Het Nederlandse ijshockey stond aan de vooravond van een nieuwe fase toen de Tweede Wereldoorlog uitbrak. In dit artikel duiken we in de carrière van Louis Maas en de impact van de oorlog op het Nederlandse ijshockey.
IJshockey in Nederland voor de oorlog
In mei 1940 begon een periode van vijf jaar Duitse bezetting, terwijl de Nederlandse IJshockey Bond (NIJB) pas vijf jaar bestond. Met slechts drie steden met een (kunst)ijsbaan was ijshockey een kleine sport met weinig leden. IJshockey vond in 1937 plaats aan de Polderweg in Amsterdam, achter de voormalige Oostergasfabriek.
Bij de oprichting van de NIJB op 6 september 1934 sloten direct 23 verenigingen zich aan. Dit waren echter vooral algemene ijsclubs voor wedstrijd- en recreatieschaatsers of hockeyclubs die hun leden de gelegenheid wilden geven om zich te bekwamen in het ijshockey. Dat veranderde toen ruim twee maanden later, op 15 november, aan de Linnaeusstraat in Amsterdam de eerste kunstijsbaan van Nederland werd geopend. De baan meet 60 bij 40 meter, was nog niet overkapt en werd mede daarom ook geen groot succes.
Op 5 januari 1935 speelde het Nederlands ijshockeyteam zijn eerste oefeninterland. Tegen België werd met 4-0 verloren. Aan Nederlandse zijde deden o.a. Omdat de NIJB het eigen team nog niet goed genoeg vond voor deelname aan het WK, dat twee weken later in Davos zou beginnen, en daarnaast voor uitzending van een nationale ploeg ook niet de financiële middelen had, besloten de Nederlandse ijshockeyers dan maar voor eigen kosten naar Zwitserland af te reizen. Met een iets gewijzigde selectie, waarin nu ook Huib du Pon en Hans Gerritsen, werden zes wedstrijden gespeeld, die allemaal werden verloren (doelcijfers 0-34).
Vanaf het seizoen 1935-1936 kreeg het Nederlandse ijshockey steeds meer vorm. Hans Bruck, de nieuwe, uit Oostenrijk afkomstige directeur van de Amsterdamse kunstijsbaan, was hierbij een van de hoofdpersonen. Hij combineerde zijn functie van ijsbaandirecteur met het coachen van het Nederlands team, AIJHC Amsterdam en het uit Nederlanders en Canadezen bestaande gelegenheidsteam Blue Six. Weliswaar vond het Nederlands Olympisch Comité het nationaal ijshockeyteam niet goed genoeg voor uitzending naar de Winterspelen van 1936, maar de weg omhoog was wel degelijk ingezet. En er werd ‘doorgeselecteerd’. Spelers als Wijnoudt ‘Kappie’ Taconis, Martin Lammerts, Jan Suurbeek en Thijs Cohen Tervaert ontwikkelden zich goed en in februari 1937 boekte Nederland zijn eerste overwinning in een officiële interland.
Lees ook: Exclusief interview: Louis van Gaal over voetbal
Tijdens het gecombineerde WK/EK van 1939 in Basel trad Oranje aan met een selectie van Jan Gerritsen, Rein Everwijn, Dick Benjamins, Hans Smalhout, Jan Suurbeek, Ko Klotz, Kappie Taconis, Martin Lammerts, Thijs Cohen Tervaert, Huib du Pon, Joost van Os, Felix de Jong en Hans Gerritsen. Nederland versloeg Finland en verloor in de laatste minuut van Italië. Een oefenwedstrijd tegen België op 17 maart 1940 was het laatste officiële duel voordat de oorlog begon. Daarna werden er tot 1946 geen interlands meer gespeeld. In de periode 1935 tot 1946 speelde het Nederlands team in totaal 23 wedstrijden (5 keer winst, 18 keer verlies).
De Tweede Wereldoorlog en de impact op het IJshockey
De periode 1940-1945 liet diepe sporen na in de Nederlandse ijshockeygelederen. Allereerst was er de tweespalt in de Amsterdamse ijshockeywereld. Enkele spelers van AIJHC sympathiseerden openlijk met de Duitse bezetters en het nationaalsocialistische gedachtengoed. Hierna waren de onderlinge duels tussen AIJHC en IJsvogels niet langer ‘normale’ ijshockeywedstrijden, ze waren veel meer een clash tussen twee totaal verschillende politieke overtuigingen.
