De Oriëntatiefase KNVB: Een Uitleg en Toepassing

De KNVB besteedt veel aandacht aan de ontwikkeling van trainers en spelers in het voetbal. Een belangrijk onderdeel hiervan is de structuur van een training, waarbij de oriëntatiefase een cruciale rol speelt. Dit artikel biedt een uitgebreide uitleg van de oriëntatiefase, hoe deze past binnen de totale trainingsstructuur en hoe trainers deze effectief kunnen toepassen om een optimale leeromgeving te creëren.

Inleiding

Het is essentieel om een training systematisch aan te pakken om de ontwikkeling van het team te bevorderen. In plaats van elke week iets anders te doen, is het belangrijk om een duidelijke structuur te volgen. De KNVB onderscheidt verschillende fasen in een training, waaronder de oriëntatiefase, de oefenfase en de toepassingsfase. Deze structuur helpt trainers om een consistente en effectieve leeromgeving te creëren.

De Structuur van een Voetbaltraining

Een goed gestructureerde voetbaltraining bestaat uit verschillende fasen die elkaar logisch opvolgen. Deze fasen zorgen ervoor dat spelers stapsgewijs de vaardigheden en tactieken leren die nodig zijn om succesvol te zijn op het veld. De basisstructuur van een training omvat doorgaans de volgende elementen:

  1. Warming-up: Bereidt de spieren voor op de training en helpt blessures te voorkomen.
  2. Oriëntatiefase: Introduceert de doelstelling van de training met relatief lichte oefenstof.
  3. Oefen-/Leerfase: Bevat oefeningen die de doelstelling van de training duidelijk naar voren brengen.
  4. Toepassingsfase: Laat spelers het geleerde in de praktijk toepassen, vaak in de vorm van een partijspel.
  5. Afsluiting: Evalueert de training, geeft complimenten en bespreekt de volgende stappen.

De Oriëntatiefase Uitgelegd

De oriëntatiefase is de eerste serieuze fase van de training, direct na de warming-up. In deze fase wordt de basis gelegd voor wat de spelers tijdens de rest van de training gaan leren. Het doel is om de spelers te introduceren aan de belangrijkste aspecten van de training, terwijl ze relatief lichte oefeningen uitvoeren.

Kenmerken van de Oriëntatiefase

  • Eerste Aanzet tot de Doelstelling: De oefeningen in deze fase zijn ontworpen om de spelers een eerste indruk te geven van wat ze die dag zullen leren.
  • Relatief Lichte Oefenstof: De intensiteit van de oefeningen is laag tot gemiddeld, zodat de spelers zich kunnen concentreren op de techniek en de basisprincipes.
  • Technische Aspecten: Er wordt vaak aandacht besteed aan technische aspecten van het spel, zoals passen, trappen, dribbelen en balcontrole.

Belang van de Oriëntatiefase

De oriëntatiefase is cruciaal omdat het de toon zet voor de rest van de training. Een goede oriëntatiefase zorgt ervoor dat spelers:

Lees ook: Plezier en ontwikkeling in pupillenvoetbal

  • Gemotiveerd zijn: Een interessante en dynamische oriëntatiefase kan de spelers enthousiast maken voor de rest van de training.
  • Begrijpen wat er van hen verwacht wordt: Door de doelstelling van de training duidelijk te maken, weten de spelers waar ze aan moeten werken.
  • Zichzelf kunnen verbeteren: Door de technische aspecten te benadrukken, kunnen de spelers hun vaardigheden verbeteren en hun zelfvertrouwen vergroten.

Voorbeeld van een Oriëntatiefase

Stel dat de doelstelling van de training is om het positiespel te verbeteren. Een mogelijke oriëntatiefase zou kunnen bestaan uit een eenvoudige passoefening waarbij de spelers in een cirkel staan en de bal naar elkaar passen. De trainer kan de spelers aanmoedigen om:

  • De bal snel en nauwkeurig te passen.
  • Beweging zonder bal te maken om zich vrij te spelen.
  • Oogcontact te maken met de medespelers.

Deze oefening is relatief eenvoudig, maar het helpt de spelers om zich te concentreren op de basisprincipes van het positiespel.

De Oefen- en Leerfase

Na de oriëntatiefase volgt de oefen- en leerfase, ook wel de kern van de training genoemd. In deze fase worden één of twee belangrijke oefeningen uitgevoerd die de doelstelling van de training duidelijk naar voren brengen. Deze oefeningen sluiten aan op de oriëntatiefase en bouwen voort op de basis die daar is gelegd.

Kenmerken van de Oefen- en Leerfase

  • Duidelijke Doelstelling: De oefeningen zijn specifiek ontworpen om een bepaald aspect van het spel te verbeteren.
  • Intensiteit: De intensiteit van de oefeningen is hoger dan in de oriëntatiefase, maar nog steeds beheersbaar.
  • Variatie: Er wordt gebruik gemaakt van verschillende soorten oefeningen, zoals afwerkvormen, positiespellen, systeemoefeningen en partijspelen.

