Steeds meer Nederlanders raken geïnteresseerd in rugby en American football, maar de sporten worden vaak door elkaar gehaald. Hoewel beide sporten met een ovale bal worden gespeeld, zijn er fundamentele verschillen in de regels, het spelverloop en de cultuur rondom de sporten. Dit artikel duikt diep in de verschillen tussen rugby en voetbal (inclusief American football), en biedt een uitgebreide vergelijking voor zowel de beginnende kijker als de ervaren sportliefhebber.
Uiterlijke verschillen in materiaal
Een eerste, duidelijke onderscheid is de bal zelf. Hoewel beide ovaal zijn, is een rugbybal groter en ronder dan een American football. Daarnaast is de uitrusting van de spelers opvallend verschillend. Rugby wordt gespeeld met minimale bescherming, vaak slechts een scrumcap en wat verstevigde kleding. American football-spelers daarentegen zijn zwaar bepakt met beschermende kleding, wat de intensiteit van de sport benadrukt.
Spelverloop en regels
Dynamiek en continuïteit
Een belangrijk verschil is de dynamiek van het spel. Rugby kent een meer continue spelverloop. Na een tackle gaat het spel snel door, met korte onderbrekingen voor ‘uit’ ballen en overtredingen. Bij American football daarentegen, is er na elke poging een pauze waarin de aanvallende ploeg zich kan hergroeperen en een nieuwe tactiek kan bedenken.
Voorwaartse pass
Het meest fundamentele verschil is de manier waarop vooruit gespeeld mag worden. In rugby mag de bal alleen achteruit worden gegooid, rennend of met een trap. American football introduceert de voorwaartse pass, waardoor het spel in één keer tientallen meters vooruit kan worden gebracht. Een lange pass door de lucht kan het spel in één keer wel vijftig- of zestig meter vooruit helpen.
Tackelen en de Ruck
Een speler in bezit van de bal (de baldrager) mag worden getackeld door een tegenstander. Andere spelers dan de baldrager mogen niet worden gehinderd (obstruction). Een tackel bestaat uit het naar de grond brengen van de tegenstander gebruikmakend van armen (en handen). Daarbij mogen hoofd of nek niet worden geraakt (high tackle). Een speler geldt als getackeld als een knie of hoger lichaamsdeel de grond raakt. De baldrager moet dan onmiddellijk aanstalten maken om de bal af te geven. Niet op tijd afgeven kan worden bestraft (holding the ball). De tackelaar moet onmiddellijk aanstalten maken de getackelde speler de ruimte te geven de bal af te staan.
Lees ook: Wat is het verschil?
Na een tackel ontstaan er 2 buitenspellijnen. Aan de uiterste lichaamsgrens aan de zijde van de tegenstander en aan de uiterste lichaamsgrens aan de eigen zijde. De spelers moeten zich gaan opstellen aan hun eigen zijde aan weerszijde van deze lijnen. De enige weg die open staat naar de zijde van de tegenstander is over de getackelde speler heen vanaf de eigen zijde. De begrenzing van deze doorgang wordt gevormd door de lichaamsgrenzen van de spelers betrokken bij de tackel. Een baldrager heeft het recht na een tackel nog één beweging te maken alvorens de bal af te geven. Na de tackel gaat de strijd om de bal gewoon verder. Boven de spelers op de grond vormt zich gewoonlijk een ruck. De beste vertaling hiervan is wellicht “de meute”. De meute die de tackel volgt. Van beide zijden komt een meute (staande) spelers die elkaar de ruimte betwisten. Het is echter niet de bedoeling om op de getackelde spelers te duiken. Wat ontstaat doet denken aan een scrum. Het wordt ook wel eens een loose scrum genoemd. Spelers betwisten elkaar de positie boven de bal door tegen elkaar aan te duwen. Doordat de getackelde speler nog één beweging heeft, brengt deze de bal gewoonlijk naar zijn eigen zijde. Daardoor is het meestal makkelijker voor zijn medestanders om de bal te beschermen. In de meeste gevallen komt de bal aan de zijde van de baldrager uit de ruck. Alle spelers die bij een ruck zijn betrokken, moeten zich binden aan de ruck. Dat binden bestaat gewoon uit fysiek contact maken. De buitenspellijnen van de tackel worden door de ruck nog verder uitgebreid. Ook hier geldt: de fysieke grenzen van eenieder die betrokken is bij de ruck bepalen de lijnen, voor en achter, links en rechts. Iedereen die niet gebonden is aan de ruck, moet zich dus achter de laatste voet van zijn medespeler in de ruck opstellen. Niet gebonden spelers moeten de buitenspellijn in acht nemen. In een ruck mag geen van de spelers in de ruck de bal met de hand aanraken (hands in ruck). Men mag wel de bal met de voeten terugbrengen, zodat de tegenpartij er niet meer bij kan. Dit wordt rucking the ball genoemd. De bal wordt zo naar de achterkant van de ruck gebracht. Daar kan de bal worden opgeraapt door een vrije speler, meestal de scrum half.