De moeilijke omstandigheden en de steeds strengere restricties ten tijde van de Duitse bezetting hadden uiteraard ook invloed op de sportbeoefening in ons land. Reguliere sportcompetities waren meestal niet mogelijk. Bij het ijshockey was dat niet anders. Soms grepen de Duitse autoriteiten echter in. In het seizoen 1941-1942 werden HHIJC Den Haag en IJsvogels gedwongen om met een gecombineerd team tegen AIJHC aan te treden. Het besluit zorgde voor grote paniek in de kleine Nederlandse ijshockeywereld. Men was zich maar al te zeer bewust van het feit dat sommige vaderlandslievende spelers en bestuurders nauwlettend door de SS in de gaten werden gehouden. Met name Hans Gerritsen - later vooral bekend onder de naam Hans Teengs Gerritsen - liep gevaar. Alles wees erop dat hij na afloop van de wedstrijd zou worden gearresteerd. In Udo Reinold - Het grote Nederlandse IJshockeyboek 1891-2011 legt international Jan Suurbeek later uit: ‘Met een paar volstrekt betrouwbare vaderlanders spraken we af dat tien minuten voor het einde Hans Gerritsen na een geënsceneerde botsing met de boarding bewusteloos op het ijs zou blijven liggen. We hadden een ambulancewagen klaar staan. Gerritsen, zowel aanvoerder van de ploeg uit Den Haag als van het Nederlands team, slaagde erin te ontsnappen. Enkele maanden later viel hij echter alsnog in handen van de SS. Hij dreigde te worden geëxecuteerd, maar in een daad van grote moed en opofferingsgezindheid pleitte ex-militair Jan ten Bosch zijn medegevangene vrij. Met als motivering dat Hans Gerritsen vrouw en kind heeft en hijzelf vrijgezel is, nam de voormalige tweede luitenant van het Nederlandse leger alle schuld op zich voor de daden waarvan Gerritsen werd verdacht. Hans Gerritsen werd overgebracht naar Duitsland, waar hij de vernietigingskampen Natzweiler-Struthof en Dachau en medische experimenten van nazi-artsen overleefde. Na de oorlog werkte hij enige tijd voor het Bureau Nationale Veiligheid, werd hij lobbyist voor de vliegtuigindustrie en trad hij op als een van de belangrijkste vertegenwoordigers van de Nederlandse oud-verzetsstrijders. Daarnaast nam hij zitting in het NOC-bestuur en werd hij erelid van de NIJB, die in 1988 de Hans Teengs Gerritsen Wisselbokaal instelde.
De Doden
Als in de zomer van 1945 de kruitdampen van de Tweede Wereldoorlog opgetrokken waren, telde de Nederlandse IJshockey Bond zijn slachtoffers. Dat waren er flink wat. Hans Bruck, de ijsbaandirecteur en coach van Oranje, bleek te zijn overleden in een concentratiekamp. Dat gold ook voor 10-voudig international Thijs Cohen Tervaert, die zijn joodse origine en zijn verzetsactiviteiten op 1 januari 1945 in Buchenwald met de dood had moeten bekopen.
Hans Maas (HHIJC en 8 keer Nederlands team) kwam om als het schip waarop hij naar Engeland trachtte te ontkomen, met het doel om zich daar bij de geallieerde strijdkrachten aan te sluiten, door een Duitse torpedo werd getroffen. Ook bij TIJSC Tilburg waren slachtoffers te betreuren. Voorzitter Rob van Spaendonck werd op 25 mei 1944 in verband met zijn verzetswerk terechtgesteld. Jan Eras, net als Van Spaendonck actief in het Tilburgse verzet, werd al in september 1941 opgepakt. Hij overleed in december 1944 in kamp Vaihingen.
Lees ook: De connectie tussen Louis Vuitton en de voetbalwereld
Zuivering en herstart
Op 29 december 1945, tijdens de eerste naoorlogse vergadering van de NIJB, werd een zuiveringscommissie ingesteld. Diverse spelers en officials kregen te maken met een schorsing. Onder hen AIJHC-goalie Joost van Os, tot op dat moment 7 keer international. Ook Cor Lankhof en Martin Lammerts, respectievelijk 3 en 12 caps, werden na een schorsing weer in de Nederlandse ijshockeyfamilie opgenomen. Op 6 januari 1946 kreeg de Amsterdamse vereniging AIJHC de mededeling dat zij met terugwerkende kracht van 5 mei 1945 was geschorst.
