Spanje is een land met een rijke voetbaltraditie, en de prestaties van het Spaanse voetbalelftal op de Olympische Spelen vormen een belangrijk onderdeel van die geschiedenis. Van de eerste deelname in 1920 tot de memorabele gouden medaille in Barcelona 1992, heeft het Spaanse team een aantal opmerkelijke momenten gekend. Dit artikel biedt een overzicht van de geschiedenis van het Spaanse voetbalelftal op de Olympische Spelen, van de vroege jaren tot de successen in de moderne tijd.
Vroege Deelname en de Spelen van 1920
De ontwikkeling van het Spaanse voetbal was relatief langzaam in vergelijking met andere Europese landen. Pas in 1920 speelde Spanje de eerste officiële interland. Deze wedstrijd was wel direct op de Olympische Spelen, waar er met 1-0 gewonnen werd van Denemarken. In datzelfde jaar nam het Spaanse voetbalelftal voor het eerst deel aan de Olympische Spelen in Antwerpen. Dit was een belangrijk moment in de geschiedenis van het Spaanse voetbal, aangezien het de eerste keer was dat het land internationaal vertegenwoordigd werd in een officieel toernooi.
In het Spaanse elftal speelde Rafael Moreno Aranzadi (1892-1922). Vanwege zijn groot scorend vermogen werd hij ´Pichichi´genoemd, een naam die nog steeds in Spanje wordt gegeven aan de topscorer van de ‘Primera División’. In het Spaanse elftal speelde hij maar vijf wedstrijden, waarin hij slechts één doelpunt maakte, tegen Nederland tijdens de Olympische Spelen van 1920.
De Jaren Voor de Burgeroorlog
In 1934 plaatste Spanje zich voor het WK. De Spanjaarden wonnen in de eerste ronde van Portugal waarna het in de achtste finales Brazilië uitschakelde. In de kwartfinale was er een replay nodig tegen gastland Italië. De eerste wedstrijd eindigde in 1-1 en de Italianen wonnen de tweede.
De Burgeroorlog en de Jaren Daarna
In 1936 brak er in Spanje een burgeroorlog uit waardoor het land de Olympische Spelen van dat jaar alsook het WK twee jaar later aan zich voorbij zou moeten laten gaan. Daarna volgde de Tweede Wereldoorlog. Na de oorlog kwam het Spaanse voetbal in een stroomversnelling. Real Madrid won meerdere keren de Europa Cup 1. Het nationale elftal kon niet helemaal mee met de Madrileense hegemonie, maar plaatste zich wel voor de WK’s van 1950 en 1954. Juist toen de sterspeler van Real Madrid, Alfredo di Stefano, zich liet naturaliseren tot Spanjaard, lukt het Spanje niet om zich te kwalificeren.
Lees ook: Betekenis en context: "De Wedstrijd" in het Spaans
De Olympische Spelen van Barcelona 1992: Een Historisch Moment
De Olympische Spelen van Barcelona in 1992 waren een keerpunt voor Spanje als sportland. De Spelen zorgden voor een enorme impuls voor de Spaanse topsport. Voorheen heerste in het Zuid-Europese land de gedachte dat grote kampioenen zelden achter de Pyreneeën geboren werden. Illustratief daarvoor waren de veelal matige prestaties van Spanje op Europese en mondiale eindtoernooien. Daar kwam in 1992 een einde aan.
In Camp Nou won het olympisch elftal van bondscoach Luis Milla de gouden voetbalmedaille na een enerverende finale tegen Polen. Spanje veroverde in totaal 22 medailles, waarvan dertien keer goud. Tijdens alle Spelen daarvoor was het land niet verder gekomen dan 27 medailles.
De Eenentwintigste Eeuw en de Moderne Successen
Josep Guardiola (1971) speelde als ´canterano’ (jeugdspeler) van 1990 tot 2001 bij Barcelona, waarmee hij in 1992 als scharnierspeler van het zg. ‘Dream Team’ van Johan Cruijff de Europa Cup I won. In datzelfde jaar won hij ook met het Spaanse team de gouden medaille bij de Olympische Spelen in Barcelona.
De Spaanse delegatie bij de Olympische Zomerspelen 2024 in Parijs streefde ernaar het record van 22 medailles behaald in 1992 te evenaren. Echter, de Spaanse atleten hebben 18 medailles veroverd, wat een medaille meer is dan tijdens Tokio 2020/21, en een 15e plaats in het klassement opleverde.
Spanje als Sportland
Voorheen heerste in Spanje de gedachte dat grote kampioenen zelden achter de Pyreneeën geboren werden. De Spelen zorgden ook voor een enorme impuls voor de Spaanse topsport. Daar kwam in 1992 een einde aan. In 2008 won Spanje de EK, waarbij Torres een belangrijke rol speelde. In 2010 won Spanje ook de WK, waar hij vooral schitterde door een gebrek aan vorm. In 2012 werd hij topscorer van de EK dat Spanje voor de tweede opeenvolgende maal (drie keer in de geschiedenis van het Europese toernooi) won.
Lees ook: Onderzoek onthult details over fraude in Spaans voetbal.
De voorbije 25 jaar is Spanje uitgegroeid tot een toonaangevend sportland. Het voetbalelftal werd wereldkampioen en veroverde twee EK’s.
Lees ook: Schema Spaanse elftal
tags: #Spaans #voetbalelftal #olympische #spelen #geschiedenis