Volleybal is een dynamische en tactische sport waarbij twee teams van zes spelers strijden om de bal over het net te spelen en deze op de speelhelft van de tegenstander te laten landen. Coaches spelen een cruciale rol bij het beïnvloeden van het spel door middel van tactische aanpassingen en strategische time-outs. Dit artikel duikt diep in de regels omtrent time-outs in volleybal, inclusief technische time-outs, en bespreekt ook andere belangrijke regels en weetjes die van invloed zijn op het spel. De informatie is gebaseerd op de meest recente reglementen en spelregels van de Nevobo.
Wat is een Time-out?
Een time-out is een onderbreking van het spel die wordt aangevraagd door de trainer/coach van een team. Het biedt een team de mogelijkheid om tactische besprekingen te voeren, spelers aanwijzingen te geven en het momentum van de tegenstander te onderbreken.
Duur en Gebruik van Time-outs
Een time-out duurt maximaal 30 seconden. Echter, als het aanvragende team en de officials eerder klaar zijn, hoeven de 30 seconden niet volledig te worden benut en kan het spel eerder worden hervat. De trainer/coach kan tussen twee rally's een time-out aanvragen door met zijn handen een T-teken te maken.
Vroeger was het verplicht om tijdens een time-out buiten het veld te staan, maar tegenwoordig mogen teams het hele veld gebruiken. Wisselspelers mogen ook in het veld warmlopen tijdens de time-out. Het gebruik van een bal tijdens de time-out is niet toegestaan. Teams zijn verantwoordelijk voor het schoonhouden van het speelveld en het voorkomen van natte plekken door drinkflesjes.
Technische Time-outs
In sommige competities, zoals binnen de Nederlandse competitie, zijn er ook technische time-outs. Deze worden automatisch toegewezen wanneer een team een bepaald aantal punten bereikt. In elke set zijn er twee technische time-outs van één minuut op het moment dat het eerste team het 8e en 16e punt scoort. Standaard wordt er één technische time-out gegeven zodra er in totaal 21 punten zijn gescoord (alleen in Eredivisie en Topdivisie).
Lees ook: Buitenspel in Voetbal: Wat je moet weten
Andere Belangrijke Regels en Weetjes in het Volleybal
Naast de time-out regels, zijn er nog andere belangrijke regels en weetjes in het volleybal:
- Dubbel speelrecht: Het dubbel speelrecht is toegestaan voor één team van een andere vereniging, niet langer voor de gehele vereniging. Het horizontaal invallen is toegestaan voor elk niveau, waar dit voorheen alleen toegestaan was voor 2e klasse en lager. Hiermee is het niet meer mogelijk om bij de tweede vereniging hoger in te vallen. Bovengenoemde regel is ook in de nationale competitie van toepassing.
- Aantal te spelen sets: Voor de Topdivisie en lager zijn er enkele uitzonderingen die duidelijk worden aangegeven. Bij de toss heeft het uitspelende team de eerste keuze (opslag of veld). Bij een eventuele 5e set heeft het thuisspelende team het recht om als eerste te kiezen. Het voorstel om hierin wijzigingen aan te brengen in de nationale competitie, is niet door de bondsraad aangenomen.
- Wissels: Ongeacht het aantal wisselspelers heeft ieder team altijd recht op zes wissels per set. Een wisselspeler mag meerdere keren gewisseld worden voor een veldspeler. De veldspeler moet wel weer terugkeren in het veld voor de wisselspeler die hem vervangen heeft. Uitzondering: Voor A-, B- en C-jeugd 1e klasse en lager geldt deze regel niet. Voor A-, B- en C-jeugdklassen gaat deze regel niet gelden. Daarvoor blijft de huidige wisselregel van toepassing. De reden hiervoor is dat het veel voorkomt dat er een aantal goede serveerders is, waardoor de wedstrijd minder leuk zou kunnen worden.
- Libero: De wisselzone van de Libero is de gehele achterlijn en zijlijn. Een Libero mag uitsluitend veldspeler worden als het team onvolledig wordt verklaard vanwege een blessure. De wisselzone van de libero wordt vrijgegeven, daarvoor mag nu de gehele achterlijn en zijlijn gebruikt worden. Voorwaarde is wel dat de scheidsrechters en teller(s) de wissel goed kunnen zien.
- Spelers: In de 2e klasse en lager senioren en in de jeugdklassen onder de hoofdklassen is het toegestaan met vijf spelers te beginnen aan een wedstrijd, of een wedstrijd af te maken met vijf vanwege een blessure.
- Rally Point Systeem: Binnen de Belgische en Nederlandse competitie wordt het Rally Point Systeem toegepast. Dit systeem is in het jaar 2000 ingevoerd om het spel aantrekkelijker te laten verlopen. Het komt er op neer dat iedere rally resulteert in een punt voor een van beide teams.
