In de wereld van volleybal is de spelverdeler een sleutelfiguur, de dirigent van het team. Deze speler is verantwoordelijk voor het orkestreren van de aanval en het plaatsen van de bal op een manier die de aanvallers in staat stelt te scoren. Het beheersen van de techniek van de spelverdeler is cruciaal voor elk team dat succes wil behalen. Dit artikel biedt een diepgaande uitleg van de technieken, strategieën en vaardigheden die nodig zijn om een effectieve spelverdeler te worden.
De Cruciale Rol van de Spelverdeler
De spelverdeler is zonder twijfel de meest cruciale positie in een volleybalteam. Deze speler fungeert als de tactische leider op het veld en is verantwoordelijk voor het orkestreren van de aanval. De primaire taak van de spelverdeler is het nauwkeurig plaatsen van de bal voor de aanvallers. Dit vereist niet alleen technische vaardigheid, maar ook een scherp tactisch inzicht.
De spelverdeler bepaalt het tempo en de strategie van het spel. Een effectieve spelverdeler kan de verdediging van de tegenstander misleiden en zwakke punten in hun blokkering blootleggen. Bovendien moet een spelverdeler de sterke punten van elke teamgenoot kennen en benutten. Het is ook belangrijk dat de spelverdeler in staat is om positieve en constructieve feedback te geven, en goed met kritiek om te gaan.
Basisprincipes van de Spelverdeeltechniek
Voordat we ingaan op de specifieke technieken, is het belangrijk om de basisprincipes te begrijpen die ten grondslag liggen aan effectief spelverdelen:
- Nauwkeurigheid: Het plaatsen van de bal moet consistent en nauwkeurig zijn, zodat de aanvallers de bal optimaal kunnen aanvallen.
- Consistentie: Het vermogen om de bal steeds opnieuw op dezelfde manier te plaatsen, is essentieel voor het opbouwen van vertrouwen tussen de spelverdeler en de aanvallers.
- Snelheid: Een snelle spelverdeler kan de verdediging van de tegenstander verrassen en de aanval effectiever maken.
- Besluitvorming: De spelverdeler moet snel en effectief beslissingen kunnen nemen over wie de bal moet krijgen op basis van de situatie op het veld.
- Communicatie: Duidelijke communicatie met de aanvallers is essentieel voor een gecoördineerde aanval.
De Uitgangsposities en Benamingen
Voordat we ingaan op de specialismen, is het handig om eerst de uitgangsposities en hun benamingen te weten. Er zijn zes spelers, dus ook zes verschillende uitgangsposities, namelijk: ‘rechtsachter’, ‘rechtsvoor’, ‘midvoor’, ‘linksvoor’, ‘linksachter’ en ‘midachter’. De posities 2, 3 en 4 bevinden zich voor de driemeterlijn en dus ‘aan het net’ of in het ‘voorveld’. De posities 1, 5 en 6 bevinden zich achter de driemeterlijn en dus in het ‘achterveld’. Maar de crux is: je hoeft alleen maar op die specifieke plek te staan op het moment dat er geserveerd wordt. Daarna mag iedereen zich vrij door het veld verplaatsen (met als restrictie dat achterspelers niet mogen aanvallen vanaf ‘binnen’ de driemeterlijn). Dat betekent dat de linksachter prima naar rechtsachter mag verplaatsen en andersom.
Lees ook: Volleybal: Alles over winnen
Specialismen
Iedere speler heeft natuurlijk zijn of haar eigen kenmerken. De ene speler is langer dan de ander, de ander is weer sneller of behendiger dan de een. Sommige spelers kunnen zeer goed aanvallen en andere zijn beter in verdedigen of bovenhands spelen. Waar ‘in den beginne’ iedere speler binnen het volleybal nog iedere positie innam, is er in de loop der jaren steeds meer gespecialiseerd.
