Het Europees kampioenschap basketbal voor vrouwen, beter bekend als EuroBasket Vrouwen, is een prestigieus toernooi met een rijke historie die teruggaat tot 1938. Dit artikel duikt in de geschiedenis van dit belangrijke sportevenement, belicht de belangrijkste momenten, individuele prestaties en de impact op het Nederlandse basketbal.
Geschiedenis en Ontwikkeling
Het allereerste Europees kampioenschap basketbal voor vrouwen vond plaats in 1938 in Rome, Italië. Italië kroonde zich tot de eerste kampioen door Litouwen in de finale te verslaan. In de beginjaren was de organisatie van het toernooi onregelmatig, mede door de verstoringen veroorzaakt door de Tweede Wereldoorlog. Na de oorlog werd het toernooi regelmatiger georganiseerd, doorgaans om de twee jaar.
De Sovjet-Unie domineerde het toernooi in de beginjaren en won de eerste acht edities op rij. Naast de Sovjet-Unie hebben ook andere landen, zoals Tsjecho-Slowakije, Bulgarije, Frankrijk, Italië en Spanje, aanzienlijk succes gekend in de geschiedenis van het toernooi.
Toernooiformat
Het EuroBasket Vrouwen toernooi heeft in de loop der jaren verschillende formatwijzigingen ondergaan om de competitie te optimaliseren en de spanning te verhogen. Het huidige format bestaat uit een groepsfase, gevolgd door een knock-outfase.
Groepsfase
De 16 deelnemende landen worden verdeeld in 4 groepen van 4 teams. Binnen elke groep speelt elk team een wedstrijd tegen de andere drie teams. De top twee teams van elke groep kwalificeren zich voor de knock-outfase. De overige teams spelen classificatiewedstrijden, die van minder belang zijn.
Lees ook: Nederlandse Handbalgeschiedenis: Een Overzicht
Knock-outfase
De knock-outfase begint met de kwartfinales, waarna de halve finales worden gespeeld. De winnaars van de halve finales strijden om de titel in de finale. Deze ronde vindt plaats tussen 24 en 29 juni. De finale wordt gespeeld op het Piraeus veld in Griekenland.
Belangrijke Momenten en Prestaties
In de lange geschiedenis van het EuroBasket Vrouwen toernooi zijn er talloze memorabele momenten en opmerkelijke prestaties geweest die de sport hebben gevormd.
Dominantie van de Sovjet-Unie
Van de beginjaren tot het einde van de jaren tachtig domineerde de Sovjet-Unie het toernooi. Het team stond bekend om zijn fysieke kracht, teamwork en uitstekende coaching. De Sovjet-Unie won in totaal 21 gouden medailles op het EK, een record dat tot op heden niet is geëvenaard.
Opkomst van Nieuwe Krachten
Na het uiteenvallen van de Sovjet-Unie in 1991 kwamen er nieuwe basketbalkrachten op in Europa. Landen als Spanje, Frankrijk, Italië en Tsjechië investeerden in hun nationale basketbalprogramma's en begonnen de gevestigde orde uit te dagen. België werd tot de winnaar gekroond in 2023, dit was hun eerste Eurobasket overwinning ooit! Ze versloegen Spanje in de finale, en Les Bleus completeerden het podium met de bronzen medaille.
Individuele Prestaties
Naast de teamprestaties zijn er ook individuele spelers die een onuitwisbare indruk hebben achtergelaten op het EuroBasket Vrouwen toernooi. Spelers als Lenie van der Velde, Annie Koper-van Es, Gien Gootjes-Fonczek, Greet Wink-Duyf, Toos Posthumus-Vesseur, Jetty Witte-Siebenlist en Els de Groot worden beschouwd als legendes van het Europese basketbal.
Lees ook: Uruguay: Pioniers van het Wereldkampioenschap
- Lenie van der Velde: Een van de bekendste basketbalsters uit de Nederlandse sportgeschiedenis, met een tomeloze sportieve inzet op alle fronten.
