De Koninklijke Nederlandse Voetbal Bond (KNVB) is de overkoepelende organisatie voor het voetbal in Nederland. Van de jongste pupillen tot de ervaren senioren, van veldvoetbal tot futsal, de KNVB is betrokken bij alle facetten van de sport. Dit artikel werpt een blik op de werking van de KNVB, de organisatie van competities, de aandacht voor sportiviteit en respect, en de manieren waarop de bond amateurverenigingen ondersteunt.
Competitie-indeling en Nieuwe Wedstrijdvormen voor Pupillen
Met de invoering van nieuwe wedstrijdvormen is er ook een verandering in de organisatie van het competitieaanbod voor pupillen. De KNVB streeft ernaar om gedurende het hele seizoen spannende, gelijkwaardige wedstrijden te organiseren. Vanaf het seizoen 2017/’18 biedt de KNVB pupillen van onder 8 tot en met onder 14 een zogenaamde geboortejaarcompetitie aan. Deze competitie zorgt ervoor dat de speelsterkte per team goed kan worden bepaald en er gelijkwaardige wedstrijden en competities worden georganiseerd. Het blijft altijd de vrije keuze van verenigingen om teams in te schrijven die bestaan uit spelers van meerdere geboortejaren.
Voor zowel de even als de oneven competities worden er minimaal 3 speelniveaus aangeboden waarvoor men zich kan inschrijven: Hoofdklasse (001 enz.), 1e klasse (101 enz.) en 2e klasse (201 enz.). Afhankelijk van het aanbod en mogelijke krachtsverschillen zijn meerdere klassen, zoals een 3e klasse (301 enz.), mogelijk. Door de uniformiteit in het aanbod kan het zijn dat er in de grensgebieden van de districten, verenigingen in een ander district gaan spelen.
In heel Nederland wordt eenzelfde voetbalpakket aangeboden en komt er meer uniformiteit in de speeldagenkalender. Dat wil zeggen 3 bekerwedstrijden voorafgaande aan de competitie, gevolgd door een najaars- en een voorjaarsreeks gespeeld. Elke reeks kent in principe 11 wedstrijden waarin teams maar 1 keer tegen elkaar spelen. In de winterstop vindt een herindeling plaats op basis van sterkte.
Vanaf onder 8 kan er ingeschreven worden voor de beker. De poules worden ingedeeld op eigen niveau, zodat de behaalde resultaten bij een eventuele herindeling worden meegenomen. Door de gewijzigde planning van wedstrijden, die nu buiten de zomervakantie plaatsvinden, kan ieder team aan het bekervoetbal deelnemen. Het advies is om alle jeugdteams te laten deelnemen aan de bekercompetitie, zodat iedere jeugdspeler/ster ook in de gehele maand september kan voetballen.
Lees ook: Maatschappelijke betrokkenheid in het amateurvoetbal: een onderzoek.
Teams kunnen qua leeftijdssamenstelling enorm verschillen. Wanneer een team bestaat uit spelers van twee opeenvolgende geboortejaren moet het team de aanduiding krijgen van de oudste speler. Wanneer er bijvoorbeeld tien JO11-spelers en vier JO12-spelers zijn, wordt het team als een JO12-team ingedeeld.
Voor verenigingen is het van belang om goed te bepalen op welk niveau een team gaat uitkomen. Door de bekerpoule in te delen op leeftijd en op niveau, krijgen we al snel inzage in de kwaliteit van de teams. De resultaten die behaald zijn in de beker kunnen worden meegenomen bij een beoordeling van een verzoek om herindeling. Teams die bij elkaar in de competitie ingedeeld zijn, kunnen ook in de bekercompetitie tegen elkaar uitkomen.
Verenigingen kunnen teams vrij inschrijven in alle klassen van de categorie B en in de eerste klasse van de categorie A, maar dienen dit gelijkmatig over de niveaus te verdelen. Door vrije inschrijving in de eerste klasse toe te staan, is een gedeeltelijke oplossing gerealiseerd voor het lichtingenprobleem.