- Service: De bal wordt in het spel gebracht door de serveerder door middel van een opslag of service vanachter de achterlijn: de bovenhands geslagen opslag of de sprongservice. Is de vrije ruimte achter het speelveld minder dan 2 meter, mag je bij het serveren met één voet in het veld staan of afzetten. Is de vrije ruimte 2 meter of meer, gelden de gewone regels.
- Spelverdeler: Gewoonlijk wordt de bal doorgespeeld naar een spelverdeler. De spelverdeler, een speler met een goede techniek en spelinzicht, staat in de rally iets rechts van het midden voor het net, of zorgt dat hij of zij daar komt te staan wanneer de bal van de tegenstander ontvangen is. Niet echt een wijziging van de (spel)regels, maar wel een verduidelijking: Een aanvaller mag een bal die door de libero vanuit de voorzone bovenhands is gespeeld niet aanvallen als de bal in zijn geheel nog boven de netrand is. De vraag in deze situatie is altijd: wat telt als bovenhandse bal?
- Aanval: De aanvaller die de bal krijgt toegespeeld tikt of slaat de bal over het net naar de grond.
- Blok: De verdediging moet de bal van de grond zien te houden en doet dat gewoonlijk door een blok te vormen: een, twee of drie spelers springen tegelijk en naast elkaar met gestrekte armen en handen op, om de tegenstander te beletten de bal over het net heen te slaan/tikken.
- Schermen: Schermen, individueel of in een groep, mag niet. Er moet tenminste een armlengte afstand zijn tussen spelers van het serverende team en achterspelers mogen niet in de ‘vrij zicht’ ruimte van de voorspelers gaan staan. Vanaf komend seizoen mag de serveerder dan ook niet meer met opzet aan het zicht van de passers onttrokken worden. Spelers van het serverende team moeten tenminste een armlengte van elkaar af staan en achterspelers mogen niet in de ‘vrij zicht’-ruimte van de voorspelers gaan staan.
- Veld tegenstander: Het raken van het veld van de tegenstander, met welk lichaamsdeel dan ook, in een actie met de bal is niet toegestaan. Het raken van het veld van de tegenstander in een actie met de bal wordt komend seizoen afgefloten. Dat geldt niet alleen voor de voet, maar voor alle lichaamsdelen. Daarentegen is het niet fout om het veld van de tegenstander te raken als er geen bal bij betrokken is en het niet hinderlijk is voor de tegenstander.
- Bal uit: Zodra de bal buiten de antennes het net passeert, is de bal uit. De bal terughalen uit de vrije zone van de tegenstander is niet toegestaan. Zodra de bal buiten de antennes het net passeert, is de bal uit, ook wanneer dit na het eerste balcontact geweest is. De bal terughalen uit de vrije zone van de tegenstander (buiten de antennes om) is dus niet meer toegestaan. Uitzondering: In de Topdivisie geldt deze regel niet. Daar mag deze bal dus nog teruggehaald worden uit de vrije zone.
- Na set einde: Na het laatste fluitsignaal van een set hoeven teams niet meer via het opstellen op de achterlijn naar de andere speelhelft te lopen. Wel dienen zij om de netpaal heen lopen; onder het net doorlopen is niet toegestaan.
- Niet gerechtigde speler(s): Als niet gerechtigde speler(s) wordt/worden ingezet, wijzigt de status van de wedstrijd van competitie naar vriendschappelijke wedstijd.
- Communicatie: Communicatie van het bestuur naar de teams verloopt via de contactpersoon.
- Tijdens het inspelen aan het net mogen de inspeelshirts aanblijven. Sinds afgelopen seizoen was het verplicht om met de wedstrijdshirts in te spelen aan het net.
- Alle regeltjes rondom het veld vormen misschien wel de grootste ergernis van coaches (en spelers). Daarom wordt op dit gebied ook e.e.a. Dat de waterflesjes op of achter de bank neergezet moeten worden, is afgeschaft. Wel zal de scheidsrechter steeds in het oog houden wat in het kader van de veiligheid van spelers wel of niet toegestaan is.
- Mini’s betrekken bij het eerste team is van grote promotionele waarde. In de huidige regels mocht er maar één mini bij het team aanwezig zijn (op de bank en serveren). Vanaf komend seizoen mogen dit twee mini's zijn.
- De coach, assistenten en verzorgers hebben geen vaste plaatsen meer op de bank. Ze mogen overal zitten en zelfs staan. Voor de bank, in de warming-up ruimte van de wisselspelers, et cetera. Alleen als er een 2e scheidsrechter bij de wedstrijd aanwezig is, is de coach verplicht opstellingsbriefjes te gebruiken.