Voorbeeld van een Oefen- en Leerfase

In het voorbeeld van de positiespel training zou de oefen- en leerfase kunnen bestaan uit een positiespel in een kleiner veld. De trainer kan de spelers in twee teams verdelen en hen de opdracht geven om de bal zo lang mogelijk in hun bezit te houden. De trainer kan de spelers aanmoedigen om:

  • Constante beweging zonder bal te maken.
  • De vrije ruimtes te vinden en te benutten.
  • De bal snel en nauwkeurig te passen.

Deze oefening is intensiever dan de passoefening in de oriëntatiefase, maar het helpt de spelers om de principes van het positiespel in een meer realistische situatie toe te passen.

Lees ook: Hoe werkt de punten telling bij het WK Rugby?

De Toepassingsfase

De toepassingsfase is de laatste fase van de training. In deze fase wordt het geleerde in de praktijk toegepast, meestal in de vorm van een partijspel. Het doel van deze fase is om de spelers de kans te geven om de vaardigheden en tactieken die ze hebben geleerd in een wedstrijdsituatie te gebruiken.

Kenmerken van de Toepassingsfase

  • Wedstrijdsituatie: De oefening simuleert een echte wedstrijd, met alle uitdagingen en kansen die daarbij horen.
  • Variatie: De regels van het partijspel kunnen worden aangepast om de nadruk te leggen op de doelstelling van de training.
  • Intensiteit: De intensiteit van de oefening is hoog, vergelijkbaar met een echte wedstrijd.

Voorbeeld van een Toepassingsfase

In het voorbeeld van de positiespel training zou de toepassingsfase kunnen bestaan uit een partijspel op een groter veld. De trainer kan de spelers in twee teams verdelen en hen de opdracht geven om te proberen te scoren door gebruik te maken van de principes van het positiespel. De trainer kan de spelers aanmoedigen om:

  • Constante beweging zonder bal te maken.
  • De vrije ruimtes te vinden en te benutten.
  • De bal snel en nauwkeurig te passen.
  • Samen te werken om kansen te creëren.

Deze oefening is de meest realistische van de drie fasen en het helpt de spelers om de principes van het positiespel in een wedstrijdsituatie toe te passen.

Tips voor Trainers

Om een effectieve training te geven, is het belangrijk dat trainers de volgende tips in acht nemen:

  • Voorbereiding: Bereid de training goed voor en zorg ervoor dat alle materialen klaarstaan voordat de training begint.
  • Doelstelling: Stel duidelijke doelstellingen voor de training en communiceer deze aan de spelers.
  • Variatie: Gebruik verschillende soorten oefeningen om de training interessant en uitdagend te houden.
  • Feedback: Geef de spelers regelmatig feedback op hun prestaties en moedig hen aan om zichzelf te verbeteren.
  • Plezier: Zorg ervoor dat de training leuk is en dat de spelers plezier hebben in wat ze doen.

De Rol van de KNVB

De KNVB speelt een belangrijke rol in de ontwikkeling van trainers en spelers in het voetbal. De KNVB biedt verschillende cursussen en workshops aan voor trainers van alle niveaus. Daarnaast biedt de KNVB een uitgebreide database met oefeningen en trainingen die trainers kunnen gebruiken om hun trainingen te verbeteren. De KNVB streeft ernaar om het voetbal in Nederland naar een hoger niveau te tillen door te investeren in de opleiding van trainers en spelers.

Lees ook: Maatschappelijke betrokkenheid in het amateurvoetbal: een onderzoek.

Teamindeling en Ontwikkeling

Een ander belangrijk aspect van de jeugdopleiding is de teamindeling. Het is essentieel om spelers op het juiste niveau te laten trainen en spelen, zodat ze zich optimaal kunnen ontwikkelen. De KNVB adviseert verenigingen om criteria vast te stellen voor de teamindeling, zodat elke speler de kans krijgt om zich te ontwikkelen en plezier te hebben in het spel.

Criteria voor Teamindeling

Bij het indelen van teams kunnen verenigingen gebruik maken van verschillende criteria, waaronder:

  • Voetbalvaardigheden: De technische en tactische vaardigheden van de speler.
  • Gedrag: De inzet, discipline en respect voor anderen.
  • Leeftijd: De kalenderleeftijd, biologische leeftijd en voetballeeftijd van de speler.
  • Sociaal: De sociale vaardigheden en de relaties met andere spelers.

Valkuilen bij Teamindeling

Bij het indelen van teams is het belangrijk om rekening te houden met mogelijke valkuilen, zoals:

  • Eerste Indruk: Vasthouden aan de eerste indruk van een speler.
  • Uiterlijke Kenmerken: Het beoordelen van een speler op basis van uiterlijke kenmerken.
  • Categoriseren: Het stoppen van spelers in hokjes.

Communicatie en Transparantie

Een open en transparante communicatie is essentieel bij de teamindeling. Verenigingen moeten duidelijk communiceren over de criteria, het proces en de betrokkenen. Dit helpt om de druk van de zogenaamde ‘selectiewedstrijden’ af te halen en om een eerlijke en objectieve beoordeling te garanderen.