Dispensatieregeling
Om alle verenigingen met de teams de kans te geven deel te nemen aan de geboortejaarcompetities van haar keuze, is vanaf het seizoen 2017/’18 besloten de aantallen van de huidige dispensatieregel in stand te houden. Enige belangrijke wijziging is dat dit niet meer geldt per leeftijdsgroep maar per team dat in de categorie B uitkomt. Dispensatie hoeft niet meer te worden aangevraagd en is daarmee niet meer persoonsgebonden.
Controle vindt plaats doordat het mobiele DWF slechts ruimte biedt voor een van te voren bepaald maximum aantal één jaar oudere spelers. Voor de zestallen is dit één speler, voor achttallen betreft dit twee spelers en voor de elftallen drie, zoals het nu ook is. Met ingang van het seizoen 2018/’19 werken we in het gehele pupillenvoetbal met het mobiel DWF, meer informatie.
Lees ook: KNVB-overschrijvingen: Een complete gids
Meisjes die in een jongensteam uitkomen mogen één jaar ouder zijn dan de leeftijdscategorie waarin de jongens uitkomen. De jeugdcommissie is al een tijdje bezig met de teams voor volgend seizoen. Ieder jaar is het weer een pittige klus om alle teams zo goed mogelijk in te delen. Tot en met 15 juni kunnen spelers zich uitschrijven of van club wisselen. We hebben te maken met een aantal regels. De belangrijkste regel gaat over de leeftijdsgrenzen voor de teams. De KNVB heeft per teamcategorie (JO9, JO10, JO11, enz.) een geboortejaar als grens gesteld. Zo horen spelers voor een JO9-team geboren te zijn in 2010. Of een speler geboren is op 1 januari 2010 of 31 december 2010 maakt niet uit. Spelers die jonger zijn mogen ook in dit team uitkomen. Spelers die te oud zijn in principe niet. De KNVB heeft hiervoor echter een dispensatieregeling ingesteld. Per team mogen een aantal spelers meespelen die 1 geboortejaar te oud zijn.
DESS is een kleine vereniging, waarbij we niet altijd genoeg spelers hebben uit één geboortejaar om een team vol te krijgen. Hierdoor zijn we genoodzaakt te schuiven met spelers. Welke spelers worden doorgeschoven, wordt bepaald door de jeugdcommissie. De jeugdcommissie kijkt bij het doorschuiven naar de volgende punten: de voetbalkwaliteiten, de leeftijd, het sociale aspect. In deze volgorde wordt besloten in welk team een speler het best past.
Teamsamenstelling en Speelvelden
Komend seizoen wordt er voor het eerst gewerkt met 3 verschillende soorten teams. In het schema hieronder is te zien hoeveel spelers er in een team zitten en hoe groot hun speelveld is. Alle teams ouder dan JO13/MO13 spelen ook 11:11 op een heel veld.
Sportiviteit en Respect: Een Kernwaarde van de KNVB
De KNVB draagt een grote verantwoordelijkheid om sportiviteit en respect op en rond de velden te waarborgen en te stimuleren. Om te bereiken dat er op de velden een gevoel ontstaat van ‘voetbal om van te houden’, heeft de KNVB een meervoudige aanpak ontwikkeld. De KNVB ondersteunt en stimuleert verenigingen op dit gebied met positieve initiatieven en opleidingen voor trainers, bestuurders en scheidsrechters. Daarnaast werkt de bond hard om ongewenst gedrag te voorkomen met bijvoorbeeld de invoering van het spelregelbewijs en worden individuen, teams en verenigingen gestraft als de situatie dat vereist. Sportiviteit en respect kan een gevoelig onderwerp zijn, maar verenigingen staan er niet alleen voor. Voor clubs en de vrijwilligers zijn er verschillende ondersteuningsmogelijkheden.
Visie op Sportiviteit en Respect
Het bevorderen van sportiviteit en respect op de voetbalvelden vraagt om een collectieve cultuurverandering. In de gewenste cultuur is er altijd sprake van voetbal om van te houden. In het amateurvoetbal wordt er op verschillende onderdelen ingezet op sportiviteit en respect.
