet een cirkel worden getrokken met een straal van 3 meter. De beide doelen zijn 3 meter breed en 2 meter hoog. De palen van de doelen zijn vierkant en 8 cm dik aan alle zijden. Simpel gezegd: het veld en de doelen zijn hetzelfde als bij handbal.
  • De bal: De bal die men gebruikt bij zaalvoetbal moet maat 4 zijn en is daarmee een stuk kleiner dan de bal bij regulier voetbal. Daarnaast weegt de bal meer, waardoor hij bijna niet stuitert. Dit wordt ook wel een "plofbal" genoemd.
  • Intrappen: Wanneer de bal buiten het veld terechtkomt, moet deze weer in het spel worden gebracht door middel van een intrap. Een intrap wordt genomen vanaf de zijlijn en de hoeken. Bij een intrap moet de bal stil op de zijlijn liggen en mag de speler die de intrap neemt niet met zijn of haar voeten over de lijn komen. Passen en/of schieten is niet toegestaan. De tegenstander staat altijd op minimaal 5 meter afstand. Nadat de bal is ingedribbeld kan er worden gescoord door de speler die indribbelt. Het indribbelen dient te worden gedaan vanaf de plaats waar de bal buiten het speelveld is gegaan. De bal moet op de zijlijn worden gelegd. Komt de bal tegen het plafond dan wordt wordt dit hetzelfde afgehandeld als een uitbal over de zijlijn. De uitbal wordt genomen vanaf de plaats waar de bal het plafond heeft geraakt.
  • Wisselen: Een team mag per wedstrijd maximaal 14 spelers inzetten in totaal. Er zijn geen regels voor de tijd dat een speler op het veld mag zijn. Spelers dienen het veld te betreden en te verlaten via de wisselzone voor de banken waar de wisselspelers zitten. Het aantal wissels per wedstrijd is ongelimiteerd. Spelers dienen wel via de zogenoemde wisselzone het veld te verlaten en/of betreden. Die bevinden zich aan de zijlijn voor de spelersbanken van beide teams.
  • Rode kaart: Spelers die een rode kaart krijgen bij zaalvoetbal, worden definitief uit het spel verwijderd. De speler moet ook de zaal verlaten en het team krijgt er pas weer een nieuwe speler bij wanneer er 2 minuten om zijn of wanneer het andere team scoort. De weggestuurde speler moet ook de zaal verlaten. Let op: mocht het andere team - dat in overtal op het veld staat - in die periode van de 2 minuten tijdstraf scoren, dan mag de speler van de andere partij op dat moment weer terugkeren in het veld.
  • Slidings: Slidings zijn toegestaan in het zaalvoetbal. Spelers mogen over het veld glijden, bijvoorbeeld om te voorkomen dat de bal over de lijn raakt. Echter, slidings waarbij een speler een tegenstander op een gevaarlijke manier aanvalt, zijn niet toegestaan.
  • Match officials: Tijdens een internationale zaalvoetbalwedstrijd zijn er twee scheidsrechters aanwezig, een derde official en een tijdwaarnemer.
  • Vijf-meterregel: Deze regel houdt in dat spelers vijf meter afstand dienen te houden van een speler die een vrije trap, hoekschop, intrap of strafschop neemt.
  • Vier-secondenregel: Bij het intrappen, nemen van vrije trappen, doelworpen en hoekschoppen heeft de nemer vier seconden de tijd om het spel te hervatten. Scheidsrechters tellen dan mee met hun vingers in de lucht. Hervat de speler het spel niet binnen vier seconden, dan krijgt het andere team een indirecte vrije trap. Keepers mogen de bal niet langer dan vier seconden in bezit houden op hun eigen helft. Een belangrijke regel. Bij intrappen, vrije trappen, hoekschoppen en doelworpen hoeft een speler niet te wachten op het fluitje van de scheidsrechter. Nee, hij heeft - eenmaal in balbezit - maximaal 4 seconden de tijd om het spel te hervatten. Duurt het langer? Dan gaat het balbezit via een indirecte vrije trap over naar de tegenpartij. En keepers mogen de bal niet langer dan 4 seconden op hun eigen speelhelft in bezit houden.
  • Keepers: Keepers mogen buiten het strafschopgebied komen en spelers binnen het strafschopgebied. Na een achterbal dient de keeper de bal weer in te gooien, niet in te trappen. De keeper mag de bal dan niet meer aanraken totdat hij op de helft van de tegenstander is of wanneer een tegenstander de bal heeft geraakt.
  • Overtredingen: Ieder team mag per speelhelft vijf directe vrije trappen veroorzaken. Bij een zesde overtreding krijgt de tegenstander een directe vrije trap vanaf de 10-meter stip. Van het verdedigende team mag er naast de keeper niemand tussen de bal en het doel staan. Is de overtreding dichter bij het doel gemaakt dan de 10-meter stip, dan wordt de vrije trap genomen vanaf de plek waar de overtreding plaatsvond. Alle directe vrije trappen (gegeven voor overtredingen als bijvoorbeeld trappen, struikelen, duwen, vasthouden etc.) tellen dus als verzamelde fouten.
  • Time outs: Ieder team heeft recht op één time-out van 60 seconden per speelhelft.
  • Buitenspel: Bestaat niet in het futsal, dus daar hoeven we niet op te letten.

