Han Urbanus: Een Pionier in de Nederlandse Honkbalgeschiedenis

Toen honkbal na de Tweede Wereldoorlog in Nederland aan populariteit won, was er één werper die boven de rest uitstak: Han Urbanus (1927) van het Amsterdamse OVVO. Han is een prominent lid van een ware Nederlandse honkbaldynastie. Hij is de vader van Charles Urbanus jr., de grootvader van Nick Urbanus en de broer van Charles Urbanus sr., allemaal grote namen in de Nederlandse honkbalwereld. Han heeft echter niet alleen met zijn prestaties de geschiedenisboeken gehaald. Hij was de eerste Europeaan die de oversteek naar het walhalla van het honkbal, de Verenigde Staten, mocht maken voor een trainingsstage.

Vroege Carrière en Debuut in de Hoofdklasse

Johannes Hendrikus Urbanus werd geboren op 22 juni 1927 in Rotterdam. Han was de jongere broer van Charles Urbanus, die eveneens in Rotterdam werd geboren in 1914. Toen Han ongeveer zeven jaar oud was, verhuisde de familie Urbanus in de vroege jaren dertig naar Amsterdam. Daar raakten de twee broers nauw betrokken bij OVVO, waar ze aanvankelijk voetbalden. Toen OVVO op 1 januari 1935 een honkbalafdeling oprichtte, begon Charles ook met honkbal. Han vergezelde zijn oudere broer op 11-jarige leeftijd naar een honkbaltraining. Charles Urbanus werd een basisspeler van het eerste team van OVVO en speelde tot het begin van de jaren zestig voor de ploeg. Han Urbanus werd al vroeg een werper. De rechtshandige Urbanus debuteerde in 1942 (15 jaar jong) in de Hoofdklasse.

De Amerikaanse Droom: Trainingsstage bij de New York Giants

In 1952 en 1953 kreeg hij bij de New York Giants de kans om zich verder te ontwikkelen. Na zijn eerste stage concludeerde hij dat de Nederlandse werpers hun sport verkeerd beoefenden. Gewapend met een instructiefilm en een boek vol aantekeningen keerde hij terug naar Nederland om zijn kennis te delen.In februari ontving Urbanus de uitnodiging om vier weken lang deel te nemen aan de Spring Training met het Major League-team van New York Giants in Phoenix, Arizona (USA). Een jaar eerder was Urbanus geïnterviewd door Albert Balink, de uitgever en redacteur van 'The Knickerbocker', een Nederlands/Amerikaans blad voor Nederlandse immigranten in Amerika. Het was Balink die de trip regelde om het honkbal te promoten en stimuleren in Europa. Hierbij kreeg Balink veel steun van New York Giants.Toen Urbanus de uitnodiging ontving, werkte hij als assistent-accountant op een kantoor in Amsterdam. Zijn werkgever stelde hem gelijk in de gelegenheid naar Amerika af te reizen. Echter, zijn vertrek leek nog even in gevaar te komen, omdat hij een week eerder angina kreeg. Gelukkig verdween dat een paar dagen later en mocht hij afreizen.Op Schiphol werd hij uitgezwaaid door veel mensen en waren er speeches van bestuursleden van de Nederlandse Bond en zijn club OVVO om hem veel succes te wensen. Met een vliegtuig van KLM vloog Urbanus naar New York en vandaar reisde hij per trein naar Phoenix, samen met zo'n 15 pitchers en catchers van de Giants. In Phoenix nam hij deel aan dagelijkse trainingen en werd begeleid door Frank Shellenback, de Pitching Coach van New York Giants en zelf voormalig Major League-pitcher.

