Overleden Amerikaanse Honkballers: Een Eerbetoon aan Verloren Legendes

De honkbalwereld heeft door de jaren heen afscheid moeten nemen van vele iconische spelers. Dit artikel staat stil bij enkele van deze overleden Amerikaanse honkballers, en een Nederlandse honkballer, die een onuitwisbare indruk hebben achtergelaten op de sport. Van legendarische prestaties op het veld tot tragische gebeurtenissen buiten het veld, hun verhalen blijven voortleven en inspireren nieuwe generaties honkballers en fans.

Jacky Jakoba: Een Nederlandse Honkballegende

Op zaterdag 17 december overleed Jacky Jakoba op 60-jarige leeftijd. Jakoba, geboren op 25 september 1962 in Willemstad (Curaçao), was een productieve speler in de Hoofdklasse. Hij speelde tussen 1981 en 1994 in elf seizoenen in de hoogste afdeling voor zes verschillende teams. Hij werd een legendarische speler en zorgde in 1984 voor een record toen hij 24 homeruns sloeg. De infielder was ook acht jaar een waardevolle speler van het Nederlands Honkbal Team.

Jeugd en Vroege Carrière

Jacky groeide op in een gezin met negen kinderen en leerde honkballen tijdens straat-wedstrijden. Later speelde hij voor honkbalteams in Curaçao, waaronder het bekende Marlboro in de hoogste afdeling. In 1981 voegde de Amsterdamse honkbalploeg De Spartaan de getalenteerde Jakoba aan de ploeg toe als één van hun nieuwe Antilliaanse spelers. In het voorgaande jaar was de ploeg kampioen geworden in de Eerste Klasse om te promoveren naar de Hoofdklasse. Zo reisde Jacky op 18-jarige leeftijd naar Nederland, niet alleen om te honkballen, maar ook om te studeren. In zijn eerste jaren in Nederland na zijn studie werkte Jacky op Luchthaven Schiphol bij de bevoorrading van vliegtuigen.

Hoofdklasse Debuut en Doorbraak

Sinds zijn komst naar Nederland in 1981 bleef Jacky Jakoba hier om er te wonen, werken en te honkballen. Als honkballer ontwikkelde hij zichzelf tot een productieve powerhitter, die een legendarische status kreeg en geliefd werd (en bleef) in de Hoofdklasse. In 1981 maakte Jacky Jakoba zijn debuut in de Hoofdklasse toen hij uitkwam voor het Amsterdamse De Spartaan, onder leiding van hun langdurige Hoofd Coach Gerard Stenzler. Gelijk vanaf het begin gaf Jakoba zijn visitekaartje af. Hoewel hij naar Amsterdam kwam als outfieder verhuisde Jakoba al snel naar het derde honk, wat zijn voornaamste positie werd.

Een paar maanden voordat Jakoba zijn Nederlandse debuut zou maken kwam er een verontrustend bericht van de Honkbal Bond van de toenmalige Nederlandse Antillen. Jakoba was voor een jaar geschorst, omdat hij een scheidsrechter zou hebben geduwd in een wedstrijd ongeveer zes maanden eerder. Wanneer de schorsing bleef staan zou de Nederlandse Bond die zeker hebben overgenomen en was Jakoba niet in staat geweest te spelen. Maar een maand voor aanvang van het seizoen werd de straf omgezet in een voorwaardelijke schorsing. Voor aanvang van het seizoen reisde De Spartaan naar het Amerikaanse Los Angeles voor een trainingskamp van twee weken. Daar was het de legendarische Tom Lasorda, toen de Manager van Los Angeles Dodgers, die Jakoba in actie zag en interesse toonde.

