De mythe van Pablo Escobar als voetballer: Een complexe relatie tussen drugs, voetbal en tragedie

De naam Pablo Escobar roept beelden op van een tijdperk gedomineerd door schaduwrijke deals, extravagante levensstijlen en onmetelijke rijkdom. Geboren in 1949 in Rionegro, Colombia, klom Pablo Emilio Escobar Gaviria op vanuit bescheiden begin. Hij werd de Koning van de Cocaïne genoemd. In de jaren 1980 en het begin van de jaren 1990 was hij de beruchtste drugsgangster van Colombia - en een voetbalfanaat.

Escobar stak een deel van zijn vermogen van 30 miljard dollar in de voetbalclub Atlético Nacional van zijn stad Medellín. Bij die club waren zes internationals van het elftal dat in 1994 aan het WK meedeed onder contract, onder wie de vermoorde Andrés Escobar (geen familie).

Escobar's invloed op het Colombiaanse voetbal

De connectie tussen Pablo Escobar en voetbal is een complex en controversieel onderwerp. Enerzijds investeerde Escobar aanzienlijke sommen geld in Atlético Nacional, waardoor de club in staat was om betere spelers aan te trekken en te investeren in de infrastructuur. Dit leidde tot succes, met als hoogtepunt het winnen van de Copa Libertadores in 1989.

Aan de andere kant was Escobar's betrokkenheid bij het voetbal onlosmakelijk verbonden met zijn criminele activiteiten. Voetbalclubs werden gebruikt om drugsgeld wit te wassen, en er waren beschuldigingen van matchfixing en intimidatie van spelers en scheidsrechters.

Veel spelers van Atlético waren vrienden van de drugsbaron en werden regelmatig uitgenodigd voor feesten op diens enorme ranch. Zolang Pablo Escobar de dienst uitmaakte in Medellín durfde niemand de spelers een haar te krenken, maar een jaar voor het WK werd hij doodgeschoten en waren de spelers hun beschermheer kwijt.

Lees ook: Wie is de beste voetballer?

Het WK van 1994: Dromen en dreigementen

In september 1993, een klein jaar voor het WK, was Colombia een sensatie in de voetbalwereld. Het Colombiaanse elftal was afgereisd naar Buenos Aires om het op te nemen tegen Argentinië, een van de sterkste teams van de wereld. Colombia vernederde Argentinië met 5-0. Met deze uitslag kon Colombia plaatsing voor het wereldkampioenschap van 1994 in de Verenigde Staten niet meer ontgaan en was het land zelfs een van de favorieten voor de winst. Colombia genoot van de roem die het land ten deel viel.

Het WK van 1994 in de Verenigde Staten werd een traumatische ervaring voor het Colombiaanse elftal en het land als geheel. Voorafgaand aan het toernooi waren er hoge verwachtingen, mede door de indrukwekkende prestaties in de kwalificatiereeks. Echter, de realiteit bleek anders.

De Colombianen waren ’s werelds grootste exporteurs van cocaïne, en de handelaars werden slapend rijk. De drugsbaronnen moesten miljoenen aan zwart geld zien wit te wassen, en voetbalclubs bleken daar uiterst geschikt voor te zijn. De beruchte drugshandelaar Pablo Escobar, bijgenaamd de Koning van de Cocaïne, pompte met zijn collega’s hoge bedragen in Colombiaanse clubs.

De Colombianen onderschatten de Roemenen en verloren de eerste wedstrijd van het toernooi met 1-3. De nederlaag vormde het begin van een rampzalige week voor het Colombiaanse team. De volgende dag kreeg de verdediger Luis Fernando Herrera te horen dat zijn broer was omgekomen bij een verkeersongeluk. Dat maakte de spelers ongerust, want er gingen geruchten dat het geen ongeluk was, maar dat de drugsmaffia wraak had genomen voor de nederlaag tegen Roemenië.

Een dag later werd bondscoach Maturana telefonisch bedreigd, en hij gaf uiteindelijk toe en stelde De Ávila op, zoals de anonieme beller had geëist. 'Ik kon het leven van anderen niet in gevaar brengen,' zei Maturana later.

Lees ook: Van talent tot televisie: Andy van der Meijde

De tragische dood van Andrés Escobar

De wedstrijd tegen de Verenigde Staten werd gekenmerkt door nervositeit en spanning. Na 35 minuten maakte verdediger Andrés Escobar een eigen doelpunt, wat uiteindelijk leidde tot de nederlaag van Colombia met 2-1. De VS won de wedstrijd onverwacht met 2-1 en Colombia lag eruit op het WK.

Het eigen doelpunt had grote gevolgen. Thuis in Colombia volgde de zus van Escobar de wedstrijd op tv, en toen de bal in het doel ging, zei haar zoontje van negen: ‘Nu maken ze Andrés dood.’

Enkele dagen na de uitschakeling werd Andrés Escobar in Medellín doodgeschoten. De moord schokte de voetbalwereld en Colombia. Er werd gespeculeerd dat de moord verband hield met het eigen doelpunt en de gokindustrie.

