De Geschiedenis van het Leen Bakker Toernooi: Een Diepgaande Blik

De behoefte aan sport en spel, met name voetbal, nam in Europa en Nederland toe na de Eerste Wereldoorlog (1914-1918). Voetbal, in Nederland geïntroduceerd door Pim Mulier, bleek een populaire sport te zijn. Arbeiders en jongeren wilden niet alleen kijken, maar ook actief meedoen.

De Oprichting van vv W.I.K.

Na de Eerste Wereldoorlog was er in Europa, en dus ook in Nederland, een sterke behoefte aan sport en spel. Vooral het voetbal, dat in Nederland door Pim Mulier was geïntroduceerd, bleek populair. Veel arbeiders en jongeren wilden niet alleen kijken, maar ook zelf spelen. Zo werd er ook bij de gasfabriek in Den Haag voorgesteld om een voetbalvereniging voor het personeel op te richten.

Er was echter een probleem: wie zou de leiding nemen? Veel medewerkers van de gasfabriek spraken hierover na het werk, vooral in "Café Schoen" op de hoek van de Parallelweg en de van Ravensteinstraat. De uitbater van het café, dhr. B. Schoen, hoorde de gesprekken en wilde wel een voetbalvereniging oprichten vanuit zijn klantenkring en de gasfabriek.

Om in te schrijven, had men minstens vijftig leden nodig die konden voetballen, en een terrein om op te spelen. Op 1 juni 1919 werd er een oprichtingsvergadering belegd met dhr. B. Schoen als voorzitter. Andere aanwezigen waren K. Beeser, J.Beeser, G. van Dijk, E. Hellendoorn, M.J. Pikaar en T. Visser. Het eerste officiële bestuur van WIK bestond uit B. Schoen (voorzitter), K. Beeser (secretaris), J. Beeser (penningmeester) en de commissarissen E. Hellendoorn en M.

Het bestuur stelde een plan van aanpak op. De broers Beeser zouden op zoek gaan naar een voetbalveld. Ze hadden al een stuk braakliggend terrein gezien achter de Rademakers Haagsche Hopjes fabriek op de hoek van de Rijswijkseweg en de tegenwoordige Neherkade. Dit stuk grond was van de gebroeders Rademaker, en de heren Beeser besloten met hen te praten. De gebroeders Rademaker hadden geen bezwaar tegen het gebruik van het terrein door de voetbalvereniging Willen Is Kunnen, op voorwaarde dat de medewerkers van de Hopjes fabriek lid konden worden.

Lees ook: Ajax's historie en Leen de Jong

De heren L. Molenaar, B.Poot, K.Jedeloo, G.Mulder, J.Heinsman, J.Vrijmoed, B.Feenstra en T.Loos werden al snel lid. Er werd geld ingezameld via loterijen om de vereniging een startkapitaal te geven. Van het verzamelde geld werd een houten keet gebouwd met een luik voor consumpties. Er was ook een pomp om water uit de sloot te pompen, zodat de spelers zich na de wedstrijd konden opfrissen. Tijdens de rust van de wedstrijd konden de spelers thee drinken, gemaakt door mevrouw Lien Deijers op een petroleumstel.

In het eerste voetbalseizoen (1919-1920) werd WIK nog niet ingeschreven in de officiële Haagsche Voetbalbond competitie, maar speelde men onderlinge wedstrijden om het spel te leren. Regelmatig werd er op het Malieveld gevoetbald. In juni 1920 werd WIK officieel ingeschreven en begon de club met twee elftallen aan de competitie. Het eerste elftal van WIK werd ingedeeld in de 3e Klasse A, het tweede elftal in de 3e Klasse G. Voorzitter was A.J. Marinus, secretaris J. Wolters en penningmeester J.

Voorafgaande aan de competitie 1920-1921 werd er een oefenwedstrijd afgewerkt tegen S.M.V. uit Rotterdam, die in een gelijkspel eindigde. Na deze wedstrijd ging het hele gezelschap naar café Schoen om feest te vieren. Vanaf die dag werd er elk jaar een oefenwedstrijd tegen S.M.V. gespeeld.

