Rugby Pauze Wedstrijd: Een Uitgebreide Gids

Rugby, een dynamische en fysieke teamsport, kent een rijke geschiedenis en complexe regels. Dit artikel biedt een uitgebreide uitleg van de pauzes in een rugbywedstrijd, de oorsprong en de basisregels, de verschillende varianten en de posities van de spelers. Rugby combineert intensieve fysieke inspanning met tactische vaardigheden en een sterke teamgeest.

De Pauze in een Rugbywedstrijd

Een rugbywedstrijd duurt in totaal 80 minuten, verdeeld over twee helften van elk 40 minuten. Tussen de helften is er een pauze van maximaal 10 minuten. Tijdens de pauze of pauze blijven de teams, de scheidsrechter en de assistent- scheidsrechters in het speelgebied.

In de Beach 5’s variant van rugby, die op zand wordt gespeeld, duurt een wedstrijd uit twee helften van 5 minuten met een maximum van 3 minuten pauze of interval.

De Geschiedenis van Rugby

De geschiedenis van rugby gaat terug tot de Middeleeuwen, met voorlopers zoals soule of sioule in Frankrijk, knappan in Wales, hurling in Ierland en calcio in Italië. Aan het einde van de 18e eeuw verloren deze spellen aan populariteit, behalve folk voetbal, dat op Engelse universiteiten werd gespeeld.

De geboorte van het moderne rugby wordt toegeschreven aan een incident op het terrein van het Rugby College in Engeland. Volgens de legende pakte William Webb Ellis tijdens een schoolwedstrijd football de bal op en rende ermee naar het doel van de tegenstander, waarmee hij de basis legde voor een nieuwe sport. William Webb Ellis wordt tegenwoordig nog steeds gezien als de grondlegger en uitvinder van de balsport.

Lees ook: Regels waterpolo speeltijd

De opkomst van de spoorwegen maakte sportevenementen tussen colleges mogelijk, wat leidde tot de noodzaak van uniforme regels. Er ontstond een discussie over het gebruik van handen en voeten, wat resulteerde in de oprichting van de Voetbalvereniging en het rugby-voetbal. In 1863 werden de definitieve regels voor rugby opgesteld in Cambridge. De eerste Rugbyvereniging in Nederland werd in 1918 opgericht door studenten in Delft.

Basisregels van Rugby

Rugby lijkt een eenvoudig spel: je mag de bal in je hand nemen en de bedoeling is dat je de bal achter de trylijn van de tegenstander tegen de grond drukt. Het lijkt echt makkelijker dan het is, je mag de bal naar een medespeler gooien maar een van de belangrijkste regels in rugby is: de bal moet altijd naar achteren gespeeld worden. Deze en meerdere regels in rugby maken een goede samenwerking en sterke discipline noodzakelijk. Rugby vereist een goede samenwerking en sterke discipline. De basisregels omvatten:

  • Spelers mogen met de bal in de handen rennen. Schijnbewegingen en snelheid zijn hierbij belangrijk.
  • De speler die de bal heeft, mag getackeld worden, maar alleen met de armen.
  • De bal mag alleen naar achteren worden gegooid. De ovale vorm van de bal vereist hiervoor de juiste pas-techniek.
  • Lichte overtredingen worden bestraft met een scrum, waarbij de 8 voorwaartsen in een bepaalde opstelling strijden om de bal.
  • Als de bal uitgaat, wordt een line-out geformeerd, waarbij de bal tussen twee rijen spelers wordt gegooid. Een speler mag, terwijl hij/zij springt, worden opgetild (gelift) om hoge ballen te kunnen vangen.
  • Ernstige overtredingen, zoals praten tegen de scheidsrechter of buitenspel, worden bestraft met een penalty (strafschop). De tegenstander moet bij een strafschop 10 meter achteruit.
  • Spelers maken contact bij een tackle of een maul, waarbij spelers tegen elkaar aan botsen en hun lichaam indraaien.
  • Spelers mogen de bal schoppen, wat handig kan zijn in de verdediging, maar meestal tot balverlies leidt.
  • Spelers dienen de tegenstander en de scheidsrechter ten alle tijden te respecteren.

Rugby Union versus Rugby League

Er bestaan twee varianten van rugby: Rugby Union en Rugby League. Rugby Union is de meest bekende vorm, die ook internationaal wordt gespeeld. Rugby League is lang geleden, in 1895, afgesplitst van Rugby Union. Het was destijds de professionele rugbyvariant, met 13 in plaats van 15 spelers. Tegenwoordig worden beide varianten professioneel gespeeld. Bij Rugby League verlopen met name de tackles geheel anders, omdat het gevecht om de bal stopt nadat een speler met de bal is getackeld. Daardoor ontstaat een ander spelpatroon.

