Van waar hockey schieten regels: Een uitgebreide gids

Hockey is een populaire sport in Nederland, gespeeld door teams van elf spelers die proberen doelpunten te scoren door een bal met een stick in het doel van de tegenstander te slaan. De sport kent een rijke geschiedenis en heeft zich in de loop der jaren ontwikkeld, met duidelijke regels en voorschriften die het spel eerlijk en veilig houden. Dit artikel behandelt de regels met betrekking tot het schieten in hockey, van de basisprincipes tot de meer complexe situaties, en biedt een helder overzicht voor spelers, coaches en fans.

Historische context

De eerste hockeyers in Nederland speelden met afwijkende regels in vergelijking met andere landen. Hun stick had twee platte kanten en de bal was gemaakt van gevlochten touw en canvas. Deze bal, die groter en lichter was dan de huidige hockeybal, werd vanwege zijn oranje kleur "de sinaasappel" genoemd. Spelers mochten de bal met de voet stoppen en de tegenstander met hun stick haken. Deze regels waren echter onpraktisch voor internationale wedstrijden, vooral met het oog op de deelname van het Nederlandse herenhockeyteam aan de Olympische Spelen van 1928 in Amsterdam.

Basisprincipes van het hockeyspel

Hockey is een teamsport die wordt gespeeld op een (kunst)grasveld. Twee teams van elk elf spelers staan tegenover elkaar en proberen doelpunten te scoren door de bal met hun stick in het doel van de tegenstander te krijgen. De stick heeft een kromme haak en de bal mag alleen met de platte kant van de stick worden gespeeld. Het doel is om meer doelpunten te scoren dan de tegenstander. Wedstrijden duren vier keer 17,5 minuten vanaf de D-jeugd (10 jaar en ouder).

Het speelveld en de uitrusting

Een hockeyveld is 91,40 meter lang en 55 meter breed, verdeeld door een middenlijn. Aan beide uiteinden bevinden zich de achterlijnen met in het midden een doel van 3,66 meter breed. Voor elk doel is een halfronde cirkel getrokken. Een hockeystick heeft een kromme haak aan de onderkant, met een bolle en een platte kant. De bal mag alleen met de platte kant worden gespeeld. Een team bestaat uit maximaal elf spelers: een keeper en tien veldspelers.

Algemene regels tijdens het spel

Veldspelers mogen de bal niet met hun voeten of andere lichaamsdelen spelen. Alleen de keeper mag handen en voeten gebruiken, maar alleen om de bal in de eigen cirkel te stoppen. Een doelpunt telt alleen als de bal volledig over de doellijn is gegaan.

Lees ook: Voordelen digitale spelerspas

Scoren: binnen de cirkel

Een cruciaal aspect van de hockeyspelregels is de vereiste dat de bal binnen de cirkel van de tegenstander moet worden geslagen voordat een doelpunt kan worden gescoord. Dit betekent dat een speler de bal binnen de cirkel moet raken, en de bal volledig over de doellijn moet gaan om als geldig doelpunt te tellen. Als een gedeelte van de bal de cirkelrand raakt voordat deze over de doellijn gaat, wordt het doelpunt ook als geldig beschouwd.

Indien een verdediger de bal in zijn eigen doel schiet zonder dat de bal in de cirkel is aangeraakt door een aanvaller, wordt dit niet als een doelpunt beschouwd, maar resulteert dit in een corner (of een strafcorner als de bal opzettelijk over de achterlijn werd gespeeld).

Strafcorner: een belangrijke spelsituatie

Een strafcorner is een belangrijke spelsituatie in hockey, die wordt toegekend aan de aanvallende partij wanneer de verdedigende partij een overtreding begaat binnen de eigen cirkel. De strafcorner biedt een uitstekende kans voor het aanvallende team om een doelpunt te scoren.

Wanneer wordt een strafcorner toegekend?

Een strafcorner wordt toegekend in de volgende situaties:

  • Een onopzettelijke overtreding door een verdediger binnen de eigen cirkel, waarbij het maken van een doelpunt niet direct wordt voorkomen.
  • Een opzettelijke overtreding door een verdediger buiten de cirkel maar binnen de 23-meterlijn.
  • Een bal die binnen de cirkel door een verdediger hoger dan schouderhoogte wordt geslagen.
  • Het opzettelijk over de achterlijn spelen van de bal door de verdedigende partij.

De uitvoering van een strafcorner

Bij een strafcorner staat een aanvaller met de bal op de achterlijn, minimaal 9,10 meter van de dichtstbijzijnde doelpaal. Deze speler pusht de bal naar de mede-aanvallers die buiten de cirkel klaarstaan. De overige aanvallers staan buiten de cirkel, klaar om de bal te ontvangen en op doel te schieten. Maximaal vijf verdedigers (inclusief de keeper) mogen achter de achterlijn staan om de strafcorner te verdedigen. De overige verdedigers moeten achter de middenlijn staan.