De eerste officiële wedstrijd van WIK 1 was de uitwedstrijd tegen Postwissel op 10 oktober 1920. Deze wedstrijd werd met 1-2 gewonnen. Bij aanvang van het seizoen 1920-1921 was F. Duikers voorzitter van WIK. WIK 2 eindigde op de zesde plaats met 5 punten uit 12 wedstrijden. Voorzitter was F. Duinker, secretaris J. Vieselman en penningmeester J.

Voor het seizoen 1921-1922 schreef WIK een extra elftal in, waardoor de club met drie elftallen in de 3e Klasse van de HVB voetbalde. WIK 1 draaide minder goed dan het vorige seizoen en eindigde met 13 punten uit 14 wedstrijden op een vijfde positie. Op 1 juni 1922 telde WIK 44 leden.

Lees ook: Zaalvoetbalscheidsrechter Leen Wijker

Het seizoen 1922-1923 was succesvol. WIK 1 eindigde wederom op een vijfde positie in de 3e Klasse HVB, maar zowel WIK 2 (3e Klasse D) als WIK 3 (3e Klasse J) werden kampioen. In het seizoen 1923-1924 speelden de eerste drie elftallen van WIK in de 2e Klasse HVB. Er werd ook een vierde elftal ingeschreven dat in de 3e Klasse zou uitkomen. Aan het einde van het seizoen wist WIK 1 na promotiewedstrijden tegen VUD te promoveren naar de 1e Klasse HVB. WIK won deze wedstrijd met 3-1. Aangezien er in die tijd nog geen HVB-hoofdklasse afdeling was, speelde men nu één niveau onder de grote NVB.

Op 1 juni 1924 bestond de vereniging vijf jaar. Het seizoen 1924-1925 eindigde WIK 1 op een zeer verdienstelijke tweede plaats in de 1e klasse HVB. In de seizoenen 1925-1926 en 1926-1927 werd er ternauwernood aan degradatie ontsnapt. In seizoen 1926-1927 werd er een aspirantenelftal (jeugd junioren elftal) ingeschreven. In de seizoenen 1927-1928 en 1928-1929 eindigde WIK 1 in de middenmoot. In dit laatste seizoen behaalde het adspiranten elftal van WIK achter ADO en DUNO een verdienstelijke derde plaats met maar liefst 27 punten. Tijdens het seizoen 1927/1928 werd het vlaggenschip van WIK pas in de vierde ronde van de HVB-beker uitgeschakeld. Na overwinningen op Full Speed (1-2), Celeritas (1-2) en Naaldwijk (0-5) verloor men in de kwartfinale van SZP.

In 1929 werd Jaap van Gaalen gekozen tot de nieuwe voorzitter van WIK. Na een spannend competitieverloop werd WIK 1 kampioen van de eerste klasse HVB en promoveerde naar de vierde klasse (K)NVB. Concurrenten Monster en Oranje Blauw werden verslagen. WIK behaalde 25 punten (11 gewonnen, 3 gelijke spelen en 2 nederlagen) uit 16 competitiewedstrijden. Dit was de eerste promotie naar de 4e Klasse NVB (nu KNVB).

Als men in die tijd kampioen van de eerste klasse werd, mocht men door een extra competitie met alle kampioenen van de diverse HVB eerste klassers strijden voor het algeheel HVB-kampioenschap. WIK dacht een kans te maken, maar dit avontuur eindigde niet zoals gehoopt. Tegen Delft 2 werd verloren, van SEP 1 gewonnen. Desondanks bleven de prestaties van het vlaggenschip niet onopgemerkt. Twee eerste elftalspelers, Roegier en Wieringa, werden uitgenodigd voor selectiewedstrijden van het HVB-elftal, maar werden uiteindelijk niet geselecteerd. Het jaarfeest werd gecombineerd met de viering van het kampioenschap in feestzaal van Stralen.