- Vanaf de 1e klasse en lager is de scheidsrechter niet meer verplicht om na elke rally alle tekens te geven: het speelveld aanwijzen van het team dat de volgende service uitvoert is voldoende.
- De pauze tussen sets duurt maximaal drie minuten. Tijdens de pauze tussen de sets mogen de wisselspelers inspelen in het veld, mits dit niet hinderlijk is voor de moppers en/of het entertainment. Je speelt 2 gewonnen sets tot de 21 punten (met twee punten verschil). De 3e set gaat tot de 15 punten. Je speelt 2 tegen 2 en er zijn geen wissels mogelijk.
Pseudo Time-outs en Strategisch Spel
In de Volleyball Nations League (VNL) wordt de video-challenge soms gebruikt als een pseudo-time-out. Coaches vragen een video-challenge aan op een cruciaal moment in de set, zelfs als er geen duidelijke fout is, om het spel te onderbreken en hun team extra aanwijzingen te geven. Felix Koslowski, bondscoach van de Nederlandse Dames, staat bekend om zijn gebruik van deze tactiek.
Een ander voorbeeld van een pseudo-time-out is het aanvragen van een dweilpauze. Tijdens een spannende halve finale wedstrijd vroeg de coach van Orion driftig om dweilers om een zweetplek op te dweilen, terwijl er eigenlijk niemand op de grond had gelegen. De dweiltijd werd gebruikt om extra aanwijzingen aan het team te geven.
Deze tactieken zijn echter niet altijd mogelijk, vooral niet op lagere niveaus waar geen video-challenges of dweilers beschikbaar zijn. In dergelijke situaties moeten teams het vaak zelf oplossen, zonder de directe begeleiding van de coach.
De Effectiviteit van Time-outs
Er is discussie over de werkelijke effectiviteit van time-outs en pseudo-time-outs. Sommigen vragen zich af of al die goedbedoelde aanwijzingen daadwerkelijk helpen, of dat het gedrag meer zegt over het gevoel van onmacht of het gebrek aan vertrouwen van de coach. Het zou interessant zijn om een onderbouwd statistisch onderzoek te zien dat de effectiviteit van time-outs evalueert.
Lees ook: Spelhervatting in korfbal: regels en tips
Er zijn twee vragen die bij mij blijven hangen. Allereerst is er wat aan dit spelophouden te doen? Volgens mij niet echt. Een discussie voeren of de aangevraagde dweilpauze of video-challenge al dan niet terecht was, en hoe bewijs je dat dan, kost waarschijnlijk meer tijd. Wat je zou kunnen doen is in de spelregels opnemen dat de spelers het veld niet uit mogen en de coach verplicht op de bank moet gaan zitten bij deze situaties. Maar of dat het oplost? De tweede vraag heb ik al eerder gesteld: "helpt het nu ook echt, al die goedbedoelde aanwijzingen in de vorm van time-outs en pseudo-time-outs?" Of zegt het gedrag misschien meer over het gevoel van onmacht of het gebrek van vertrouwen van de coach? Ik zou heel graag eens een onderbouwd statistisch onderzoek willen zien of time-outs eigenlijk wel helpen?
Nevobo en Spelregels
Voor alle volledige en officiële teksten van alle reglementen en alle spelregels, bezoek nevobo.nl. Op Volleybalmasterz.nl maak je in begrijpelijke taal kennis met alle spelregels. Ook kun je door middel van oefentoetsen je kennis testen en je spelregelbewijs halen, zodat je zelf ook wedstrijden in de lagere klassen kunt fluiten. Een ideaal middel om nieuwe (jeugd)leden op een leuke, interactieve manier met de belangrijkste spelregels kennis te laten maken!
Binnen het in 2015 gestarte project 'Minder regels, meer spelplezier' geven spelers, trainers en officials aan welke wijzigingen volgens hen meer spelplezier zouden opleveren. Deze worden uitgebreid behandeld, getest en eventueel ingevoerd. Dus, heb jij voorstellen voor het wijzigen van (spel)regels, waardoor volleybal nog leuker wordt?
In het verleden waren er voor verschillende niveaus, verschillende spelregelboekjes. Om uitzonderingen beter weer te geven en ook de administratieve last van het bijhouden van alle uitzonderingen te verminderen, is er besloten om vanaf seizoen 2024-2025 weer één spelregelboekje te publiceren voor de Eredivisie t/m Jeugd. Daarom vroeg de Nevobo aan het begin van dit seizoen om suggesties, tips en concrete voorstellen om het spelplezier middels regelwijzigingen te verhogen. Na de eerste oproep volgde een stortvloed aan goede suggesties en tips.