De Maul
Als een baldrager wordt aangevallen, maar alle medestanders die fysiek contact maken met de baldrager worden niet naar de grond gebracht, dan ontstaat een maul. Net als bij een tackel ontstaan er buitenspellijnen vóór en achter en links en rechts van de maul. Medestanders moeten met elkaar gebonden blijven om bij de maul te horen. Spelers mogen alleen vanaf hun eigen zijde duwen. Het team in balbezit probeert de bal gewoonlijk naar de achterste teamgenoot in de maul te brengen. Als een maul tot stilstand komt en de bal er niet snel genoeg uitkomt, wordt het spel hervat met een scrum.
De Scrum
Een scrum (kort voor scrummage) is een spelhervatting die vaak voorkomt tijdens een wedstrijd. De scrum mag worden gezien als een geordende ruck. In een scrum stellen acht spelers van ieder team zich in een vaste formatie tegenover elkaar op en proberen door duwen in balbezit te komen. De bal wordt in de scrum gebracht door de scrum half. De spelers mogen slechts duwen met de schouders boven de heupen. Het is niet toegestaan een scrum naar de grond te drukken. Dit wordt gezien als een overtreding (collapsing the scrum). Nadat de bal in de scrum is ingebracht zal de hooker proberen de bal met de hak van zijn schoen naar achteren te werken. De inworp moet loodrecht op de scrum worden uitgevoerd. Het is niet toegestaan de bal schuin de scrum in te gooien naar de eigen partij (feeding).
De Line-Out
Een line-out wordt gegeven als de bal over de zijlijn is gegaan. In de eerste plaats is de bal uit, of beter in touch als de bal de grond raakt, hetzij direct, hetzij via een speler. Een springende speler buiten de lijnen, mag de bal dus weer in het veld gooien zolang hij daarbij de grond maar niet raakt met de bal in handen. Verder is het niet zomaar mogelijk om terreinwinst te boeken door buiten het eigen 22-meter-gebied direct over de zijlijn te kicken. Een kick direct over de zijlijn vanuit het eigen 22-meter-gebied leidt gewoon tot een line-out op de plaats waar de bal over de zijlijn ging. Wordt de bal echter indirect over de zijlijn gekickt, dan geldt gewoon de plaats van het passeren van de zijlijn als de plaats van de line-out. Bij een line-out stellen spelers van beide teams zich op in twee rijen dwars op de zijlijn met 1 m onderlinge afstand. Elk team is vrij om te bepalen hoeveel spelers in de line-out gaan staan. Een speler (meestal de hooker) gooit de bal tussen de 2 rijen door dwars op de zijlijn in. Spelers in de rij mogen worden opgetild om de bal te vangen of naar een teamgenoot door te spelen. belangrijk is dat dit veilig gebeurt.
Punten scoren
- Penalty kick: Het trappen van de bal tussen de verticale palen en boven de dwarslat in het verdedigingsgebied van de tegenstander. Dit mag als de scheidsrechter een penalty heeft toegekend na een overtreding. Maar het mag ook vanuit een open-spelsituatie. De kick moet dan echter genomen zijn als drop-kick.
- Try: De bal over de tryline van de tegenstander drukken (een ‘try’). Deze score levert 5 punten op. Na het scoren van een try mag een speler trachten een extra score toe te voegen door het nemen van een zogenaamde conversie kick. De conversie kick mag worden genomen ergens in een rechte lijn langs de lengte van het veld ten opzichte van de plaats van de try.
Spelersposities
De vijftien spelers van een rugbyteam zijn in twee categorieën in te delen. De spelers met rugnummer 1 t/m 8 zijn de voorwaartsen, ofwel het ‘Pack’, de spelers met rugnummer 9 t/m 15 zijn de driekwarters, ook wel de ‘backs’ genoemd. Tevens kennen we een verder onderverdeling van het pack en de backs. Zo worden in het pack, de eerste rij, twee props met in het midden een hooker, te samen met de tweede rij, waar de twee locks staan, de front five genoemd. De nummers 6 t/m 8 van het pack vormen te samen de ‘back row’, ofwel derde rij. De voorwaartsen zijn belangrijk in de spelonderdelen waarvoor geproportioneerde kracht en techniek nodig is, bijvoorbeeld in de scrums, de rucks en de mauls. Deze spelers in de eerste rij zijn vaak zwaarder en sterker dan de backs. De meeste eerste rijers, met name de props boeten hierdoor aan snelheid in, maar er zijn hookers die qua snelheid en behendigheid met de bal in de hand niet voor de driekwarters onder doen. Tweede rijers, de locks, zorgen voor het balbezit vanuit de line-outs en voor het ‘op slot zetten’ van de scrum. Meestal zijn deze spelers langer dan 1,95 m en buiten zij hun lengte gepaard met de benodigde sprongkracht uit om boven hun tegenstanders uit te komen. De bijdrage van de backs is snelheid en techniek. Zij worden geacht met snelle combinaties de verdediging van de tegenstander uit positie te spelen. Tevens vormen zij het eerste verdedigingsblok, stoppen aanvallende spelers van de tegenpartij af tot het moment dat de derde rijers zich ermee kunnen bemoeien om balbezit veilig te stellen.
