Het begon allemaal met een fascinatie. Een fascinatie van een jongen voor voetbal. Ellen, de moeder, vond het grappig hoe haar zoontje totaal geobsedeerd was door voetbal. En toen bleek hij zomaar Ajax-materiaal te zijn.
De Voetbalgekte Begint
"Beduusd keken we elkaar aan. Dit was andere koek." Ellen kon het bijna niet geloven. "Hoe ging de training? Hebben jullie een tegen een gespeeld? Mannetjes gepasseerd? Nog een Zidaantje gedaan? Wauw, gescoord met een stiftje!” Deze kreten kwamen zomaar uit haar mond. Ze kraamde voetbaljargon uit alsof het de normaalste zaak van de wereld was. Maar dat was het niet. Sterker nog, als je haar tien jaar geleden had gezegd dat ze het ooit leuk zou vinden om een paar keer per week langs een voetbalveld te staan blauwbekken, had ze je verbijsterd aangekeken.
Maar het kan raar lopen in het leven. Je krijgt een kind en met dat kind zeilt er een nieuwe wereld je leven binnen. Daar kies je niet voor, dat overkomt je. Met de geboorte van haar kind rolde er een bal mee. Vanaf het moment dat hij kon lopen kleeft er een bal aan z’n voet. Of een ballon of een opgerold paar sokken; als hij er maar tegenaan kan trappen.
De Voetbalobsessie Groeit
Rond zijn vierde werd het serious business. Bij Albert Heijn kon je voetbalplaatjes van de eredivisie sparen. Deze actie ontketende het voetbalvuur bij haar zoontje pas echt. In een mum van tijd kende hij alle clubs uit de eredivisie, inclusief spelers, logo’s en stadions. Ellen stond versteld van hoeveel informatie zo’n vierjarig brein kon verwerken. Niet dat hij nu zo slim of bijzonder was; ze zag bij zijn vriendjes eenzelfde honger naar kennis. De een was bezeten van dino’s en sprak hun onmogelijke namen uit alsof het om smaken ijs ging, een ander was een lopende encyclopedie als het om Star Wars-figuren ging. Het was als een eerste liefde.
Op YouTube verruilde haar zoontje Buurman en buurman voor voetbalfilmpjes, zijn lievelingsboek was Het grote WK-boek en hij liep iedere dag in zweterig polyester omdat hij alleen nog maar voetbaltenuetjes aan wilde. En hij oefende. De godganse dag probeerde hij de technische hoogstandjes die hij in de filmpjes zag na te bootsen. Oefenen met papa als tegenstander. Oefenen met een stoel. Oefenen tussen drie stoelen in. Oefenen tot hij erbij neerviel. Zijn leerproces ging razendsnel. Zijn vader en Ellen zagen het verbaasd aan. Zij, twee veertigers waar wel een kilootje af mocht, waren allesbehalve sportief. En zie dat kind van hun nou eens dansen met die bal.
Lees ook: Preventie van rugklachten
De Droom van Ajax
Er was geen ontkomen aan: hun zoon wilde voetballen. Met vijf jaar naar een club, op zijn zesde voor het eerst gescout. Als kleine hummel haakte hij aan op een pleintje waar Ajax een clinic gaf voor veel oudere kinderen. Er kwam iemand naar Ellen toe in een trainingspak. Of dat haar zoontje was. Dat hij graag zijn naam wilde opschrijven, want hij was hem opgevallen. En toen kwam de brief. De brief met het bekende rode Ajax-logo. Met een uitnodiging om stage te lopen. Ellen belde direct zijn vader. Maar haar zoontje werd afgewezen.
Een jaar later kreeg Ajax hem opnieuw in het vizier. En toen hij na een lang stagetraject werd aangenomen bij de club van de godenzonen was het voor haar zoontje geen vraag of hij zou gaan. Vlak voor de grote vakantie mocht hij al een paar weken meetrainen, maar hij werd ziek. Zo ziek dat Ellen hem moest afmelden. Hij was in alle staten. Hij moest en zou, wilde het begin niet missen. Om hem te troosten vertelde Ellen hem dat haar ooit hetzelfde was overkomen. Ze was toegelaten tot de theaterschool en moest de eerste week verstek laten gaan door een keelontsteking. Hij keek haar met grote ogen aan en zei: “Ja mam, maar dat was je hobby. Dit is mijn werk!” Toen hij dat zei, was hij acht jaar. Ellen realiseerde zich dat ze zich moesten schikken naar zijn grote droom.
Een Logistieke Puzzel
Vanaf dat moment stond hun leven op zijn kop. Want bij Ajax was alles anders dan op zijn gemoedelijke amateurcluppie. Trainde hij eerst twee keer per week een uurtje om de hoek, nu moest hij vijf keer per week naar De Toekomst, het trainingscomplex van Ajax, toch gauw een halfuur rijden. Vier keer trainen en een wedstrijd. Direct uit school die auto in, zakje boterhammen voor onderweg en met gierende banden op weg richting Amsterdam-Zuidoost. Geen tijd meer voor vriendjes van school, feestjes of lekker chillen op de bank. Een moordend schema waar ze als gezin alle zeilen voor moesten bijzetten. Dankzij haar behulpzame broer slaagden ze er elke week in om die ingewikkelde logistieke puzzel te leggen.
