Waterpolo, een dynamische en uitdagende sport, combineert elementen van handbal met zwemmen. Het is een teamsport die zowel fysieke kracht, uithoudingsvermogen, technische vaardigheden als tactisch inzicht vereist. Waterpolo is vooral populair in Zuid- en Oost-Europa, waar het vaak op professioneel niveau wordt beoefend.
Geschiedenis van Waterpolo
De exacte oorsprong van waterpolo is niet helemaal duidelijk. De Schot William Wilson wordt vaak gezien als de 'uitvinder van het handbal in het water'. In 1876 zou hij van een zwemvereniging in Aberdeen de opdracht hebben gekregen om regels op te stellen voor een balspel in het water. De eerste officiële waterpolowedstrijd vond plaats in 1877 tijdens het Bon Accord Swimming Festival in de Schotse rivier de Dee.
In 1885 werd waterpolo officieel erkend als sport. Twee jaar later, in 1887, werden voor het eerst echte doelen gebruikt. In 1888 werd in Engeland een waterpolocommissie opgericht en vond het eerste nationale kampioenschap plaats. In datzelfde jaar werden de officiële regels van waterpolo vastgelegd, waarna de sport zich verspreidde naar andere landen, zoals de Verenigde Staten, Duitsland, Oostenrijk, Frankrijk, Hongarije en Italië.
De Basisregels van Waterpolo
Waterpolo wordt gespeeld in een zwembad, nooit in natuurwater. Het doel van het spel is om de bal zo vaak mogelijk in het doel van de tegenstander te krijgen. Het team met de meeste doelpunten aan het einde van de wedstrijd wint.
Hieronder een overzicht van de belangrijkste basisregels:
Lees ook: Zaalhockey: regels en benodigdheden
- Afmetingen speelveld: Voor heren is het speelveld 20 bij 30 meter, voor dames 20 bij 25 meter.
- Diepte van het bad: Het zwembad moet minimaal 1,80 meter diep zijn. Over het algemeen wordt er gespeeld in zwembaden die 3 meter diep zijn.
- De bal: De waterpolobal heeft ongeveer dezelfde afmetingen als een voetbal, maar met meer grip om hem met één hand vast te kunnen houden.
- De teams: Een waterpoloteam bestaat uit 7 spelers: 6 veldspelers en 1 keeper. De spelers dragen blauwe of witte caps en de keepers hebben altijd een rode cap op.
- De wedstrijd: Een waterpolowedstrijd bestaat uit 4 periodes van maximaal 8 minuten zuivere speeltijd. De duur kan variëren afhankelijk van de competitie en het land.
- Aanvalstijd: De aanvallende ploeg heeft 30 seconden de tijd om een schot op het doel te lossen. Lukt dit niet, dan krijgt de tegenstander de bal. Als er binnen de 30 seconden wel een schot wordt gelost, maar de bal blijft in het bezit van de aanvallende partij, dan krijgen ze opnieuw 30 seconden.
Overtredingen en Strafmaatregelen
Omdat het spel zich in het water afspeelt, kan het voor scheidsrechters lastig zijn om alle overtredingen te zien. Veel gebeurt onder water, buiten het zicht van de scheidsrechter.
Er zijn verschillende soorten overtredingen:
- Twee handen: Een veldspeler mag de bal niet met twee handen tegelijk vastpakken. Doet hij dit wel, dan krijgt de tegenstander een vrije worp.
- Afzetten: Een speler mag zich niet afzetten op de bodem van het zwembad. Ook dit resulteert in een vrije worp voor de tegenstander.
- Tegenstander vasthouden: Het vasthouden van een tegenstander wordt bestraft met een U20 (uitsluiting voor 20 seconden). De speler moet naar de hoek van het bad zwemmen en daar 20 seconden wachten voordat hij weer in het spel mag komen.
- U20 binnen 5-meter gebied: Als een speler een U20 krijgt binnen het 5-meter gebied, volgt er een 5-meter bal (strafworp).
- Drie U20's: Een speler die drie U20's krijgt in één wedstrijd, wordt uit het spel gehaald en vervangen door een andere speler.
Naast de U20 en vrije worpen is er ook de UMV (Uitsluiting met Vervanging). Een speler krijgt een UMV in de volgende gevallen:
- Een speler heeft drie U20's gekregen.
- Een speler beledigt de scheidsrechter, begaat een ernstige overtreding of maakt een slaande beweging. In sommige gevallen volgt een UMV4, wat betekent dat het team 4 minuten zonder vervanger moet spelen.
Aanvallen en Scoren
Aanvallen en scoren zijn uiteraard cruciaal in waterpolo. Hier zijn enkele belangrijke punten:
- De aanvallende ploeg heeft 30 seconden balbezit om een schot op het doel te lossen.
- Bij een vrije worp mag een speler in één keer op het doel schieten, behalve als de vrije worp zich in het 5-meter gebied bevindt.
Benodigdheden voor Waterpolo
Om waterpolo te spelen heb je de volgende benodigdheden nodig:
Lees ook: De rol van sport-bh's bij voetballers
- Badmuts (om de oren te beschermen en teamgenoten te herkennen)
- Zwembad
- Zwempak (voor dames is een badpak met een rits aan de achterzijde handig)
- Bal
- Doelen (3 meter breed en 0,90 meter hoog)
Beginnen met Waterpolo
Er is geen minimumleeftijd om met waterpolo te beginnen, maar je moet wel kunnen zwemmen. Zwemdiploma A is vereist om te starten.
Hier zijn een paar tips voor wie wil beginnen met waterpolo:
- Sluit je aan bij een team: Waterpolo is een teamsport, dus je hebt een team nodig om mee te spelen. Tot 18 jaar speel je meestal in gemengde teams, daarna in dames- of herenteams. Train altijd eerst een paar keer mee voordat je officieel lid wordt.
- Train regelmatig: De meeste waterpoloteams trainen twee keer per week. Zorg ervoor dat je hier tijd voor hebt.
- Doe mee aan wedstrijden: Na voldoende training doe je mee aan wedstrijden. Vanaf 8 jaar kun je deelnemen aan competities.
Waterpolo Verenigingen en Teams
In veel plaatsen zijn waterpoloverenigingen actief. Zo speelt bijvoorbeeld de waterpoloafdeling in Lelystad al ruim 50 jaar waterpolo en zijn er diverse teams actief in verschillende regio's. Er zijn teams voor verschillende leeftijden en niveaus, van jeugdteams tot seniorenteams die op het hoogste niveau spelen. Ook zijn er vaak speciale programma's gericht op plezier beleving bij de jongere jeugd.
Waterpolo App
De mobiele KNZB Waterpolo-app is een handige tool om op de hoogte te blijven van je team, prestaties, statistieken en het programma. Je kunt er ook de route naar zwembaden van uitwedstrijden vinden en je spelersopgaaf doen. Ouders/verzorgers kunnen de teamprestaties van hun kinderen volgen en leden kunnen hun adresgegevens wijzigen.
Lees ook: Honkbalvariaties in de klas