Basketbal: Geschiedenis, Spelregels en Meer

Basketbal is een dynamische en populaire sport die wereldwijd wordt gespeeld. Dit artikel biedt een overzicht van de geschiedenis, spelregels en andere aspecten van basketbal.

De Geschiedenis van Basketbal

Basketbal is ontstaan in 1892. Prof. Dr. James Naismith van het Springfield College experimenteerde met perzikmanden die van onderen gesloten waren. Hij timmerde twee perzikmanden aan de balkons van de gymzaal van het Springfield College. Dr. Naismith hoopte hiermee een indoor-activiteit te creëren tijdens de koude wintermaanden. Door de manden hoog te hangen, wilde hij meer de aandacht vestigen op details en behendigheid, in plaats van op gestalte en kracht. Hij zaagde de manden van onderen open en hing er borden achter, wat het moeilijker maakte om de bal erin te gooien, waardoor er ook techniek aan te pas kwam.

Hoewel het college basketbal populairder was bij het publiek, groeide de professionele tak gestaag. Vanuit Amerika werd de sport over de hele wereld bekend. In 1936 werd basketbal officieel opgenomen in de Olympische Spelen in Berlijn. In het voorjaar van 1946 werd de eerste officiële basketbalhal gebouwd in Amerika.

Het Spelidee

Basketbal kan vergeleken worden met voetbal, handbal of korfbal, maar er zijn enkele belangrijke verschillen:

  • De basket is een relatief klein doel vergeleken met andere balsporten.
  • Het speelveld is kleiner (14 bij 26 meter).
  • Lichamelijk contact is niet toegestaan.

Doordat het doel zo hoog is, ontstaan er spectaculaire sprongen. Spelers moeten goed kunnen inschatten hoe hoog en vanaf waar ze moeten springen om een goed resultaat te behalen. De strijd om de ring en het bord, dat de bal terugkaatst, leidt tot typische basketbalmomenten.

Lees ook: Basketbal taart versieren

Omdat spelers elkaar niet lichamelijk mogen raken, wordt basketbal ook wel een ‘lijfloos spel’ genoemd. De slogan is: ‘Speel de bal en niet de man’. Dit betekent dat elke aanval om de bal moet gaan en niet om agressie op de tegenstander af te reageren. De wedstrijd wordt gekenmerkt door strijdlust en dynamiek, waarbij agressie moet worden afgestemd op de onkreukbaarheid van de tegenstander. Lichaamsbeheersing en zelfbeheersing spelen een belangrijke rol bij basketbal.

Het speelveld is relatief klein, zeker in vergelijking met een voetbalveld. Er zijn vijf spelers aan elke kant. De gemiddelde speler is langer dan 1.90 meter en er zijn geen specifieke benamingen zoals verdediger of aanvaller. De spelers staan meestal in een halve cirkel met een doorsnede van 6 tot 7 meter, gemeten vanaf de basket.

Van de spelers wordt verwacht dat ze technisch, tactisch, soepel, behendig zijn en een goed reactievermogen hebben. Als ze dit goed onder de knie hebben en als team goed functioneren, is het team klaar voor een wedstrijd.

De Spelregels

Het Spelbeeld

Er zijn twee ploegen met elk vijf spelers. De spelers moeten de bal in de basket van de tegenpartij gooien en proberen te verhinderen dat de andere partij de bal in hun basket gooit.

De Baskets

De borden zijn 1,80 meter breed en 1,20 meter hoog. De onderkant is 2,75 meter hoog vanaf de grond. De baskets bestaan uit een metalen ring met een doorsnede van 45 cm en een 40 cm lang net. De afstand tussen de ring en de grond is 3,05 meter.

Lees ook: Specificaties Wilson Basketbal Maat 6

De Wedstrijdbal

De bal bestaat uit een buitenbal van leer, rubber of synthetisch materiaal en een rubberen binnenbal. De omtrek bedraagt 75 tot 78 cm en het gewicht is 600 tot 650 gram. Scholieren tot 12 jaar spelen met een minibasketbal met een omtrek van 68 tot 73 cm en een gewicht van 450 tot 500 gram.

De Puntentelling

  • Een velddoelpunt levert twee punten op.
  • Een doelpunt achter de driepuntslijn (6,25 meter) levert drie punten op.
  • Een vrije worp levert één punt op.