Wijzigingen in de Spelregels
De Nederlandse Eredivisie blijft spelen met alle internationaal (verplicht) geldende spelregels. Voor de Topdivisie t/m de regioklassen worden de regels aangepast. Maar, niet alles tegelijk. Zoals genoemd blijft de Eredivisie spelen met de huidige (spel)regels. Het is internationaal verplicht om in de hoogste competitie van het land de FIVB-spelregels en CEV-regels te hanteren. Voor deze competities verandert er dus niets. Voor de Topdivisie en lager gaan de nieuwe regels wel gelden; tot en met de laagste regioklassen en de C-jeugd dus. Er zijn enkele uitzonderingen die duidelijk worden aangegeven. Er wordt niet meer getost. De aanvoerder van het uitspelend team heeft de eerste keuze (opslag of veld). Bij een eventuele 5e set heeft de aanvoerder van het thuisspelende team het recht om als eerste te kiezen.
Lees ook: Diepere analyse van "Geen Toernooi voor Mij te Duur"
Overige Wijzigingen en Verduidelijkingen
- Tijdens het inspelen aan het net mogen de inspeelshirts aanblijven. Sinds afgelopen seizoen was het verplicht om met de wedstrijdshirts in te spelen aan het net.
- Alle regeltjes rondom het veld vormen misschien wel de grootste ergernis van coaches (en spelers). Daarom wordt op dit gebied ook e.e.a. Dat de waterflesjes op of achter de bank neergezet moeten worden, is afgeschaft. Wel zal de scheidsrechter steeds in het oog houden wat in het kader van de veiligheid van spelers wel of niet toegestaan is.
- Mini’s betrekken bij het eerste team is van grote promotionele waarde. In de huidige regels mocht er maar één mini bij het team aanwezig zijn (op de bank en serveren). Vanaf komend seizoen mogen dit twee mini's zijn.
- De coach, assistenten en verzorgers hebben geen vaste plaatsen meer op de bank. Ze mogen overal zitten en zelfs staan. Voor de bank, in de warming-up ruimte van de wisselspelers, et cetera. Alleen als er een 2e scheidsrechter bij de wedstrijd aanwezig is, is de coach verplicht opstellingsbriefjes te gebruiken.
- Vanaf de 1e klasse en lager is de scheidsrechter niet meer verplicht om na elke rally alle tekens te geven: het speelveld aanwijzen van het team dat de volgende service uitvoert is voldoende.*Het dubbel speelrecht is toegestaan voor één team van een andere vereniging, niet langer voor de gehele vereniging. Hiermee is het niet meer mogelijk om bij de tweede vereniging hoger in te vallen. Bovengenoemde regel is ook in de nationale competitie van toepassing. Het horizontaal invallen is toegestaan voor elk niveau, waar dit voorheen alleen toegestaan was voor 2e klasse en lager. Uitsluitend in de Ere- en Topdivisie zullen lijnrechters bij de wedstrijden aanwezig zijn. In de Eredivisie worden lijnrechters door de organiserende instantie aangewezen.*Je speelt 2 gewonnen sets tot de 21 punten (met twee punten verschil). De 3e set gaat tot de 15 punten. Je speelt 2 tegen 2 en er zijn geen wissels mogelijk. Voor de 1ste set wordt door middel van een toss bepaald welk team de opslag krijgt en aan welke kant beide ploegen moeten beginnen. Het spel begint met de opslag van achter de achterlijn. De bal mag driemaal door een ploeg worden gespeeld voordat deze over het net gaat. De bal mag ieder deel van het lichaam raken. Een speler mag slecht eenmaal achter elkaar de bal raken. Alleen bij een blok zijn twee aanrakingen achter elkaar toegestaan. De spelers mogen de bal niet vangen of gooien of te lang balcontact hebben. De bal is uit als deze buiten de lijnen van het veld terecht komt, buiten de antennes naar het andere veld wordt gespeeld, de antennes raakt of tegen een ‘voorwerp’ aankomt dat zich buiten het veld bevindt. De bal mag het net wel raken. Als een speler de tegenpartij hindert door deze aan te raken, het net storend te raken, of in het veld van de tegenstander terecht te komen, wordt dit als fout gezien en krijgt de tegenstander een punt. De opslag gaat naar het team dat de rally heeft gewonnen. Blijft de opslag bij hetzelfde team dan blijft ook dezelfde speler/speelster aan opslag. Als de opslag naar de andere partij gaat, moet de speler/speelster die de vorige keer niet heeft opgeslagen opslaan. Tijdens een set mag één time-out van 30 seconden worden aangevraagd.