De beste Belgische keepers aller tijden

Hoewel het Belgische elftal van de afgelopen jaren waarschijnlijk het beste nationale team aller tijden is, kennen onze Zuiderburen een groot aantal legendarische oud-voetballers. Namen als Jean-Marie Pfaff, Vincent Kompany en Eden Hazard zijn over de hele wereld algemeen bekend en geliefd. Wat er precies in het Belgische kraanwater zit weten we niet, maar wel dat er bij onze Zuiderburen een bijzonder groot aantal exceptionele keepers worden geboren. Tegenwoordig behoort Thibaut Courtois tot de beste doelmannen ter wereld, en in het verleden behoorden Michel Preud’homme en Christian Piot tot de internationale top.

Dit artikel bespreekt de beste oud-voetballers van België aller tijden, waarbij de focus ligt op de keepers. Aan de hand hiervan hebben we het beste Belgische team ooit samengesteld. Het is niet eenvoudig om een keuze te maken uit de vele geweldige voetballers die België heeft gekend. Als beste keeper kunnen we moeilijk om Jean-Marie Pfaff heen. Alleen al door zijn uitstraling is hij met afstand de spectaculairste en meest kleurrijke Belgische doelman ooit.

Criteria voor Selectie

Bij het samenstellen van deze lijst is rekening gehouden met verschillende factoren, waaronder:

  • Prestaties in clubverband: Titels, individuele onderscheidingen en consistentie over meerdere seizoenen.
  • Prestaties in het nationale team: Belangrijke reddingen, deelname aan grote toernooien en leiderschap.
  • Invloed op het spel: Vernieuwende speelstijlen en impact op andere keepers.
  • Populariteit en erkenning: Erkenning door fans, media en voetbalexperts.

Top 10 Belgische Keepers Aller Tijden

Hieronder volgt een overzicht van de top 10 beste Belgische keepers aller tijden, waarbij zowel hun individuele prestaties als hun bijdrage aan het Belgische voetbal in overweging zijn genomen. Deze lijst is uiteraard subjectief en open voor discussie.

1. Jean-Marie Pfaff (Lebbeke, 4 december 1953)

De bekendste Belgische oud-voetballer is zonder twijfel Jean-Marie Pfaff. Pfaff speelde tijdens zijn carrière onder meer voor SK Beveren en FC Bayern München. In de jaren ’80 was hij ook 64 keer eerste doelman van de Rode Duivels. Na zijn carrière werd hij bekend via de De Pfaffs, een Vlaamse realityserie waarin de gewezen doelman en zijn familieleden gevolgd werden. Pfaff viel als doelman op met zijn spectaculaire speelstijl en blonde krullen. Hij werd zowel in het binnen- als buitenland beschouwd als een van de beste doelmannen ter wereld. In 1978 won hij de Gouden Schoen. Net geen tien jaar later werd hij door het IFFHS uitgeroepen tot wereldkeeper van het jaar.

Lees ook: Wat maakt een voetbalelftal het beste ooit?