De Speeltijd

De speeltijd is 2 keer 20 minuten met 10 minuten rustpauze.

Het Spelersaantal

Er zijn telkens 5 spelers per team op het veld. Op de bank zitten nog 5 wisselspelers voor het geval dat iemand een blessure krijgt of te moe is om goed te spelen.

De Loopregel

Spelers mogen niet lopen met de bal in de hand. Er zijn in totaal 2 contacten toegestaan; de bal mag alleen gestuiterd worden tijdens het lopen.

  • Contact 1: Als een speler de bal in de hand vangt, mag hij maar 1 stap vooruit of achteruit doen.
  • Contact 2: Als de speler de bal vangt terwijl hij in beweging is, zonder dat hij contact maakt met de grond, moet hij met beide voeten na elkaar of gelijktijdig neerkomen. Als hij met beide voeten naast elkaar landt, geldt dat als één contact en kan hij met rechts of links zijn tweede contact uitvoeren. Een speler mag naar keuze net zo veel passen met het speelbeen maken als hij daarbij zijn standbeen maar niet van zijn plaats begeeft; het draaien op de plaats is geoorloofd.

Springen met de bal in de hand en daarna weer landen met de bal in de hand is een loopfout.

Lees ook: Marijkesingel Barendrecht basketbal

De Dribbelregel

Bij het dribbelen wordt de bal met de hand op de grond gestuiterd. Nadat de bal met één of beide handen tot stilstand is gebracht, mag je niet opnieuw dribbelen. Dit wordt ook wel een 'second dribble' genoemd.

De Sprongbal

Bij een sprongbal wordt de bal tussen twee spelers omhoog geworpen. Als de bal het hoogste punt bereikt heeft, mogen de spelers hem in de sprong aantikken, niet meer dan 2 keer. Het is niet toegestaan de bal te vangen.

Een sprongbal wordt gebruikt bij:

  • Het begin van iedere speelhelft in de middencirkel.
  • Als 2 spelers van verschillende partijen de bal allebei zó stevig vasthouden, dat er niet gespeeld kan worden (bal-vast).
  • Wanneer een speler zo zwaar gedekt is dat hij de bal niet binnen 5 seconden af kan spelen.
  • Wanneer twee spelers ongeveer gelijktijdig de fout in gaan met elkaar (dubbelfout).
  • Wanneer de bal tussen de ring en het bord vast komt te zitten in de cirkel van het vrije worpgebied.

Sprongballen worden in de middencirkel of in de cirkel van een vrije worpgebied uitgevoerd. In het laatste geval wordt voor dat vrije worpgebied gekozen waar de sprongbal het dichtst in de buurt werd veroorzaakt. De overige spelers kunnen zich om de sprongcirkel opstellen.

De Persoonlijke Fouten

Een persoonlijke fout kan opzettelijk lichamelijk contact met een tegenstander zijn. Er kunnen ook onbeduidende contacten tussen zitten die in het spel ongetwijfeld voorkomen, maar die dan over het hoofd gezien worden. Elk lichamelijk contact uit onbeheerstheid, ook als dit niet opzettelijk plaatsvond, moet gestraft worden.

Veelvoorkomende fouten:

  • Typische verdedigende fouten:
    • Botsen met de schouders of de heupen.
    • Afhouden met gespreide of opgetrokken knieën.
    • Tegen een tegenstander opspringen bij een schot en het aanraken van de schietarm of de dribbelhand.
  • Typische aanvallende fouten:
    • Oplopen tegen een in verdedigende positie staande speler.
    • Opspringen tegen een verdediger bij een rebound.
    • Lichamelijk contact bij het blocken door een te dichte positie.

Straffen voor Fouten

  • Inworp vanaf de zijkant bij eenvoudige fouten.
  • 2 vrije worpen bij opzettelijke en grove fouten.
  • 2 vrije worpen wanneer twee spelers een fout tegen één tegenstander begaan.
  • 2 vrije worpen bij een fout tegen een speler die een doelpoging ondernam, in het geval dat het schot mis ging.
  • 1 vrije worp bij een fout tegen een op de basket schietende speler, in het geval het schot het doel trof.

