De Olympische Spelen van 2016 in Rio de Janeiro markeerden een belangrijk moment in de sportgeschiedenis, niet alleen omdat het de eerste Spelen in Zuid-Amerika waren, maar ook vanwege de deelname van een Refugee Olympic Team. Dit team, bestaande uit tien sporters uit Syrië, Zuid-Soedan, de Democratische Republiek Congo en Ethiopië, symboliseerde hoop en veerkracht. Naast deze historische gebeurtenis werden in Rio ook golf en rugby, sporten die in het verleden al olympisch waren, opnieuw aan het programma toegevoegd.
TeamNL behaalde in Rio negentien medailles, waarvan acht gouden, zeven zilveren en vier bronzen. Hoewel dit iets minder was dan de twintig medailles in Londen, handhaafde Nederland zich op de wereldranglijst. De medailles werden in twaalf verschillende sporten behaald, tegenover elf in Londen. Chef de mission Maurits Hendriks uitte teleurstelling over het aantal, maar benadrukte trots op de behaalde successen. Hij wees ook op de tien vierde plaatsen, die soms als teleurstelling werden ervaren (zoals bij de hockeyers), en soms juist bewondering opwekten (zoals bij de volleybalsters).
De weg naar Rio: Selectie en Voorbereiding
De bondscoach van de Nederlandse hockeyvrouwen, Alyson Annan, maakte op 6 juli 2016 de selectie voor de Olympische Spelen in Rio de Janeiro bekend. In vergelijking met de groep die Annan eerder meenam naar de Champions Trophy, vielen vijf speelsters af, waaronder Jacky Schoenaker en Frederique Derkx, die in 2014 nog wereldkampioen waren geworden. Ook Lauren Stam, Maartje Krekelaar en Anne Veenendaal behoorden niet tot de definitieve selectie.
De afvallers waren een mix van ervaren krachten en jongere talenten. Schoenaker kampte met een blessure, waardoor ze niet op tijd fit zou zijn voor de Spelen. De zogeheten "Big Five" (Naomi van As, Carlien Dirkse van de Heuvel, Ellen Hoog, Eva de Goede en Maartje Paumen) was wel geselecteerd. Paumen, een ervaren speelster, was blij met het verlossende telefoontje van Annan: "Het moment dat Alyson belde, was toch een mooi moment. Het is bijzonder en supermooi om de Spelen weer mee te maken."
Opvallend was de aanwezigheid van de 21-jarige Laurien Leurink in de selectie. Zij had tot dusver pas tien interlands gespeeld en zat tijdens de Champions Trophy nog op de tribune. Paumen noemde haar selectie terecht: "Om op haar leeftijd mee te gaan naar de Olympische Spelen, is een droom." De uiteindelijke olympische selectie bestond uit zestien speelsters.
Lees ook: De Nederlandse hockeydames veroveren goud in Londen.
De Finale: Een Zilveren Teleurstelling
Op 19 augustus 2016 stonden de Nederlandse hockeyvrouwen in de finale van de Olympische Spelen tegenover Groot-Brittannië. De droom van een derde olympische titel op rij spatte uiteen na een zenuwslopende wedstrijd die uiteindelijk via shoot-outs werd beslist. Oranje verloor de finale, nadat Groot-Brittannië acht minuten voor tijd op 3-3 was gekomen. In de shoot-outs scoorde Nederland geen enkele keer.
De Britse speelsters hadden Nederland het jaar ervoor al in de finale van het EK verslagen. Net als toen was Oranje technisch de betere, maar de Britse onverzettelijkheid gaf uiteindelijk de doorslag. Bovendien ging de opponent veel beter met de kansen om. Waar de rushes van Naomi van As in schoonheid stierven en Maartje Paumen zelfs een strafbal miste, scoorden de Britsen via Lily Owsley en Crista Cullen. De laatste goal mocht keepster Joyce Sombroek zichzelf aanrekenen.
Oranje kende een ongelukkige start. Hoewel het team van Alyson Annan het beste van het spel had, opende Groot-Brittannië in het eerste kwart de score. Dat was nadat Paumen kort daarvoor een strafbal had gemist. Oranje trok de stand nog tijdens het eerste kwart gelijk, waarna Paumen in het tweede kwart Nederland voor het eerst op voorsprong bracht. Het antwoord van de Britse vrouwen liet niet lang op zich wachten, waarmee het duel weer in evenwicht was.
In het derde kwart kwam Nederland opnieuw op voorsprong. Na een mooie strafcornervariant tikte aangever Van Male de 3-2 binnen. De Britsen dwongen echter, net als in de EK-finale, in het vierde kwart een beslissing via shoot-outs af door een goal van Nicola White. In die shoot-outs eiste keepster Maddie Hinch opnieuw een hoofdrol op. De Britse hield drie doelpogingen tegen en zag dat Margot van Geffen op de paal sloeg. Hollie Webb bezorgde daarop de Britsen het goud.
Impact en Erfenis
Naomi van As, een van de meest succesvolle hockeysters die Nederland heeft gehad, nam na de Spelen van Rio afscheid van Oranje. Ze won onder andere tweemaal Olympisch goud, twee wereldtitels en drie Europese titels. In 2009 werd ze door de FIH uitgeroepen tot beste speelster van de wereld. Een jaar later stopte ze ook bij haar club Laren.
Lees ook: Vrouwenhockey op de Olympische Spelen: halve finales
Ondanks de zilveren medaille en het gemiste goud, blijft de prestatie van de Nederlandse hockeyvrouwen in Rio de Janeiro een belangrijk hoofdstuk in de Nederlandse sportgeschiedenis. Het team toonde veerkracht en talent, en droeg bij aan de totale medailleoogst van TeamNL.
Toekomstperspectief en Samenwerking
De Nederlandse teamsporten, waaronder hockey, handbal, volleybal en waterpolo, blijven zich ontwikkelen en professionaliseren. NOC*NSF, VSG, het ministerie van VWS en de vijf teamsporten werken samen om de top teamsportcompetities en topclubs te versterken. Het doel is om talenten langer in Nederland te behouden, waardoor de nationale competities sterker worden en de aansluiting met de nationale teams wordt verbeterd.
De hockeyvrouwen zijn een inspiratie voor jonge sporters en een visitekaartje voor de Nederlandse sport. Ze debuteerden in 1984 op de Spelen en haalden toen meteen goud. De huidige generatie hockeyvrouwen zet deze traditie voort en blijft streven naar succes op het hoogste niveau. Zowel het mannen- als het vrouwenteam zijn actief in Parijs. Alle 19 spelers spelen in de Hoofdklasse hockey.
Handbal groeit in populariteit in Nederland, mede dankzij de successen van het vrouwenteam op wereldniveau. Herman Meppelink, technisch directeur van de volleybalbond, benadrukt het belang van investeren in de kwaliteit van de eigen competities om vroege vertrekken naar het buitenland af te remmen. "Hoe langer een sporter in Nederland blijft hoe sterker de competitie wordt! Internationale competities moeten een aanvulling zijn op de nationale competities, niet in de plaats komen van. Dat is waarom we graag samenwerken," aldus Herman Meppelink.
Lees ook: Olympische basketbaltriomfen van Amerika