Hieronder een overzicht van de belangrijkste verschillen:

KenmerkRugby UnionRugby League
Aantal spelers1513
ScrumBelangrijk onderdeel: een groep van iedere partij probeert elkaar in voorovergebogen houding weg te duwen om de bal in bezit te krijgen.Komt minder vaak voor en is minder belangrijk.
TackleNa een tackle gaat het gevecht om de bal door, maar ieder team mag alleen vanaf zijn eigen kant over de liggende spelers heen de situatie benaderen.Na een tackle stopt het gevecht om de bal. De getackelde speler brengt de bal weer in het spel door de bal met de voet naar achteren te rollen.
Line-outSpelers die achter elkaar zijn opgesteld, proberen de bal te veroveren die vanaf de zijlijn in wordt gegooid.Geen onderdeel van het spel.
VeldHet veld dient de volgende afmetingen te hebben: Totale Lengte : 31 meter (inclusief in-goal gebied / trygebied van 3 meter elk) Totale Breedte: 25 meter. Het moet een veilige oppervlakte zijn en bestaan uit zand. Lijnen op het veld en daarbuiten zijn gemaakt van tape, touw, koord of opblaasbare elementen.

De Posities van de Spelers

Een rugbyteam bestaat uit 15 spelers (in Rugby Union), onderverdeeld in twee hoofdgroepen: de voorwaartsen (nummers 1 t/m 8) en de driekwarters (nummers 9 t/m 15). Tevens kennen we een verder onderverdeling van het pack en de backs. Zo worden in het pack, de eerste rij, twee props met in het midden een hooker, te samen met de tweede rij, waar de twee locks staan, de front five genoemd. De nummers 6 t/m 8 van het pack vormen te samen de ‘back row’, ofwel derde rij.

Lees ook: Speeltijd D-jeugd korfbal

Voorwaartsen (The Pack)

De voorwaartsen zijn belangrijk in de spelonderdelen waarvoor geproportioneerde kracht en techniek nodig is, bijvoorbeeld in de scrums, de rucks en de mauls. Deze spelers in de eerste rij zijn vaak zwaarder en sterker dan de backs. De meeste eerste rijers, met name de props boeten hierdoor aan snelheid in, maar er zijn hookers die qua snelheid en behendigheid met de bal in de hand niet voor de driekwarters onder doen. Tweede rijers, de locks, zorgen voor het balbezit vanuit de line-outs en voor het ‘op slot zetten’ van de scrum. Meestal zijn deze spelers langer dan 1,95 m en buiten zij hun lengte gepaard met de benodigde sprongkracht uit om boven hun tegenstanders uit te komen.

De voorwaartsen worden verder onderverdeeld in:

