In het professionele voetbal, waar teamwork en individuele briljantie hand in hand gaan, speelt elke positie een cruciale rol. Zoals coach Carl Wild al zei: "Het is van groot belang dat elke speler de rol en verantwoordelijkheden van de positie die hij speelt volledig begrijpt." Dit begrip zorgt ervoor dat een team effectief samenwerkt en niet als een verzameling individuen opereert. Dit artikel duikt in de verschillende posities in het voetbal, hun traditionele rugnummers, en enkele interessante voetbaltermen die je moet kennen.
De Basis: Regels en Teamformatie
Volgens de Laws of the Game, opgesteld door de International Football Association Board (IFAB), wordt een voetbalwedstrijd gespeeld door twee teams van elk idealiter 11 spelers, inclusief de keeper. Een wedstrijd duurt 90 minuten, exclusief blessuretijd. Om een wedstrijd officieel te laten starten, moeten er minimaal zeven spelers per team op het veld staan. Veel teams hebben een selectie van ongeveer 23 spelers om voldoende mogelijkheden tot wisselen te hebben. Tijdens de meeste professionele wedstrijden mogen vijf spelers gewisseld worden, hoewel in veel jeugd- en recreatieve competities het aantal wissels onbeperkt is.
Rugnummers: Meer dan alleen identificatie
Rugnummers in het voetbal zijn belangrijk voor de identificatie van spelers door toeschouwers en scheidsrechters. Vroeger waren de nummers 1 tot en met 11 standaard, maar tegenwoordig dragen spelers rugnummers om uiteenlopende redenen. Voor sommige spelers zijn de rugnummers bijna onderdeel van hun identiteit. Zo denkt iedereen bij nummer 14 direct aan Johan Cruijff. Cristiano Ronaldo staat bekend als CR7, een combinatie van zijn initialen en zijn vaste rugnummer. Bij Manchester United is nummer 7 een nummer met een bepaalde geschiedenis, dat traditioneel wordt gegeven aan de beste spelers. Grote spelers geven een (nieuwe) betekenis aan een nummer. Zinedine Zidane maakte nummer 21 populair in zijn tijd bij Juventus, terwijl Michael Jordan nummer 23 wereldberoemd maakte, waarna spelers als Rafael van der Vaart dit nummer ook in het voetbal gingen dragen.
Niet in alle landen hebben nummers dezelfde traditionele volgorde. In Engeland speelt de nummer 3 bijvoorbeeld als linksback, de 4 als verdedigende middenvelder en de 6 als centrale verdediger. Echter, in het moderne voetbal worden er veel verschillende nummers gebruikt op diverse posities. Het onderstaande overzicht kan worden gezien als de standaard en traditionele nummers bij opstellingen, maar in het profvoetbal wordt hier vaak van afgeweken. Bij de jeugd zal dit nog in veel gevallen kloppen.
Traditionele Rugnummers per Formatie
Hieronder volgt een overzicht van de traditionele rugnummers per formatie:
Lees ook: Terugblik op Spits Hockey Mannen in 2008
4-3-3 Systeem:
- Nummer 1 - Keeper
- Nummer 2 - Rechtsback
- Nummer 3 - Centrale Verdediger
- Nummer 4 - Centrale Verdediger
- Nummer 5 - Linksback
- Nummer 6 - Rechtshalf
- Nummer 7 - Rechtsbuiten
- Nummer 8 - Linkshalf
- Nummer 9 - Spits
- Nummer 10 - (Aanvallende) Middenvelder
- Nummer 11 - Linksbuiten
4-4-2 Systeem:
- Nummer 1 - Keeper
- Nummer 2 - Rechtsback
- Nummer 3 - Centrale Verdediger
- Nummer 4 - Centrale Verdediger
- Nummer 5 - Linksback
- Nummer 6 - (Verdedigende) Middenvelder
- Nummer 7 - Rechtshalf
- Nummer 8 - Linkshalf
- Nummer 9 - Spits
- Nummer 10 - (Aanvallende) Middenvelder
- Nummer 11 - Spits
3-5-2 Systeem:
- Nummer 1 - Keeper
- Nummer 2 - Verdediger
- Nummer 3 - Verdediger
- Nummer 4 - Verdediger
- Nummer 5 - Wingback
- Nummer 6 - (Verdedigende) Middenvelder
- Nummer 7 - Wingback
- Nummer 8 - Middenvelder
- Nummer 9 - Spits
- Nummer 10 - (Aanvallende) Middenvelder
- Nummer 11 - Spits
Voetbaltermen: Een kleine handleiding
Het voetbal kent zijn eigen jargon. Hieronder een lijst van enkele veelvoorkomende Engelse voetbaltermen en hun betekenis:
- All ball: De speler raakt alleen de bal en niet de tegenstander bij een tackle.
