Zaalvoetbal, ook bekend als futsal, is een dynamische en populaire variant van voetbal die binnenshuis wordt gespeeld. De sport combineert de snelheid en techniek van voetbal met de dynamiek van een sportzaal. In Nederland wordt zaalvoetbal gereguleerd door de KNVB (Koninklijke Nederlandse Voetbalbond), die specifieke spelregels hanteert om een eerlijk en competitief spel te waarborgen. Dit artikel geeft een overzicht van de verschillende klassen in het Nederlandse zaalvoetbal, zowel voor mannen als vrouwen, en belicht de competitiestructuur, belangrijke data en andere relevante informatie.
Wat is Zaalvoetbal/Futsal?
Futsal, afgeleid van de Spaanse woorden "fútbol" (voetbal) en "sala" (zaal), is een snelle en dynamische sport die wordt gespeeld op een harde ondergrond, meestal een sporthalvloer van speciaal samengesteld kunststof. Het spel legt de nadruk op individuele techniek, snelle combinaties en tactisch inzicht. De sport kan op verschillende niveaus worden beoefend, waardoor het toegankelijk is voor een breed publiek.
Geschiedenis van het Zaalvoetbal
De oorsprong van zaalvoetbal ligt in het Argentinië van de jaren dertig van de vorige eeuw. Ook in Engeland waren er in die tijd wedstrijden op een harde ondergrond. Pas na de Tweede Wereldoorlog worden ook competities op touw gezet. Pas in de jaren zestig waait het enthousiasme over naar Nederland en begint het zaalvoetbal te leven. Den Helder is de plaats waar de eerste competitie plaatsvindt. Vanuit bedrijven en cafés ontstaan teams die de sport beoefenen vanuit recreatief oogpunt. De officiële start van zaalvoetbal als KNVB-competitie is in het seizoen 1968-1969. Kampioen wordt dit jaar Scagha '66.
Zaalvoetbal ontwikkelt zich in deze periode als één van de populairste binnensporten in Nederland. De eerste competities die Nederland kende waren de plaatselijke, die zich later uitbreidden naar regionale- en districtcompetities. In de jaren tachtig werd gekozen voor drie eerste divisies en een eredivisie, de zogenaamde piramideopbouw. Dit veranderde in het seizoen 2005-2006 toen er twee eredivisies en zes eerste divisies kwamen. De beste vier van elke eredivisie speelden in play-offs om het kampioenschap van Nederland en plaatsen ze zich voor de nieuwe klasse. Vorig jaar is besloten om boven de eredivisies een nieuwe te divisie te spelen, waarin er een landelijke klasse komt die op zaterdag tussen 16.00 uur en 20.00 uur aanvangt. Belangrijk is ook dat de vereniging besloten hebben om 4 x in de week te trainen.
De sport is bedacht door Juan Carlos Ceriani, die de spelregels baseerde op elementen uit basketbal, handbal en waterpolo. Van basketbal nam hij de wedstrijdduur en teamgrootte over, van handbal de afmetingen van het veld en de doelen, en van waterpolo de regels voor de keeper. Futsal verspreidde zich snel over Zuid-Amerika en in 1965 werd de eerste internationale confederatie opgericht. In 1988 introduceerde de FIFA futsal als een nieuwe discipline, waarna Brazilië in 1989 de eerste wereldkampioen werd. Het eerste WK werd in Nederland gehouden, waar het Nederlands team de finale verloor van Brazilië. In 1996 organiseerde de UEFA het eerste Europese zaalvoetbalkampioenschap.
Lees ook: Wisselbeleid in het voetbal
Competitiestructuur in Nederland
Algemeen
Sinds het seizoen 2012-2013 kent Nederland drie landelijke competitieniveaus in het zaalvoetbal:
- Eredivisie: De hoogste competitie van Nederland.
- Eerste Divisie: Het niveau onder de Eredivisie.
- Topklasse: Onder de Eerste Divisie bevinden zich drie Topklassen.