Impact van de Amerikaanse Ervaring

Toen Han voor het eerst naar de Verenigde Staten kwam, bestond zijn arsenaal aan worpen uit slechts twee variaties: de fastball en een curve die hij zichzelf had aangeleerd. Sal Maglie, zijn trainingsmaat in de Verenigde Staten, hielp hem aan meer variatie in zijn worpen. Hij ontwikkelde als eerste Nederlandse werper de “change up”, een worp die nu gemeengoed is voor tal van pitchers uit de tegenwoordige generatie en geperfectioneerd door Rob Cordemans.In een interview destijds in Het Parool zei Urbanus: ,,Ik vraag me alleen af of ik mee zal kunnen komen met het niveau. En mocht het zo zijn dat ze vragen te blijven als professional dan weiger ik pertinent''. De toen 24-jarige Urbanus was de eerste Europese honkballer die de kans kreeg deel te nemen aan een Major League Spring Training-camp.Toen Urbanus een maand later op 15 maart terugkeerde, werd hij op het vliegveld verwelkomd door Dick Beets, de Voorzitter van de Koninklijke Nederlandse Honkbal Bond (KNHB), die een paar dagen later het 40-jarig bestaan vierde. Urbanus bracht een instructiefilm mee terug en in de weken en maanden die volgden reisde hij het hele land door om lezingen te geven over pitching, wat hij had geleerd en hoe het is deel te nemen aan een professioneel trainingskamp. Al deze lezingen werden georganiseerd door clubs of de bond in kantines of gehuurde zaaltjes die afgeladen waren met vele honkbal-enthousiastelingen.In een artikel in het Algemeen Dagblad zei Urbanus: ,,Ik heb er tot mijn grote verbazing ervaren dat men in Amerika volkomen anders werpt. Bovendien leerde ik dat de werpers volledig op het pitchen gericht zijn en niet op het zelf slaan''.

Dominantie in de Hoofdklasse

In de Hoofdklassecompetitie van 1952 profiteerde OVVO enorm van de bijgeleerde kwaliteiten van hun toppitcher. Hij gooide in dat jaar een eerste no-hitter. Ook kreeg hij in twee wedstrijden slechts één honkslag tegen. Per start kwam hij tot gemiddeld 12 maal drieslag. Toen Han in 1953 terugkeerde naar de Verenigde Staten voor een tweede stage bij de New York Giants, kreeg hij een profcontract voorgelegd.Vanaf het begin was Han Urbanus één van die werpers die een hele wedstrijd gooiden, wat de stand ook was. Nadat hij in zijn eerste twee seizoenen in de hoogste afdeling (1947-1948) de nodige ervaring had opgedaan, begon Han Urbanus vanaf 1949 te domineren. In het eerste Hoofdklasse-seizoen van OVVO (1947) begon de ploeg niet goed en verloor de eerste zes wedstrijden. Maar op 22 juni won OVVO met 11-5 van het Haarlemse EDO.In het seizoen 1949 leidde hij OVVO naar de eerste kampioenstitel en was de winnende werper in tien van de 14 wedstrijden die de ploeg speelde. Tweemaal eindigde een duel in een gelijkspel. Helaas zijn er geen officiële statistieken van die seizoenen, maar in het seizoen 1949 had Urbanus minimaal 191 keer drie slag. In zijn loopbaan als werper is zijn geschatte aantal strikeouts meer dan 1.900. Daarmee was hij lang de all-time recordhouder. In het seizoen 1949 gooide Urbanus tweemaal 20 keer drie slag in een wedstrijd, beide keren tegen Blauw-Wit, dat toen één van de topteams was. Opmerkelijk genoeg kwam Urbanus tot deze prestaties terwijl hij dat jaar ook nog in militaire dienst zat. Hij was gelegerd in het Brabantse Vught. 's Avonds leidde hij trainingen bij de zuidelijke clubs PSV, Longa en Pacifico.