De doelman is absoluut geen doorsnee-Belg en zelf volledig overtuigd van zijn eigen klasse. In eigen land speelde Pfaff voor het bescheiden Beveren, om daarna furore te maken bij Bayern München. Naast zijn spectaculaire stijl werd Jean-Marieke ook erg populair vanwege zijn steenkolenduits. Met zinnen als ‘Ik habe in Belgien ook vele elfmeters gestopft’ werd Pfaff-Duits een begrip. Bij de Rode Duivels speelde El Sympatico geweldige toernooien, te beginnen met het EK van 1980. Met zijn opzienbarende reflexen wist hij de Belgen naar de finale te leiden. Zijn hoogtepunt beleefde de doelman op het WK van 1986 in Mexico. België haalde de laatste vier, nadat Pfaff in de penaltyserie tegen Spanje de beslissende penalty stopte. Hij werd vervolgens uitgeroepen tot beste doelman van het WK, en een jaar later tot beste goalie ter wereld. Het levensverhaal van Jean-Marie Pfaff leest als een modern voetbalsprookje. Een woonwagenkind dat zijn kunsten vertoonde onder de lat en uitgroeide van ‘zero to hero’. Pfaff is een van de meest controversiële figuur uit de geschiedenis van het Belgische voetbal. Gehaat of bemind, maar ook zijn grootste tegenstanders moeten erkennen dat hij een uitstekend doelman was. Tijdens de Mundial in Mexico 1986 bereikte hij het hoogtepunt van zijn kunnen. Pfaff groeide op in een gezin met elf broers en zussen. Ze leefden in een foorwagen, waarmee ze van stad tot stad trokken om tapijten aan de man te brengen. Zijn eerste stappen als keeper zette hij in Aalst, omdat zijn broers Louis en Jean-Baptiste er voetbalden. Toen deze laatste naar SK Beveren trok, volgde Jean-Marie hem. Jean-Marie was aanvankelijk een tenger baasje, maar zijn gedrevenheid en werklust was ongeëvenaard. Toen hij veertien was vroeg hij Guy Thys, die het eerste elftal van SK Beveren trainde, om hem onder handen te nemen. Hij keek niet op een inspanning en had er alles voor over om de top te bereiken. Hij was achttien toen hij met het eerste elftal debuteerde en zette, samen met de club, de weg omhoog in. SK Beveren was nog een semi-profclub. Pfaff droomde van de nationale ploeg, maar bondscoach Raymond Goethals wilde niet van de jonge doelman weten. Hij vond hem maar een showkeeper. ‘Liever Piot op één been dan Pfaff’, liet de Tovenaar zich ontvallen. Op 22 mei 1976 vierde hij zijn debuut als Rode Duivel. De kritiek liet niet op zich wachten. De opgang van SK Beveren verstevigde echter zijn positie. In 1978 werd de beker gewonnen en een jaar later de landstitel gevierd. Pfaff had inmiddels al een Gouden Schoen op de schouw staan. Hij eindigde in 1978 voor Rob Rensenbrink en René Vandereycken. In september 1979 werd Pfaff in een vriendschappelijke interland tegen Nederland, de afscheidswedstrijd van Willem van Hanegem, in het doel van de Rode Duivels vervangen door Theo Custers. De keeper van Antwerp stond in de volgende zes interlands onder de lat. Dus ook in de beslissende EK-kwalificatieduels tegen Portugal en Schotland. In de laatste oefenpartij voor het EK 1980 tegen Roemenië speelde Custers in de eerste helft, Pfaff in de tweede. Custers vertrok met rugnummer 1 naar Italië. Op dat EK blonken de Duivels en Pfaff uit. West-Duitsland kon pas in de slotminuten van de finale het verschil maken. Twee jaar later haalde hij opnieuw de wereldpers. Pfaff was één van de Belgische uitblinkers in de openingsmatch van het WK in Spanje tegen regerend wereldkampioen Argentinië. Hij hield Diego Maradona, het nieuwste wonderkind van het voetbal, van een doelpunt en Erwin Vandenbergh deed de rest (1-0). Het toernooi eindigde echter dramatisch voor de Beverse ballenvanger. Enkele dagen na de openingspartij was er een ‘incident’ in het zwembad met Jan Wauters. JM probeerde de radioverslaggever kopje onder te duwen en onderging nadien hetzelfde lot. Toen bleek echter dat hij niet kon zwemmen. Hij bleek net niet verdronken, of deed in ieder geval alsof. Het ging van kwaad naar erger. Tegen Hongarije, in de beslissende wedstrijd voor een plaatsje in de tweede ronde, kwam hij in botsing met Eric Gerets. De aanvoerder moest gewisseld worden. Ook Pfaff vroeg om vervanging, maar werd weer het veld ingestuurd. De Duivels stonden 1-0 achter en het hele WK leek in duigen te gaan vallen. Gelukkig maakte Alex Czerniatynski acht minuten na het voorval gelijk (1-1). Na de wedstrijd werd een ambulance gevraagd om Gerets, die een hersenschudding had opgelopen, naar het ziekenhuis te brengen. Toen bleek dat Pfaff al had plaatsgenomen in de ziekenwagen en vertrokken was. Jean-Marie werd ervan beschuldigd komedie te hebben gespeeld en kwam in Spanje niet meer in