- Back of the net: De bal gaat in het doel.
- Ball-to-hand: De bal raakt de hand per ongeluk.
- Bicycle kick: Een omhaal.
- Boot it: De bal zo hard mogelijk wegtrappen.
- Box-to-box player: Een speler die zowel verdedigend als aanvallend sterk is.
- Brace: Twee doelpunten maken in één wedstrijd.
- Chip shot: Een bal over de tegenstander heen chippen.
- Class act: Een speler of coach met goede manieren buiten het veld.
- Clean sheet: Geen tegendoelpunt incasseren.
- Cleats: Noppen onder voetbalschoenen.
- Clinical finish: Een uitstekend schot dat een doelpunt oplevert.
- Cracker: Een geweldige wedstrijd of een prachtig doelpunt.
- Dive: Een schwalbe.
- Dummy run: Een loopactie zonder de bal om ruimte te creëren.
- Feint / Flip Flap: Een schijnbeweging.
- First-time ball: De bal direct doorspelen.
- Flick-on: De bal met de voet of het hoofd verlengen.
- Game of two halves: Een wedstrijd met twee totaal verschillende helften.
- Hairdryer treatment: Een woedende uitbrander van de coach.
- Hard man: Een speler met een harde speelstijl.
- Hoof: De bal blindelings naar voren trappen.
- Hospital ball: Een gevaarlijke pass tussen twee tegenstanders.
- Howler: Een onverklaarbare fout.
- Hug the line: Dicht bij de zijlijn blijven spelen.
- In his/her pocket: Een speler domineren.
- Line-o: Een assistent-scheidsrechter.
- Lost the dressing room: De coach heeft de controle over de spelers verloren.
- Man on: Waarschuwing dat er een tegenstander aankomt.
- Midfield anchor: Een verdedigende middenvelder die dicht bij de verdediging blijft.
- Minnows: Een klein team uit een lagere divisie.
- Nutmeg: De bal door de benen van een tegenstander spelen.
- Off the line: Voorkomen dat de bal over de lijn gaat.
- On paper: Een theoretische voorbeschouwing.
- Park the bus: Zeer verdedigend spelen.
- Play on: Doorspelen na een potentieel controversiële situatie.
- Pea roller: Een zwak schot.
- Poacher / Fox in the box: Een spits die gevaarlijk is in het strafschopgebied.
- Put in a shift: Zijn werk doen zonder op te vallen.
- Row Z: De verste rij op de tribune.
- Run it off: Doorspelen met een kleine blessure.
- Sacked: Ontslagen.
- Showboat: Pronken met trucjes.
- Sitter: Een gemiste kans.
- Switch play: De bal verplaatsen van de ene naar de andere kant van het veld.
- Target man: Een lange spits die aangespeeld wordt met hoge ballen.
Rugnummers en hun betekenis in detail
Rugnummers zijn meer dan alleen identificatie; ze hebben vaak een historische en positionele betekenis. Hieronder een uitgebreide lijst van rugnummers en hun traditionele rollen:
- Nummer 1: Traditioneel voor de keeper. Bekende voorbeelden zijn Edwin van der Sar, Iker Casillas, Oliver Kahn en Gianluigi Buffon. Uitzonderingen zijn Edgar Davids en Jonathan de Guzman.
- Nummer 2: Meestal gedragen door rechtsbacks, zoals Gary Neville en Cafu.