Daarnaast zijn er op districtsniveau competities van 5 tot 8 niveaus, waarvan de hoogste de Hoofdklasse is. Tot het seizoen 2010/’11 werden er uitsluitend op districtsniveau competities georganiseerd voor vrouwen. Vanaf het seizoen 2011/’12 introduceerde de KNVB een landelijke Eredivisie voor vrouwen, wat tevens de invoering van de A-categorie in het zaalvoetbal voor vrouwen betekende. In het eerste seizoen bestond de Eredivisie uit elf teams. Deze teams namen tevens de verplichting op zich om het zaalvoetbal te promoten door actief met jeugdteams aan de slag te gaan. Vanaf het seizoen 2014/’15 zijn de play-offs ingevoerd om tot de kampioen van Nederland te komen.
Net als in andere competities, is er in het zaalvoetbal een systeem van promotie en degradatie tussen de verschillende klassen.
Eredivisie Futsal Vrouwen
De Eredivisie Futsal Vrouwen is de topcompetitie in Nederland. De competitie bestaat uit twaalf teams. Nederlandse clubs kunnen zich kwalificeren voor de UEFA Futsal Champions League, een competitie voor de beste Europese clubs. Tot 2018 werd deze competitie UEFA Futsal Cup genoemd. Daarnaast heeft zaalvoetbal een eigen EK en WK.
De Eredivisie Futsal Vrouwen startte in het seizoen 2022/’23 met een nieuwe opzet volgens het "split-season"-principe. In de eerste fase speelden alle teams eenmaal tegen elkaar. Aan het einde van deze halve competitie werden de twaalf teams verdeeld over twee poules van ieder zes teams, waarna er een reguliere competitie werd afgewerkt.
Lees ook: Dispensatieregels in het Voetbal
Bekertoernooien
Het KNKV (Koninklijke Nederlandse Krachtsport en Fitness Vereniging), voorheen bekend om de bekercompetities in drie voormalige districten, hanteert uniforme reglementen voor alle bekertoernooien. Hoewel de districtenstructuur is vervallen, worden de bekertoernooien in het seizoen 2025/2026 nog wel in de voormalige districten gespeeld. Bij verlengingen gelden de regels uit het competitiehandboek, dat bindende reglementaire zaken bevat, vastgesteld door het Bondsbestuur.
Belangrijke Data en Planning
De KNVB publiceert de klasse-indelingen en competitieprogramma's volgens een vast schema. In 2024 waren de belangrijkste data:
- 30 mei: Start inschrijven teams seizoen 2024/'25
- 18 juni: Sluitingsdatum inschrijven teams
- 28 juni: Publicatie klasse-indeling
- 9 augustus: Publicatie competitie-indelingen
- 10 augustus: Publicatie wedstrijdprogramma reguliere competities
Voor de bekercompetitie waren de data:
- 26 juli: Publicatie bekerindelingen
- 27 juli: Publicatie wedstrijdprogramma bekercompetitie
De competities starten doorgaans in september, met de Eerste divisie mannen en Eredivisie vrouwen die als eerste beginnen. De publicatie van het wedstrijdschema van categorie A (reguliere competitie) volgt op vrijdag 19 augustus 2022 met uitzondering voor de districten Zuid 1 en Zuid 2.
Sportieve Wensen en Geografische Indeling
Bij de indeling van de competities streeft de KNVB naar een sportieve en spannende competitieopzet, waarbij zoveel mogelijk rekening wordt gehouden met de sportieve wensen van de verenigingen. Naast het sportieve aspect wordt er ook gekeken naar de meest optimale geografische indeling, rekening houdend met de voorkeurspeeldag en de beschikbaarheid van sporthallen. Het doel is om competities op te zetten met meer tegenstanders uit de omgeving, wat resulteert in minder reisafstanden bij uitwedstrijden. Afhankelijk van het niveau en het aantal verenigingen dat uitkomt op een bepaald niveau is dat helaas niet altijd mogelijk en kan een indeling voor een team ongunstiger uitvallen.
Lees ook: Waterpolo: spelregels voor beginners
Spelregels bij Zaalvoetbal
De KNVB-regels voor zaalvoetbal zijn gebaseerd op de basisregels van het veldvoetbal, maar bevatten een aantal belangrijke verschillen die het spel uniek maken.
Het Team
Een zaalvoetbalteam bestaat uit vijf spelers: vier veldspelers en een keeper.
