Het Belgische nationale hockeyelftal, bij de vrouwen bekend als de Red Panthers, heeft, net als hun mannelijke tegenhangers (de Red Lions), de afgelopen jaren een aanzienlijke groei en ontwikkeling doorgemaakt. Hoewel ze nog niet dezelfde hoogtepunten hebben bereikt als de Red Lions, zijn de Red Panthers een team om rekening mee te houden en vertegenwoordigen ze een belangrijk onderdeel van de Belgische hockeygemeenschap.
De Koninklijke Belgische Hockey Bond (KBHB)
De Koninklijke Belgische Hockey Bond (KBHB) is de overkoepelende organisatie voor hockey in België en speelt een cruciale rol in de ontwikkeling van zowel mannen- als vrouwenhockey. De bond vertegenwoordigt ongeveer 100 clubs verspreid over het hele land, met in totaal zo'n 52.000 leden. Opvallend is dat de verdeling van leden vrijwel gelijk is tussen mannen en vrouwen, en tussen het noorden en het zuiden van het land.
De KBHB streeft ernaar een hockeyomgeving te creëren waar leden met plezier komen, fans graag langs de lijn staan, vrijwilligers gewaardeerd worden en sponsors graag hun naam en budget aan verbinden. De bond biedt een uitgebreid pakket voor ledenadministratie aan in samenwerking met Sportlink, waardoor alle benodigde informatie automatisch gedeeld wordt. Verenigingen kunnen bovendien kosteloos gebruik maken van Club.Contributie en een app voor het vastleggen van wedstrijdzaken. Het supportteam van de KBHB behandelt jaarlijks duizenden vragen en bestaat uit enthousiaste clubliefhebbers die vaak zelf actief zijn als bestuurder, vrijwilliger, trainer of jeugdvoorzitter bij hun eigen club.
Groei en Ontwikkeling van Hockey in België
De afgelopen tien jaar heeft hockey in België een indrukwekkende groei doorgemaakt, waarbij het aantal leden tussen 2010 en 2020 verdubbeld is. Deze groei kan deels worden toegeschreven aan de successen van de nationale hockeyteams, maar ook aan de kernwaarden van de sport. Respect, fair-play, tolerantie en teamgeest maken hockey tot een aantrekkelijke familiesport.
De Red Panthers: Een Team in Opkomst
Hoewel de Red Panthers nog niet dezelfde successen hebben behaald als de Red Lions, zijn ook zij een team om rekening mee te houden. Met een uitstekende 3e plaats op het Europees kampioenschap bewijzen ze veelbelovend te zijn. Om de groei van het Belgische vrouwenhockey verder te stimuleren, investeert de KBHB in de ontwikkeling van talent en de verbetering van de faciliteiten.
Lees ook: Keepersavontuur in Zuid-Afrika
De Rol van het Center of Excellence
De KBHB heeft geïnvesteerd in een nieuw gebouw, het Center of Excellence, in Antwerpen. Dit nieuwe hoofdkwartier is een ultramoderne faciliteit en een mijlpaal die België zal profileren als een van de top hockeylanden in de wereld. Het is voorzien van alle functies en voorzieningen die de KBHB zullen ondersteunen op hun weg naar succes en ervoor zullen zorgen dat de Belgische nationale ploeg een prominente rol kan blijven spelen in de internationale hockeywereld.
Communicatie en Samenwerking Tijdens COVID
Tijdens de COVID-pandemie werden de KBHB en de Red Panthers geconfronteerd met uitdagingen op het gebied van communicatie en samenwerking. Met leden en spelers verspreid over het hele land was er behoefte aan een gebruiksvriendelijke oplossing om virtuele of hybride vergaderingen te houden en om ondanks de afstand te kunnen samenwerken. De i3TOUCH flat panels werden ingezet om speltactieken en -strategieën te verspreiden, aantekeningen te maken, videoconferenties te houden en presentaties te geven. Met de i3TOUCH kunnen de vergaderingen van de KBHB doelgerichter en interactiever worden. Bovendien kunnen de spelers en de technische staf van het nationale team elk detail analyseren met deelnemers op andere locaties van de Federatie.