Technische Vaardigheden voor de Spelverdeler
De spelverdeler moet een breed scala aan technische vaardigheden beheersen om effectief te kunnen zijn. Deze omvatten:
- Bovenhandse Pass (Set-up): Dit is de meest gebruikelijke manier om de bal te plaatsen voor een aanval. De spelverdeler gebruikt de vingertoppen om de bal te controleren en te plaatsen, waarbij hij een driehoek vormt met de handen boven het hoofd.
- Onderhandse Pass (Bump): Soms is de bal te laag om bovenhands te spelen. In dit geval gebruikt de spelverdeler een onderhandse pass om de bal omhoog te brengen en de aanval mogelijk te maken.
- Sprong Set: Een sprong set stelt de spelverdeler in staat om de bal sneller te plaatsen en de verdediging van de tegenstander te verrassen. Het vereist een goede timing en coördinatie.
- Dump: In sommige situaties kan de spelverdeler ervoor kiezen om de bal direct over het net te plaatsen in plaats van een set-up te geven. Dit kan een effectieve manier zijn om de tegenstander te verrassen en een punt te scoren.
- Aanvallen: Hoewel de primaire taak van de spelverdeler het plaatsen van de bal is, moet hij ook in staat zijn om aan te vallen wanneer de situatie daarom vraagt.
Tactisch Inzicht en Besluitvorming
Naast technische vaardigheden moet de spelverdeler ook over een scherp tactisch inzicht beschikken. Dit omvat:
- Lezen van de Verdediging: De spelverdeler moet in staat zijn om de opstelling en bewegingen van de verdediging van de tegenstander te observeren en te anticiperen op hun acties.
- Kiezen van de Juiste Aanvaller: De spelverdeler moet de sterke en zwakke punten van zijn eigen aanvallers kennen en de bal plaatsen op een manier die hun kansen op succes maximaliseert.
- Variëren van de Aanval: Een goede spelverdeler varieert de aanval om de verdediging van de tegenstander te ontregelen en te voorkomen dat ze zich kunnen aanpassen.
- Spelritme: Bij spelverdelen is ‘ritme’ heel belangrijk. Zorg dat je jouw als spelverdeler altijd ontwikkelt op technisch en tactich en fysiek vlak en maak daar veel uren in. Mocht je lastig vinden om voor jezelf een plan uit te schrijven voor het nieuwe seizoen, betrek je coach er dan bij. En vul samen een persoonlijk prestatieplan in.
Communicatie en Leiderschap
De spelverdeler is de leider op het veld en moet in staat zijn om effectief te communiceren met zijn teamgenoten. Dit omvat:
- Duidelijke Aanwijzingen: De spelverdeler moet duidelijke aanwijzingen geven aan de aanvallers over waar ze moeten staan en welke aanval ze moeten uitvoeren.
- Positieve Aanmoediging: De spelverdeler moet zijn teamgenoten aanmoedigen en motiveren, vooral in moeilijke situaties.
- Feedback: De spelverdeler moet feedback geven aan zijn teamgenoten over hun prestaties en hoe ze kunnen verbeteren.
- Vertrouwen: Je teamgenoten moeten zich op hun gemak bij je voelen. Ze moeten weten dat ze alles tegen je kunnen zeggen. Beter iets zeggen om beter van te worden, dan helemaal niets zeggen. Motiveren en communiceren met je team en altijd de rug recht houden, ook al zit het soms tegen. Dat kan best lastig zijn. Mocht je merken dat een aanvaller nu niet lekker in zijn of haar vel zit, bedien die speler dan wat minder. Of vraag welke set-ups je wel kan geven. Kortom, overleg, praten en communiceren. Dat haalt de zwaarte van een moeilijke fase wat weg. Je kunt, als je de leider bent, vaak gezien worden als ‘de coach in het veld’. Jouw centrale functie speelt daar een belangrijke rol in.
Training en Oefeningen voor de Spelverdeler
Om een effectieve spelverdeler te worden, is het belangrijk om regelmatig te trainen en specifieke oefeningen te doen. Deze omvatten:
Lees ook: Alles over zand sokken en volleybal
- Set-up Drills: Oefeningen waarbij de spelverdeler herhaaldelijk set-ups geeft aan verschillende aanvallers.