Bob van der Stok
In mei 1940, ten tijde van de Duitse inval, streed Bob van der Stok als jachtvlieger bij de Nederlandse luchtmacht mee in luchtgevechten tegen de nazi’s. Hierbij haalde hij tenminste één vijandelijk vliegtuig neer. Na de capitulatie probeerde hij ons land te ontvluchten om zich in Londen bij de Nederlandse regering in ballingschap aan te melden om de strijd tegen de Duitsers te hervatten. Dat lukte pas in juni 1941 als hij als verstekeling op een koopvaarder - stomtoevallig dezelfde boot als ‘Soldaat van Oranje’ Erik Hazelhoff Roelfzema - Engeland bereikte. Gedurende een aantal missies van de RAF schoot Van der Stok een respectabel aantal Duitse vliegtuigen uit de lucht. Totdat het op 12 april 1942 mis ging en hij in Noord-Frankrijk zelf aan de beurt was. Het kamp Stalag Luft 3 was speciaal bestemd voor krijgsgevangenen van de Luftwaffe. Het regime was relatief mild, maar het kamp stond erom bekend dat vluchten nagenoeg onmogelijk was. De gekozen plek zou vooral moeten voorkomen dat de gevangenen tunnels graven. Maar al deze maatregelen slaagden er niet in om de gevangenen te ontmoedigen. In januari 1943 wierp de Britse luchtmachtofficier Roger Bushell zich op als leider van het ontsnappingscomité. Op zijn initiatief werden er maar liefst drie tunnels tegelijk gegraven, met de codenamen Tom, Dick en Harry. Tom werd uiteindelijk door de Duitsers ontdekt, Dick werd opgegeven en zal daarna worden gebruikt als de plek waar opgegraven zand ongezien kon worden gedumpt, maar aan Harry werd met volle energie doorgewerkt. Het moest allemaal gebeuren in de nacht van 24 op 25 maart 1944. Het was nieuwe maan, dus erg donker. Binnen hadden zich ruim 200 gevangenen verzameld voor hun goed gecoördineerde uitbraakpoging. Het waren vooral Britten en mensen uit de landen van het Britse Gemenebest, maar er waren ook Polen, Noren en Tsjechen bij. Helaas bleek de tunnel toch een paar meter tekort, waardoor de uitgang niet in het bos, maar in het open veld uitkwam. Desondanks werd de vluchtpoging doorgezet. Uiteindelijk slaagden 76 mensen erin om de tunnel ongezien te verlaten. Maar dan ontdekte een Duitse bewaker de laatste gevangene en sloeg groot alarm. Middels een klopjacht werden binnen een paar uur 73 van de ontsnapte gevangenen gepakt. Drie van de ontsnapten haalden het wél. Twee Noren. Daarna slaagde hij er alsnog in om naar Nederland te komen. Via België, Frankrijk, Spanje en Gibraltar bereikte hij uiteindelijk Brits grondgebied en meldde zich opnieuw bij de Britse luchtmacht. Zijn vader, tot twee keer toe zwaar mishandeld en gemarteld, de eerste keer na het oppakken van Frits en Hans en de tweede keer na Bobs eigen geslaagde vluchtpoging uit Stalag Luft 3, was hierbij zodanig toegetakeld dat hij het licht in zijn ogen definitief kwijt was. Een paar jaar na de oorlog, als hij zijn studie medicijnen had afgerond, emigreerde hij naar de Verenigde Staten en was daar op verschillende plekken werkzaam als arts. In 1980 verscheen zijn boek, Oorlogsvlieger van Oranje. De uitbraak van de 76 gevangenen uit Stalag Luft 3 was in 1963 verfilmd onder de titel The Great Escape. Met een sterbezetting van o.a. Steve McQueen, James Coburn, Richard Attenborough en Charles Bronson werd het een echte kaskraker. Maar Bob van der Stok had geen goed woord over voor de film, die volgens hem veel te veel geromantiseerd was. Hij verleende geen medewerking en wilde ook niet op de titelrol staan.