Lees ook: Scheidsrechter niet aanwezig? Dit zijn de stappen
Urgentie om te Professionaliseren
De KNVB probeert mensen bewust te maken van hun eigen invloed en stimuleert hen om het beste uit zichzelf te halen: professionaliseren van gewenst gedrag. Het morgen net iets beter willen doen dan vandaag, dat is de mentaliteit. Centraal staat bewustwording van gedrag en het belonen van positief gedrag.
Spelvormen, Regels en Reglementen
Het spel, de spelregels of procedures zo aanpassen dat dit het gedrag van mensen positief beïnvloedt. Een aantal voorbeelden dat de KNVB reeds heeft doorgevoerd is: het fairplay-concept (spelen zonder scheidsrechter), de tienminutenstraf, de visuele spelerspascontrole en het spelregelbewijs voor B-junioren.
Aanpak Risicoverenigingen
De KNVB ondersteunt en helpt verenigingen om binnen de club een sfeer te creëren waar mensen zich veilig voelen en zich ‘normaal’ gedragen. Om deze aantrekkelijke voetbalcultuur te realiseren, vragen verenigingen van de KNVB om die elementen aan te pakken die haaks staan op dit principe. De aanpak van zogenoemde risicoverenigingen is erop gericht om clubs (weer) een veilig plek te laten zijn voor iedereen die geniet van het voetbal.
Trainingen en Cursussen
Trainingen en cursussen dragen positief bij aan sportief en respectvol gedragTrainingen en cursussen voor individuele trainers en scheidsrechters dragen positief bij aan sportief en respectvol gedrag. Naast reguliere cursussen worden er specifieke trainingen gegeven, bijvoorbeeld voor het leren omgaan met moeilijke kinderen. Voor scheidsrechters zijn er onder meer weerbaarheidstrainingen.
Tucht en Straffen
Mensen die over de schreef gaan worden gestraft. De KNVB bewaakt grenzen van het toelaatbare en treedt op als deze grens wordt overschreden. Daar waar mogelijk doet de bond dit met een straf met pedagogische inslag, waardoor nadruk ligt op verbeterd gedrag in de toekomst. Een voorbeeld hiervan is de HALT-straf. Het is een vraag waar veel clubs mee worstelen. Voetbal is plezier, Fair Play het fundament van een voetbalvereniging. De dood van grensrechter Richard Nieuwenhuizen zette het bestuur van s.v. Avanti’31 aan het denken.
Filmpjes Back to Basics
'De vereniging staat onder druk', het is een veel gehoorde kreet. De filmpjes Back to Basics zijn bedoeld ter inspiratie voor verenigingsbestuurders die werken aan hun vereniging.
Amateurvoetbal: De Basis van het Nederlandse Voetbal
Naast de profafdeling heeft de KNVB een afdeling amateurvoetbal. Voetbal is de populairste sport in Nederland. Er zijn dan ook veel amateurvoetballers lid van de KNVB; jong en oud, mannen en vrouwen en mensen met een beperking. Voetbal.nl is het portaal van de KNVB waar je terecht kunt voor alle competitie-indelingen, rangen, standen en wedstrijdprogramma's van het amateurvoetbal. Ook je uitslagen, programma en stand op je mobiel?
Pupillen, Junioren, Senioren, Vrouwen, G-voetbal en Futsal
De jongens en meisjes tot en met de onder 12-categorie worden pupillen genoemd. Kinderen kunnen vanaf 4 of 5 jaar bij een vereniging starten met voetballen. De jongste spelers starten met de voetbalvorm 2 tegen 2 met aangepaste regels, waarna de pupillen via 4 tegen 4, 6 tegen 6 (onder 8, 9 en 10) en 8 tegen 8 (onder 11 en 12) doorgroeien naar 11 tegen 11 in de Onder 13-categorie.
Vanaf de onder 13-pupillen stromen jonge voetballers door naar de junioren; naar achtereenvolgens de Onder 14-, Onder 15-, Onder 16-, Onder 17- en Onder 19-categorie. In deze categorieën zijn er zowel gemengde jeugdteams als meidenteams bij de verenigingen.