Wisselen
In tegenstelling tot veldvoetbal, mogen spelers bij zaalvoetbal doorlopend en onbeperkt worden gewisseld. Wissels vinden plaats via de wisselzone aan de zijlijn, voor de spelersbanken van beide teams. Teams spelen vaak in 'blokjes', vaste samenstellingen van veldspelers die goed op elkaar zijn ingespeeld.
Het Speelveld
Het speelveld is rechthoekig en heeft een lengte van minimaal 25 meter en maximaal 46 meter. De breedte varieert van 18 meter tot 25 meter. Voor internationale wedstrijden gelden afwijkende afmetingen (38-42 meter lengte en 20-25 meter breedte). Rondom het speelveld moet een obstakelvrije ruimte van 2 meter zijn. De lange zijden worden zijlijnen genoemd, de korte zijden doellijnen. Het middelpunt van het veld is gemarkeerd met een cirkel met een straal van 3 meter.
Het Doel
De doelen bij zaalvoetbal zijn 3 meter breed en 2 meter hoog, dezelfde afmetingen als bij handbal. De palen zijn vierkant en hebben een dikte van 8 cm aan alle zijden.
De Bal
Er wordt gespeeld met een speciale zaalvoetbal, ook wel plofbal genoemd. Deze bal is kleiner (maat 4) en zwaarder dan een veldvoetbal, waardoor hij minder stuitert.
Speeltijd
Een zaalvoetbalwedstrijd bestaat uit twee helften van elk 20 minuten zuivere speeltijd. De klok wordt stilgezet wanneer de bal uit het spel is.
Intrap
In plaats van een ingooi, wordt het spel bij zaalvoetbal hervat met een intrap wanneer de bal over de zijlijn gaat. De intrap wordt genomen vanaf de zijlijn, op de plaats waar de bal over de lijn is gegaan. De speler die de intrap neemt, moet de bal stil op de lijn plaatsen en mag niet met zijn voet over de lijn komen.
Buitenspel
De buitenspelregel is niet van toepassing in het zaalvoetbal.
Overtredingen en Straffen
Net als bij veldvoetbal, worden overtredingen bestraft met een vrije trap. Een directe vrije trap wordt toegekend bij overtredingen zoals trappen, struikelen, duwen of vasthouden. Een indirecte vrije trap wordt toegekend bij minder ernstige overtredingen.
Rode Kaart
Een rode kaart in het zaalvoetbal heeft directe gevolgen. De speler die een rode kaart ontvangt, moet het veld en de zaal verlaten en krijgt een tijdstraf van 2 minuten. Het team van de weggestuurde speler moet gedurende deze tijd met een speler minder spelen.
4 Seconden Regel
Bij het nemen van een intrap, vrije trap, hoekschop of doelworp heeft de speler maximaal 4 seconden de tijd om het spel te hervatten. De scheidsrechter telt mee met zijn vingers in de lucht. Als de speler het spel niet binnen 4 seconden hervat, gaat het balbezit naar de tegenpartij via een indirecte vrije trap. Keepers mogen de bal niet langer dan 4 seconden op hun eigen speelhelft in bezit houden.
Verzamelde Fouten
Elk team mag per helft maximaal vijf directe overtredingen begaan. Vanaf de zesde overtreding krijgt de tegenpartij een directe vrije trap vanaf de 10-meterlijn, zonder muur. Als de overtreding dichter bij het doel wordt gemaakt dan de 10-meterlijn, mag de vrije trap vanaf de plaats van de overtreding worden genomen.
Time-outs
Elk team heeft recht op één time-out van 60 seconden per helft.
Keeper
De keeper mag buiten het strafschopgebied komen en spelers mogen zich binnen het strafschopgebied bevinden. Na een achterbal moet de keeper de bal inwerpen, niet intrappen. De keeper mag de bal niet nogmaals aanraken voordat deze op de helft van de tegenstander is geweest of door een tegenstander is geraakt. Bij een terugspeelbal mag de keeper de bal niet met de handen pakken.
Overige Regels en Bepalingen
Naast de bovenstaande regels, zijn er nog een aantal andere belangrijke bepalingen die van toepassing zijn op het zaalvoetbal:
- Slidings: Slidings zijn toegestaan, maar spelers mogen elkaar nauwelijks aanraken. Slidings zijn niet toegestaan voor de keeper.