Het vlaggenschip van W.I.K. speelde in dit seizoen voor het eerst in het bestaan in de vierde klasse (K)NVB. Voor het eerste elftal werd gezocht naar een veld alwaar conform (K)NVB maatstaven mocht worden gespeeld. Na veel gedoe kon het W.I.K.-vlaggenschip terecht in het 2e gedeelte van het Zuiderpark. WIK slaagde er met moeite in om zich te handhaven in de 4e Klasse. Van de 16 competitiewedstrijden wist men er slechts 4 te winnen, 3 gelijk te spelen en werd er 9 keer verloren. Met 11 punten, en een doelsaldo van 34 voor en 43 tegen, eindigde men op de zevende positie van de ranglijst.

Lees ook: Hardinxveld verwelkomt het Leen Stam Toernooi

Voorafgaande aan het seizoen 1931-1932 werd er een terrein met opstallen en afrastering op de Moerweg gehuurd voor 75 gulden per jaar. Er zaten zelfs netten in het doel wat destijds nog niet verplicht was. Schoen van café Schoen kwam te overlijden en de club stapte voor haar feestavonden over naar de feestzaal van dhr. In oktober 1931 bestond WIK 12,5 jaar. Dit jubileum werd gevierd in feestzaal van Stralen. Ter gelegenheid van dit jubileum werd een muziekband ingehuurd.

Ook in dit seizoen kwam WIK 1 uit in de zondag 4e Klasse B van de NVB en moest men het ditmaal opnemen tegen: Celeritas, HDV, sv De Jagers, Moordrecht, OB,SVC, Terlaak, TONEGIDO en Waddinxveen. Van de 18 competitiewedstrijden wist men er slechts 5 te winnen, 3 gelijk te spelen en 10 te verliezen. In het seizoen 1932/1933 schreef W.I.K. in met vier seniorenelftallen en een adspirantenelftal. W.I.K. 1 eindigde op de 5e plaats, W.I.K. 2 op de 6e plaats in de 2e klasse HVB, W.I.K. 3 op de 4e plaats in de 3e klasse HVB.

In dit seizoen meldde Jan Lorsheijd zich aan als nieuw lid van WIK. De crisisjaren waren aangebroken. Er werd met leden die op dat moment geen werk meer hadden op de club een nieuw kleedgelegenheid gebouwd waarbij een tussen-gedeelte dienst deed als koffiehok. In dit zelfde seizoen besloot de vereniging tevens een cabaret-afdeling op te richten. Deze cabaret afdeling werd behoorlijk serieus opgepakt. Er werd een regisseur (dhr. van Loen) en een muzikaal leider (W. Heukeshoven) aangetrokken. WIK 1 zou uiteindelijk in de middenmoot van de 4e Klasse B eindigen. Van de 18 wedstrijden werden er 8 gewonnen, 4 gelijk gespeeld en 6 verloren.

Het seizoen 1934-1935 was voor WIK een uitzonderlijk goed seizoen. Er kwamen veel nieuwe spelers bij de club. Iedereen verwachtte dat WIK 1 dit seizoen kampioen van de 4e Klasse C zou worden maar helaas gingen de laatste twee wedstrijden tegen VOGEL verloren. Wel won WIK 1 in dit seizoen het grote D.P. toernooi in Rotterdam. In de finale op Woudenstein (terrein van Excelsior) wist WIK verrassend met 2-1 van het sterke HOV te winnen.

In het seizoen 1935-1936 eindigde WIK 1 als tweede achter kampioen Tonegido. Bij WIK voetbalde al een tijdje Teun Piet, één van de beste midvoors die de club ooit gehad heeft. W.I.K. 1 speelde nog steeds in de vierde klasse van de KNVB en schreef dit jaar in met vier seniorenelftallen en een adspirantenelftal. G. Schenk en A. Schenk ontvingen een uitnodiging voor het HVB-elftal. W.I.K. 3 eindigde met 32 punten uit 16 wedstrijden op de eerste plaats en promoveerde hiermee naar de 3e klasse HVB met 84 doelpunten voor en 12 tegen. Ook W.I.K. 2 vierde het kampioenschap met 34 punten uit 18 wedstrijden.