- Annie Koper-van Es: Met 61 interlands voor het Nederlands damesteam, bekend om haar snelle passeerbewegingen en verdedigende specialiteit.
- Gien Gootjes-Fonczek: Speelde 25 interlands en was later trainer-coach van diverse succesvolle teams, waaronder de Europese kampioen rolstoelbasketballers.
- Greet Wink-Duyf: Speelde 51 interlands en behaalde Europees succes, met name de 5e plaats op het EK in Roemenië in 1966.
- Toos Posthumus-Vesseur: Speelde 17 interlands en werd in 1960 kampioen van Nederland met Landlust.
- Jetty Witte-Siebenlist: Combineerde basketbal en korfbal op het hoogste niveau en speelde 62 interlands voor het Nederlands damesteam.
- Els de Groot: Speelde 79 interlands en werd meerdere keren kampioen van Nederland met Blue Stars.
- Els(je) van der Heyden: Speelde 109 wedstrijden op het internationale podium en behaalde de 5e plaats tijdens de Eurobasketcompetitie in 1966.
Impact op het Nederlandse Basketbal
Het Europees kampioenschap basketbal voor vrouwen heeft een aanzienlijke impact gehad op het Nederlandse basketbal. Hoewel Nederland niet tot de meest succesvolle landen behoort in het toernooi, heeft deelname aan het EK bijgedragen aan de ontwikkeling van het basketbal in Nederland.
Inspiratie voor Jonge Speelsters
De prestaties van de Nederlandse teams op het EK dienen als inspiratie voor jonge speelsters in Nederland. Het zien van hun landgenoten strijden op het hoogste niveau motiveert hen om harder te werken en hun eigen basketbaldromen na te jagen.
Groei van de Sport
Deelname aan het EK heeft ook bijgedragen aan de groei van het basketbal in Nederland. De media-aandacht rond het toernooi vergroot de populariteit van de sport en trekt meer sponsors en investeerders aan.
Noor Driessen: Een Moderne Basketbalster
Een voorbeeld van een hedendaagse Nederlandse basketbalster is Noor Driessen. Ze is Europees kampioen in het 3x3 basketbal en maakt deel uit van de Nederlandse vrouwenploeg die EK-kwalificatiewedstrijden speelt. Driessen combineert haar 3x3-carrière met het traditionele basketbal, wat uniek is in de huidige basketbalwereld. Driessen tekende voor de winnende score en werd uitgroepen tot meest waardevolle speelster van het EK. "Superbijzonder om zo'n prijs te winnen, voor jezelf en het team. Dat doet ook wel iets met je zelfvertrouwen." "We zaten in 3x3 altijd net onder de top", omschrijft ze de groei.
Historische Momenten voor het Nederlandse Basketbal
De Nederlandse Basketball Bond heeft een rijke geschiedenis die teruggaat tot 15 juli 1947. Door de jaren heen zijn er verschillende mijlpalen bereikt:
Lees ook: Alles over het WK Voetbal
- 1953: Amsterdam organiseert het eerste grote internationale toernooi, gewonnen door Amerikaanse militairen.
- 1953: Invoering van de landelijke competitie voor mannen.
- 1965: Wim Franke scoort 43 punten tegen Spanje.
- 1969: Blue Stars gaat in zee met FIAT.
- 1971: Monsterscore en record voor Levi’s Flamingo’s tegen het Utrechtse SVE: 191-60.
- 1979: EBBC Den Bosch bereikt als eerste en enige Nederlandse vereniging de finale van de Europa Cup.
- 1983: Onder leiding van Vladimir Heger bereikt Nederland voor het eerst de halve finales van het EK.
- 2015: De Nederlandse U20 basketbalsters winnen brons bij het Europees Kampioenschap in de A-divisie.
- 2016: De Nederlandse mannen veroveren een historische medaille bij het Europees Kampioenschap 3×3 basketball.
- 2018: Goud voor de rolstoelbasketbalsters bij het WK.
- 2019: Ton Boot wordt benoemd tot Erelid van de Nederlandse Basketball Bond.