Lees ook: Amerikaans herenbasketbal: de betekenis achter de bijnaam

1981 was niet alleen Jakoba's debuut in de Hoofdklasse, het was ook het eerste seizoen in de hoogste afdeling voor De Spartaan. In het Opening Weekend stond de ploeg tegenover Neptunus en begon het seizoen met een 10-1 nederlaag op eigen veld. De volgende dag toonde De Spartaan zich echter een taaie tegenstander, maakte een 8-3 achterstand ongedaan en kwam langszij. Een week later boekte De Spartaan de eerste overwinning via een 17-7 zege in een thuiswedstrijd tegen UVV. De Spartaan sloeg in dat duel zeven homeruns, aangevoerd door Jack Zijlstra, die er drie sloeg. Jacky Jakoba sloeg zijn eerste Hoofdklasse-homerun en kreeg gezelschap van Gershwin Leuteria, Ritchie Daal en de Amerikaan Jim Unmacht.

In zijn eerste seizoen op het hoogste niveau was Jakoba één van de leidende powerhitters in de ploeg, samen met Ritchie Daal en Jack Zijlstra. Jakoba was de tweede beste slagman van De Spartaan met een slaggemiddelde van .362 achter Daal, die .366 sloeg. Zijlstra was de derde beste slagman met een .299 gemiddelde. Met zijn dertien homeruns voerde Jakoba de Hoofdklasse aan, samen met Jan Venema en Kevin McDonald, die beiden speelden voor Neptunus. Naast Daal en Zijlstra waren andere teamgenoten bij De Spartaan ondermeer Bob Frishette, Hennie Heijsteeg, Gershwin Leuteria, Totti Martina, Dick Moraal, Paul Mulder, Jan Prinsen, Erik Ronnenbergh, Anthony St.

Verdere Carrière en Records

Na afloop van het seizoen 1981 verhuisde Jacky Jakoba naar Quick Amersfoort met wie hij in 1982 uitkwam in de Eerste Klasse. De ploeg veroverde de kampioenstitel en zo keerde Jakoba in 1983 weer terug in de Hoofdklasse toen de ploeg onder leiding stond van Hoofd Coach Paul Berkel. Bij Quick Amersfoort in 1983 zorgde Jakoba voor een nieuw seizoen-record met het slaan van 18 homeruns. Jakoba voerde het team van Quick ook aan in gescoorde punten (36), honkslagen (42) en binnengeslagen punten (45). Met een .350 slaggemiddelde was Jakoba de tweede beste slagman van de ploeg, achter Rocky Angela, die .371 sloeg.

Zijn eerste seizoen bij Neptunus (1984) werd gelijk memorabel, want Jakoba sloeg 24 homeruns. Daarmee zorgde hij opnieuw voor een seizoen-record en brak zijn eigen record van een jaar eerder. Hoewel het record als onbreekbaar werd bestempeld kwam het toch in gevaar in 1998 toen Elston Hansen 23 homeruns sloeg als speler van Amsterdam Pirates. Tussen Jakoba's 24 homeruns in 1984 en Hansen's 23 homeruns in 1998 sloeg de Amerikaan Mike Carson (Sparta) 20 homeruns in het seizoen 1988. In het seizoen 1984 voerde Jakoba het team van Neptunus ook aan in gescoorde punten (46) en binnengeslagen punten (46). Voor de derde keer sinds 1981 was hij de tweede beste slagman. In die jaren was het thuisveld van Neptunus één van de kleinste in de Hoofdklasse. Dat werd onderstreept op 18 augustus 1984 toen Neptunus negen homeruns sloeg tegen Amstel Tijgers, dat er vier liet noteren en met 17-12 won. Voor deze wedstijd voerde Jakoba de competitie aan met 18 homeruns, een evenaring van zijn record in het voorgaande seizoen. Jakoba sloeg drie homeruns en werd daarmee de eerste speler ooit met 20 homeruns en verhoogde zijn aantal naar 21.