De Vrije Worp

De speler tegen wie de fout begaan is, moet de vrije worpen zelf uitvoeren. De vrije worp vindt plaats achter de vrije worplijn. Alle overige spelers moeten zich buiten het vrije worpgebied opstellen. Na de laatste vrije worp gaat het spel verder en alle spelers mogen het vrije worpgebied betreden zodra de bal de ring heeft aangeraakt. Als de bal de ring mist, dan is de vrije worp ongeldig en krijgt de tegenpartij de bal en mag hij ingooien vanaf de zijkant.

Het Vasthouden van de Bal

De bal mag net zo lang vastgehouden worden als de speler zelf goedkeurt.

De Bal is Uit

De bal is uit wanneer hij buiten het speelveld op de grond of op de lijn valt. Hij is ook uit wanneer de bal door een speler aangeraakt wordt die zich buiten het speelveld bevindt of de lijn aanraakt.

Voetbal

Het spelen van de bal met de voet mag niet.

Na het overtreden van de regels wordt de bal van achter de zijlijn ingenomen, na een geslaagde doelpoging van achter de achterlijn.

Playoffs

Na een regulier seizoen strijden teams om een plek in de playoffs. De beste ploegen strijden om het thuisvoordeel, terwijl de rest knokt om de laatste beschikbare plaatsen. De playoffs worden gekenmerkt door hun hevigheid.

Tijdens het reguliere seizoen strijden de teams met elkaar om de beste uitgangsposities in de playoffs. Voor sommige teams is ‘erbij zijn’ voldoende om het seizoen te laten slagen. Voor andere ploegen is het krijgen van het ‘thuisvoordeel’ het doel waarnaar wordt gestreefd.

Acht teams uit de Western en Eastern Conference plaatsen zich voor de playoffs. De ploeg met de beste winst-verlies balans (‘record’) heeft het thuisvoordeel tot en met de finale van de conference. De ploeg met het beste record van de league heeft dat eventueel tot en met de NBA Finals.

In de eerste ronde worden er ‘best-of-five’-series gespeeld. De winnaars van de eerste ronde komen in de halve finales van de conference en spelen daar een ‘best-of-seven’, waarbij de ploeg met het beste record het thuisvoordeel heeft. De finale van de conference wordt volgens hetzelfde principe gespeeld. In de NBA Finals verandert het schema wanneer de kampioenen van de Western en de Eastern Conference elkaar ontmoeten. De ploeg met het beste record begint ook in dit geval thuis, maar het schema is 2-3-2.

Bekende Teams

Chicago Bulls

De Chicago Bulls werden in de jaren negentig gedomineerd door Michael Jordan en wonnen zes NBA-kampioenschappen. Coach Dick Motta nam de Chicago Bulls over in 1968. Binnen een jaar had Motta zijn aanval op orde. Tussen 1980 en 1975 was Chicago twee keer de best-verdedigende ploeg in de NBA. Rond 1984 hadden de Bulls behoefte aan een reddende engel. Michael Jordan kwam via de draft van dat jaar bij de ploeg. Jerry Reinsdorf kocht de club halverwege het seizoen 1984-85 en die haalde Jerry Krause binnen als general manager. In 1991 verzorgden de Bulls één van de meest dominerende optredens in de playoff-geschiedenis.

Orlando Magic

Voordat Shaquille O’Neal arriveerde, had Orlando de eerste 3 seizoenen veel problemen. Met de komst van O’Neal werden er in 1992-93 20 wedstrijden meer gewonnen dan een seizoen eerder. In 1994-95 werd de Magic het topteam in de Eastern conference en maakte zijn carrière door naar de NBA Finals. In het jaar na de komst van O’Neal via de draft in 1992 boekte Orlando een clubrecord van 41 overwinningen, maar miste toch nog de playoffs. Hun blauw zilveren balletje kwam er als eerste uitgerold. Orlando mocht dus weer als eerste kiezen en selecteerde Chis Webber, die ze van tevoren al hadden benaderd en er een deal mee hadden gesloten.

Vancouver Grizzlies

Hoofdcoach Brian Winters speelde ooit met stercenter Bob Lanier en general manager Stu Jackson coachte de New York Knicks met Patrick Ewing. Het zat er dus dik in dat de Vancouver Grizzlies hun eerste team zouden bouwen rond een hele grote speler met een goede techniek.

tags: #werkstuk #basketbal #indeling