Oranje en Nederland zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Het Nederlands elftal, vaak simpelweg "Oranje" genoemd, vertegenwoordigt het land in internationale wedstrijden en staat bekend om zijn kenmerkende oranje shirts. Zodra het Nederlands elftal een groot toernooi speelt, kleuren op veel plaatsen de straten oranje en trekken in het oranje uitgedoste fans richting de voetbalstadions. De optochten van oranjefans trekken altijd veel bekijks. Dit artikel duikt in de rijke geschiedenis van het Nederlands voetbalelftal, van de vroege beginjaren tot de successen en teleurstellingen die het team heeft gevormd. Het beschrijft de opkomst van het totaalvoetbal, de rivaliteit met andere landen en de legendarische spelers die het shirt van Oranje hebben gedragen.
De Vroege Jaren: Van Wit naar Oranje
De eerste stappen van het Nederlands elftal werden gezet in de late 19e eeuw. In 1894 bezocht het Engelse Felixtowe Nederland en ter gelegenheid van die wedstrijd werd er een ‘bondselftal’ samengesteld met de beste voetballers van Nederland. Van een team was echter nauwelijks sprake. Dat was niet alleen te zien aan de uitslag, Nederland verloor met 1-0 van de Engelsen, maar ook op het veld. De Nederlandse spelers droegen allemaal het shirt van de club waar ze normaliter voor speelden. En zo kwam het ‘Nederlands elftal’ in niet minder dan vijf verschillende shirts het veld op.
De eerste officiële wedstrijd van het Nederlands elftal vond plaats op 30 april 1905 in Antwerpen tegen België. Het Nederlands elftal speelde dit keer wél in een echt teamshirt. De wedstrijd eindigde na verlenging met 1-4, in het voordeel van Nederland. Maar dat succes was nog niet oranje gekleurd. Het eerste shirt van het Nederlands elftal was nog wit, met schuin daar overheen rood-wit-blauwe banen.
Twee jaar later, op 14 april 1907, betrad Nederland het veld voor het eerst in een oranje shirt tijdens een wedstrijd tegen België. De Nederlanders hadden een nieuw tenue, dat door het Algemeen Handelsblad omschreven werd als: ‘het nieuwe nationale costuum, oranje shirt en witte broek.’ Een tenue dat we vandaag nog wel kennen, want deze kleuren zijn sindsdien nog vaak gebruikt. Het was tijdens dezelfde wedstrijd dat ook de Nederlandse leeuw haar intrede deed op het voetbaltenue. De toon was ook meteen gezet, want veel voor ons inmiddels bekende termen gingen vanaf deze wedstrijd in de media rond. Bij de fans was de kleurwisseling nog niet aangekomen. De Nederlandse journalisten die afreisden naar België om verslag te doen van de wedstrijd, beschreven hoe de treinen naar Antwerpen vol zaten met ‘Hollandsche supporters met nationale kleuren getooid’.
In de amateurtijd, voordat het Wereldkampioenschap werd georganiseerd, was het Olympisch voetbaltoernooi het belangrijkste mondiale voetbaltoernooi. Nederland won hier driemaal achter elkaar een bronzen medaille, in 1908, 1912 en 1920.
Lees ook: Steun het Nederlands Elftal met stijl
De Jaren '70: De Geboorte van Totaalvoetbal
De jaren '70 markeerden een revolutie in het Nederlandse voetbal, met de opkomst van het "totaalvoetbal". Het elftal van Rinus Michels spreekt nog altijd tot de verbeelding met Marco van Basten en aanvoerder Ruud Gullit als absolute helden. Onder leiding van bondscoach Rinus Michels en met Johan Cruijff als het brein op het veld transformeerde Nederland het voetbalspel. De kern van totaalvoetbal is dat elke speler in staat moet zijn om op elke positie te spelen. Wanneer een speler uit zijn positie loopt, neemt een ander zijn plek over. Hierdoor ontstaat een voortdurend bewegende ploeg, waarin spelers constant wisselen van rol. Belangrijk is het druk uitoefenen zonder bal en het creëren van ruimtes met bal. Het spel wordt breed en diep gespeeld, waardoor spelers constant op zoek zijn naar vrije zones en aanvallende oplossingen. Wat totaalvoetbal extra aantrekkelijk maakt, is de balans tussen structuur en creativiteit.
Het Nederlands elftal wist zich in deze periode te vestigen als een landenteam van formaat. Goed verzorgd, aanvallend spel waarbij de spelers voortdurend van positie kunnen wisselen om het de tegenstander zo moeilijk mogelijk te maken. In 1974 wist Oranje, mede door dit spel, de finale van het WK in West-Duitsland te behalen. Het gastland won de finale met 2-1. Johan Neeskens schoot Oranje vanaf de penaltystip nog wel op 1-0. De Duitsers hadden op had moment nog geen balbezit gehad.
Vier jaar later, in 1978, haalde Oranje opnieuw de WK-finale, dit keer in Argentinië, maar weer ging de titel aan hun neus voorbij. Argentinië was na verlenging te sterk. De bal op de paal van Rob Rensenbrink zit bij menig voetballiefhebber voor altijd in het geheugen gegrift.