actie. De ster van Pfaff verbleekte in eigen land. Ruim een jaar voor het WK (11 maart 1981) werd hij voor zes maanden geschorst door de voetbalbond. Hij zou lijnrechter Thirion een kniestoot gegeven hebben. Jean-Marie schreeuwde zijn onschuld uit, maar de BRT - de openbare omroep - weigerde de beelden te vertonen. België was te klein geworden voor Pfaff en hij vertrok naar Bayern Mûnchen om er de opvolger te worden van niemand minder dan Sepp Maier. Er werd gelachen met zijn ‘Jean-Marie-Pfaff-Duits’, maar werd onsterfelijk in Beieren na een Europese bekermatch tegen PAOK Saloniki. Hij pakte tijdens de reguliere speeltijd alles wat er te pakken viel en werd de held van de strafschoppenserie. Hij stopte een paar elfmetertrappen en knalde dan de beslissende penalty zelf in de kruishoek. Op het EK van 1984 in Frankrijk viel niet veel eer te behalen voor een doelman achter een door de omkoopaffaire Standard-Waterschei onthoofde verdediging, maar op het WK in Mexico groeide Pfaff uit tot een echte volksheld. De Mexicaanse pers riep de krullenbol uit tot ‘El Sympatico’ en in eigen land stonden honderdduizenden mensen uren te wachten om een glimp van hem op te vangen. Voor de afreis deden verhalen de ronde dat hij niet zo best in de groep lag. Alle spelers waren echter overtuigd dat hij vaak wedstrijden voor hen won en namen er zijn mindere trekjes dan maar bij. Pfaff moest in zijn carrière vaak ook opboksen tegen vooroordelen van de boze buitenwereld, die hem niet altijd serieus nam. Pfaff keepte op het WK op eenzame, Mexicaanse hoogte. Hij was één van de weinige Rode Duivels die in de groepsfase op niveau was en wilde een en ander bewijzen in het duel tegen de Sovjet-Unie. Na de uitschakeling van de Russen blonk hij ook uit tegen Spanje. In 1987 werd Pfaff uitgeroepen tot Wereldkeeper van het Jaar door het ITTHF, een vereniging van voetbalhistorici. Hij werd, in tegenstelling tot Michel Preud’homme in 1994 en Thibaut Courtois in 2018, niet uitgeroepen tot beste doelman van het WK. Mexico maakte van Jean-Marie Pfaff desondanks een levende legende. Het had nochtans niet veel gescheeld of hij was er niet bij geweest. Hij was na een botsing met John van Loen in de barragewedstrijd tegen Nederland in Rotterdam (de match met de 2-1 van Georges Grün) geblesseerd geraakt. Hij kende een periode met allerlei kleine letsels en kreeg in München te maken met Raimond Aumann, een jongere concurrent. In de laatste jaren van zijn carrière raakte hij steeds vaker geblesseerd en verzeilde bij Bayern stilaan op een zijspoor. Op 23 september 1987 stond hij na zijn 64ste interland definitief zijn plaats als numero uno af aan Michel Preud’homme. Een beslissing waar hij het behoorlijk moeilijk mee had. In september 1988 verliet hij München en keerde naar België terug. Hij had drie keer de Bundesliga en twee bekerfinales gewonnen met Bayern. In 1985 speelde hij met Bayern München ook de halve finale van de Europese beker voor Bekerwinnaars, net als zes jaar eerder met SK Beveren. Hij had de eerste Belg kunnen worden die de beker met de grote oren won, maar greep naast de prijs door een magistraal hakje van Madjer. Pfaff koos heel verrassend voor Lierse als nieuwe bestemming. Het Lisp stond op stelten, maar in november 1989 was hij alweer weg. Jean-Marue volgde Urbain Braems, zijn ex-trainer bij SK Beveren, naar Trabzonspor. Pfaff speelde 305 wedstrijden in de Belgische competitie, 156 in de Bundesliga en 25 in Turkse loondienst. Velen zagen in hem een clowneske charmeur of een charmante clown. Zijn hang naar publiciteit en aandacht beviel niet iedereen. Niemand kan echter ontkennen dat hij een keeper van internationale allure was. Hij had uitstekende reflexen en heerste in het luchtruim. Het uitkomen was soms een minpuntje. Hij was ijdel, smachtte naar en genoot van de roem. Hij had de aandacht gewoon nodig. ‘Als Jean-Marie in de belangstelling staat, keept hij dubbel zo goed’, verwoordde Freddy Buyl, zijn aanvoerder bij SK Beveren, het het best. Pfaff overdreef natuurlijk wel eens en wilde te nadrukkelijk in het middelpunt van de belangstelling staan vanwege zijn onbeheersbare drang naar erkenning. Maar hij presteerde het toch maar om in audiëntie ontvangen te worden door paus Johannes Paulus II en mag nog steeds gewoon ‘Dag Franz’, zeggen tegen Beckenbauer. Hij organiseerde zelf zijn afscheidswedstrijd en kreeg op het Kiel een plejade wereldsterren bij elkaar. Na zijn actieve carrière werd het steeds moeilijker om relevant te blijven. Een poging om het in het seizoen 1998-1999 als trainer van KV Oostende te maken, liep al snel op de klippen.