Ondanks de aanvallende producties van Jakoba, Venema en anderen degradeerde Neptunus in 1984. Jakoba bleef bij de ploeg en speelde in 1985 in de Eerste Klasse toen Neptunus de titel pakte en terugkeerde naar de hoogste afdeling, onder leiding van nieuwe Hoofd Coach Hamilton Richardson. Terug in de Hoofdklasse leidde Jakoba Neptunus in het seizoen 1986 met 66 honkslagen. In 1987 plaatste Neptunus zich voor de eerste Holland Series, wat toen een best-of-three was. Neptunus stond daarin tegenover Amsterdam Pirates in wat de eerste keer sinds 1973 was dat het landkampioenschap weer werd beslist via een best-of-series. Pirates won de Series met 2-1 om voor het eerst landskampioen te worden. Onder zijn teamgenoten bij Neptunus waren onder meer Bob van Aalen, Rocky Angela, Judsel Baranco, Jan Collins, Robert Eenhoorn, Mike Gargiulo, Rob Groeneveldt, Henk van 't Klooster, Micha Klooswijk, Harry Koster, Wim Martinus, Hans van der Reep, Raymond Soerka, Jan Venema en Ron de Zwart.

Lees ook: Ontdek de wereld van de Amerikaanse Voetbal Competitie

Na vier jaar te hebben gespeeld voor Neptunus veranderde Jakoba na afloop van het seizoen 1987 weer van club. Dat was de eerste van verschillende transfers in de hiernavolgende seizoenen. Bij Giants was Jakoba één van de vier leidende slagmensen in het team van Hoofd Coach Cees Herkemij. De anderen waren Judsel Baranco, Wismar Ansjeliena en Edsel Martis. Jakoba was de derde beste slagman van de ploeg (.364) en was ook derde in gescoorde punten (49) en binnengeslagen punten (43). Hij was tweede met zijn 60 honkslagen.

Na één seizoen te hebben gespeeld in Almere verhuisde Jacky Jakoba aanvankelijk naar Haarlem Nicols. Maar hij speelde niet voor de ploeg, want hij kwam zo'n twee maanden voor het seizoen terug op zijn beslissing en wilde terugkeren naar Giants. Echter, volgens de toen geldende regels was het niet mogelijk voor een speler, die van de ene naar de andere club was gegaan, weer terug te keren. Het Giants-bestuur was echter van mening dat de transfer wel mogelijk was, omdat Jakoba inmiddels woonachtig was in Almere. Maar de zogenoemde 'verhuisregel' was een jaar eerder geschrapt. Dat betekende dat Jakoba niet voor Giants kon spelen en Nicols wilde hem nu ook niet meer. In plaats daarvan speelde Jakoba in 1989 in de hoogste Belgische competitie voor Antwerp Eagles. Halverwege dat seizoen, ergens in juli, kreeg Jakoba gezelschap van zijn voormalige Giants-teamgenoot Judsel Baranco.

Jakoba keerde in 1990 weer terug in de Hoofdklasse, dit keer als speler van Sparta. Daar speelde hij voor het eerst samen met zijn broer Arnold Jakoba, die toen zijn Hoofdklasse-debuut maakte. Opnieuw eindigde de infielder hoog in een aantal aanvallende categoriën, want hij leidde de Rotterdamse ploeg in gescoorde punten (38), binnengeslagen punten (37) en tweehonkslagen (11). Jakoba was de tweede beste slagman van Sparta met een .322 slaggemiddelde, achter Maurice Verdaasdonk (.333). Zowel Jacky als Arnold Jakoba, maar ook Adonis Kemp en Haime Wiersma, verlieten Sparta na het seizoen 1990 en gingen spelen voor ADO. Jacky Jakoba sloeg .320 en was daarmee de tweede beste slagman van de Haagse ploeg achter het .386 slaggemiddelde van Sherwin Cijntje, de huidige 1B Coach van Amsterdam Pirates.

