Gooien, mikken en vangen zijn essentiële vaardigheden voor kinderen, met name in de context van basketbal en andere sporten. Deze vaardigheden zijn niet alleen belangrijk voor sportieve prestaties, maar dragen ook bij aan de ontwikkeling van de fijne motoriek, hand-oog coördinatie en ruimtelijk inzicht. Dit artikel richt zich op de onderhandse gooi techniek bij basketbal voor kinderen, en biedt een reeks oefeningen en spelletjes om deze vaardigheid op een leuke en effectieve manier te ontwikkelen.
Waarom Gooien, Mikken en Vangen Belangrijk Zijn
Gooien, mikken en vangen zijn fundamentele vaardigheden die kinderen in het dagelijks leven nodig hebben. Of het nu gaat om het spelen met een bal, het overgooien van een voorwerp of het deelnemen aan sportactiviteiten, deze vaardigheden zijn essentieel. Ze helpen bij de ontwikkeling van:
- Fijne motoriek: De precisie en coördinatie die nodig zijn voor het gooien en vangen, verbeteren de fijne motoriek.
- Hand-oog coördinatie: Het nauwkeurig volgen van een object met de ogen en het coördineren van de handbewegingen om het te vangen, versterkt de hand-oog coördinatie.
- Ruimtelijk inzicht: Het inschatten van afstanden, snelheden en trajecten is cruciaal bij het gooien en vangen, en bevordert het ruimtelijk inzicht.
Deze vaardigheden zijn niet alleen belangrijk voor sport, maar ook voor andere activiteiten zoals schrijven, knutselen en het uitvoeren van dagelijkse taken.
De Onderhandse Gooi Techniek
De onderhandse gooi is een basistechniek die vaak wordt gebruikt bij basketbal, vooral bij het passen. Het is een relatief eenvoudige techniek die geschikt is voor kinderen om aan te leren. Hier zijn de belangrijkste stappen:
- Houding: Sta rechtop met de voeten op schouderbreedte uit elkaar. De knieën zijn licht gebogen voor stabiliteit. Het gewicht moet gelijkmatig verdeeld zijn over beide benen.
- Vasthouden van de bal: Houd de bal met beide handen vast, met de vingers gespreid en de duimen naar elkaar gericht aan de onderkant van de bal.
- Beweging: Breng de bal naar beneden en naar achteren in een zwaaiende beweging. Houd de armen gestrekt en de bal dicht bij het lichaam.
- Loslaten: Zwaai de armen naar voren en laat de bal los op ongeveer heuphoogte. Geef de bal een lichte draai mee voor stabiliteit.
- Nawerking: Volg de beweging door met de armen naar het doel te wijzen. Dit zorgt voor een goede richting en precisie.
Oefeningen voor het Aanleren van de Onderhandse Gooi
Om kinderen de onderhandse gooi techniek aan te leren, is het belangrijk om te beginnen met eenvoudige oefeningen en deze geleidelijk op te bouwen. Hier zijn enkele oefeningen die geschikt zijn voor kinderen:
Lees ook: Uitgebreide Gids voor FIFA 17 Keepers
Vrij Experimenteren: Laat de kinderen vrij experimenteren met de bal. Dit helpt hen om vertrouwd te raken met de bal en de bewegingen.
- Vrij rollen met de handen over de bal.
- Vrij rollen met de voeten over de bal.
- Vrij rollen en een opdracht uitvoeren bij een signaal.
Rollen naar elkaar: Laat de kinderen in tweetallen tegenover elkaar zitten in spreidzit en de bal naar elkaar rollen.
- Begin met een korte afstand (3 meter) en vergroot deze geleidelijk.
- Variaties: Laat de kinderen in hielzit, spreidstand of ruglingse spreidstand zitten.
- Bal over een lijn rollen.
Stuiteren en Vangen: Oefen het stuiteren en vangen van de bal.
- Laat de bal op de plaats vallen en pak hem op na de stuit.
- Vang de bal met de andere hand na de stuit (gebruik een kleine bal).
- Laat de bal stuiteren met de linkerhand en vang hem met de rechterhand (en vice versa).
- Stuiter de bal en ga vooruit.
Werpen op een Doel: Oefen het werpen op een doel.
- Werp de bal in een doos, hoepel, deel van een springkast of basketring.
- Werp de bal door een hoepel, door een opening van een sportraam of klimraam.
- Variaties: Draai éénmaal rond voordat je werpt, vergroot de afstand tot de muur.
- Probeer de bal met een slag in een hoepel te mikken.
Partneroefeningen: Laat de kinderen in tweetallen oefenen met passen en vangen.
Lees ook: Basketbal taart versieren
- Eén kind heeft een bal en een plank: grondstuit, slag naar de partner, deze vangt en rolt de bal terug.
Leuke Spelletjes voor de Gymles
Naast de oefeningen zijn er ook veel leuke spelletjes die je kunt spelen tijdens de gymles om de gooi- en vangvaardigheden van de kinderen te verbeteren. Hier zijn enkele voorbeelden:
Hoepelspel: Plaats een aantal hoepels op de grond (links-rechts) en laat de kinderen in tweetallen met een ballon spelen. Het doel is om de ballon in de hoepel te krijgen.