Lees ook: Het leven van Harry Kruyssen

No-Hitters en Shutouts

Het gooien van een no-hitter is een regelrechte topprestatie voor iedere werper. Is één no-hitter in je actieve loopbaan al knap, Han gooide er maar liefst vijf. In de seizoenen 1953, 1954, 1955, 1956 en 1961. Daarnaast was hij een tijdlang recordhouder van de Nederlandse competitie met het aantal shutouts (7) in één seizoen.Urbanus onderstreepte zijn kracht als werper in het seizoen 1949 met het gooien van de eerste van zijn elf No-Hitters, waarvan een record-aantal van negen voor OVVO in de hoogste afdeling. Vanaf 1954 zou Han Urbanus nog eens zeven No-Hitters gooien om de all-time recordhouder te worden met negen! Een record dat nooit zal worden gebroken! Urbanus gooide tweemaal twee No-Hitters in één seizoen (1954, 1956). Urbanus gooide zijn negende en laatste No-Hitter op 13 augustus 1961. Op dat moment in zijn loopbaan had de toen 34-jarige Urbanus zijn plek op de heuvel min of meer ingewisseld voor een positie in het infield, voornamelijk als tweede honkman. Echter, in het seizoen 1961 maakte hij een rentree op de heuvel en toonde aan dat hij nog altijd één van de beste (wellicht de beste) werpers was. Op de genoemde datum kwam Urbanus tot een 2-0 shutout tegen Schoten en werd bijna de eerste wedstrijd in de historie met een Perfect Game. Echter, één slagman van Schoten wist het honk te bereiken.

Rivaliteit en Wedstrijden

In die jaren speelde het Nederlands Honkbal Team jaarlijks wedstrijden tegen België, meestal zowel uit als thuis. Op 19 juni 1949 debuteerde Urbanus in het Nederlands Team en was de winnende werper in een 6-4 overwinning in een duel dat werd gespeeld in het Belgische Antwerpen. In dit duel vormde hij een duo met Frits Meijer, die ook zijn catcher was bij OVVO. Minder dan twee maanden later keerde Urbanus terug op de heuvel voor Oranje toen tegen België werd gespeeld in Rotterdam op 7 augustus. Op het veld van Sparta kwam Nederland tot een 14-0 shutout tegen de Belgen. Han's broer Charles was de derde honkman in het eerste duel en de korte stop in het tweede.Twee jaar later, op 24 juni 1951, gooide Urbanus weer een No-Hitter als werper van het Nederlands Team tegen België in Amsterdam in de eerste van twee ontmoetingen dat jaar. Het duel, gespeeld in het voetbal-stadion van Ajax, werd met 6-0 gewonnen. Zoals gezegd domineerde Han Urbanus als werper in de hoogste afdeling vanaf 1949, net zoals zijn ploeg OVVO. In de jaren vijftig waren er aantrekkelijke wedstrijden wanneer OVVO tegenover sterke ploegen stond als HHC, Schoten, Blauw-Wit, VVGA, EHS en Sparta (dat in 1955 in de hoogste afdeling debuteerde). Wanneer deze ploegen tegenover elkaar stonden waren de vele toeschouwers verzekerd van een aantrekkelijk duel met goed slagwerk en vooral sterke pitching. In die jaren waren er verschillende pitching-duels tussen Han Urbanus en Jan Smidt (HHC), Nico Brands (VVGA), Joop Schuitemaker (EHS) en Jaap de Koning. Door de jaren heen werd altijd gezegd dat de heuvel-rivaliteit tussen Han Urbanus en Jan Smidt de langste en meest aantrekkelijke was, want de twee waren aan elkaar gewaagd. Een paar jaar geleden stelde Smidt dat hij altijd genoot van deze wedstrijden. ,,Ik hield van die ontmoetingen, maar Hannie was simpelweg de betere werper.Op 7 juli 1951, twee weken na zijn tweede No-Hitter als werper van Oranje, gooide Han Urbanus zijn eerste No-Hitter in de hoogste afdeling voor OVVO. Op die dag speelde OVVO een uitduel bij VVGA in wat een werpersduel werd, want zowel Urbanus als VVGA-pitcher Johnny Hoitzing stonden geen punten toe. Twee jaar later gooide Han Urbanus zijn tweede No-Hitter in de hoogste afdeling. Op 16 augustus 1953 speelde OVVO weer bij VVGA en won dit keer met 3-0. Met de winst werd OVVO kampioen van de A-poule. Doordat de hoogste afdeling in dat seizoen uit twee poules bestond moest OVVO het na het seizoen opnemen tegen de winnaar van Poule B in een duel dat door duizenden toeschouwers werd bijgewoond op het neutrale veld van Zeeburgia in Amsterdam. De tegenstander was HHC en dat resulteerde weer in een duel tussen Urbanus en Smidt, die beiden maar één honkslag toestonden!