- Nummer 3: Vaak voor verdedigers, maar de positie kan verschillen per land. In het buitenland zijn Ashley Cole, Paolo Maldini en Roberto Carlos bekende linksbacks met nummer 3, terwijl in Nederland centrale verdedigers zoals Jaap Stam en Matthijs de Ligt dit nummer droegen.
- Nummer 4: Vaak voor centrale verdedigers of verdedigende middenvelders, zoals Sergio Ramos en Patrick Vieira. Nederlandse voorbeelden zijn Virgil van Dijk, Ronald Koeman en Frank de Boer.
- Nummer 5: In het buitenland vaak voor centrale verdedigers, zoals Carles Puyol, Fabio Cannavaro en Franz Beckenbauer. Zinedine Zidane droeg nummer 5 bij Real Madrid. Giovanni van Bronckhorst is een bekend Nederlands voorbeeld.
- Nummer 6: Kan door verschillende posities worden gedragen, zoals verdedigers (Bobby Moore), spelverdelers (Xavi), en controlerende middenvelders (Nigel de Jong, Mark van Bommel).
- Nummer 7: Voor vleugelspelers of spelers in een tweespitsensysteem. Cristiano Ronaldo kreeg dit nummer bij Manchester United en staat bekend als 'CR7'. Andere voorbeelden zijn Kenny Dalglish, Luis Figo en George Best.
- Nummer 8: Meestal voor scorende middenvelders die een balans vinden tussen scoren en kansen creëren. Steven Gerrard, Frank Lampard, Andres Iniesta en Kaka zijn bekende voorbeelden.
- Nummer 9: Traditioneel voor de spits, een productieve doelpuntenmaker. Ruud van Nistelrooij, Luis Suarez, Ronaldo Nazario, Karim Benzema en Robert Lewandowski zijn bekende voorbeelden.
- Nummer 10: Voor de spelmaker of aanvallende middenvelder. Diego Maradona, Lionel Messi, Eden Hazard, Johan Cruyff en Pele zijn bekende nummer 10's.
- Nummer 11: Meestal voor de linksbuiten. Ryan Giggs is een beroemd voorbeeld. Didier Drogba en Neymar droegen dit nummer ook. Arjen Robben is de bekendste Nederlandse nummer 11.
- Nummer 12: De ideale reserve. Marco van Basten tijdens Euro 1988. Feyenoord supporters staan bekend als de twaalfde man.
- Nummer 14: Vooral in Nederland een bijzonder nummer door Johan Cruyff. Thierry Henry droeg dit nummer ook bij Arsenal.
- Nummer 20: In Liverpool kreeg dit nummer een speciale betekenis na de tragische dood van Diogo Jota.
- Nummer 21: Een gewild shirt bij creatieve spelers. Zidane, Andrea Pirlo, Frenkie de Jong en David Silva zijn bekende voorbeelden.
- Nummer 23: Bekend door Michael Jordan in de NBA. David Beckham en Rafael van der Vaart droegen dit nummer ook.
- Nummer 34: Speciaal voor Ajacieden vanwege Abdelhak Nouri.
Huidige talenten en hun positie
In het huidige voetbal zijn er veel talentvolle spelers die op verschillende posities uitblinken. Trent Alexander-Arnold is een groot talent op de rechtsbackpositie, maar heeft concurrentie van Kyle Walker. Joe Gomez is een verdedigend talent dat op alle posities in de verdediging uit de voeten kan. Danny Rose is een linksback met een goede conditie, maar lijkt aan het einde van het seizoen vermoeid. Ross Barkley speelt voornamelijk als invaller bij Chelsea, maar kan belangrijk zijn voor het nationale elftal. Eric Dier heeft door blessures geen grote rol gespeeld bij Tottenham Hotspur. Jordan Henderson heeft zijn basisplaats bij Liverpool teruggevochten. Dele Alli is een creatieve middenvelder die een vaste waarde is bij Engeland en Tottenham Hotspur. Harry Kane is de superster van Tottenham Hotspur en Engeland, ondanks een slepende enkelblessure.
Lees ook: Alles over de spits
Lees ook: Kokmeijer's herstel