EK Winst 1988: De Verlossing
Na een moeizame periode in de jaren tachtig brak in 1988 het grote succes aan. Opnieuw onder leiding van bondscoach Michels en nu met spelers als Ruud Gullit, Marco van Basten en Frank Rijkaard, won Nederland dat jaar het EK in Duitsland. Van Basten, die na een blessure als wisselspeler aan het toernooi begon, maakte indruk met een hattrick tegen Engeland, zijn winnende treffer in de halve finale tegen Duitsland (2-1) en zijn wonderschone doelpunt in de finale tegen de Sovjet-Unie (2-0 winst).Ruud Gullit had in de eindstrijd met een snoeiharde kopbal de 1-0 op scorebord gezet. Na de winst van het EK barstte er een heus volksfeest los met een rondvaarttocht door de Amsterdamse grachten.
Jaren '90 en 2000: Dichtbij Succes, Maar Net Niet
In de jaren die volgden was Oranje vaak dicht bij succes. De ploeg strandde in de halve finale van het EK in 1992 na strafschoppen tegen Denemarken. Op het WK in 1994 verloor Oranje in de kwartfinale tegen Brazilië (3-2). Na een minder EK in 1996 (kwartfinale), speelde de ploeg een sterk WK in Frankrijk. Oranje werd vierde, maar was bijzonder dicht bij de finale. De 2-1 overwinning op Argentinië in de kwartfinale, met een schitterend doelpunt van Dennis Bergkamp, was het hoogtepunt van het toernooi.
Lees ook: Wie zijn de huidige doelmannen van Oranje?
In 2000 organiseerde Nederland voor het eerst zelf een eindronde. Samen met België was het gastland van het EK. Na een moeizame en gelukkige zege op Tsjechië (1-0) kwam Oranje helemaal los. Onder leiding van bondscoach Frank Rijkaard won de ploeg met 3-0 van Denemarken en 3-2 van Frankrijk. Vervolgens werd Joegoslavië met maar liefst 6-1 opgerold. Nederland leefde op een roze wolk. De Europese titel lag voor het grijpen. Helemaal toen Italië in de halve finale al vroeg met tien man kwam te staan. Oranje kreeg kans na kans, miste zelfs twee strafschoppen, maar de bal wilde er niet in. Uiteindelijk werd er ook gemist in de strafschoppenserie. Dit verlies dreunde nog even na. Oranje plaatste zich niet voor het WK in 2002. Op het EK twee jaar later in Portugal won Oranje eindelijk een strafschoppenserie (tegen Zweden), maar was gastland Portugal in de halve finale te sterk. Op het WK 2006 was Portugal opnieuw te sterk, nu in de achtste finale (1-0).
Oranje begon het EK in 2008 wervelend met een 3-0 zege op Wereldkampioen Italië en een 4-1 overwinning op Frankrijk. In de achtste finale verloor het echter volkomen onverwacht na verlenging in de kwartfinale van Rusland.
WK 2010: Een Nieuwe Finale, Een Nieuwe Teleurstelling
Twee jaar later speelde Nederland minder wervelend, maar was het wel bijzonder effectief op het WK in Zuid-Afrika. Uiteindelijk bereikte de ploeg onder bondscoach Bert van Marwijk zelfs de finale. Hoogtepunten waren de overwinningen op Brazilië (kwartfinale 2-1) en Uruguay (halve finale 3-2). In de finale was Spanje met 1-0 na verlenging te sterk.
Het doelpunt van Andrès Iniesta viel nadat eerder John Heitinga met twee keer geel van het veld was gestuurd. De kans van Arjen Robben bij een 0-0 stand werd een nationaal trauma. Doelman Iker Casillas redde de bal maar net met de punt van zijn voet. De prestaties van Oranje zorgden voor enorme oranjefeesten in het land.
Recente Jaren: Verrassingen en Teleurstellingen
Het EK twee jaar later in Oekraïne en Polen werd een grote teleurstelling. Oranje verloor alle groepsduels en kon direct naar huis.
Lees ook: Korfbal Historie Tilburg
Zonder verwachtingen vertrok de ploeg in 2014 richting het WK in Brazilië. De ploeg van bondscoach Louis van Gaal verraste echter vriend en vijand. Tijdens de eerste wedstrijd won de ploeg direct in een wonderlijke wedtrijd met 5-1 van Wereld- en Europees kampioen Spanje. De duikkopbal van Robin van Persie was ongelooflijk mooi.
Ook de strafschoppenserie tegen Costa Rica in de kwartfinale was memorabel. Van Gaal haalde vlak voor het einde van de verlenging doelman Jasper Cillessen naar de kant en bracht Tim Krul als 'penaltykiller'. De doelman maakte zijn status waar en hielp Oranje naar de halve finale. Daarin moesten opnieuw strafschoppen de beslissing brengen. Cillessen kon zijn ploeg echter niet naar de finale loodsen. Uiteindelijk zegevierde Oranje wel in de troostfinale.