Veelzijdigheid en Erkenning

Han Urbanus was niet alleen een fantastische werper, hij kon ook goed overweg met de knuppel. Hij was een solide slagman met power en sloeg regelmatig een homerun. Han Urbanus werd vijfmaal gekozen tot Beste Werper in zijn lange en indrukwekkende loopbaan. Hij won de prijs driemaal op rij, 1953, 1954, 1955, en daarna opnieuw in 1957 en 1958. Tussendoor (1956) was Jan Smidt de Beste Pitcher.Urbanus leidde de competitie in strikeouts in 1955 met 213 en dat was het hoogste naoorlogse aantal sinds Roel de Mon voor een record had gezorgd met 225 in 1940. Het duurde tot 1980 voordat het totaal van 213 strikeouts werd geëvenaard. Urbanus was driemaal de Meest Waardevolle Speler. In 1954 en 1955 werd hij gekozen tot Beste All-Rounder (de voorloper van de MVP-award), waarna hij Meest Waardevolle Speler was in 1961 in zijn comeback-seizoen als domineerde pitcher.

Internationale Carrière met het Nederlands Honkbal Team

Van 1949 tot en met 1965 maakte Han Urbanus deel uit van het Nederlands Team. In de beginjaren van zijn Oranje-periode werd alleen jaarlijks tegen België gespeeld. In 1956 nam het Nederlands Team voor het eerst deel aan het Europees Kampioenschap. Onder leiding van speler/coach Henk Keulemans veroverde de ploeg de titel op het evenement dat werd gespeeld in Rome (Italië). Dit was de eerste van zeven opeenvolgende Europese titels tot en met 1965. Tijdens deze zeven EK's bleef het Nederlands Team ongeslagen! Han Urbanus was tijdens al deze toernooien een belangrijke speler, eerst als werper en later, in de jaren zestig, als infielder en powerhitter. Twee van deze titels werden gewonnen voor eigen publiek, want in 1958 en 1962 werd het Europees Kampioenschap georganiseerd in Amsterdam. Het was in deze jaren dat de Europese rivaliteit tussen Nederland en Italië vorm begon te krijgen. Nederland won telkens van de Italianen tijdens deze zeven Kampioenschappen.In 1964 en 1965 nam Urbanus opnieuw deel aan een Europees Kampioenschap en won zijn zesde en zevende titel met het Nederlands Team, dat dit keer onder leiding stond van de Amerikanen Archie Allen en Glenn Gostick, respectievelijk. In deze jaren was Urbanus voornamelijk infielder. Hij liet ook zien nog altijd een productieve slagman te zijn op internationaal niveau. In het EK van 1964 was het Urbanus die de enige homerun van het evenement sloeg in Milaan (Italië). En in 1965, in Madrid (Spanje), sloeg de toen 38-jarige Urbanus 4-uit-4 in een 16-0 shutout-winst tegen Italië met Giulio Glorioso als hun pitcher. Han Urbanus stopte als international voor het Nederlands Team na het EK van 1965. Op dat moment had hij in een record-aantal van 64 interlands gespeeld.