Lees ook: Alles over Vrije Ruimte Volleybal
Geschiedenis en oorsprong
Rugby ontstond halverwege de negentiende eeuw in Engeland, in het plaatsje Rugby. Het was een vorm van voetbal waarbij de bal ook gedragen mocht worden. Volgens een bekende legende is rugby in 1823 begonnen toen William Webb Ellis, leerling van Rugby School in Engeland, tijdens een wedstrijd de bal oppakte en ermee naar de overkant van het veld rende. Het groepsgewijs achter een bal aanlopen waarbij de tegenstander fysiek mag worden afgestopt stamt uit de Middeleeuwen. Met name in Zuid-Frankrijk werden zomerspelen georganiseerd tussen dorpen waarbij een voorwerp, meestal een zak gevuld met hooi, op het marktplein van het andere dorp moest worden gebracht. Hierbij waren vrijwel geen regels behalve dat er geen gewonden mochten vallen. Na afloop werden er vaak ceremonieën gehouden en festivals.
Begin 19e eeuw werden dergelijk wedstrijden ook tussen (kost)scholen gehouden waarbij de regels voor de wedstrijd door de leerlingen afgesproken. De regels konden sterk verschillen, bijvoorbeeld of de bal gedragen mocht worden of alleen geschopt. Pas in 1845 werd een aantal regels op papier gezet door leerlingen van Rugby School. De sport won aan populariteit en in 1863 werd in Londen de Football Association opgericht. De doelstelling van deze bond was om duidelijke regels op te stellen voor de nog steeds vele varianten van “football”. Tijdens de vijfde vergadering stelde een van de aangesloten clubs, Blackheath Rugby Club, dat lichamelijk contact en moed kenmerkend waren voor de sport en dus behouden moesten blijven. Toen Blackheath niet in staat bleek deze elementen in de spelregels te behouden, verliet de club de FA, samen met alle gelijkgezinde clubs.
American football daarentegen, ontstond in Amerika vanuit de regels van Rugby Union. Verschillende denkers gingen met de regels aan de slag. De besproken voorwaartse pass, de snap… Vijftien jaar na de eerste American football-wedstrijd in 1867 was het spel al onherkenbaar veranderd.
Rugby in Nederland
De eerste rugbyclub in Nederland was HFC uit Haarlem, opgericht in 1879 door Pim Mulier. De club koos vier jaar later echter voor voetbal. In 1918 werd de Delftsche Studenten Rugby-Club opgericht (nu de oudste rugbyclub van Nederland), binnen een paar jaar gevolgd door studentenclubs in Amsterdam en Groningen. In 1920 werd de Nederlandse Rugby Bond opgericht. De sport raakte echter in financiële problemen en in 1923 werd de rugbybond weer opgeheven. In deze jaren bleef de DSR-C de rugbysport levend houden met wedstrijden tegen Heidelberg (Duitsland) en andere buitenlandse teams. Ook werden er door Delft veel oefenwedstrijden gespeeld tegen en in andere steden. In deze tijd werd weer een aantal clubs geformeerd (Eindhoven, Hilversum, Amsterdam]) en in 1932 werd op initiatief van DSR-C, Hilversum en Amsterdam de eerste interland tegen Duitsland gespeeld. De NRB maakte daarna een doorstart en groeide langzaam maar zeker. In Nederland wordt rugby niet alleen door heren gespeeld maar sinds 1975 ook door dames. Tijdens het eerste lustrum van rugbyclub Wageningen werd een wedstrijd georganiseerd voor de vrouwelijke aanhang.