2. Thibaut Courtois (Bree, 11 mei 1992)

Courtois tekende in augustus 2018 een contract tot medio 2024 bij Real Madrid, dat circa €35.000.000,- voor hem betaalde aan Chelsea. Hij debuteerde in november 2011 in het Belgisch voetbalelftal. Ook het wereldkampioenschap van 2018 in Rusland, ditmaal onder bondscoach Martinez, was hij de eerste keuze. Hij speelde een quasi foutloos tornooi en pakte uit met heel wat wereldsaves. Helaas kon ook hij een nederlaag in de halve finale tegen Frankrijk niet vermijden. Hij pakte uiteindelijk brons met België en won de trofee voor de beste doelman van het toernooi.

3. Michel Preud’homme (Ougrée, 24 januari 1959)

Door zijn uitstekende prestaties bij KV Mechelen werd Preud’homme na het vertrek van Pfaff de nummer 1 bij de Rode Duivels. Op het WK 1990 hoopten de Belgen even goed te doen als op het vorige wereldkampioenschap. De Belgen vlogen er uiteindelijk in de tweede ronde uit, na een 0-1 nederlaag tegen Engeland. Hij won de Yashin Award als de beste voetbalkeeper op het WK van 1994. Op het WK 1994 in de Verenigde Staten overleefden de Belgen de groepsfase na onder meer winst tegen Nederland. Vooral Preud’homme blonk uit in de wedstrijd tegen Oranje. Hij hield zijn netten schoon en bezorgde België zo een 1-0 zege. Zelf zegt hij dat het de beste match is die hij ooit speelde, samen met een wedstrijd voor KV Mechelen tegen Cercle in de Belgische competitie. Bij de KBVB werd er de afgelopen weken gestemd op het beste Belgische elftal ooit. Op de keeperspositie brak zo een spannende strijd uit, Preud'homme kon immers rekenen op concurrentie van Courtois en Pfaff. Toch is de oud-FC Twente trainer verkozen tot beste keeper aller tijden van België. De Belgische doelman hielp zijn land verschillende eindtoernooien aan mooie prestaties. Zo was Preud'homme belangrijk op het WK van 1994. In '94 won versloeg België Nederland met 1-0, Michel Preud'homme was de grote man. De doelman kwam tot 58 optredens voor de Rode Duivels. In de tussentijd maakte hij furore bij Standard Luik, KV Mechelen en Benfica. Na zijn spelerscarrière trainde hij Standard Luik, Club Brugge, KAA Gent, Al Shabab en FC Twente. Met de Tukkers pakte Preud'homme twee prijzen; de Johan Cruijff schaal en de KNVB Beker. De Rode Duivel liep op de laatste speeldag het kampioenschap mis doordat hij met zijn ploeg verloor van Ajax. Tot verbazing van velen besloot Preud'homme vervolgens zijn contract in te leveren, om bij Al Shabab te gaan werken.

4. Christian Piot (Ougrée, 4 oktober 1947)

Piot speelde zijn gehele carrière als doelman voor Standard Luik. Voor deze club speelde hij 305 wedstrijden en maakte hij negen doelpunten, alle uit een strafschop. Piot kwam tussen 1969 en 1977 veertig keer uit voor de Rode Duivels en scoorde daarbij één doelpunt. Met de Rode Duivels was hij actief op het WK 1970 en het EK 1972. In 1972 won hij de Gouden Schoen voor de beste Belgische voetballer.

5. Jean Nicolay (Bressoux, 27 december 1937 - Luik, 18 augustus 2014)

Nicolay was de derde Nicolaÿ die uitkwam voor Standard Luik: ook z’n broers Adolphe en Toussaint speelden er. Jean Nicolaÿ was een doelman. In totaal speelde hij 278 wedstrijden in Eerste Klasse en in totaal 501 met Europese wedstrijden en Belgische bekerwedstrijden bij Standard. In tweede klasse speelde hij 49 wedstrijden. Hij speelde 39 keer voor het nationale elftal.