De Visie van de KBHB
Serge Pilet, de CEO van de KBHB, legt uit: "Als nationale hockeybond zijn wij ook verantwoordelijk voor de groei van onze nationale topteams. We moeten onze interne werking voortdurend optimaliseren en de complexiteit van de communicatie door de verspreide locaties van de teams verminderen." Naast interactieve displays gebruikt KBHB ook de digital signage functie, die geïntegreerd is in de i3TOUCH EX. De digital signage functie op de i3TOUCH is een van de snelste manieren om waarschuwingen of belangrijke boodschappen over te brengen. Het kan ook dienen als een effectieve virtuele rondleiding door de volledige locatie.
Historische Context en de Rol van Fernand de Montigny
De geschiedenis van het Belgische hockey is logisch uit te leggen aan de hand van meervoudig olympisch kampioen Fernand de Montigny. Misschien staat hij wel symbool voor het Belgische hockey in de beginjaren. De Montigny kwam uit een rijke familie in Antwerpen, waar Frans werd gesproken. Frans is de taal van de elite, ook in het Vlaamse deel van het land. Hoewel in 1932 Vlaams de officiële eerste taal werd in Antwerpen, werd er tot diep in de jaren vijftig en ook nu nog in hogere en adellijke kringen Frans gesproken.
De Montigny (1885-1974) zou zes olympische medailles winnen, van 1908 tot 1924, terwijl hij actief was als schermer, schaatser, hockeyer en ijshockeyer. Daarnaast ontwierp hij als architect het olympisch stadion van Antwerpen, waar in 1920 de Olympische Spelen werden gehouden. De alleskunner tenniste en hockeyde in Antwerpen op Royal Beerschot THC, een de oudste hockeyclubs van België. In 1899 was Beerschot ontstaan als sportclub voor hockey, polo, paardenjacht, cricket, rugby, tennis en atletiek.
Lees ook: Belgische keeper legendes
Net zo roemrucht als Beerschot is Leopold, in het Franstalige deel van België. Rond 1900 opgericht in Ukkel, ten zuiden van Brussel. De huidige landskampioen Leopold is recordhouder met veertien landstitels bij de dames en zevenentwintig titels bij de heren. Ook Royal Leopold is een multisportclub.
In het seizoen 1910/1911 werd de Belgische hockeybond, toen de Association de Hockey de Belgique, opgericht. In dat jaar speelde België de eerste hockeyinterlands. Het gemengde team van Beerschot. De Montigny speelde zowel in het mannenteam als het gemengde team van Beerschot, dat bestond uit zes mannen en vijf vrouwen. België greep met De Montigny bij de eigen Olympische Spelen in Antwerpen (1920) brons in het mannenhockey. De Belgen wonnen met 3-2 van Frankrijk, verloren met 5-2 van Denemarken en werden op het natuurgras in Antwerpen met liefst 12-1 vernederd door de Britten, die olympisch kampioen werden. Het zou tot 2007 duren voordat het Belgische mannenhockey weer een medaille zou winnen. De Montigny ontving in 1934 een ‘sport merit’ medaille in Antwerpen, van de minister van sport.
Het Belgische multitalent stond symbool voor de ‘leisure class’, voor de gefortuneerden die genoeg tijd, en energie hadden om zich te bekwamen in sport. Voor de Franstalige hockeyelite was fair play het belangrijkst, net als elegantie in de sport. Professioneel sporten werd in die tijd nog gezien als spelbederf. Dat de Franstalige bourgeoisie de oorsprong van het Belgische hockey vormde, is nog te merken bij de verschillende hockeyclubs.