De Global World Series

In 1956 en 1957 plaatste de winnaar van het Europees Kampioenschap zich ook voor deelname aan de Global World Series later in het jaar. En zo reisde Nederland naar de USA in 1956 (Milwaukee) en 1957 (Detroit) om te spelen tegen Puerto Rico, Colombia, Venezuela en Canada. Dit waren de eerste internationale wedstrijden tegen teams van buiten Europa en het werd duidelijk dat deze ploegen te sterk waren. Nederland verloor alle wedstrijden tijdens deze twee evenementen, maar de spelers deden enorm veel ervaring op door niet alleen tegen deze teams te spelen, maar ook deel te nemen aan een dergelijk evenement.In 1961 maakte Nederland weer een trip naar de USA. Dit keer werd een reeks wedstrijden gespeeld tegen het semi-professionele team van de Sullivans in Grand Rapids, Michigan. Han Urbanus behoorde ook toen tot de ploeg, maar dit keer als infielder. Een maand na terugkeer uit de USA nam Nederland deel aan een internationaal toernooi in Haarlem en dat zou de eerste editie worden van de bekende Haarlemse Honkbal Week.

Lees ook: Wendy Bussum Honkbal: Jouw nieuwe team?

Betrokkenheid buiten het Veld

In de jaren vijftig en zestig had Han Urbanus zitting in verschillende Bondscommissies. Vanaf 1953 maakte hij een paar jaar deel uit van de N…

De Watersnoodramp van 1953 en Urbanus' Bijdrage

Een zware storm in de nacht van zaterdag 31 januari op zondag 1 februari 1953 had een grote overstroming tot gevolg in Nederland, noordwest België, Engeland en Schotland. Een combinatie van een stormvloed, hevige winden en springtij zorgden voor een watersnoodramp. De provincie Zeeland, het zuiden van Zuid-Holland en het noordwesten van Noord-Brabant werden zwaar getroffen, want veel dijken konden het water niet stoppen en het land liep onder. Geschat werd dat er 1.835 slachtoffers waren, meer dan 70.000 mensen moesten evacueren en veel gebouwen werden beschadigd. Iets meer dan een maand later, opnieuw op uitnodiging van Albert Balink, reisde Urbanus naar de USA om deel te nemen aan een speciale treinreis. Fred Hotchkiss kwam op het idee om door de Staat New York te reizen om geld in te zamelen met de 'Plug-the-dike-train'. Hotchkiss was een trein-conducteur in New York, hoorde van de overstroming op de radio en zag een dag later foto's in kranten. Samen met zijn vrouw bedacht hij het idee rond te rijden met de trein. Zijn werkgever stelde de trein beschikbaar en honderd vrijwilligers werkten mee. Voor vertrek in New York werd de trein gedoopt door de bekende actrice Jane Wyatt, die van moederskant van Nederlandse afkomst was. Haar moeder was Euphemia Van Rensselaer Waddington. De familie Van Rensselaer was één van de eerste Nederlandse families die in 1638 kwam wonen in wat nu New York City is.