Na de junioren zijn de spelers klaar om aan de seniorencompetities deel te nemen. De prestatievoetballer en de recreatiespeler; allebei kunnen ze terecht bij de 3.070 amateurverenigingen in ons land. Wij organiseren in samenwerking met deze verenigingen diverse competities en bekertoernooien.
Het meiden- en vrouwenvoetbal heeft zich in Nederland in de laatste jaren stormachtig ontwikkeld. In het seizoen 2017-2018 waren er in Nederland meer als 125.000 voetballende meiden en vrouwen. Daarmee is vrouwenvoetbal uitgegroeid tot de meest populaire vrouwenteamsport na hockey. Meer dan 2.000 verenigingen hebben één of meer meiden- en/of vrouwenteams die in competitieverband spelen.
Bij steeds meer verenigingen is het de gewoonste zaak van de wereld dat spelers met een lichamelijke en/of verstandelijke beperking volwaardig lid zijn. In 1984 startten we met competitievoetbal voor G-voetballers ouder dan 16 jaar. Inmiddels doen hier ruim 400 teams van ruim 250 verenigingen aan mee. Sinds 2005 organiseren wij ook een speciale G-competitie voor kinderen met een beperking. Bij meer dan 250 verenigingen zijn ruim 5.000 jonge voetballers met een beperking actief.
Veel veldvoetbalverenigingen hebben een zaalvoetbaltak, maar daarnaast zijn er natuurlijk ook specifieke zaalvoetbalverenigingen. Ongeveer 4.000 teams, verspreid over het hele land, spelen in de KNVB-competities. Dit zijn vrouwen- en mannen-, junioren- en pupillenteams. Je kan op een hoog niveau spelen, maar ook lekker in de buurt van je dorp of stad. Ook probeert de KNVB te kijken naar de wensen van de deelnemers om op een vaste avond te spelen.
Lid Worden van een Voetbalvereniging
Voetbal is de grootste sport van Nederland. Miljoenen mensen beleven - zowel actief als passief - plezier aan voetbal. De KNVB is er voor iedereen die wil voetballen. Voor voetballers op het veld, in de zaal en op straat. Voor pupillen, profs en 65 plussers.
Als je overweegt lid te worden bij een vereniging, neem dan contact op bij een vereniging bij jou in de buurt. Of ga eens langs om sfeer te proeven. Speciaal voor de jeugd worden er in de maanden maart, april en mei bij veel verenigingen kennismakingsactiviteiten georganiseerd. Als je je inschrijft bij een voetbalvereniging, word je ook automatisch lid van de KNVB. Een gedeelte van de contributie die je aan de vereniging betaalt, gaat naar ons. Deze bijdrage steken wij onder meer in de opleiding van trainers, coaches, begeleiders en scheidsrechters.
JO7: Spelenderwijs Voetbal Ontdekken
JO7 staat voor 'Jeugd Onder 7 jaar'. Jongens en meiden in deze categorie spelen vaak samen in één team. Voor de pupillen JO7 is het belangrijkste dat zij spelenderwijs het voetbalspel (leren) ontdekken. Dit betekent dat het voetbalaanbod erop gericht moet zijn om iedere pupil zoveel mogelijk optimaal spelplezier en ontwikkeling te bieden in een voor hem/haar prettige omgeving.
Het Voetbalaanbod voor Onder 7
Het aanbod (via de wedstrijdvorm 4 tegen 4) kan op verschillende manier aangeboden worden aan de pupillen:
- Binnen de eigen vereniging.
- Lokaal of regionaal, waarbij met een aantal verenigingen in gezamenlijk overleg het voetbalaanbod wordt ingericht.
- Deelname aan het KNVB-voetbalaanbod, waarbij de pupillen regionale toernooitjes spelen.
Als de vereniging zelf of met andere verenigingen het aanbod organiseert, adviseren wij de spelvorm 4 tegen 4 met de spelregels in onderstaande flyer. Het KNVB-voetbalaanbod voor Onder 7 De KNVB organiseert een wekelijks voetbalaanbod, op basis van de geplande wedstrijddagen in het 4 fasen-model conform de speeldagenkalender. Hieronder vind je meer informatie over de spelregels en de rol van de ouder/begeleider.