Wipspel: Geef twee groepen een grote lap stof (liefst cirkelvormig) met daarop een strandbal. Samen wippen ze de bal omhoog. Wie het langst volhoudt zonder dat de bal stil ligt of op de grond valt, wint.
Koning(in) Bal: Verdeel de kinderen in groepjes van vier. De eerste staat voor de drie anderen en werpt deze beurtelings de bal toe. Als een kind de bal laat vallen, moet hij naar plaats 3. Als de "Koning(in)" de bal laat vallen, moet hij/zij ook naar plaats 3, en de speler van plaats 1 wordt de nieuwe Koning(in).
- Variaties: Laat de kinderen éénmaal in de handen klappen voordat ze de bal vangen.
- Elke speler staat achter vijf streepjes. Bij een goede vang mag hij één streep vooruit. Degene die eerst de vijf streepjes haalt, wordt de nieuwe Koning(in).
- Elke speler van de groep wordt na drie goede balwisselingen Koning(in).
Kringspel: Vorm twee (of meer) kringen. In het midden staat één kind die achtereenvolgens alle kinderen uit zijn kring aanspeelt. Wie de bal laat vallen, moet zitten.
Lees ook: Specificaties Wilson Basketbal Maat 6
- Variaties: Laat de kinderen in de handen klappen voordat ze de bal vangen, of de handen in de heupen houden.
- Wie klapt zonder dat de bal geworpen wordt, is uit.
Tennisballen Opruimen: Plaats tennisballen in een doos. De leraar werpt de ballen weg, de kinderen vullen de doos terug. Kan de leraar de doos leeg maken?
- Variatie: Gebruik in plaats van een doos een vierkant van banken.
Niemand Tikkertje: Plaats vier banken in kruisvorm, op iedere bank een groep kinderen, ieder met een bal. Vorm een kring (of meer) in het midden met één kind. Dit kind noemt de naam van een kind en werpt de bal op. De genoemde speler probeert de bal te vangen zonder stuit. Lukt dit, dan wordt hij opwerper. Lukt dit niet, dan lopen de andere kinderen weg. Eén kind staat buiten de kring en probeert de speler die de bal heeft op de rug te tikken.
Trefbal Variatie: Verdeel de kinderen in twee groepen met een vrije zone van 3-4 meter ertussen. Eén kind met bal roept ‘dood’ + de naam van een speler van de tegenpartij en werpt de bal bovenhands met twee handen over de vrije zone in het veld van de tegenpartij. Als de bal gevangen wordt zonder dat deze in het speelveld stuit, gaat het spel verder met een worp van deze partij. Stuit de bal echter, dan is de speler wiens naam genoemd werd uit. De spelers van zijn groep kunnen hem terughalen door te roepen ‘levend’ + de naam van deze speler, en de bal over te werpen zodat hij stuit in het veld van de anderen.
- Variaties: Geef iedere speler 2, 3 of 1 leven. De tegenpartij kan de uit-spelers van de andere groep naar zich halen.
Kring Trefbal: Maak een kring, de helft van de klas staat buiten de kring als werpers, de andere helft er binnen. Wie door de (zachte) bal tussen voet en knie geraakt is, wordt mee werper.
Variaties en Uitbreidingen
Om de oefeningen en spelletjes uitdagender te maken, kun je verschillende variaties en uitbreidingen toevoegen:
- Afstand: Vergroot de afstand tussen de spelers om de moeilijkheidsgraad te verhogen.
- Beweging: Laat de kinderen bewegen tijdens het gooien en vangen, bijvoorbeeld door te dribbelen of te springen.
- Doelen: Gebruik verschillende soorten doelen, zoals kleinere hoepels of bewegende objecten.
- Combinaties: Combineer gooien en vangen met andere vaardigheden, zoals dribbelen, springen en draaien.
Belangrijke Tips voor de Lesgever
- Veiligheid: Zorg voor een veilige omgeving waarin de kinderen vrij kunnen bewegen zonder risico op blessures.
- Positieve Feedback: Geef positieve feedback en moedig de kinderen aan om te blijven oefenen.
- Variatie: Bied voldoende variatie in de oefeningen en spelletjes om de kinderen gemotiveerd te houden.
- Aanpassing: Pas de oefeningen en spelletjes aan de leeftijd en het niveau van de kinderen aan.
- Plezier: Zorg ervoor dat de kinderen plezier hebben tijdens de gymles. Plezier is een belangrijke motivator en bevordert de ontwikkeling van de vaardigheden.
Andere Balvaardigheden en Sporten
Naast de onderhandse gooi zijn er nog andere balvaardigheden en sporten die je kunt introduceren in de gymles:
- Voetbal: Oefeningen met trappen, passen en dribbelen.
- Per twee: Een speler trapt de bal door de benen van de andere speler. Wisselen.
- Per drie: Een speler trapt de bal door de benen van een andere speler naar de derde speler.
- Doeltrappen tussen twee kegels.
- Dribbelen met de bal en trappen vanaf een merkteken.
- Netbal: Oefeningen met bovenhands gooien en vangen over een net.
- Minibasketbal: Vereenvoudigde vorm van basketbal, geschikt voor jongere kinderen.
- Miditennis: Vereenvoudigde vorm van tennis, met kleinere rackets en zachtere ballen.
tags: #basketbal #gooien #onderhands #techniek #kinderen