De zondag 4e Klasse C was voor het seizoen 1937-1938 uit de volgende clubs samengesteld: BTC, De Jagers, De Ooievaars, DSO, LFC, Maasstraat, SOA, Te Werve, VVD en WIK. Per 1 september 1937 kwamen de sportvelden op Ockenburgh vrij. W.I.K. zou hier vanaf 1939 kortstondig haar thuiswedstrijden spelen. Ook tijdens dit seizoen schreef men in met vier seniorenelftallen. W.I.K. 1 eindigde als laatste, echter degradeerde niet, W.I.K. 2 eindigde als 7e, W.I.K. 3 eindigde als laatste en degradeerde ook niet, W.I.K. 4 eindigde tevens als laatste en degradeerde naar de 4e klasse HVB.

Tijdens het seizoen 1938-1939 verschenen wederom vier W.I.K.-seniorenelftallen voor hun thuiswedstrijden op de velden aan de Moerweg. W.I.K. 1 wist zich te handhaven, W.I.K. 2 eindigde als laatste, degradeerde niet, W.I.K. 3 eindigde voorlaatste. W.I.K. 4 eindigde dus ook op de laatste plaats, ook dit keer geen degradatie. In het jaar 1939 werd bij W.I.K. de eerste officiële oefenmeester (dhr. A. Bijlstra) aangesteld. In dit jaar moest de club verhuizen naar Ockenburgh, aan het einde van de Laan van Meerdervoort. Deze verhuizing was noodzakelijk vanwege de bouwplannen (huizenbouw) aan de Moerweg alsmede Melis Stokelaan. De kantine van WIK werd verkocht aan een handbalvereniging en enkele jaren later overgenomen door voetbalvereniging Oranjeplein. Deze verhuizing was van korte duur. De militaire autoriteiten hadden i.v.m. oorlogsdreiging beslag gelegd op het complete Ockenburgh-complex. De getroffen voetbalverenigingen moesten zich geheel onverwacht op een vrijdag in november 1939 melden, kregen hun eigendommen (doelpalen, afrastering en kleedkamerinventaris) mee met de melding dat men iets anders moest zien te vinden. Men kon gelukkig bij HDV in het Zuiderpark terecht.

In 1940 speelde WIK, samen met Postalia op het veld van …

Frans van Bergenhenegouwen: Een Legende bij Verburch

Frans van Bergenhenegouwen, beter bekend als Frans Kadet, was al op jonge leeftijd op het voetbalveld te vinden. Zijn vader Leen, de bakker (vandaar de bijnaam Kadet), was al vanaf de oprichting in 1949 actief lid van de vereniging. Frans kon redelijk goed spelen, maar door zijn werk in de kassenbouw kon hij niet veel trainen. Hij is nooit een hoogvlieger geworden, maar hij was altijd fel en paraat. Zelfs toen zijn zoon Ed ging voetballen bij RKSVM was hij een enthousiaste supporter, maar hij dwong hem bijna voortdurend voor een echte club te kiezen. Later was Frans heel trots dat kleinzoon Dylan ook in Verburch-tenue voetbalde.

Naast het voetballen had Frans nog een passie: fietsen en het bezoeken van vele rondjes rond de kerk en kampioenschappen. Toen in 1980 de Jan van der Valksporthal beschikbaar kwam was Frans van begin af actief als zaalvoetballer. Een paar jaar later kwam er een plaats vrij in het organisatiecomité en heeft Frans met tomeloze inzet het zaalvoetbal begeleid. 40 jaar lang heeft Frans zich meer dan verdienstelijk gemaakt.

Velen zullen hem kennen als een gedreven organisator: een man van weinig woorden, maar die met zijn ogen sprak en het onderstreepte met karakteristieke handgebaren. Ludiek is het weerwoord dat Frans altijd gaf als hij met Kadet werd aangesproken nl.: heb jij bij mij in de klas gezeten? Zo nee, dan is het mijnheer van Bergenhenegouwen. Maar op vrijdagavond na de laatste wedstrijd, het opruimen van de spelattributen en het nuttigen van enkele biertjes werd de naam Kadet gewijzigd in de weekendnaam Croissant.