Na de laatste, zinloze groepswedstrijd tegen Zwitserland ging hij naar huis en gaf hij interviews aan iedereen die maar horen wilde hoe het zo mis had kunnen gaan. Hij liet zich ook overhalen om een stuk voor een krant te schrijven. Het was getiteld ‘Dit is niet het einde van de wereld’ en ging niet alleen over voetbal, maar ook over het drugsgeweld. Hij sloot het stuk af alsof hij besefte dat zijn dagen geteld waren: ‘Mijn warmste groeten aan iedereen. Het was een ongelooflijke en zeldzame ervaring, en we zullen elkaar snel weer zien, want dit is niet het einde van de wereld.’

Op 2 juli 1994 werd de Colombiaanse voetballer Andrés Escobar doodgeschoten op een parkeerplaats na een bezoek aan een discotheek in Medellín. De moordenaar kwam goed weg. Humberto Muñoz Castro was de man die de zes dodelijke schoten zou hebben afgevuurd op Andrés Escobar. Hij was een bodyguard van de drugsbaronnen Juan en Pedro Gallón en had volgens getuigen door het raampje van de auto gevuurd. Castro kreeg 43 jaar cel, maar zo lang zat hij bij lange na niet.

Lees ook: Een carrière van Gouda tot Qatar: Sven van Beek

Het fortuin van Pablo Escobar

Het vermogen van Pablo Escobar is vaak gehuld in mysterie en overdrijving. Met zoveel geld kwam ook een aanzienlijke hoeveelheid macht, maar ook uitdagingen om het te beheren en te besteden. Voordat we kijken naar het vermogen dat Escobar vergaarde, is het belangrijk om te begrijpen hoe hij deze positie bereikte.

Escobar bouwde zijn fortuin voornamelijk via de handel in cocaïne. Zijn kartel controleerde een groot deel van de cocaïneproductie en -distributie in de wereld. Het exacte bedrag van zijn fortuin is moeilijk vast te stellen, maar schattingen lopen uiteen van enkele miljarden tot 30 miljard dollar.

Na zijn dood werden veel activa door de overheid geconfisqueerd of verdwenen eenvoudigweg. Escobar's dood in 1993 markeerde het einde van een tumultueus tijdperk voor Colombia.

De erfenis van Escobar: Een waarschuwing

De mythe van Pablo Escobar als voetballer is complex. Zijn investeringen in het voetbal brachten succes, maar zijn betrokkenheid was onlosmakelijk verbonden met criminaliteit en geweld. De tragische dood van Andrés Escobar is een pijnlijke herinnering aan de donkere kant van deze relatie.

De connectie tussen drugs en voetbal is een waarschuwing. Het laat zien hoe criminele activiteiten een sport kunnen corrumperen en verwoestende gevolgen kunnen hebben voor individuen en een hele natie.

Andere criminelen op de vlucht

Escobar is niet de enige crimineel die op de vlucht is. Forbes publiceerde een top tien van de meest gezochte criminelen in de wereld. Nummer één op die lijst was toen nog Osama Bin Laden. Maar na diens dood, in mei 2011, volgde een tweede lijst. Hieronder ontdekken wij zo de tien meest gezochte criminelen van het moment.

  1. Dokka Umarov
  2. Joseph Kony
  3. Félicien Kabuga
  4. Alimzhan Tokhtakhunov
  5. Matteo Messina Denaro
  6. Nasir al-Wuhayshi
  7. Semion Mogilevich
  8. Dawood Ibrahim
  9. Ayman al-Zawahiri
  10. Joaquín Archivaldo Guzmán Loera

Desi Bouterse: Van sportieve militair tot dictator

Ook Desi Bouterse is een omstreden figuur met een verleden in het leger en de sport. Eens was de nu 52-jarige Desi Bouterse een doodgewone Drent. Vrijwel dagelijks fietste de latere couppleger en omstreden bevelhebber van het Surinaamse leger van zijn woning in het Drentse Havelterberg naar de Johannes Postkazerne in het nabijgelegen Darp. Zijn grillige militaire carrière begon hij in 1968 bij de Nederlandse krijgsmacht en uiteindelijk zou hij zeven jaar blijven.

De jonge Desi was gek op sport: hardlopen, boksen, wielrennen, voetballen, volleybal en boven alles basketbal. In Suriname was hij in de jaren zestig de ‘Edgar Davids’ van het basketbal. Hij was spelverdeler van de kampioensploeg de Blue Birds en kon uit elke positie schieten.

Als lid van het Nederlands militair basketbalteam heeft Bouterse in 1973 nog deelgenomen aan de Militaire Spelen in het Griekse Thessaloniki. Verder speelde hij competitie bij de Red Giants in Meppel en bij Arta in Steenwijk. Bouterse was ook een uitstekend langeafstandsloper. Hij was lid van de atletiekvereniging in Steenwijk.

Hoe werd een vriendelijke, sportieve soldaat een dictator met bloed aan zijn handen? Zeker is dat Bouterse in Duitsland niet alleen uitstekende sportfaciliteiten aantrof, maar ook voor het eerst aan het snelle geld rook.

tags: #pablo #escobar #voetballer #mythe