Wedstrijden: Een Wereld van Verschil
Maar ook de wedstrijden waren anders. Als ze vroeger ‘uit’ speelden werden er vier ouders met auto’s opgetrommeld om de jongens naar een club in de buurt te brengen. Eén ouder nam een tupperwarebakje met sinaasappelpartjes mee voor in de rust. Er was een trainer en een vader als teamleider en dat was het. Nu gingen de jongens met een touringcar. Naar andere profclubs door het hele land. Begeleid door een heel bataljon aan professionals. Zijn eerste uitwedstrijd bij Ajax was tegen PSV. Onfatsoenlijk vroeg moesten de jongens verzamelen op De Toekomst. Twintig uitzinnige jochies die bus in. Alle ouders druk zwaaiend langs de stoep. Het leek wel een schoolreisje. Met het verschil dat al die ouders direct in hun eigen auto stapten om achter die bus aan te kachelen. Op naar Eindhoven. Daar aangekomen stonden de jongens al op het veld om op te warmen. Dat was even gek. Geen tijd voor een babbeltje of aai over z’n bol.
Na de wedstrijd werd het nog gekker. Zij zaten in de kantine. Nu kwam het gezelligste deel van de zaterdagochtend. Dachten ze. Beetje nakletsen over de wedstrijd met de andere ouders, jongens en trainers. De traditionele tosti met ketchup stond al klaar. Want of er nou gewonnen of verloren was, honger had haar zoon sowieso. Daar zaten ze te wachten. En te wachten. De tosti werd koud, de kaas weer hard. Waar bleven die jongens nou? En waren er nou ook al ouders vertrokken? Hun blik dwaalde richting parkeerplaats. Daar zagen ze de spelersbus nog net de hoek om tuffen. Beduusd keken ze elkaar aan. De jongens waren alweer op weg naar Amsterdam. Helemaal naar Brabant gekoerst en geen woord met hem gewisseld. Dit was andere koek.
Lees ook: KNVB-nummer: Zoek het hier!
De Harde Realiteit van Topvoetbal
Dat voelde haar zoon ook. Was hij bij zijn oude cluppie helemaal het mannetje, nu was hij ineens niet meer de beste van het veld. Want bij Ajax is iedereen goed. Misschien soms wel beter. Een fout in het veld wordt afgestraft met gescheld. Niet door de trainer, maar door teamgenoten. Op een toon die hij niet gewend was. “Kill, sneller passen, anders ga ik je slopen!” Slik. ‘Kan zo’n kinderziel dat wel aan?’ Haar zoontje trok zijn keutel in. Als hij de bal kreeg, leverde hij hem direct in bij een brutalere teamgenoot. Na een paar wedstrijden was hij al zijn bravoure en zelfvertrouwen kwijt. Mijn creatieve raspaardje was veranderd in een angstig veulen.
Ellen kreeg er slapeloze nachten van. Piekerde me suf. Was haar zoontje wel opgewassen tegen de harde wetten van de topsport? Moest hij niet lekker buitenspelen in plaats van presteren bij een profclub? Waarom zou hij zijn hele jeugd opofferen, terwijl er zo’n kleine kans is dat hij de top haalt? En al die selecties, iedere week weer, voor wedstrijden, voor toernooien - kan zo’n kinderziel dat wel aan?
Veerkracht en Toernooien
Ach man, die toernooien. Die waren da bomb. Ze wisten niet wat ze meemaakten. Gaan die jochies met het vliegtuig een paar dagen naar Italië of Portugal om wedstrijdjes te spelen tegen clubs als Bayern München en FC Barcelona. Punt is: niet iedereen mag mee. Ongeveer de helft van het team wordt geselecteerd, de andere helft blijft thuis om door te trainen in de regen. Haar zoon mocht het eerste grote toernooi niet mee. Ellen was er kapot van. Maar hij zei doodleuk: “Ach mam, Ajax maakt keuzes. Je zal zien dat ik het volgende toernooi wel mee mag.”
Hoe hij het doet weet ze niet, maar haar zoon blijkt over een uitzonderlijke portie veerkracht te beschikken. Hij herpakt zich na tegenslag, laat zich niet uit het veld slaan door een blessure, behoudt altijd zijn plezier in het spel en blijft in zichzelf geloven. Hij sliep er dan ook geen nacht minder om toen de belangrijkste dag van het seizoen aanbrak: de eindbeoordeling. Ellen wel. Ze vrat zijn voetbalschoenen op van de zenuwen. Tijdens die evaluatiegesprekken wordt duidelijk welke spelers de club moeten verlaten. Acht van de 23 jongetjes werden weggestuurd. Hij mocht blijven.