De kwalificatie voor het EK 2016 in Frankrijk werd een grote teleurstelling. Nederland verloor twee keer van IJsland en pakte tegen andere concurrenten Tsjechië en Turkije slechts één punt. Hoewel voor het eerst 24 landen in actie kwamen op de eindronde van een Europees Kampioenschap, was Nederland er niet bij. Het zorgde voor extra motivatie om er op het WK 2018 in Rusland wel bij te zijn.
In augustus 2011 was Oranje de trotse lijstaanvoerder van de FIFA-ranglijst. Een jaar eerder na het WK bekleedde het de tweede plaats. Ook aan het einde van 2011 stond Nederland op de tweede plaats. Sinds de invoering van de lijst was Oranje meestal wel bij de eerste tien te vinden.
Legendarische Spelers
Door de jaren heen heeft het Nederlands elftal vele getalenteerde spelers voortgebracht. Hieronder een aantal iconische namen:
- Johan Cruijff: De grootste Nederlandse voetballer aller tijden. Cruijff veranderde het voetbal met zijn visie, techniek en leiderschap. Hij leidde Oranje naar de WK-finale van 1974 en werd hét gezicht van het 'Totaalvoetbal'.
- Marco van Basten: Zijn fenomenale volley in de EK-finale van 1988 maakte hem onsterfelijk. Van Basten was een briljante spits die Nederland naar zijn grootste succes leidde.
- Edwin van der Sar: Met 130 interlands is Van der Sar een van de meest betrouwbare doelmannen uit de voetbalgeschiedenis. Hij was een cruciale factor bij het EK 2000 en het WK 1998.
- Dennis Bergkamp: Zijn memorabele doelpunt tegen Argentinië op het WK 1998 blijft een van de mooiste Oranje-momenten ooit. Bergkamp stond bekend om zijn techniek en fenomenale balbehandeling.
- Arjen Robben: De man die Nederland bijna wereldkampioen maakte in 2010. Zijn snelheid, dribbels en kenmerkende kapbeweging naar binnen maakten hem een van de dodelijkste aanvallers in de Oranje-geschiedenis.
- Wesley Sneijder: Kwam het vaakst voor Oranje in actie, maar liefst 134 keer.
- Robin van Persie: Staat bovenaan de topscorerslijst.
Rivaliteit
De grootste rivaliteit is misschien wel die met Duitsland. De confrontaties tussen het Nederlands elftal en dat van Duitsland zijn door de geschiedenis beladen, al is het in de loop der jaren wel wat minder geworden. Vooral na het drama van de verloren WK-finale van 1974 ontstond er een intense wil om van onze oosterburen te winnen. Ook de ontmoetingen met België zijn bijzonder. De Derby der Lage Landen kent een lange traditie van vriendschappelijke én competitieve duels. Een recentere rivaliteit ontstond met Argentinië, door de vele onderlinge ontmoetingen op WK’s, zoals in 1978 (verloren finale), 1998 (gewonnen kwartfinale), 2014 (verloren halve finale na strafschoppen) en 2022 (verloren kwartfinale na strafschoppen).
Oranje Onder 17: De Toekomst
Het Nederlands elftal voor spelers onder 17 jaar heeft een rijke historie. Het team werd vier keer Europees kampioen en drie keer tweede, en eindigde daarnaast een keer als derde op het WK 2005.
Vele (ex-)internationals kwamen voor Onder 17 in actie. Marco van Basten (1981), Frank en Ronald de Boer (1985), Richard Witschge (1985), Clarence Seedorf (1990), Giovanni van Bronckhorst (1990), Patrick Kluivert (1991), Andy van der Meyde (1995), Rafael van der Vaart (1998), Robin van Persie (2000), John Heitinga (200), Klaas Jan Huntelaar (2000), Wesley Sneijder (2000), Arjen Robben (2000), Nigel de Jong (2001), Tim Krul (2004), Georginio Wijnaldum (2005), Daley Blind (2006), Luciano Narsingh (2006), Leroy Fer (2006), Jeroen Zoet (2007), Jeffrey Bruma (2007), Stefan de Vrij (2008), Joel Veltman (2009), Davy Klaassen (2009), Bruno Martins Indi (2009), Adam Maher (2009), Memphis Depay (2010), Jetro Willems (2010), Tonny Vilhena (2011), Rick Karsdorp (2011), Anwar El-Ghazi (2011), Kenny Tete (2011) en Riechedly Bazoer (2012).
Huidige Selectie en Toekomstperspectief
De huidige selectie van het Nederlands elftal kan steevast rekenen op sterspelers als Virgil van Dijk (aanvoerder), Frenkie de Jong en Memphis Depay, naast vaste krachten als Denzel Dumfries en Tijjani Reijnders.
Met talenten als Justin Kluivert, Jeremie Frimpong en Cody Gakpo of juist de steady standhouders Virgil van Dijk en Frenkie de Jong, kan Nederland het ver schoppen op internationaal niveau. Onder leiding van Ronald Koeman groeit deze groep uit tot een serieuze kanshebber voor prijzen op het wereldtoneel. De reeks Nations League-wedstrijden tegen Spanje beloven veel voor dit elftal.
tags: #oranje #team #voetbal #geschiedenis