Doug Mason
De trainerscarrière van Doug Mason zit erop. De sympathieke oefenmeester bracht dinsdagavond zijn spelersgroep op de hoogte van zijn besluit. ‘In augustus word ik 69 jaar. Ik wil van mijn leeftijd gaan genieten. 35 jaar ben ik trainer geweest en heb ik schitterende ervaringen meegemaakt, zowel in binnen- als buitenland. Maar nu is het genoeg geweest. Ik ga tijd voor mezelf en mijn familie nemen’, liet Mason in een eerste reactie weten. Uit liefde voor het spelletje (en wat guldens) streek Mason eind jaren ’70 per toeval vanuit Sudbury (Ontario) neer in de Kruikenstad. In vijfenveertig jaar ontwikkelde hij zich van een avontuurlijke right winger tot een coach die werkte in Europese topcompetities. Een man die nog altijd ijshockey eet, slaapt en ademt. ‘Ik heb genoten van mijn laatste twee jaar in Tilburg. Maar als trainer wordt al je tijd opgeslokt door het ijshockey. Wanneer je een dagje ouder wordt, denk je soms wel: ik wil naar mijn (klein)kinderen toe of een dag dit of dat doen.
Vierde divisie
Uiterlijke speeldatum laatste competitiewedstrijd 12 maart 2023In de Vierde divisie Noord wordt een enkele competitie gespeeld (alle teams treffen elkaar uit en thuis). In de Vierde divisie Zuid wordt een enkele competitie gespeeld (alle teams treffen elkaar uit en thuis). De nummer 1 van Noord na de reguliere competitie is kampioen van Nederland Vierde divisie Noord. De nummer 1 van Zuid na de reguliere competitie is kampioen van Nederland Vierde divisie Zuid. De wedstrijden moeten uiterlijk het weekend 10, 11, 12 maart 2023 zijn gespeeld.
Finale Vierde divisie
De nummers 1 van Noord en Zuid spelen een allesbeslissende wedstrijd om het kampioenschap van Nederland Vierde divisie tijdens Super Sunday Senioren in Zoetermeer op zondag 26 maart 2023 om 11:45 uur.
Lees ook: Peel en Maas Toernooi: Helden schittert in de schijnwerpers.
Promotie en degradatie Vierde divisie Noord
- Directe promotie en degradatie tussen de Derde, Vierde en Vijfde divisie NoordDe twee hoogst geëindigde teams in de Vierde divisie Noord promoveren rechtstreeks naar de Derde divisie Noord.Het laatst geëindigde team (#7) in de Vierde divisie Noord degradeert rechtstreeks naar de Vijfde divisie Noord.
- Promotie-/degradatieronde tussen de Derde en Vierde divisie NoordDe nummer voorlaatst (#5) van de Derde divisie Noord versus de nummer 3 van de Vierde divisie Noord. De verliezer van deze allesbeslissende wedstrijd speelt het volgend seizoen in de Vierde divisie Noord.
- Promotie-/degradatieronde tussen Vierde en Vijfde divisie NoordDe nummer voorlaatst (#6) van de Vierde divisie Noord versus de nummer 3 van de Vijfde divisie Noord. De verliezer van deze allesbeslissende wedstrijd speelt het volgend seizoen in de Vierde divisie Noord.
Promotie en degradatie Vierde divisie Zuid
- Directe promotie en degradatie tussen de Derde, Vierde en Vijfde divisie ZuidHet hoogst geëindigde team in de Vierde divisie Zuid promoveert rechtstreeks naar de Derde divisie Zuid.De twee laagst geëindigde teams in de Vierde divisie Zuid degraderen rechtstreeks naar de Vijfde divisie Zuid.
- Promotie-/degradatieronde tussen de Derde en Vierde divisie ZuidDe nummer 2 van de Vierde divisie Zuid versus de nummer 6 van de Derde divisie Zuid. De verliezer van deze allesbeslissende wedstrijd speelt het volgend seizoen in de Vierde divisie Zuid.
- Promotie-/degradatieronde tussen de Vierde en Vijfde divisie ZuidDe nummer 5 van de Vierde divisie Zuid versus de nummer 2 van de Vijfde divisie Zuid. De verliezer van deze allesbeslissende wedstrijd speelt het volgend seizoen in de Vijfde divisie Zuid.
De wedstrijden worden vastgesteld door de competitieleider op basis van de beschikbare ijstijd.
Puntentelling Vierde divisie
2 wedstrijdpunten voor het team dat de wedstrijd wint1 wedstrijdpunten voor beide teams in het geval van een gelijkspel
Bodychecken is niet toegestaan in de Vierde divisie.