- 2021: De 3×3 basketballers plaatsen zich voor de Olympische Spelen.
- 2021: Goud voor de Nederlandse rolstoelbasketbalsters bij de Paralympische Spelen in Tokyo.
Nederlandse Dames 3x3-Basketbalploeg Wereldkampioen
De Nederlandse dames 3x3-basketbalploeg heeft voor het eerst in de geschiedenis het wereldkampioenschap gewonnen. In de finale in Ulaanbaatar versloegen Janis Boonstra, Noortje Driessen, Ilse Kuijt en Evelien Lutje Schipholt gastland Mongolië met 15-9. Het is de derde WK-medaille voor Nederland bij dit toernooi dat sinds 2012 bestaat; eerder wonnen de mannen zilver in 2017 en 2018, terwijl de vrouwen in 2017 als vierde eindigden. Na een moeizame start met nederlagen tegen Japan en de Verenigde Staten herpakte het team zich en behaalde via overwinningen op Chili en Tsjechië de tussenronde. Vervolgens werden Hongarije (21-9), Australië (21-11) en Canada (21-15) verslagen. In de finale nam Nederland vroeg een solide voorsprong en hield die vast om het goud veilig te stellen.
Jos Pelk
De basketbalgemeenschap heeft met droefheid kennis genomen van het overlijden van Jos Pelk, voormalig bondscoach van het Nederlands vrouwenteam, dinsdag 27 april jl. Pelk, die 82 is geworden, coachte van 1978 t/m 1981 in totaal 83 keer de basketbalsters in een interland, waarvan er 47 werden gewonnen. Bijzonder aan de periode dat Pelk de vrouwen onder zijn hoede had, was het wereldkampioenschap in 1979 in Korea, waar Oranje achtste werd. Het is de enige keer dat de Nederlandse basketbalsters aan het WK hebben meegedaan. Daarnaast coachte Pelk, die in 1978 debuteerde als bondscoach in Mechelen met een 79-69 oefennederlaag tegen België, de nationale vrouwenploeg tijdens drie EK's. In 1978 werd Nederland onder zijn leiding in Polen tiende, in 1980 in Joegoslavië zesde en in 1981 in Italië ook zesde. Zijn laatste wedstrijd als bondscoach was de 80-65 nederlaag tegen Bulgarije bij het EK in 1981.
Toekomstperspectieven
Het EuroBasket Vrouwen toernooi blijft een belangrijk evenement in de basketbalwereld. Het toernooi vindt plaats tussen 18 en 29 juni 2025 in Italië, Griekenland, Tsjechië en Duitsland.
Voorspellingen en Verwachtingen
Voor het Eurobasket Vrouwen 2025 zijn er verschillende favorieten om de titel te winnen. België, de titelverdediger, wordt beschouwd als een van de kanshebbers, evenals Spanje en Frankrijk. Het toernooi zal ongetwijfeld vol verrassingen zitten, en het is moeilijk te voorspellen wie er uiteindelijk met de titel vandoor zal gaan.
Tips voor het Maken van Voorspellingen
Om de beste weddenschappen op het Eurobasket Vrouwen 2025 te plaatsen is het natuurlijk erg belangrijk om het format goed te begrijpen. Het toernooi vindt plaats van 18 tot 19 juni 2025.
Als je het meest uit je Eurobasket Vrouwen 2025 voorspellingen wil halen, dan zijn er een aantal dingen die je in gedachte moet houden maar ook zeker moet toepassen.