Lees ook: ADO Den Haag: Keepers en Iconen

De strafcorner begint wanneer de speler op de achterlijn de bal speelt. Vanaf dat moment mogen de verdedigers de cirkel inlopen om de bal te onderscheppen. De aanvallers moeten ervoor zorgen dat de bal eerst buiten de cirkel wordt gestopt voordat er een doelpoging wordt ondernomen.

Regels tijdens de strafcorner

  • De bal moet buiten de cirkel zijn voordat er op doel geschoten mag worden.
  • Het eerste schot op doel, indien geslagen of geflatst, mag niet hoger zijn dan 46 centimeter (de hoogte van de zij- en achterplank van het doel). Een push is hierop een uitzondering.
  • De strafcorner is pas voorbij als de bal in het doel gaat, over de achterlijn gaat, voor de tweede keer buiten de cirkel komt, meer dan 5 meter buiten de cirkel komt (ook bij de eerste bal!) of er een overtreding gemaakt wordt.

Tactieken bij een strafcorner

Teams gebruiken verschillende tactieken en variaties om te scoren of een doelpunt te voorkomen tijdens een strafcorner. Enkele veelvoorkomende aanvallende tactieken zijn de standaard strafcorner, de tip-in, de aangever en de sleeppush. Verdedigende tactieken omvatten uitlopen, blokken en keeperswerk.

Strafbal: een één-op-één duel

Een strafbal is vergelijkbaar met een penalty bij voetbal. De bal wordt op een strafstip gelegd, op een afstand van 6,40 meter recht voor de goal. Een door het team dat de strafbal krijgt aangewezen speler probeert te scoren met één push op de goal. De goal wordt alleen verdedigd door de keeper van de tegenpartij. Alle andere spelers moeten achter de 23-meterlijn staan.

Een strafbal wordt om verschillende redenen toegekend, bijvoorbeeld als het verdedigende team een overtreding maakt in de eigen cirkel of een heftige overtreding begaat binnen zijn 23-metergebied.

Shoot-outs: de beslissing bij gelijkspel

Als de stand van een wedstrijd tijdens een belangrijk kampioenschap of toernooi na reguliere speeltijd en eventuele verlenging nog gelijk is, worden shoot-outs genomen. Een shoot-out is een één-tegen-één duel tussen de keeper en een speler, waarbij de speler start op de 23-meterlijn en de keeper in het doel. De speler heeft acht seconden de tijd om te scoren.

Lees ook: Leeftijd en ijshockey: een complete gids

Gevaarlijk spel: veiligheid voorop

Gevaarlijk spel kan ontstaan door de bal en/of met de stick. Een pass of een schot boven kniehoogte kan als ‘gevaarlijk spel’ worden beoordeeld, vooral als er iemand in de lijn van het schot/de pass staat. Het omhoog spelen van de bal in de richting van een tegenstander binnen 5 meter wordt ook als gevaarlijk beschouwd. Spelers mogen de bal in het veld niet opzettelijk omhoog slaan met een flats of slag, tenzij het op doel is. ‘Hengelen’ (het raken van de bal boven de schouder) is per definitie een gele kaart.

Spelhervattingen

Na een overtreding of als de bal buiten het veld is gegaan, zijn er een aantal regels voor spelhervattingen:

  • Begin van de wedstrijd & doelpunt: De bal wordt genomen door één van de teams, vanaf het midden van het veld.
  • Zijlijn: Het spel wordt hervat met een inslag op de plek waar de bal uit het veld is gegaan, door het team dat de bal niet als laatste aanraakte.
  • Uitslaan / achter: De verdedigende partij hervat het spel met een vrije bal ter hoogte van de bovenrand van de cirkel, recht tegenover de plek waar de bal over de achterlijn is gegaan.
  • Lange corner: De aanvallende partij mag een vrije bal nemen op de 23 meter lijn, recht tegenover de plek waar de bal over de achterlijn is gegaan.
  • Vrije slag: Het spel wordt hervat met een vrije slag op de plek waar de overtreding was.
  • Self-pass: De speler mag de bal passen, maar hij of zij kan ook zelf gaan lopen met de bal.

Strafkaarten: het bestraffen van overtredingen

Tijdens hockeywedstrijden kan de scheidsrechter overtredingen bestraffen met een strafkaart. Een groene kaart betekent een tijdelijke verwijdering van 2 minuten, een gele kaart een tijdstraf van 5 of 10 minuten, en een rode kaart betekent definitieve verwijdering van het veld.

De rol van de KNHB en FIH

In Nederland is de Koninklijke Nederlandse Hockey Bond (KNHB) verantwoordelijk voor het opstellen van de spelregels van hockey. De KNHB volgt hierin over het algemeen de internationale regels van de International Hockey Federation (FIH).

tags: #vanaf #waar #hockey #schieten #regels