  • Eerste rij:
    • Tight Head Prop (1): Vormt met de hooker en de loose head prop de eerste rij in de scrum. De tight head prop dankt zijn naam aan het feit dat hij zijn hoofd zich tussen de twee hoofden van de hooker en de prop van tegenstanders in bevindt tijdens de scrum. Samen met de loose head prop ondersteunt hij de hooker. Zorgt voor stabiliteit in de scrum.
    • Hooker (2): Vormt met de twee props de eerste rij in de scrum. De hooker is de middelste van de drie, hij wordt ondersteund door zijn beide props. Daardoor heeft hij zijn voeten vrij om bij het ingooien van de bal deze zo snel mogelijk met zijn voeten naar achter te werken. De bal moet door de scrumhalf precies in het midden tussen beide eerste rijen ingegooid worden. De ingooiende scrumhalf bepaalt echter wel het moment waarop. De bal mag alleen met de voeten naar achter gewerkt worden. Bij de line-out gooit de hooker vaak de bal in. Verovert de bal in de scrum en gooit de bal in bij een line-out.
    • Loose Head Prop (3): Vormt met de hooker en de tight head prop de eerste rij in de scrum. De loose head prop dankt zijn naam aan het feit dat hij zijn hoofd vrij heeft in de scrum (niet tussen de twee hoofden van de hooker en de prop van tegenstanders). Samen met de tight head prop ondersteunt hij de hooker. In de line-out zullen de props vaak de springers ondersteunen. Ondersteunt de hooker en biedt stabiliteit.
  • Tweede rij (Locks) (4 & 5): De twee tweede rijers (locks) vormen de motor van de scrum (zij leveren de kracht). Verdedigend vangen zij ook de kracht op door zich met gestrekte benen vast te zetten (to lock) in de grond. Zij zijn lang en sterk. In de line-out zijn zij de springers. Veroveren de bal na een line-out en zijn de drijvende kracht in de scrum.
  • Derde rij (Flankers en Nummer 8):
    • Blindside Flanker (6): Samen met de nummer 8 vormen de flankers de derde rij in de scrum. De blindside flanker staat aan de kant van de scrum waar het minste ruimte is tot de zijlijn. Zij breken verdedigend als eerste op van de scrum om zo snel mogelijk de aanval van de tegenpartij te verstoren. Verovert de bal van de tegenstander en verstoort de aanval.
    • Openside Flanker (7): Samen met de nummer 8 vormen de flankers de derde rij in de scrum. De openside flanker, de naam zegt het al, staat aan de kant van de scrum waar het meeste ruimte is tot de zijlijn (de open kant). Zij breken verdedigend als eerste op van de scrum om zo snel mogelijk de aanval van de tegenpartij te verstoren. Verovert de bal van de tegenstander en verstoort de aanval.
    • Nummer 8 (8): De nummer 8 is de laatste man in de scrum. Hij stuurt de scrum en controleert met zijn voeten een gewonnen bal. De scrumhalf mag de bal pas oppakken als de bal vrij ligt van de scrum (dus niet meer onder de benen van de spelers in de scrum). Vaak pakt de nummer 8 ook zelf de bal op na een gewonnen scrum. Hij doet dit door met de bal voor zijn voeten de scrum los te laten en dan de bal op te pakken en er mee op te lopen. Zo bindt hij een verdediger aan zich en zijn scrumhalf kan meegaan als extra speler in de aanval. Krijgt de bal in handen aan de basis van de scrum en verbindt de voorwaartsen en de backs.

Driekwarters (The Backs)

De bijdrage van de backs is snelheid en techniek. Zij worden geacht met snelle combinaties de verdediging van de tegenstander uit positie te spelen. Tevens vormen zij het eerste verdedigingsblok, stoppen aanvallende spelers van de tegenpartij af tot het moment dat de derde rijers zich ermee kunnen bemoeien om balbezit veilig te stellen.

De driekwarters dragen bij met snelheid en techniek. Zij worden geacht met snelle combinaties de verdediging van de tegenstander uit positie te spelen. De driekwarters bestaan uit:

  • Scrum Half (9): Aanvallend is de scrumhalf de verbindingsschakel tussen de voorwartsen en de driekwarten. De scrumhalf ontvangt gewonnen ballen van de voorwaartsen en speelt ze af naar de driekwarten (meestal de flyhalf). Bij spelhervattingen na een penaltykick neemt de scrumhalf vaak het tactische korte kickje (een schopje tegen de bal en de bal zelf oppakken en doorspelen). Zorgt voor de verbinding tussen de voorwaartsen en de backs bij scrums en line-outs.
  • Fly Half (10): De flyhalf is de eerste schakel van de driekwarten en daarbij een soort spelbepaler. De flyhalf bepaalt aanvallend welk van de ingestudeerde bewegingen de driekwarten gaan maken om zoveel mogelijk terrein te winnen. Dirigeert het team en beslist of hij gaat trappen, passen of een doorbraak forceert. Opener.
  • Blindside Winger (11): De blindside winger staat aan de kant van de scrum waar het minste ruimte tot de zijlijn is. De wingers zijn de echte renpaarden, zij moeten het afmaken door om de verdediging heen te lopen om te scoren. Zorgen voor snelheid op het veld om een try te scoren.
  • Eerste Center (12): De eerste center (ook wel inside center genoemd) heeft aanvallend de taak om op snelheid zoveel mogelijk terrein te winnen en eventueel door de verdediging heen te breken.
  • Tweede Center (13): Hebben een sleutelpositie in de aanval en verdediging, en proberen de verdediging van de tegenstanders te verbreken.
  • Openside Winger (14): Zorgen voor snelheid op het veld om een try te scoren.
  • Full Back (15): De laatste man in de verdediging, die vertrouwen moet hebben bij een hoge bal en snel genoeg moet zijn om te tackelen.

Spelverloop en Scoren

Een rugbywedstrijd duurt 2 maal 40 minuten, met een pauze van ongeveer 5 minuten. Tijdens de wedstrijd proberen de spelers een ovale bal over de tryline van de tegenstander te drukken of tussen de palen te schoppen om zo punten te scoren. Het spel eindigt niet onmiddellijk aan het einde van de reguliere speeltijd. Zolang de bal nog in het spel is, gaat het spel door totdat de bal buiten de baan gaat of een bepaalde spelactie, zoals een scrum, line-out, vrije trap of strafschop, is voltooid. Pas dan wordt het spel officieel als afgelopen beschouwd.