Nederland telt een kleine 17.000 rugbyers, die bij iets minder dan honderd clubs spelen. Het wereldkampioenschap van 2015 heeft het aantal leden fors opgestuwd, meldt Emma Fabri, tot voor kort werkzaam voor Rugby Nederland en nu voor World Rugby. De groei zat vooral bij de jeugd. De Nederlandse rugbymannen promoveerden twee jaar geleden naar het Rugby Europe Championship, de hoogst te behalen klasse in Europa, na een zege op België. De volgende stap is, als het aan Rugby Nederland en sponsor Grolsch ligt, het WK 2027 dat in Australië wordt gehouden.
Lees ook: Complete Gids Rugby Jeugd
Rugby Union vs. Rugby League
Rugby Union en Rugby League zijn de twee bepalende vormen van het spel, met verschillende regels. Rugby Union is de meest bekende vorm van de sport, die ook internationaal wordt gespeeld. Hieronder zetten we de verschillen tussen de twee varianten voor je op een rij:
Rugby Union
- Teams bestaan uit 15 spelers
- Het belangrijkste onderdeel van de sport is de scrum: een groep van iedere partij probeert elkaar in voorovergebogen houding weg te duwen om de bal in bezit te krijgen.
- Na een tackle gaat het gevecht om de bal gewoon door, maar ieder team mag alleen vanaf zijn eigen kant over de liggende spelers heen de situatie benaderen.
- De line-out: Spelers die achter elkaar zijn opgesteld proberen de bal te veroveren die vanaf de zijlijn in wordt gegooid.
Rugby League
- Teams bestaan uit 13 spelers
- De scrum komt veel minder voor dan bij de andere variant en is dus ook minder belangrijk voor het spel.
- De line-out is geen onderdeel van het spel bij Rugby League
- Na een tackle stopt het gevecht om de bal. De getackelde speler krijgt de bal en brengt deze weer in het spel door de bal met de voet naar achteren te rollen.
De Cultuur en Waarden van Rugby
Ruziënde ouders, problemen met autoriteit: jarenlang coachte Rien Fraanje het voetbalteam van zijn kinderen, en hij zag alle vooroordelen bevestigd. Nee, dan rugby! Daar vond hij kameraadschap en discipline, respect voor de scheidsrechter en lof voor de tegenstander, op het veld en langs de lijn.
Een belangrijk aspect van rugby is de cultuur van respect en discipline. Scheidsrechters worden met respect behandeld, en er is een sterke nadruk op sportiviteit en teamgeest. Zo is er de erehaag die de spelers na de wedstrijd voor elkaar maken. Eerst gaan de winnaars in twee rijen klaarstaan, waartussen de verliezers lopen terwijl ze met de steeds terugkerende en ritmisch uitgesproken kreet ‘hiep hoi’ worden toegejuicht. De verliezers sluiten vervolgens aan het einde van de rijen aan, waarna de scheidsrechter dezelfde eer ten beurt valt. De winnaars mogen als laatste door de erehaag heen. Het is een prachtig vertoon van sportiviteit.
Volgens Albert Mantingh, commentator bij Ziggo Sport, is het grote verschil tussen voetbal en rugby de mate waarin de spelregels worden nageleefd én gehandhaafd. “Als de wereldvoetbalbond Fifa de regel zou instellen dat praten tegen de scheidsrechter onmiddellijk een gele kaart oplevert, en als een gele kaart zou betekenen dat je tien minuten naar de kant moet zodat je team meteen in het nadeel is, dan weet ik zeker dat het snel gedaan is met het gemopper op scheidsrechters.”
Internationale Toernooien
Het belangrijkste internationale toernooi is het wereldkampioenschap rugby, dat iedere vier jaar wordt georganiseerd. De huidige wereldkampioen is Zuid-Afrika, dat in 2019 voor de derde keer won. In grootte en publieke belangstelling doet het toernooi maar voor weinig evenementen onder, maar het doet wel onder voor de Olympische Spelen en het WK voetbal. Het Nederlands rugbyteam doet sinds 1989 mee aan de kwalificatie toernooien voor dit evenement.
Op het Noordelijk halfrond bestaat al sinds de jaren tachtig van de negentiende eeuw een jaarlijkse competitie tussen de sterkste rugbylanden van Europa. Ooit begonnen als vierlandentoernooi, tussen Engeland, Ierland, Wales en Schotland, werd in het begin van de twintigste eeuw Frankrijk toegelaten en was er vanaf 1910 sprake van een vijflandentoernooi. In het jaar 2000 wordt Italië toegelaten tot het prestigieuze toernooi en wordt nu ieder jaar het zeslandentoernooi gehouden. De deelnemende teams zijn Engeland, Wales, Frankrijk, Italië, Ierland en Schotland. Op het Zuidelijk halfrond heet de tegenhanger van het Europese Zeslandentoernooi Tri Nations Series. De deelnemers zijn Australië, Nieuw-Zeeland en Zuid-Afrika.