Ook hilarisch was zijn afscheidsrede aan het einde van het zaalvoetbal seizoen: gezeten op een barkruk bedankte hij iedereen achter en voor de bar en bracht hij de winnaars van het afsluitende toernooi een kratje bier om er zelf ook een flesje van te nuttigen.

De Opkomst van Dames in de Denksport: Ester van Muijen

Wie heeft er via het schooldammen in Wageningen niet ooit eens kennis gemaakt met de damsport? Het zijn er inmiddels tientallen geweest en het leverde ook nog eens de nodige talenten op. Jan Groenendijk is daar een voorbeeld van, maar zeker ook de vrouwelijke topper Ester van Muijen, die inmiddels al jarenlang deel uitmaakt van het Ereklasse team van de Wageningse Damvereniging WSDV. De geboren Wageningse en inmiddels inwoonster van Vianen heeft zelfs van het dammen haar beroep gemaakt.

,,Zoals iedere dammer bij WSDV ben ik ook via het schooldammen met de sport in aanraking gekomen”, begint van Muijen (30) haar ‘dammonoloog’. ,,Toch vond ik het de eerste keer niet eens zo interessant, maar na de tweede keer was ik verkocht. Ik won 10 gratis damlessen en aan het einde van die lessen speelden we een toernooitje dat ik won. Ik kreeg een beker, die voor mijzelf was. In die tijd voetbalde ik ook nog bij WVV Wageningen en als wij dan een beker wonnen was die voor het team. Al vrij snel kreeg het dammen de overhand, ik won de jeugdcompetitie, ging naar Nationale kampioenschappen en ook naar EK’s en WK’s. Opvallend was, dat ik bij WSDV een van de weinige meisjes was, gelukkig zijn er inmiddels veel meer. De kwaliteiten van Van Muijen leidden er vervolgens ook toe, dat ze toetrad tot het keurkorps van WSDV, dat in de Nederlandse Ereklasse speelt en daar tot de topteams behoort. ,,Ik speel dan niet alleen op het allerhoogste niveau, maar ik doe dat ook nog eens met wereldtoppers als een Jan Groenendijk en Alexander Shvartzman. Mooi om daar deel van uit te maken.”

Vervolgens werd na haar studie de stap gezet naar het zich professioneel bezighouden met de dam- en schaaksport. ,,In 2015 rondde ik de Academische Lerarenopleiding Primair Onderwijs af, een combinatie van Onderwijswetenschappen en de PABO. Naast deze Universitaire- en HBO-diploma’s ben ik in het bezit van het diploma Damtrainer 3 en Schaaktrainer 1. Dus ik wist al het nodige over hoe bijvoorbeeld kinderen leren, daarnaast was ik al trainster. Ik heb uiteindelijk de grote stap gemaakt om als zelfstandige, onder de noemer ‘ De DenksportDocent’, binnen de dam- en ook een beetje binnen de schaaksport te gaan acteren. Ik ben dan nu prof-trainster en coach. De grootse reden om dat te doen is het feit, dat er geen ontwikkelingsprogramma voor meisjes meer is. Dat was er ooit wel en mijn grootste droom en ook mijn doel is dan ook, dat dat talentontwikkelingsprogramma weer onderdeel gaat worden van NOC*NSF, dus dat er voor de talenten doorstroming is naar een vrouwenprogramma en dat er uiteindelijk ook professionele damsters gaan komen.”

Momenteel is van Muijen druk als commentatrice bij de match om de wereldtitel dammen tussen Roel Boomstra en haar Wageningse teamgenoot Shvartzman, die momenteel in Eindhoven plaatsvindt. ,,Echt leuk. Ik ben er iedere dag, samen met een dammer van TeamNL. De laatste dagen met de voorzitter van de Poolse dambond en met tweevoudig wereldkampioene Natalia Sadowska. We zitten er met jonge commentatoren. Dammen had altijd een wat stoffig imago en dat zijn wij daarmee zeker aan het wegpoetsen. Het is op Twitch een platform voor gamers. Onze stream is te zien in de Benelux en Rusland, we hebben al meer dan een miljoen ‘views’, aantallen die we in de damwereld nog nooit hadden.

tags: #Leen #Bakker #toernooi #geschiedenis