De Invloed van Taal en Cultuur
De Belgische sportjournalist Floris Geerts weet dat traditionele hockeyclubs hun elitaire karakter deels hebben behouden. Ook de Franse taal heeft daar nog steeds mee te maken. ‘Taal ligt gevoelig in ons land. De oudere generatie spreekt toch het liefst Frans. Zelfs bij clubs in Vlaams gebied, zoals Beerschot, Herakles (Antwerpen) en Gantoise (Gent) wordt er nog veel Frans gesproken. Dat heeft toch te maken met die oude gegoede burgerij, die liever Frans spreekt. Fernand de Montigny. Ook van het huidige Belgische nationale team komen veel spelers uit een Vlaams gebied, maar werd er toch thuis Frans gesproken. Geerts: ‘Bij Loïck Luypaert spreken ze Frans thuis. Arthur de Sloover, Felix Denayer, Florent van Aubel, Nicolas de Kerpel, Antoine Kina.
Nu het hockey snel groeit in België (van 17.000 in 2005 naar 48.000 hockeyers eind 2018), verandert het snobistische karakter van de sport, wat een van de factoren kan zijn geweest van de groeispurt. Het was ook de nadrukkelijke wens van oud-international Marc Coudron, sinds 2005 voorzitter van de Belgische hockeybond. Hockey moest volgens Coudron toegankelijker worden voor het grote publiek. Een goed voorbeeld in deze richting is de oprichting van de Antwerpse hockeyclub Olympia in 2016, de club waar het EK hockey in augustus wordt gespeeld. Een hockeyclub, zoals de inwoners van de stad: ‘Wij zijn een gezellige, familiale club opgericht in 2016. Er is voor de naam Olympia gekozen, omdat de Olympische Spelen van Antwerpen in 1920 op en rond het Wilrijkse Plein werden georganiseerd.
Lees ook: Het beste van de Jupiler Pro League
De Rol van Marc Coudron in de Hockeyrevolutie
In aanloop naar het EK Hockey in Antwerpen duikt hockey.nl in de Belgische hockeyhistorie. Hoe ontwikkelde het ‘kleine’ hockeyland zich tot de wereldkampioen van 2018? Vandaag deel 3: hoe oud-international Marc Coudron (48) na veel teleurstellingen in zijn interlandcarrière in 2005 als voorzitter van de Belgische hockeybond een hockeyrevolutie startte in België.
‘Ik heb van mijn 358 caps zeker 26 keer tegen Nederland gespeeld. Eén keer werd het 1-1, op het EK in 1995. Voor de rest verloren we altijd. Nederland is het enige land waar we nooit van konden winnen. Marc Coudron, sinds 2005 voorzitter van de Belgische hockeybond (KBHB), legt in zijn kantoor in Brussel uit waar de kracht vandaan kwam om een revolutie in het Belgische hockey te ontketenen, die hij zelf consequent een evolutie noemt. Zelf oogt en praat hij bescheiden, maar hij heeft de kracht om honderden mensen te mobiliseren. België was in zijn jaren het lachertje op het internationale podium.
Voormalig aanvoerder Coudron kijkt gekweld als hij vertelt over het WK in 1994. Hij vond het een wonder dat de Belgische hockeyers überhaupt het WK hadden gehaald en wilde daar alles uithalen. België speelde tegen het Nederlands elftal, kwam op een 1-0 voorsprong, en verloor daarna met 8-1. ‘De helft van ons team was goed voorbereid. De rest was mentaal en fysiek zwak. Ik ben een teamplayer. Maar het is moeilijk om op het hoogste niveau te spelen, als andere spelers niet alles doen wat ze kunnen. Dat is frustrerend. Daarom hebben we na het WK in Sydney verschillende spelers vervangen.
