In de volleybalsport zijn spelregels essentieel voor een eerlijk en sportief verloop van de wedstrijden. Officials dienen deze regels te kennen en correct toe te passen. De spelregeltoets is een jaarlijkse verplichting voor (nationale) officials om hun kennis op te frissen en op de hoogte te blijven van spelregelwijzigingen. Deze toets zorgt ervoor dat alle officials de regels op dezelfde manier interpreteren en toepassen. Een van de belangrijkste aspecten van het handhaven van de regels is het gebruik van waarschuwingen, in het bijzonder de gele kaart. Dit artikel duikt diep in de regels rondom de gele kaart in volleybal, inclusief de toepassing, de gevolgen en de context waarin deze wordt gegeven.
Het Belang van Spelregelkennis
Spelregelkennis is cruciaal voor officials om wedstrijden eerlijk en sportief te laten verlopen. Het is belangrijk om stil te staan bij spelregelwijzigingen, zodat alle officials hetzelfde beeld krijgen over de aangepaste regels. Onderwerpen waarop je in de vorige editie van de toets slecht(er) hebt gescoord, krijgen in de nieuwe editie opnieuw aandacht, omdat je deze gaat herhalen.
De Gele Kaart: Een Waarschuwing
Een gele kaart in volleybal is een officiële waarschuwing die wordt gegeven aan een speler of team voor wangedrag of een overtreding van de regels. Het doel van de gele kaart is om de speler of het team te laten weten dat hun gedrag onacceptabel is en dat verdere overtredingen zullen leiden tot zwaardere sancties.
Wanneer wordt een Gele Kaart Gegeven?
De scheidsrechter heeft de taak om te voorkomen dat er aan de teams maatregelen moeten worden opgelegd. Dit kan worden bereikt door oogcontact te hebben op het juiste moment met degene die bepaald gedrag vertoont waarvan de scheidsrechter vindt dat dat niet is toegestaan in die situatie. Ook kan dat met een berispend of kalmerend handgebaar duidelijk gemaakt worden. Het geven van een kaart moet "water op vuur" zijn en geen "benzine op vuur" tot gevolg hebben.
Het moment waarop een scheidsrechter met strafmaatregelen begint, is mede afhankelijk van ieders persoonlijke instelling. Wat de ene scheidsrechter een normale reactie vindt, beschouwt een andere scheidsrechter als "onbehoorlijk gedrag". Of sterker nog, wat de ene scheidsrechter als "onbehoorlijk" kwalificeert, kan door een andere scheidsrechter zelfs als "beledigend" worden ervaren. Bij hele duidelijke situaties met wangedrag zal dit niet veel twijfel opleveren. Bijvoorbeeld: iemand zegt een drie- of vierletterwoord tegen een van de officials.
Lees ook: Consequenties gele kaart voetbal
Een gele kaart kan worden gegeven in verschillende situaties, waaronder:
- Onbehoorlijk gedrag: Dit omvat acties die als onsportief of respectloos worden beschouwd, zoals het beledigen van officials, tegenstanders of teamgenoten.
- Spelophouden: Dit omvat acties die het spel onnodig vertragen, zoals het weigeren om de bal snel terug te geven of het uitvoeren van onnodige vertragingstactieken.
- Onjuist verzoek: Wanneer de coach of de aanvoerder een spelerwissel en/of time-out als spelonderbreking aanvraagt, maar dit niet volgens de spelregels doet, dan geldt dat als een "onjuist verzoek".
De Gevolgen van een Gele Kaart
De gevolgen van een gele kaart variëren afhankelijk van de competitie en de specifieke regels die van toepassing zijn. Over het algemeen kan een gele kaart leiden tot de volgende consequenties:
- Team waarschuwing: De eerste keer spelophouden, veroorzaakt door welk lid van dat team dan ook, in de wedstrijd leidt tot een "waarschuwing voor spelophouden", aangeduid met een gele kaart aan de pols.
- Individuele sancties: In sommige competities kan een speler die een gele kaart ontvangt, een boete krijgen. Spelers in de A categorie krijgen bij de eerste t/m vierde, zesde en achtste waarschuwing (gele kaart) een boete van 18,30 euro (jeugdspelers 8,40 euro). Bij de vijfde, zevende, negende en volgende waarschuwing is de boete 32,30 euro (jeugdspelers 18,30 euro), evenals bij twee waarschuwingen in één wedstrijd.