Basketbal Algemeen
Basketbal is een wedstrijdsport die in 1891 door James Naismith in Springfield, (Verenigde Staten) werd uitgevonden. Oorspronkelijk was het een Amerikaanse mannensport, maar het huidige basketbal wordt op elk continent en door zowel mannen als vrouwen beoefend. De sport wordt gespeeld door twee teams van elk vijf aan het spel deelnemende spelers en een aantal wisselspelers. Doel van het spel is de (ronde) bal te veroveren en deze door een ijzeren ring -de korf of in het Engels: basket- te werpen en te verhinderen dat de tegenstander hetzelfde doet. De korf hangt op een hoogte van 3,048 meter (tien feet), is bevestigd aan een backboard en voorzien van een net. Aan elk van de korte zijden van het rechthoekig basketbalveld bevindt zich een korf. Basketbal wordt zowel binnen als buiten (het zogenaamde streetbasketball of streetball) beoefend; binnen is de ondergrond doorgaans van hardhout en buiten wordt op asfalt gespeeld. Internationale basketbalwedstrijden wordt volgens de officiële regels van de FIBA gespeeld, de NBA heeft hier echter sinds jaar en dag een grote invloed op en neemt vaak het voortouw in spelregelwijzigingen, die later door de FIBA worden overgenomen.
Spelregels en Strategieën
In aanvallend opzicht wordt basketbal gespeeld door de bal op de grond te doen stuiten (stilstaand, dan wel lopend met de bal (dribbelend)) of door deze aan een medestander toe te spelen (passen). Binnen de door de schotklok toegestane tijd dient een scoringspoging ondernomen te worden, dat wil zeggen dat de bal binnen een bepaalde tijd de korf dient te raken. De schotklok, die de duur van een aanval beperkt, is ingesteld om tegemoet te komen aan de snelheid en daarmee aan de aantrekkelijkheid van het basketbalspel. In het moderne basketbal wordt -afhankelijk van de afstand van waar wordt geschoten- met een goal twee of drie punten gescoord (de zogenaamde twee- en driepunters); een vrije worp levert één punt op. In de meeste gevallen krijgt de medespeler die de bal heeft toegespeeld aan een scorende speler een assist toegekend. De verschillende spelers in het veld nemen verschillende strategische posities in; de center en power forward in de nabijheid van de korf, de small forward en shooting guard rond de driepuntlijn en de point guard brengt de bal van de ene naar de andere zijde van het speelveld, om deze aan een van zijn medespelers toe te spelen.
Verdediging en Balverlies
Het team dat aan het einde van een 40-60 minuten (verdeeld in vier gelijke kwarten) durende basketbalwedstrijd de meeste punten heeft gescoord wint; in het geval van een gelijkspel wordt de wedstrijd in één of meerdere verlengingen beslist. Het verdedigende team probeert het aanvallend team van scoren te weerhouden en poogt zelf te bal te bemachtigen. Een aantal strategieën wordt toegepast om de tegenstander de bal te doen verliezen. Wanneer een aanvallend team het balbezit uit handen geeft, is er sprake van een turnover. Balverlies kan geleden worden als gevolg van een steal van een tegenstander, wanneer een speler met de bal buiten het speelveld geraakt of een loopfout begaat, wanneer hij een aanvallende fout begaat, als een schot door een tegenstander wordt geblokt, of wanneer de bal na een mislukte doelpoging door de tegenstander via een defensieve rebound wordt bemachtigd. Bepaald fysiek contact, met name wanneer hier voordeel mee wordt behaald, wordt bestraft met een persoonlijke fout; onsportief gedrag wordt bestraft met een technische fout. Wanneer een speler een voor de wedstrijd bepaald aantal fouten begaat, wordt hij van het spel uitgesloten.
Het Basketbalveld
In het basketbal heet het speelveld een basketbalveld. Het bestaat uit een rechthoekig oppervlak met aan elk uiteinde een korf. In het professioneel basketbal, met name wanneer het binnen wordt gespeeld, is de ondergrond van hardhout, meestal eiken. Wanneer basketbal buiten wordt gespeeld, is er meestal sprake van een asfalt ondergrond. Basketbalvelden hebben verschillende afmetingen. In de NBA is een veld 94 feet lang en 50 feet breed, een FIBA-veld is met 28x15 meter kleiner (vanaf 26x14 meter kan een veld ook goedgekeurd worden). De basket hangt altijd op een hoogte van 3,05 meter (behalve in jeugdcompetities, waar de basket doorgaans op een hoogte van 2,65 meter hangt) en het middelpunt van de basket ligt op 1,575 m vanaf de achterlijn. Het veld heeft twee zij- en achterlijnen, een middenlijn, een vrijeworplijn (op 5,80 meter van de achterlijn) en een driepuntlijn (op 6,25m vanaf het middelpunt van de basket; in 2010 wordt dat 6,75 m). Verder wordt er nog een middencirkel (waar elk spel aanvangt met een sprongbal) en een zogenaamde bucket, het gebied direct om de basket, onderscheiden. De bucket is een gebied dat bij de achterlijn 6 meter breed is en zich versmalt richting de vrijeworplijn, die het gebied begrenst. De korf bevindt zich op 1,2 meter van de achterlijn. De korf heeft een diameter van 0,45 meter, het backboard is 1,80 meter breed en 1,05 meter hoog.