Lees ook: Regels van Judo Competities

Er zijn verschillende manieren om punten te scoren:

  • Try: Het over de tryline van de tegenstander drukken van de bal levert 5 punten op. Een try wordt toegekend wanneer een speler als eerste de bal drukt in het in-goal gebied van de tegenstander.
  • Conversie: Na het scoren van een try mag een speler trachten een extra score toe te voegen door het nemen van een zogenaamde conversie kick, wat nog eens 2 extra punten oplevert. De conversie kick mag worden genomen ergens in een rechte lijn langs de lengte van het veld ten opzichte van de plaats van de try.
  • Penalty Kick: Een strafschop die tussen de palen wordt geschopt, levert 3 punten op. Dit mag als de scheidsrechter een penalty heeft toegekend na een overtreding.
  • Drop-goal: Een drop-goal, waarbij de bal tijdens het spel tussen de palen wordt geschopt, levert 3 punten op. De kick moet dan echter genomen zijn als drop-kick.

Specifieke Spelsituaties

  • Scrum: Een spelhervatting die vaak voorkomt tijdens een wedstrijd. De scrum mag worden gezien als een geordende ruck. In een scrum stellen acht spelers van ieder team zich in een vaste formatie tegenover elkaar op en proberen door duwen in balbezit te komen. De bal wordt in de scrum gebracht door de scrum half. De spelers mogen slechts duwen met de schouders boven de heupen. Het is niet toegestaan een scrum naar de grond te drukken. Dit wordt gezien als een overtreding (collapsing the scrum). Nadat de bal in de scrum is ingebracht zal de hooker proberen de bal met de hak van zijn schoen naar achteren te werken.
  • Line-out: Een spelhervatting wanneer de bal over de zijlijn is gegaan. Bij een line-out stellen spelers van beide teams zich op in twee rijen dwars op de zijlijn met 1 m onderlinge afstand. Elk team is vrij om te bepalen hoeveel spelers in de line-out gaan staan. Een speler (meestal de hooker) gooit de bal tussen de 2 rijen door dwars op de zijlijn in. Spelers in de rij mogen worden opgetild om de bal te vangen of naar een teamgenoot door te spelen.
  • Ruck: Na een tackel ontstaat er gewoonlijk een ruck. De beste vertaling hiervan is wellicht “de meute”. De meute die de tackel volgt. Van beide zijden komt een meute (staande) spelers die elkaar de ruimte betwisten. Het is echter niet de bedoeling om op de getackelde spelers te duiken. Wat ontstaat doet denken aan een scrum. Het wordt ook wel eens een loose scrum genoemd.
  • Maul: Als een baldrager wordt aangevallen, maar alle medestanders die fysiek contact maken met de baldrager worden niet naar de grond gebracht, dan ontstaat een maul. Net als bij een tackel ontstaan er buitenspellijnen vóór en achter en links en rechts van de maul. Medestanders moeten met elkaar gebonden blijven om bij de maul te horen. Spelers mogen alleen vanaf hun eigen zijde duwen.

Het Veld

Het veld is rechthoekig met aan elk uiteinde een H-vormig rugbydoel. De palen staan op de doellijn. Achter de doellijn ligt de achterlijn. Het gebied tussen deze twee lijnen is het doelgebied. In het doelgebied kan een try kan worden gedrukt. Voor de doellijn ligt het verdedigingsvak tot aan de 22-meterlijn. Tussen de 22-meterlijn en de middellijn ligt de onderbroken 10-meterlijn. Deze 10-meterlijn moet worden gepasseerd bij de aftrap. Verder lopen er ook nog lijnen in de lengterichting van het veld. Te beginnen de zijlijn.

Tackelen

Een speler in bezit van de bal (de baldrager) mag worden getackeld door een tegenstander. Andere spelers dan de baldrager mogen niet worden gehinderd (obstruction). Een tackel bestaat uit het naar de grond brengen van de tegenstander gebruikmakend van armen (en handen). Daarbij mogen hoofd of nek niet worden geraakt (high tackle). Een speler geldt als getackeld als een knie of hoger lichaamsdeel de grond raakt. De baldrager moet dan onmiddellijk aanstalten maken om de bal af te geven.

tags: #hoelang #duurt #een #rugby #pauze #wedstrijd