De Visie van FC Utrecht

FC Utrecht hanteert een duidelijke werkwijze bij de Onder 13 en Onder 14 teams, waarbij de oriëntatiefase een belangrijke rol speelt. Na de kennismakingsfase komen de spelers terecht in de oriëntatiefase, waarin ze worden voorbereid op de volgende stappen in hun ontwikkeling.

Wat is Voetbaltraining?

Voetbaltraining is een complex proces dat gericht is op het verbeteren van de vaardigheden en tactieken van spelers. De KNVB heeft een duidelijke visie op voetbaltraining, waarbij de nadruk ligt op de ontwikkeling van de individuele speler binnen het team. De trainingen moeten aansluiten bij de drie teamfuncties: aanvallen, verdedigen en omschakelen.

De Zeister Visie

De Zeister visie van de KNVB gaat uit van het ideale plaatje, met veel spelers, veel ruimte en veel materiaal. Helaas is dit niet altijd de realiteit voor trainers, die vaak moeten werken met beperkte middelen. Het is belangrijk dat trainers creatief zijn en de trainingen aanpassen aan de beschikbare middelen.

Teamfuncties en Teamtaken

In het voetbal gaat het altijd om meer doelpunten maken dan de tegenpartij. Om dit te bereiken, moet het team aanvallen, verdedigen en omschakelen. Deze teamfuncties kunnen worden onderverdeeld in teamtaken, zoals opbouwen en scoren bij aanvallen, en storen en doelpunten voorkomen bij verdedigen.

Oefenen in Relatie tot de Wedstrijd

Het leren voetballen gebeurt het best dicht bij het voetballen zelf. Oefeningen in passen, dribbelen, passeren en schieten moeten bij herhaling en in wisselende spelsituaties worden uitgevoerd, zodat de spelers de relatie naar de echte wedstrijd kunnen leggen.

Leerbaarheid Vergroten

De leerbaarheid van het spel wordt vergroot door het voetbal voor jonge spelers te vereenvoudigen en overzichtelijker te maken. Dit kan bijvoorbeeld door te spelen met kleinere aantallen spelers en kleinere velden.

Drie Fasen in het Leerproces

Bij het leren voetballen worden grofweg drie fasen onderscheiden:

  1. Pupillen (O6 t/m O12)
  2. Junioren (O13 t/m O15)
  3. Junioren (O16 t/m O19)

In elke fase ligt de nadruk op andere aspecten van het spel, afgestemd op de leeftijd en de ontwikkelingsfase van de spelers.

De Individuele Speler

In de visie van de KNVB ligt de nadruk op de inbreng van de individuele speler binnen het spel. Elf goede voetballers kunnen ook een winnend team vormen, waarin spelers elk hun specifieke taak vervullen, elkaars kwaliteiten aanvullen en elkaars zwakke punten compenseren.

Niveau en Differentiatie

Het is belangrijk dat elke speler op zijn of haar niveau wedstrijden kan spelen en kan deelnemen aan trainingen. De trainingen moeten worden afgestemd op het niveau van de spelers, zodat ze zich optimaal kunnen ontwikkelen.

Coerver-Methode

De Coerver-methode is een benadering waarbij de nadruk ligt op de balvaardigheid van de individuele speler. De techniek die de speler ontwikkelt, moet na verloop van tijd worden toegepast binnen spelsituaties. Het verschil tussen de Coerver-methode en de KNVB-visie is vooral het verschil in vertrekpunt.

Conditie en Plezier

Conditie verbeter je door veel te voetballen. Lopen zonder bal levert waarschijnlijk geen enkele directe bijdrage aan het beter aanvallen, verdedigen en omschakelen van een speler. Daarnaast is het belangrijk dat spelers plezier beleven aan het spel. Een voorwaarde voor een goede jeugdopleiding is dat wordt ingespeeld op individuele verschillen tussen kinderen en ruimte wordt geboden om ook zelfstandig te kunnen handelen.

Omschakelen: Een Cruciaal Moment

Voetbalwedstrijden worden vaak beslist in omschakelmomenten. Direct na balverlies of balverovering ligt er vaak veel meer ruimte. Het is belangrijk om je team als trainer zo goed mogelijk voor te bereiden op de omschakeling.

Fases van het Spel

Voetbal kent vier fases:

  1. Aanvallen
  2. Omschakelen naar verdedigen
  3. Verdedigen
  4. Omschakelen naar aanvallen

Omschakelen gaat om de fase waarin georganiseerde situaties overgaan in ongeorganiseerde situaties.

Omschakelen naar Aanvallen

Veel teams en trainers zijn het er wel over eens wat de eerste intentie zou moeten zijn direct na balverovering: naar voren! De eerste pass direct vooruit, diepte voor breedte en binnen acht seconden tot een kans komen.

Omschakelen naar Verdedigen

Agressief drukzetten op de bal in de eerste seconden na balverlies is onder steeds meer teams een vaste afspraak. Termen als ‘vijfsecondenregel‘, ‘counterpressing‘ en ‘gegenpressing‘ worden hierbij vaak gebruikt.

tags: #orientatie #fase #knvb #uitleg