De Ontwikkeling van de Basketbalregels
De originele basket was een rieten perzikmand, die bevestigd was aan de achterwand van een gymzaal. Het type korf en de positie ervan waren echter onpraktisch en in 1897 werd het backboard geïntroduceerd. In 1914 werd de bodem uit de mand verwijderd, opdat de bal na een score hier doorviel en niet na elke score uit de mand genomen moest worden. In 1921 werd de basket 60 cm van de muur geplaatst, om te voorkomen dat de muur als hulpmiddel gebruikt werd, in 1940 werd de basket nog eens 60 cm verder in het speelveld geplaatst, dit om meer beweging onder de basket mogelijk te maken. De originele bal had een omtrek van 81 cm, in 1931 werd dit 79 cm en in 1935 mat een basketbal tussen de 74,9 en 76,8 cm. De originele regelgeving van Naismith vermeldde niet het aantal spelers dat op het speelveld werd toegestaan. In 1900 werd een aantal van vijf spelers standaard, waarbij een speler steeds gewisseld mocht worden, behalve als hij 5 fouten maakte. Vanaf 1921 mocht een speler tweemaal gewisseld worden en in 1934 driemaal. In 1945 verdween de limiet op het aantal keer dat een speler gewisseld mocht worden. Initieel werd een speler na twee fouten van het spel uitgesloten, in 1911 en 1945 veranderde dit in respectievelijk vier en vijf fouten.
Tijdsbeperkingen en Spelonderbrekingen
De eerste tijdslimiet werd ingesteld in 1933, waarbij een team verplicht werd binnen een tiental seconden nadat balbezit verkregen was over de middenlijn te geraken. Deze regel werd tot 2000 in stand gehouden, waarna deze door de FIBA tot acht seconden werd gereduceerd, de NBA volgde een jaar later. De drie-secondenregel, die aanvallende spelers verbiedt om langer dan drie seconden in de bucket te verblijven, werd in 1936 ingesteld. De regel werd origineel geïnduceerd om grof spel tussen (grote) spelers onder de basket te voorkomen; nu wordt het vooral beschouwd als een regel om het voordeel dat verworven wordt door (te) dicht bij de basket te wachten op te heffen.
De Schotklok
De schotklok werd in 1954 in de NBA geïntroduceerd, om tegemoet te komen aan de snelheid van het spel. Een team werd verplicht binnen 24 seconden na verkregen balbezit een doelpoging ondernomen te hebben, waarbij de basket of het backboard wordt geraakt. Wanneer dit gebeurt, of wanneer de tegenstander de bal bemachtigt, wordt de schotklok gereset. In 1956 stelde de FIBA een soortgelijke 30-seconderegel in, waarbij de schotklok na een doelpoging gereset werd. De FIBA definieerde de term doelpoging minder strikt dan de NBA. De FIBA ging in 2000 over op de 24-seconderegel en adopteerde de strengere definitie van een schotpoging, waarbij de bal de basket of het backboard dient te raken, van de NBA.