De Droom Leeft Voort
En nu, zes jaar later, zit hij er nog steeds. Veertien is hij inmiddels en ze hoeven hem allang niet meer te brengen; hij reist zelfstandig met het ov. Sinds twee jaar gaan de jongens ook verplicht op De Toekomst naar school. Hij vertrekt ’s morgens vroeg van huis en komt ’s avonds laat pas thuis. Hij traint, studeert, eet en doucht op de club. En terwijl Ellen zich soms nog vertwijfeld afvraagt of zijn leven niet te beperkt is, koerst hij vrolijk af op zijn grote droom: profvoetballer worden.
Lees ook: KNVB Senioren Regels: jouw handleiding
De Keerzijde van de Medaille: Competitie en Scorelijsten
De focus op prestatie en individuele scores kan echter een schaduw werpen op het plezier en de teamgeest. Ellen Dikker schreef twee jaar lang een wekelijkse column in Het Parool over haar zoon bij Ajax. Deze columns zijn gebundeld in het boek De kleine Messi, een humoristisch en persoonlijk inkijkje in de jeugdopleiding van Ajax.
De Discussie Rondom Scorelijsten
Er is veel discussie over het nut en de noodzaak van scorelijsten in de jeugdvoetbal. Sommigen vinden het een belachelijke lijst, die haaks staat op teamsport en voorbij gaat aan het feit dat voetbal meer is dan alleen doelpunten maken. Ze hebben een hekel aan egoïstische, over het paard getilde spitsjes, die niet kunnen samenspelen. Ze vragen zich af of je alleen meetelt als je scoort, en hoe ze de gestopte aanvallen en passes bijhouden. Is een goede verdediging eigenlijk niet nog belangrijker dan aanvallen, maar minimaal even belangrijk?
Anderen zijn verbaasd dat er zo verbaasd over wordt gedaan. Scoren, en wie er scoort, is het wezen van voetbal. Topscorelijsten zijn veel gebruikelijker dan je denkt, ook bij D, E, en F.
Teamsport versus Individuele Prestatie
Het debat over scorelijsten raakt een grotere discussie: is voetbal een teamsport, of draait het om individuele prestaties? Bij kindervoetbal wordt heel erg de nadruk gelegd op meedoen is belangrijker dan winnen. En dat vinden velen nou juist zo goed. Iedereen mag meedoen, en iedereen krijgt een kans. Er zijn verenigingen waar je, als je nu er bij komt, niet meteen in een team komt, maar in de "instroomgroep", omdat de teams vol zitten. En hoewel er bij sommige clubs ook wel dingen "niet correct" verlopen, wordt er juist gehamerd op samenspel, teamgeest.
De Rol van de Ouders
Ouders spelen een cruciale rol in de voetbalbeleving van hun kind. Sommige moeders steken elkaar aan om de kinderen 1 of zelfs 2 euro te beloven per goal. Er zijn ouders die net doen alsof ze de nieuwe Cruijff/van Basten/Sneijder hebben verwekt. Veel ligt ook aan de leider. Een andere leider die de ik-doe-alles-alleen-spelers gewoon aanspreekt. En als het echt de spuigaten uitloopt is het 'twee man uitspelen is wisselen'.
Tips voor Nieuwe Voetbalmoeders
Voor nieuwe voetbalmoeders kan het allemaal overweldigend zijn. Wat heb je nodig als je kind op voetbal gaat? Tijd, geduld, goede koffie en doorzettingsvermogen. In eerste instantie heeft je kind voor de voetbaltrainingen alleen voetbalschoenen, scheenbeschermers en een voetbaltenue (met sokken) nodig. Voetbalschoenen, ook wel kicksen genoemd, zijn belangrijk omdat de noppen een goede grip geeft. Hierdoor zal je kind minder snel uitglijden. Scheenbeschermers en voetbalsokken zijn ook een must wanneer je kind gaat voetballen. Een trap tegen de schenen is zo gegeven en daar zit je niet op te wachten. Bovendien is het simpelweg verplicht.
Leren Voetballen: Thuis Oefenen
Wil je kind graag leren voetballen, maar heb je nog geen zin in alle wel en wee van een voetbalclub? Of misschien vind je dat je kind eerst zijn zwemdiploma moet halen? Dan kun je heel gemakkelijk thuis trainen met je kind. Leren voetballen is namelijk vooral veel oefenen. Dus lekker veel de bal overschieten en samen dollen zodat je kind de bal leert te beheersen. Het enige wat je nodig hebt is een fijne voetbal. Wil je een stapje verder gaan, dan zijn er allerlei voetbalspullen voor thuis. Zoals pionnetjes (trainninghoedjes) om te zigzaggen met de bal, een speedladder en natuurlijk voetbaldoeltjes.
tags: #mijn #eerste #voetbal #ervaringen