Lees ook: Voetbalcoach analyse

6. Jean De Bie (Molenbeek, 9 mei 1892 - Brussel, 30 april 1961)

De Bie voetbalde in Eerste klasse bij Racing Club Brussel en speelde 37 interlands met het Belgisch voetbalelftal waarmee hij in 1920 olympisch kampioen werd.

7. Filip De Wilde (Zele, 5 juli 1964)

Filip De Wilde speelde zijn eerste interland voor de Rode Duivels op woensdag 23 augustus 1989 in de vriendschappelijke thuiswedstrijd tegen Denemarken (3-0). Hij trad in dat duel, het eerste onder leiding van bondscoach Walter Meeuws, in de rust aan als vervanger van Gilbert Bodart. In dezelfde wedstrijd maakte Danny Boffin en Vital Borkelmans voor het eerst hun opwachting voor België. De Wilde speelde zijn 33ste en laatste interland (waarin hij een rode kaart kreeg voor het onderuithalen van een Turkse aanvaller) op maandag 19 juni 2000 onder bondscoach Robert Waseige, bij het EK voetbal 2000 tegen Turkije (2-0 nederlaag).

8. Stijn Stijnen (Hasselt, 7 april 1981)

Stijnen is een Belgisch keeper met een Italiaanse achtergrond. Hij was vijf jaar lang eerste doelman bij Club Brugge, totdat zijn contract verbroken werd na een internetschandaal. Tussen 2011 en 2013 stond hij tussen de palen bij Beerschot AC. Stijnen, die met de nationale ploeg ook al een paar keer in opspraak was gekomen, stond voor het seizoen 2010/11 zijn aanvoerdersband af aan ploeggenoot Carl Hoefkens. Toen hij in de loop van het seizoen uitviel met een blessure, werd de 18-jarige Colin Coosemans eerste doelman. Op 20 februari 2011 werd hij omwille ‘van herhaaldelijk onprofessioneel gedrag’ naar de B-kern verwezen. Enkele uren later onthulde radiojournalist Peter Vandenbempt dat Stijnen naar de B-kern verwezen was omwille van een internetschandaal. Hij had op internetfora van Club Brugge een anonieme campagne tegen zijn concurrenten Colin Coosemans en Geert De Vlieger en de nieuwe bestuursleden Sven Vermant en Henk Mariman gevoerd. De doelman verheerlijkte zichzelf en riep supporters op om spandoeken te maken tegen Coosemans en het bestuur. Stijnen kwam tussen 2006 en 2009 ook 30 keer uit voor de Rode Duivels. Hij was enkele jaren de nummer 1, maar stelde zich na de komst van bondscoach Dick Advocaat niet meer beschikbaar voor de nationale ploeg.

9. Simon Mignolet (Sint-Truiden, 6 maart 1988)

Mignolet tekende in augustus 2019 een vijfjarig contract bij Club Brugge, dat hem overnam van Liverpool FC. Hij debuteerde in 2010 in het Belgisch voetbalelftal. Inmiddels verdedigde hij 28 keer het doel van het nationale elftal.

10. Fernand Boone (Brugge, 1 augustus 1934 - Gent, 11 september 2013)

Boone kwam bijna zijn hele carrière uit voor Club Brugge. In 1967 won hij de Gouden Schoen. Met Club Brugge won hij de beker in 1968 en 1970. Na elf seizoenen in de A-kern en 384[2] wedstrijden voor de Belgische topclub kwam hij nog een seizoen voor VG Oostende en SK Roeselare uit. Boone werd in totaal 20 keer opgeroepen voor de nationale ploeg. In totaal heeft hij 8 keer gespeeld voor de Belgische nationale ploeg. Hij maakte zijn debuut op 16 april 1967 tegen Nederland.

Lees ook: Complete gids basketbalsokken

Andere opmerkelijke keepers

Naast de top 10 zijn er nog andere Belgische keepers die het vermelden waard zijn. Geert De Vlieger bijvoorbeeld, die speelde voor SK Beveren, RSC Anderlecht en Manchester City FC.

tags: #beste #Belgische #keepers #aller #tijden