Dribbelen en Lopen
Dribbelen, het al lopend de bal op de grond doen stuiten, hoorde niet tot het originele basketbal en werd pas in 1901 geïntroduceerd. Destijds mocht een speler de bal slechts een keer stuiten en mocht bovendien niet schieten nadat hij dit gedaan had. In 1909 mocht een speler de bal, in stilstand, meer dan eens stuiten en bovendien een doelpoging mag ondernemen nadat hij dit gedaan had. Lopen met de bal werd sinds 1900 niet meer als een fout, maar als een overtreding aangemerkt, wat inhoudt dat als straf het balbezit naar de tegenstander ging. De bal met de vuist slaan werd ook een overtreding. Vanaf 1930 werd het spel stopgelegd en hervat met een sprongbal, wanneer een verdedigde speler in balbezit, de bal meer dan vijf seconden aan het spel onttrok. Sindsdien geldt dit als een overtreding.
Goaltending
Goaltending werd een overtreding in 1946 en aanvallend goaltending in 1958. Goaltending is het beroeren van de bal nadat deze na een schotpoging een dalende lijn heeft ingezet.
Vrije Worpen en Punten
De vrije worp werd al snel na de uitvinding van basketbal geïntroduceerd. In 1895 werd de vrijeworplijn op 4,6 meter afstand van de basket vastgesteld, deze had zich tot dat moment op 6,1 meter van de basket bevonden. Vanaf 1924 moesten speler tegen wie een fout werd begaan zelf hun vrije worpen nemen. In 1998 introduceerde de NBA een boog met een diameter van 1,22 meter rond de basket, waarbinnen aanvallende fouten niet werden toegekend. Oorspronkelijk werd alleen het aantal scores bijgehouden, zonder hieraan een weging mee te geven. Toen de vrije worp geïntroduceerd werd, was deze gelijk aan een velddoelpunt. In 1896 werd aan een velddoelpunt twee punten toegekend en aan een vrijeworp een punt. De American Basketball Associaton (ABA) introduceerde met haar oprichting in 1967 de driepunter, een velddoelpunt gescoord van achter de driepuntlijn. De FIBA introduceerde de driepuntlijn in 1984 op 6,25 meter vanaf het midden van de basket.
De Bucket
De in de NBA rechthoekige bucket werd in 1951 verbreed 1,8 naar 3,7 meter. In 1956 introduceerde de FIBA haar trapezoïde bucket, 3.6 meter breed ter hoogte van de vrijeworplijn.
Scheidsrechters
Oorspronkelijk was er een scheidsrechter ter beoordeling van fouten en een scheidsrechter ter beoordeling van balbehandelingen. Deze oorspronkelijke benamingen van referee en umpire gelden tot de dag van vandaag, ondanks het feit dat ze nu beiden alle aspecten van het spel controleren en gelijkwaardig zijn. De NBA introduceerde een derde leidsman in 1988, de FIBA volgde en paste het in 2006 voor het eerst in internationaal competitieverband toe. Scheidsrechterlijke beslissingen worden niet gesteund door videobeelden. Alleen wanneer onduidellijk is of een laatste schot van een wedstrijd binnen de tijd viel wordt een beroep gedaan op beeldmateriaal. De NBA maakt gebruik van deze uitzondering sinds 2002 de FIBA nam dit in 2006 over.
Hervatten van het Spel
Na een gescoord punt, wordt de bal weer in het spel gebracht van achter de achterlijn door het niet-scorende team. Tot 1938 werd het spel na elke score hervat met een sprongbal, hier werd ten faveure van het niet-scorende team vanaf gezien. De sprongbal werd nog wel gebruikt om elke wedstrijd en elke periode aan te vangen. Vanaf 1975 hanteert de NBA een ander balbezitsysteem en vangen het tweede tot en met het vierde kwart niet meer aan met een sprongbal, alleen het begin van een wedstrijd, het eerste kwart, begint met een sprongbal. In 1976 stelde de NBA een regel in die het teams toestaat om na een toegestane time-out de bal tot aan de middenlijn te brengen in de laatste twee minuten van een wedstrijd. De FIBA volgde in 2005.