Belangrijke Verschillen met Veldvoetbal

Hoewel zaalvoetbal en veldvoetbal veel overeenkomsten hebben, zijn er ook belangrijke verschillen:

Lees ook: Complete gids zaalvoetbal bar

  • Veldgrootte: Het zaalvoetbalveld is aanzienlijk kleiner dan een veldvoetbalveld.
  • Bal: De bal is kleiner en stuitert minder.
  • Buitenspel: De buitenspelregel is niet van toepassing in het zaalvoetbal.
  • Intrap: In plaats van een ingooi is er een intrap.
  • Slidings: Slidings zijn over het algemeen toegestaan, mits niet gevaarlijk.
  • Speeltijd: De speeltijd is korter en de tijd wordt stopgezet wanneer de bal uit het spel is.

Hoe Begin Je Met Zaalvoetbal?

Wil jij graag zaalvoetbal gaan spelen? Dan zit je goed in Nederland, want de sport is erg groot in ons land. Hieronder een aantal tips om te beginnen:

  1. Vind een club: Het wordt natuurlijk lastig om in je eentje te trainen in zaalvoetbal, dus het vinden van een club bij jou in de buurt is de eerste stap. Ga eerst eens langs bij een club voordat jij je officieel aanmeldt, want het is wel belangrijk dat het ook echt goed voelt voor je. En dat weet je immers pas als je er geweest bent.
  2. Vaardigheden trainen: Als je een leuke club gevonden hebt, wordt het tijd om echt te trainen in het zaalvoetbal. Het is een dynamische en snelle sport, wat betekent dat vaardigheden zoals reactievermogen en omschakelen erg belangrijk zijn. Dit zijn dan ook vaardigheden die je goed moet trainen, zowel samen met je team als alleen.
  3. Deelnemen aan wedstrijden en toernooien: Wanneer je de sport eenmaal onder de knie hebt, kun je met jouw team mee gaan doen aan wedstrijden en toernooien. Wie weet kun je uiteindelijk wel in het Eredivisie zaalvoetbal komen, het hoogste niveau van zaalvoetbal in ons land!

Benodigdheden om te Zaalvoetballen

  • Bal van maat 4
  • Goede voetbalschoenen
  • Geschikte zaal
  • Doelen
  • Middenpunt
  • Scheidsrechters
  • Wisselzone

Veelgestelde Vragen over Zaalvoetbal

  • Zijn futsal en zaalvoetbal hetzelfde? Ja, futsal is een andere naam voor zaalvoetbal. Het gaat dus om dezelfde sport. Futsal is de internationale benaming.
  • Hoelang duurt een wedstrijd bij zaalvoetbal? Een zaalvoetbalwedstrijd bestaat uit twee helften van 20 minuten aan zuivere speeltijd, afhankelijk van de leeftijd van de spelers. Als de bal uit is, wordt de tijd stopgezet.
  • Wat is het verschil tussen regulier voetbal en zaalvoetbal? Regulier voetbal en zaalvoetbal lijken erg op elkaar, maar een aantal regels wijken af. Zo is er bij zaalvoetbal bijvoorbeeld geen buitenspel en duren de wedstrijden korter dan bij regulier voetbal. Ook wordt er met een andere soort bal gespeeld.
  • Hoe vaak mag er gewisseld worden bij zaalvoetbal? Bij zaalvoetbal mag er ongelimiteerd worden gewisseld van spelers. Dit gebeurt altijd via de wisselzone waar de bank met de wisselspelers staat. Een wedstrijd wordt aaneengesloten gespeeld. Er wordt niet van speelhelft gewisseld. Een wisselspeler mag pas het veld betreden als de te wisselen speler het veld heeft verlaten.

Afwijkende Regels in Competities

Het is belangrijk om te weten dat er binnen verschillende competities afwijkende regels kunnen gelden. Zo zijn er bijvoorbeeld competities waar eenmaal terugspelen op de keeper is toegestaan zonder dat de bal eerst door een tegenstander is geraakt. Ook kan de tijdstraf na een rode kaart variëren (2 of 5 minuten). Het is dus altijd raadzaam om de specifieke reglementen van de competitie waarin je speelt goed door te lezen.

Lees ook: Spelers per team zaalvoetbal

Lees ook: Hoeveel calorieën verbrand je met korfbal?

tags: #hoeveel #spelers #zaalvoetbal