België was vroeger altijd de underdog, vertelt Coudron. Het team dat mentaal met 0-2 achter stond, als het een wedstrijd tegen een topland speelde. Jezelf kleiner maken, de timide opstelling: het zit volgens de bondsvoorzitter diep in de Belgische ziel. De historie van het land had een permanente angst in de harten van de Vlamingen en Walen gejaagd, denkt Coudron. ‘Wij zijn zo vaak bezet geweest door andere landen. Wij hebben altijd gedacht dat andere landen groter waren dan wij. Die mentaliteit leeft in de monden van de politici, in de pers, en bij de mensen zelf’, legt hij uit. ‘Een kwartfinale halen, dat is voor een klein land als België toch niet zo slecht? Dat soort dingen stonden in de krant. Wat is dat, een klein land? Toen ik zelf speelde was die houding een frustratie bij mij. Een Hollander zou dat gevoel nooit hebben. Daarom is Nederland zo goed in sport en bloeit het in het bedrijfsleven met haar ondernemingen. Wij hebben altijd gedacht dat andere landen groter waren dan wij.
Coudron weet zich met België nooit te kwalificeren voor de Olympische Spelen. In zijn laatste jaar als international krijgt de aanvoerder nog een kans, om Athene 2004 te halen. De Wet van Murphy werkt op volle toeren, als België een vinger op een olympisch ticket heeft gelegd. Het koestert een 2-1 voorsprong tegen Zuid-Afrika, op het olympisch kwalificatietoernooi in Madrid. Coudron: ‘Het werd een ramp. Met nog dertien seconden te gaan staat het 2-1 voor ons, terwijl wij kansen hadden om op 4-1 te komen. Een kans die er nooit in had gemogen, wordt in de laatste minuut gescoord door Zuid-Afrika. In de verlenging tippen wij een bal een centimeter naast de goal. Bij de strafballen staat het bijna 4-2 voor ons. Maar de keeper maakt een supermooie save. In de sudden death scoren zij. Wij missen. Ongelofelijk.
Maar dat wist hij toen nog niet. Coudron wist alleen dat hij vooruit wilde met het Belgische hockey. Het ‘Calimero-complex’ moest worden afgeschud en België moest met de mannen een keer de Olympische Spelen halen. Coudron bleef zich na zijn actieve loopbaan bezig houden met het nationale team. Toen kwam de vice-voorzitter van de KBHB naar de toenmalig recordinternational van België - een titel die nu is overgenomen door international John-John Dohmen - met de vraag of Coudron geen voorzitter wilde worden van de Belgische hockeybond? Het was geen onlogische vraag, want Coudron was een grote naam in het Belgische hockey en wist precies waar de schoen knelde. ‘Maar ik was pas 34.
‘Ik heb veel nagedacht en met vrienden gesproken. Ik heb Bert Wentink (Nederlandse coach en academicus, toen bekend als coach van Dragons, red.) benaderd. Mijn gevoel was dat Bert met zijn kwaliteiten de juiste persoon op de juiste plaats was. Ik wilde het alleen doen als hij in het bestuur wilde. Hij had een goede baan op de Tilburgse universiteit. Hij moest die verlaten voor een witte pagina in zijn carrière. Het grootste voordeel was dat we met jongens als Cedric Charlier, John-John Dohmen, Thomas Briels en Sander Baart net in 2004 het EK onder 16 hadden gewonnen.
Het voorzitterschap is een vrijwilligersbaan. Eentje waar Coudron de afgelopen veertien jaar naar schatting minimaal twintig uur per week aan kwijt is. Hij durfde als een van de weinige Belgen groots te dromen. Hij predikte een sterke evolutie. In 2005 bedroeg het inkomen van sponsors voor de hockeybond 65 duizend euro. In 2019 is dat bedrag zo’n 1,4 miljoen euro. Er werkten in 2005 vier mensen bij de hockeybond, Bert Wentink werd de vijfde. Nu zijn er meer dan twintig fulltimers. Wentink begon met het ‘Be Gold’ jeugdopleiding, dat tot gouden successen op de Olympische Spelen moest leiden.