Spelersposities
De center (hieraan wordt gerefereerd als de 'nummer vijf'-positie) is doorgaans de langste speler van een basketbalteam, zijn lengte gaat vaak gepaard met een aanzienlijk gewicht en kracht. Een gemiddelde NBA-center is langer dan 2,08 meter. De traditionele rol van de center is om in de buurt van de basket te scoren en de tegenstander hiervan te weerhouden. Een center die lengte combineert met atletisch vermogen en technische vaardigheden kan van een onovertroffen toegevoegde waarde voor een team zijn. Er bestaat enige controverse over wat nu een 'echte center' is, vaak woedt de discussie of iemand nu een center of een power forward is. Tot de beste center uit de historie van de NBA behoren George Mikan, Bill Russell, Wilt Chamberlain, Nate Thurmond, Willis Reed, Wes Unseld, Kareem Abdul-Jabbar, Bill Walton, Moses Malone, Robert Parish, David Robinson, Hakeem Olajuwon, Patrick Ewing en Dikembe Mutombo.
De power-forward (de 'nummer vier'-positie) deelt in zijn rol bepaalde taken met de center. De power-forward speelt in aanvallend opzicht met zijn rug naar de basket. In verdedigend opzicht speelt hij in een zoneverdediging, of tegen de power-forward van de tegenpartij in een man-tot-man verdediging. Een typische power-forward is een van de langste spelers op het veld, niet zo lang als de center, maar vaak steviger gebouwd. Een power-forward wordt verwacht rebounds te pakken en scoort de meeste van zijn punten binnen een tweetal meters van de basket, eerder dan via afstandsschoten. De power-forward vormt een indrukwekkende verschijning op het veld, maar het is de center die de meeste schoten blokt en de meer intimiderende rol op zich neemt. In de NBA is een gemiddelde power-forward 2,03-2,12 meter lang en weegt 100-120 kg. Vaak neemt de power-forward in bepaalde spelsituaties de rol van center op zich, in het bijzonder wanneer het een team ontbreekt aan een langere speler. Noemenswaardige power-forwards die momenteel in de NBA spelen zijn Pau Gasol, Chris Bosh, Rasheed Wallace, Kevin Garnett, Tim Duncan, Dirk Nowitzki, Carlos Boozer, en Elton Brand. Bekende power-forwards uit het verleden zijn Bob Pettit, Elgin Baylor, Jerry Lucas, Dave DeBusschere, Elvin Hayes, Kevin McHale, Charles Barkley, Dennis Rodman en Karl Malone. Rodman en Barkley voldeden met hun 1,98 m niet aan het stereotype van de power-forward, maar waren desalniettemin zeer succesvol op deze positie.
De small forward (de 'nummer drie'-positie) is doorgaans ietwat minder lang, minder zwaar en sneller en atletischer dan de power-forward. De small-forward positie wordt door de aard van zijn rol aangemerkt als waarschijnlijk de meest veelzijdige van de vijf standaard basketbalposities. De meeste small-forwards zijn 1,95-2,10 m lang. Zijn belangrijkste taak is het scoren van punten, na de center en de power-forward is hij als derde verantwoordelijk voor het rebounden. Enkele small-forwards beschikken over een meer dan uitstekende passing. De small-forward is de minst stereotiepe speler, sommige spelers op deze positie scoren hun punten veelal van afstand en anderen hebben meer de neiging om de basket op te zoeken. Een rol van de small-forward is het afdwingen van persoonlijke fouten van de tegenstander. Een onontbeerlijke kwaliteit van de small-forward is zijn schot, hij scoort veel van zijn punten vanaf de vrijeworplijn.
Shooting-guards (de 'nummer twee'-positie) zijn doorgaans minder lang, lichter, atletischer en sneller dan small-forwards. Zijn belangrijkste taak is het scoren van punten. Hoewel eigenlijk een taak van de point-guard, brengt de shooting-guard vaak de bal over de middenlijn. Deze guards combineren de taak van shooting en van point-guard en staan te boek als 'combo-guards'. Een speler die de rol van small-forward en shooting-guard afwisselt, is bekend als een 'swingman'.
tags: #wereldkampioenschap #basketbal #vrouwen #geschiedenis