Jakoba's zesde verschillende team in zes seizoenen kwam in 1992 toen hij terugkeerde naar Quick Amersfoort Dit keer speelde hij in drie seizoenen voor de ploeg waar voormalige teamgenoten Jerrel Bernardus en Ricardo Bryson nu Assistent Coaches waren. Helaas waren deze jaren in Amersfoort mindere seizoenen in Jakoba's indrukwekkende loopbaan, want hij sloeg respectievelijk .222, .297 en .257, de enige seizoenen waarin hij lager dan .300 sloeg. Maar in het seizoen 1993 was Jakoba wel weer tweede van de ploeg met 30 gescoorde punten en 27 binnengeslagen punten en leidde het team met acht homeruns. In 1994 sloeg Jakoba slechts .257, goed voor een negende plek in het team. Nadat Jacky bij ADO was vertrokken na het seizoen 1991 bleef zijn broer Arnold Jakoba tot en met 1992 voor de Haagse ploeg spelen. In acht van zijn elf Hoofdklasse-seizoenen sloeg Jacky Jakoba hoger dan .300. In 414 gespeelde wedstrijden sloeg hij 95 homeruns. In al zijn seizoenen was Jakoba een gepassioneerde speler, kon soms stevig in discussie gaan met umpires, maar had altijd plezier en was van grote waarde voor alle teams waarin hij speelde.

Internationale Carrière

Samen met Judsel Baranco was Jakoba één van de beste Nederlandse spelers in de jaren tachtig, wat hun beste decennium was. In juli 1984 debuteerde Jakoba in Oranje en nam toen deel aan zijn eerste internationale toernooi, de Haarlemse Honkbal Week. Zijn teamgenoten in zijn eerste toernooi waren Judsel Baranco, Gerard Blacquiere, Frank Bos, Tonny Cohen, Ron Giroldi, Bill Groot, Gerlach Haldeman, Harm Horeman, Jan Hijzelendoorn, Marcel Joost, Roel Klaassen, Robert Knol, Marcel Kruyt, Paul Smit, Ronald Stoovelaar, Charles Urbanus, Thijs Vervaat, Bart Volkerijk, Eric de Vries en Haitze de Vries. De ploeg stond onder leiding van Manager Harvey Shapiro.

Lees ook: Geschiedenis Amerikaans voetbalteam

Na afloop van dit evenement nam Jakoba deel aan het Wereldkampioenschap in Cuba, dat werd voorafgegaan door een toernooi in Curaçao. Later in het jaar maakte Jakoba ook deel uit van het team dat afreisde naar Taiwan om daar voor de eerste keer deel te nemen aan een jaarlijks internationaal toernooi, de Chung Hua Cup. Tijdens zijn eerste Wereldkampioenschap in 1984 in Cuba was Jacky Jakoba de beste slagman van het Nederlands Team en leverde een paar prima bijdragen. In de openingswedstrijd tegen Chinese Taipei in Estadio Guillermo Moncada in Santiago de Cuba, verraste Nederland met een 3-2 overwinning. Met een 1-0 achterstand draaide Oranje het duel om dankzij een RBI-double van Bill Groot en een puntscorende honkslag van Jakoba.

Jakoba nam ook deel aan drie Europese Kampioenschappen (1985, 1987, 1991) en won de titel tweemaal (1985, 1987). Hoogtepunt daarbij was een schitterende diving catch van een line drive als derde honkman in een wedstrijd tegen Italië. Het was tijdens het EK van 1985 dat duidelijk werd dat Jacky Jakoba het ook belangrijk vond plezier te hebben op het veld en in de dug-out, naast alle inzet tijdens een wedstrijd.

Amerikaanse Honkballegendes

Naast Jacky Jakoba zijn er ook Amerikaanse honkballegendes die recentelijk zijn overleden.