- Pass-Set-Spike Drills: Oefeningen waarbij de spelverdeler de bal ontvangt van een passer en vervolgens een set-up geeft aan een aanvaller.
- Besluitvormingsoefeningen: Oefeningen waarbij de spelverdeler snel beslissingen moet nemen over wie de bal moet krijgen op basis van de situatie op het veld.
- Communicatieoefeningen: Oefeningen waarbij de spelverdeler communiceert met zijn teamgenoten tijdens het spel.
- Ladderpatronen: De pass komt zelden exact op de plek waar jij bent of hoort te zijn. Dus werk aan je snelheid. Loop veel ladderpatronen.
Strategieën en Systemen
Er zijn verschillende strategieën en systemen die een spelverdeler kan gebruiken om de aanval te orkestreren. Enkele van de meest voorkomende zijn:
- 5-1 Systeem: Dit is een van de meest populaire systemen, waarbij vijf aanvallers en één spelverdeler op het veld staan. De spelverdeler is de spil van het systeem en is verantwoordelijk voor het plaatsen van de bal voor de aanvallers.
- 4-2 Systeem: Dit systeem maakt gebruik van twee spelverdelers en vier aanvallers. De spelverdelers wisselen elkaar af, waardoor er altijd een spelverdeler in de voorste linie staat.
- 6-2 Systeem: Dit systeem is vergelijkbaar met het 4-2 systeem, maar maakt gebruik van twee spelverdelers die ook als aanvallers fungeren.
Posities vs. Specialismen
‘Posities‘ is in het volleybal dus een onhandige term, omdat er zowel uitgangsposities als specialisaties bestaan.
De Rol van de Andere Spelers
De spelverdeler is niet de enige speler die een belangrijke rol speelt in de aanval. De andere spelers moeten ook hun verantwoordelijkheid nemen en hun taken effectief uitvoeren. Deze omvatten:
- Passer-Loper: De passer-loper is verantwoordelijk voor het ontvangen van de service van de tegenstander en het plaatsen van de bal voor de spelverdeler. Ze moeten de bal nauwkeurig naar de spelverdeler passen, zodat deze een goede set-up kan geven.
- Diagonaal: De diagonaalspeler is vaak de belangrijkste aanvaller van het team. Ze moeten in staat zijn om krachtige smashes te maken en de bal met een scherpe hoek over het net te slaan.
- Middenaanvaller: De middenaanvaller is verantwoordelijk voor het blokkeren van de aanvallen van de tegenstander en het maken van snelle, verrassende aanvallen.
- Libero: De libero is de verdedigingsspecialist van het team. Ze moeten beschikken over uitzonderlijke reflexen, een scherp spelinzicht en uitstekende communicatievaardigheden.
Rotatie en Posities
Rotatie is een fundamenteel principe in volleybal dat de volleybal posities voortdurend in beweging houdt. Na elk gewonnen punt bij service roteren de spelers met de klok mee naar de volgende positie. Echter, zodra de bal in het spel is, mogen spelers zich vrij over het veld bewegen om hun specialistische rollen te vervullen. De spelverdeler beweegt bijvoorbeeld vaak snel naar de netpositie, ongeacht waar hij start.
Systemen voor Jeugd
In de CMV wordt met 4 spelers gespeeld, meestal in een ruit. B-jeugd (2e jaars, dus ca 15 jaar) aanleren 3-3 systeem. Dus nog steeds geen specialisatie, behalve misschien als je mogelijk een echt talent hebt, bv een toekomstige spelverdeler. A-jeugd (1e jaars, dus ca 16 jaar) aanleren 2-4 systeem en eventueel beginnen met specialisatie, i.i.g. Natuurlijk kunnen deze stappen - afhankelijk van het niveau van het team - eerder of later genomen worden, maar m.i. niet te snel.
Lees ook: Alles over Vrije Ruimte Volleybal
tags: #volleybal #spelverdeler #techniek #uitleg