Een Correctie in de Spelregels

Door een fout in de vertaling van de Amerikaanse spelregels van het baseball speelden Nederlandse honkballers bijna een halve eeuw lang met de verkeerde regels. Pas in 1952 werd de fout ontdekt.J.C.G. Grasé is erg belangrijk geweest voor de ontwikkeling van het honkbal in ons land. In 1906 gaf hij namens de Amsterdamsche Bond voor Lichamelijke Opvoeding een Nederlandstalig boekje uit met de spelregels van deze sport. Als docent Engels aan de Eerste Vijfjarige H.B.S. legde hij zijn landgenoten de Amerikaanse regels uit, waarbij hij de oorspronkelijke begrippen in het Nederlands overnam. Dat was een bewuste keuze geweest, zei hij zelf: 'Tennis en voetbal hadden ons geleerd hoe het niet moest.' Beide sporten wemelden in die tijd van de moeilijke Engelse begrippen als offside, referee en match, waarmee ze onbegrijpelijk werden voor het grootste deel van de bevolking. Hetzelfde gold voor cricket, dat tot in onze tijd toe steunt op woorden, die bij de gemiddelde Nederlander dezelfde indruk achterlaten als een Chinees instructieboek. Als een sport nationaal door wil breken, moeten de spelregels in de eigen taal worden opgesteld. Die vertaling naar het Nederlands was een heel slimme zet van Grasé, maar hij zei er alleen niet bij dat hij eigenhandig ook nog enkele Amerikaanse spelregels had gewijzigd.In 1915 werd Emile Bleesing voorzitter van de Nederlandsche Honkbalbond, die in 1912 na een initiatief van Grasé was opgericht. Blijkbaar had Bleesing voor zijn aantreden ontdekt dat er met de spelregels was gerommeld en eiste een terugkeer naar de Amerikaanse voorschriften. Terwijl de Eerste Wereldoorlog in volle hevigheid woedde, zocht hij hiervoor contact met de Verenigde Staten. In 1922 maakte Grasé een nieuwe vertaling, waarbij Bleesing dit keer een oogje in het zeil hield. Toch ging er opnieuw iets mis - dit keer alleen onbewust. Tot en met 1952 klopte er iets niet met de regels voor het werpen, maar er was niemand die het wist.De Amsterdammer moest daarom opnieuw leren gooien. 'Ik was mijn controle natuurlijk volledig kwijt,' zei hij tegen Boers, maar na twee weken kwam de bal weer op de gewenste plek. Om zijn landgenoten te overtuigen, gaven de New York Giants hem twee filmrollen mee met voorbeeldmateriaal. Terug naar 1906, het jaar dat Grasé met zijn vrije interpretatie van de Amerikaanse baseballregels kwam. Nieuw onderzoek toont aan dat die spelregels al veel langer in ons land bekend waren, maar op een of andere manier waren vergeten.

De Impact van Urbanus' Ontdekking

Tegen een verslaggever van de Telegraaf begon Urbanus hier meteen over nadat hij weer in Nederland was aangekomen: 'Er is een hemelsbreed verschil tussen het werpen zoals wij in Nederland plegen te doen, en de Amerikaanse stijl. Dat komt omdat wij in Nederland vermoedelijk een van de Amerikaanse spelregels te stroef hebben geïnterpreteerd. De werper mag namelijk het been, waarop hij tijdens de worp voornamelijk steunt, niet van de werpersplaat verheffen vóór de bal zijn hand heeft verlaten. De Amerikanen passen deze regel soepeler toe; het been kan gerust bewegen. De tekst in het Amerikaanse spelregelboek luidt 'Keep in contact with the rubber'. In de Nederlandse vertaling van de jaren 20 was dat alleen veel te letterlijk overgenomen, waardoor dit verschil van inzicht was ontstaan. Het was niet gek dat dit kon gebeuren, want niemand ging in die tijd even naar de VS om met eigen ogen te kijken hoe de honkballers daar speelden. Verder waren er geen bewegende beelden, geen Amerikaanse instructiefilms, maar alleen maar de spelregels op papier.

Einde van een Tijdperk

Urbanus beëindigde zijn actieve loopbaan in 1970. 24 van die seizoenen was hij aaneengesloten als pitcher actief. Hij was een tijd lang de enige Nederlandse honkballer die in 4 decennia (40 jaar) actief was. Han Urbanus, die in vier decennia in de Hoofdklasse speelde, elf No-Hitters gooide en 17 jaar voor de Nationale Ploeg uitkwam, is op vrijdag (5 februari) overleden op 93-jarige leeftijd. Met het Nederlands Honkbal Team won Han Urbanus zeven opeenvolgende Europese titels.

Lees ook: Wat is het verschil?

tags: #han #pionier #honkbal #geschiedenis