Coudron merkte in 2005 dat er meer Belgen zijn dromen deelden en wist een organisatie neer te zetten met geschikte trainers, betere faciliteiten en een sport te creëren die minder elitair was en aansprekend was voor meer mensen. ‘Het hockey begon te leven. We moesten voor de sponsors ook in de Nederlandstalige pers aanwezig zijn. We gingen daarom ook toernooien organiseren, zodat we zichtbaarder werden als sport. Hockey moest aanwezig zijn op de televisie, in kranten en op social media. De Champions Challenge was in Boon in 2007.
Coudron was ondertussen van 2010 tot 2018 Executive Board Member van de FIH. Nu is hij penningmeester bij het Belgische olympische comité. De oom van internationals Tom en Jill Boon zegt dat hij in 2010 zeker wist dat de evolutie die hij samen met Wentink was gestart zou leiden tot grootse resultaten. ‘Ik deed alsof we in 2015 waren. Weten jullie nog, dat de mannen en vrouwen het EK, het WK en de Olympische Spelen speelden? Ik deed net alsof ik een profeet was en zei dat we voor goud moesten gaan. Ik wist gewoon zeker dat we het zouden halen. Dat was geen arrogantie. De generatie Gauthier Bocchard, Loïck Luypaert en Simon Gougnard was onder 18 Europees kampioen geworden. En de generatie daarna, met Arthur van Doren, Alexander Hendrikx en Manu Stockbroekx ook. We hadden zoveel spelers van topniveau. We hadden de beste jeugd ooit. En misschien wel de beste van de wereld. Het enige wat we moesten regelen voor ze waren de beste coaches van de wereld, met Adam Commens (nu technisch directeur KBHB), Colin Batch (nu coach Australië) en daarna Marc Lammers, Jeroen Delmee en Shane McLeod.
‘Closing the Gap’ was de naam van het eerste doel, voor 2005 tot 2008, omdat België altijd tussen plaats elf en veertien bungelde op de wereldranglijst. Toen de Olympische Spelen van Peking was gehaald, begon de fase ‘Keep the Flame Burning’. Van 2012 tot 2016 werd dat ‘Push to the Podium’, 2016-2020 staat voor ‘Together at the Top’. De volgende fase heet ‘Beyond Tokio.’ De tijd om te oogsten. Coudron durft hardop te zeggen dat in 2024 België de Grand Slam heeft bereikt: Europees kampioen, wereldkampioen en olympisch kampioen.
Toen de Red Lions in India de shoot-outs van Nederland wonnen van Nederland, zat Coudron in Londen. Hij ging naar een concert van Paul McCartney. Samen met een Nederlandse vriend keek hij naar de finale. Nergens in Londen wordt de wedstrijd uitgezonden, dus moet hij in de lobby van het hotel met een Nederlandse vriend op een mobiele telefoon naar de finale kijken. Hij ziet Florent van Aubel in de sudden death van de shoot-outs scoren en Jeroen Hertzberger missen. Een paar dagen later staat hij in Brussel, op de Grote Markt. Het is een koude dinsdagmiddag, diep in december. Vier straaljagers van de Belgische luchtmacht brengen een saluut. Het plein staat vol met duizenden mensen om de Belgische hockeyploeg te huldigen. Niet alleen is het Belgische hockey eindelijk succesvol.
Coudron: ‘Ik stond op het balkon naast de spelers. Ik werd emotioneel toen ik al die mensen zag. Dit was ongelofelijk voor een dinsdag. Een dag dat mensen moesten werken en kinderen naar school gingen. Maar het meest emotionele moment van mijn voorzitterschap blijft die zondag van de gewonnen finale tegen Nederland.
De Toekomst van de Red Panthers
De Red Panthers hebben de potentie om in de toekomst nog grotere successen te behalen. Met de juiste ondersteuning, talentontwikkeling en faciliteiten kunnen ze zich meten met de beste teams ter wereld. De KBHB blijft zich inzetten om de Red Panthers te ondersteunen en te helpen hun doelen te bereiken.
tags: #belgische #vrouwen #hockey #ploeg #geschiedenis