Bodycontact (wel toegestaan in competities zonder bodychecken)
- intentie om eerst de puck te spelen en lichamelijk contact is daarvan het gevolg;
- nauwelijks de bedoeling op het lichaam te spelen, terwijl twee spelers in dezelfde richting schaatsen en lichamelijk contact is daarvan het gevolg;
- tegen een tegenstander aanleunen is toegestaan;
- minimaal contact met de boarding is toegestaan;
- het is een speler toegestaan om zijn positie te behouden.
Bodychecking (niet toegestaan in divisies zonder bodychecken)
Een bodycheck wordt gekenmerkt door fysiek contact van een veldspeler met een veldspeler van de tegenstander, waarbij het doel is de tegenstander de puck te ontnemen.
Henk van de Pas
In zijn woonplaats Tilburg is vrijdag Henk van de Pas overleden. De oud-bestuurder en erelid van Tilburg Trappers was al geruime tijd ernstig ziek. Van de Pas was een ijshockeybestuurder zoals je ze nog zelden ziet. Een vriendelijke, charmante, eerlijke man, die wars was van onrecht. Hij paarde zijn zakelijke slimheid aan een bevlogen enthousiasme. Hij werd geboren in juni 1944 in Tilburg, in een gezin van vier kinderen, als zoon van een Voltmedewerker. Met uitzondering van een korte periode in België, Kaatsheuvel en Gilze bleef de Kruikenstad zijn thuisbasis. Dat hij ooit met het ijshockeyvirus besmet zou worden, stond bepaald niet in de sterren geschreven. De liefde van Henk ging vooral uit naar volleybal. Als tiener en twintiger was hij een zeer getalenteerd volleyballer, die het met Robot Tornado tot de eredivisie schopte. Ondanks dat hij nooit in dienst is geweest, prijken er toch een aantal interlands namens het militair volleybalteam op zijn palmares. ‘Ik leerde Henk kende in de Pellikaanhal, eind jaren tachtig. Ik was zelf nog actief als speler. Wat zijn rol binnen Trappers toendertijd was, weet ik niet meer precies. Wat me direct opviel was zijn enorme gedrevenheid’, graaft Cees Oerlemans diep in zijn geheugen. De samenwerking tussen hen beiden werd nog intensiever toen de voormalig Trappers-verdediger in 2006 de voorzittershamer overnam van Gerard Zeebregts. Opnieuw bleek de zakelijke kracht van Van de Pas. ‘Henk was verantwoordelijk voor commerciële zaken en deed dat voortreffelijk. Halverwege het laatste decennium van de vorige eeuw hadden René de Hondt samen met Cees Oerlemans de leiding over het tweede team van Tilburg Trappers. ‘We zochten een teammanager en moesten direct aan Henk denken’, haalt de huidige technisch manager van Trappers een anekdote uit die tijd op. ‘Niet alleen wist hij zakelijk de juiste wegen te bewandelen, hij was ook een uitmuntend organisator. Dat demonstreerde hij ook dat seizoen wel. Cees, de jongens en ik konden ons volledig op het ijshockey richten. De zaken achter de schermen waren bij Henk in zeer vertrouwde handen. Zo liepen we dat jaar in prachtige teamkleding rond. Kennismaken met het befaamde zwarte gat, deed de 58-jarige dan ook niet toen hij in 2002 vervroegd met pensioen kon. Zijn inzet bleef echter niet tot de stadsgrenzen beperkt. De Nederlandse IJshockey Bond onderkende de talenten van Van de Pas. Namens de NIJB organiseerde hij verschillende bekerfinales en was hij chairman van het 2010 wereldkampioenschap Divisie I in Tilburg. Hoewel Nederland slechts vierde werd ademde de stad en zeker het gebied rondom het IJssportcentrum Tilburg ijshockey. Dat Henk vooruitstrevend was in zijn denkwijze over het spel met de gekromde stick en de bevroren zwarte schijf bleek wel toen hij Lion van Loon (eigenaar van Lion Stone) benaderde voor het sponsoren van de witte helmen van het scheidrechterkorps. In 2013 kreeg Van de Pas zijn welverdiende waardering vanuit Trappers. ‘Bij het jaarlijkse Nieuwjaars diner van bestuur, spelers en begeleiding mocht ik hem de gouden clubspeld opspelden. Tijdens de jaarvergadering van de Nederlandse IJshockey Bond in 2016 onderscheidde men Henk voor zijn verdiensten voor de vaderlandse ijshockeysport.