- Plafond: Als de bal het plafond raakt, wordt het spel hervat met een vrije schop voor de tegenstander op de plaats waar de bal het laatst is gespeeld.
- Afstand: Bij een intrap vanaf de zijkant moet de tegenpartij minimaal 5 meter afstand houden.
- Niet opdagen: Als een team niet of niet op volle sterkte aanwezig is op de afgesproken datum, moet dit minimaal 48 uur van tevoren worden gemeld. Bij het niet nakomen van deze regel verliest het team reglementair met 5-0. Na twee keer niet opdagen wordt het team uit de competitie verwijderd.
Landskampioenen Zaalvoetbal voor Vrouwen
Hieronder een overzicht van de landskampioenen zaalvoetbal voor vrouwen in Nederland:
- 2011/'12: FC Gelre
- 2012/'13: Os Lusitanos
- 2013/'14: Os Lusitanos
- 2014/'15: Os Lusitanos
- 2015/'16: Pernis (TPP/Feyenoord Futsal)
- 2016/'17: Drachtster Boys
- 2017/'18: Pernis (TPP/Feyenoord Futsal)
- 2018/'19: TPP/Feyenoord Futsal
- 2019/'20: Geen kampioen (competitie niet uitgespeeld vanwege coronapandemie)
- 2020/'21: Geen kampioen (competitie niet uitgespeeld vanwege coronapandemie)
- 2021/'22: Drs. Vijfje
Drs. Vijfje: Een Toonaangevende Zaalvoetbalvereniging
Een voorbeeld van een toonaangevende zaalvoetbalvereniging in Nederland is G.S.F.V. Drs. Vijfje in Groningen. Met meer dan 450 leden en 40 teams is het de grootste futsalvereniging van Nederland. Drs. Vijfje staat bekend om zowel haar sportieve prestaties als haar gezelligheid. Heren 1 speelt in de Topklasse, terwijl Vrouwen 1 uitkomt in de Eredivisie en al eens kampioen is geworden. De overige teams zijn verdeeld over de Hoofd- tot en met de Vierde klasse. Drs. Vijfje biedt haar leden de mogelijkheid om te trainen en organiseert regelmatig grote toernooien. De wedstrijden worden doordeweeks gespeeld, op woensdag en vrijdag. Naast futsal organiseert Drs. Vijfje diverse sociale activiteiten, zoals feestjes, pubquizzen, een kerstdiner, gala, wintersport en thuisspeelavonden. De vereniging heeft 29 herenteams en 11 damesteams die wekelijks hun wedstrijden spelen. Bij G.S.F.V. Drs. Vijfje is er dus plek voor voetballers van alle niveaus: van selectie tot kelderklasse!
Bekende Namen in het Zaalvoetbal
Het Nederlandse zaalvoetbal heeft door de jaren heen een aantal bekende namen voortgebracht. Marcel Loosveld is sinds 2003 in dienst van de KNVB. Hij begon als assistent-coach van het Nederlands zaalvoetbalteam en Jong Oranje en was tevens in District Zuid II actief als districtscoach. In 2007 kreeg hij de eindverantwoordelijkheid over Jong Oranje, waarmee plaatsing voor het Europees kampioenschap 2008 in Sint Petersburg werd afgedwongen. Tussen 2000 en 2004 was Loosveld trainer van Bunga Melati en Futsalclub Tilburg. De 46-jarige Maastrichtenaar kwam 39 keer uit voor het Nederlands zaalvoetbalteam, met als hoogtepunt het behalen van de finale van het wereldkampioenschap 1989 in Nederland. Loosveld debuteerde in clubverband in 1983 bij De Haantjes Beek, waarna hij uitkwam voor Ceverbo Dordrecht, Bouwfonds Geleen, Dallas Sidekicks (V.S.), ZVK Genk (België) en Isola Hoeselt (België). In 2000 besloot hij zijn carrière als speler bij Bunga Melati. Als veldvoetballer speelde Marcel Loosveld voor zondaghoofdklasser Caesar Beek (1984-1991) en zondageersteklasser G.S.V.