Tyler Skaggs

Amerikaanse fans van honkbalclub De Major League Baseball zijn opgeschrikt door de dood van de 27-jarige speler Tylar Skaggs. Wat er precies gebeurd is, is niet bekend. De politie sluit moord en zelfmoord uit. Skaggs was in het hotel in Southlake, Texas, om zich voor te bereiden op de wedstrijden tegen Texas Rangers en Houston Astros. De politie heeft middels een persbericht fans op de hoogte gesteld van het tragische nieuws. In het bericht staat dat de politie een melding kreeg dat een bewusteloze man in een hotelkamer lag. De man reageerde niet en even later stelde ze vast dat hij was overleden. Skaggs debuteerde in de Major League toen hij twintig jaar oud was.

Willie Mays

Willie Mays, volgens velen een van de beste honkballers in de Amerikaanse Major League Baseball ooit, is overleden op 93-jarige leeftijd. De buitenvelder, die in 1948 zijn professionele carrière in de zogeheten Negro Leagues bij Birmingham Black Barons begon, was de oudste nog levende Hall of Famer van de MLB. In de Major League Baseball werd Mays in 1951 als speler van de New York Giants 'rookie' (debutant) van het jaar. Tot 1972 bleef hij bij de Giants, die in 1958 van New York naar San Francisco trokken. Aan het einde van zijn carrière keerde Mays voor een seizoen terug in New York, waar hij bij de Mets zijn loopbaan afsloot op 42-jarige leeftijd.

Mays werd tweemaal uitgeroepen tot National League MVP (meest waardevolle speler), in 1954 en 1965. In 1979 werd hij toegevoegd aan de Hall of Fame. Ook werd hij 24 keer geselecteerd voor de all-star-wedstrijd. Alleen Hank Aaron (25) werd vaker opgeroepen. In zijn 22 seizoenen lange profcarrière sloeg Mays 660 homeruns, waarmee hij op een zesde plaats staat als het gaat om de meeste homeruns in de MLB. Ook op andere onderdelen - slaggemiddelde, gescoorde punten, honkslagen - staat Mays in de toptien aller tijden.

Pete Rose

De Amerikaanse honkballegende Pete Rose is op 83-jarige leeftijd overleden. Hij schreef geschiedenis met een recordaantal van 4.256 honkslagen als profhonkballer sinds de jaren '60, een record dat nog altijd staat. Rose speelde in de Major League Baseball (MLB) van 1963 tot 1986 en maakte furore bij Cincinnati Reds in de staat Ohio. Later speelde hij ook nog voor Philidelphia Phillies en Montreal Expos. Rose, zeventien keer uitgeroepen tot All Star, won driemaal de World Series.

Rose, ook wel Charlie Hustle genoemd, beleefde niet alleen hoogtepunten. Eind jaren 80 werd hij levenslang geschorst, omdat hij als speler op wedstrijden van zijn eigen team zou hebben gegokt. Hij probeerde meerdere keren zijn schorsing aan te vechten, maar was daarin nooit succesvol. Ook werd Rose in 1990 veroordeeld tot een gevangenisstraf wegens belastingfraude. Ondanks zijn ongeëvenaarde record is Rose nooit toegelaten tot de Hall of Fame, de eregalerij van de beste honkballers van de Verenigde Staten.

Judsel Baranco

Helaas overleed Baranco in 2006 op slechts 42-jarige leeftijd. Baranco leidde het team van Giants in slaggemiddelde (.441), gescoorde punten (59), binnengeslagen punten (53), honkslagen (78), homeruns (15) en gestolen honken (13) en was bovendien een heuveltroef.

Paul Berkel

Bij Quick Amersfoort in 1983 zorgde Jakoba voor een nieuw seizoen-record met het slaan van 18 homeruns. Jakoba keerde in 1983 weer terug in de Hoofdklasse toen de ploeg onder leiding stond van Hoofd Coach Paul Berkel, die dit jaar helaas onverwacht overleed op 25 augustus op 77-jarige leeftijd.

tags: #overleden #Amerikaanse #honkballers