Een andere bekende naam is John de Bever (Berlicum, 7 april 1965), een Nederlands zanger en voormalig prof- en zaalvoetballer. In 1997 werd hij bekroond tot beste zaalvoetballer van de wereld, tijdens het WK in Brazilië.
Ook Regillio Vrede was zeker één van de beste (Nederlandse) zaalvoetballers ooit, die het meerdere keren op het veld heeft geprobeerd. De koning van de techniek speelde meer dan 10 jaar voor ADO/ FC Den Haag, Roda JC en RBC. Deze soms onbegrepen baltovenaar, met bijnaam ’de magiër’, komt uit een gezin van 13 kinderen en leerde voetballen op de straten van zijn geboortestad Den Haag. Grünholz speelde 101 wedstrijden in de eerste en eredivisie waarin hij 14 keer scoorde. Waar hij keer op keer excelleerde in de zaal bleek het verschil met de voetbalwetten op het veld; een groot succes is het nooit geworden.
Vic Hermans was nummer acht in een gezin van maar liefst twaalf kinderen. Alle mannen in de familie waren voetballers, waarvan sommige op een hoog niveau hebben gespeeld. Hij werd in 1989 uitgeroepen tot ‘Most Valuable Player’ van het eerste WK zaalvoetbal wat in Nederland werd gehouden.
Masterplan Zaalvoetbal
Het Nederlandse zaalvoetbal kende zijn sportieve hoogtijdagen in de jaren tachtig en negentig. Absoluut hoogtepunt was de tweede plek tijdens het WK zaalvoetbal in 1989. Hiermee voegde Nederland zich bij de mondiale zaalvoetbaltop. Op dit moment staat ons land buiten de top twintig van de FIFA-ranking. Voor de laatste grote eindtoernooien heeft het Nederlands zaalvoetbalteam zich niet weten te kwalificeren. Een impuls voor het zaalvoetbal is dan ook gewenst.
Om het zaalvoetbal weer op de kaart te zetten is in 2010 het Masterplan Zaalvoetbal geschreven. Dit bevat zowel kwantitatieve als kwalitatieve doelstellingen. Zo beoogt de KNVB een top tien-positie voor de nationale ploeg en structurele deelname aan EK’s en WK’s. Daarnaast streeft de KNVB naar 130.000 bij de bond geregistreerde zaalvoetballers.
Uit onderzoek blijkt dat 330.000 Nederlanders weleens zaalvoetballen. Zaalvoetbal is daarmee de grootste teamzaalsport in Nederland. De KNVB heeft de ambitie om zaalvoetbal goed op de kaart te zetten en om het zaalvoetbalknooppunt van Nederland te zijn.
Om die ambities uit te voeren opereert het zaalvoetbal vanaf het seizoen 2011’/12 zelfstandig binnen de KNVB. Deze afdeling heeft een eigen bestuurscommissie - geadviseerd door de hoofdcommissie - en een op het zaalvoetbal gerihte organisatie.
Een belangrijke pijler van het Masterplan Zaalvoetbal is herkenbaarheid van het zaalvoetbal. Een logischere aanduiding van de topcompetities sluit hierbij aan. Daarom krijgen de hoogste competitieklassen van het zaalvoetbal met ingang van het seizoen 2012/’13 een andere naam. Vanaf 1 juli 2012 zijn de eredivisie (voorheen topdivisie), eerste divisie en topklasse de drie hoogste niveaus in het zaalvoetbal. Deze naamgeving is gelijk aan de topcompetities binnen het veldvoetbal.
De eredivisie is het hoogste podium waarop zaalvoetballers (m/v) hun talent kunnen laten zien. De komende jaren wil de KNVB samen met de zaalvoetbalverenigingen bouwen aan een verdere professionalisering van deze competitie.
Zaalvoetbal voor Vrouwen
Zaalvoetbal, een dynamische variant van voetbal gespeeld in de zaal, wint aan populariteit in Nederland, ook onder vrouwen. Deze sport, gekenmerkt door snelheid en techniek, biedt een aantrekkelijk alternatief voor veldvoetbal. De Nederlandse zaalvoetbalcompetities voor vrouwen zijn vergelijkbaar met die in het veldvoetbal, met een aantal belangrijke verschillen.
tags: #aantal #klasses #zaalvoetbal #Nederland