- Uitsluiting: Iedere vijfde, zevende, negende en volgende waarschuwing die een speler krijgt binnen één seizoen betekent uitsluiting voor de eerstvolgende wedstrijd. Dat zelfde geldt bij twee gele kaarten in één wedstrijd. In sommige gevallen kan een speler die meerdere gele kaarten in een wedstrijd of gedurende het seizoen ontvangt, worden uitgesloten van verdere deelname. Spelers in de A categorie krijgen bij de eerste en derde waarschuwing (gele kaart) een boete van 18,30 euro (jeugdspelers 8,40 euro). Iedere tweede, vierde en volgende waarschuwing die een speler krijgt binnen één seizoen betekent uitsluiting voor de eerstvolgende bekerwedstrijd. Dat zelfde geldt bij twee gele kaarten in één wedstrijd.
- Escalatie naar rode kaart: Als een lid van het team al een maatregel voor wangedrag heeft gehad van de 1e scheidsrechter, dan moet de volgende maatregel voor wangedrag, veroorzaakt door diezelfde speler, altijd een volgende stap in de tabel van maatregelen zijn. Dus na een gele kaart (wat geldt als een officiële waarschuwing voor het hele team), zal bij een volgende gelijksoortige overtreding voor gedrag door één van de leden van dat team, de sanctie een "rode kaart" moeten zijn. Daarop volgt een "rode en gele kaart in één hand" en tot slot volgt nog een "rode en gele kaart in twee handen apart". Dat is de volgorde die geldt bij het vertonen van een gelijke overtreding.
Tijdstrafregeling (Categorie B)
In de categorie B wordt gewerkt met een tijdstrafregeling. De scheidsrechter is verplicht deze tijdstrafregeling toe te passen. Tijdstraf kan niet worden opgelegd aan teams die uitkomen in de categorie A van het veldvoetbal.
- Voor de competities van O13 en O14 categorie B en MO13 categorie A geldt een tijdstraf van 5 minuten. Voor de competities vanaf O15 en ouder geldt een tijdstraf van 10 minuten.
- Het toezicht op de speler aan wie tijdstraf is opgelegd, is in handen van de scheidsrechter. Hij houdt ook de tijd bij en noteert de naam van de speler aan wie tijdstraf is opgelegd. Als de tijdstraf om is, mag na een teken van de scheidsrechter de speler het speelveld vanaf de zijlijn weer betreden. Dit mag alleen tijdens een onderbreking, dat wil zeggen als de bal niet in het spel is.
- Een speler moet zich op het moment dat hij een tijdstraf ontvangt ophouden buiten het speelveld, doch binnen de omrastering van het speelveld, in een door de scheidsrechter aan te geven gebied.
- De tijdstraf gaat in bij het hervatten van het spel. Als de scheidsrechter de tijd stilzet, staat ook de tijdstraf stil.
- Een tijdstraf wordt opgelegd wanneer een speler een overtreding begaat waarvoor een waarschuwing wordt gegeven, de scheidsrechter geeft dit aan door de speler de gele kaart te tonen. Tijdstraffen kunnen alleen opgelegd worden aan de spelers (inclusief doelverdedigers) die op dat moment aan de wedstrijd deelnemen, dus niet aan de wisselspelers of gewisselde spelers. De speler aan wie tijdstraf is opgelegd, blijft onder de rechtsbevoegdheid van de scheidsrechter.
- Een speler, aan wie tijdstraf is opgelegd, kan gedurende zijn tijdstraf niet worden vervangen.
- Indien aan de aanvoerder van een team tijdstraf is opgelegd, moet zijn taak gedurende de tijdstraf aan een andere speler worden overgedragen. Hij mag ook geen toelichting aan de scheidsrechter vragen op de genomen beslissingen.
- Een speler die een tweede waarschuwing ontvangt in dezelfde wedstrijd krijgt de rode kaart en zal een tweede tijdstraf krijgen. De speler mag daarna niet verder deelnemen aan de wedstrijd. De speler mag worden vervangen door een wisselspeler aan het eind van de tweede tijdstraf als het team van de speler nog niet het maximum aantal wisselspelers en/of wisselmogelijkheden heeft bereikt.
- Indien een wisselspeler een waarschuwing krijgt, volgt geen registratie na de wedstrijd. Bij een tweede waarschuwing als wisselspeler of speler, wordt de rode kaart getoond en mag hij helemaal niet meer deelnemen aan de wedstrijd.
- Indien een teamofficial een waarschuwing krijgt, hoeft deze niet geregistreerd te worden. Bij een tweede waarschuwing in dezelfde wedstrijd wordt de rode kaart getoond en dient de teamofficial het speelveld en de directe omgeving te verlaten. Het wegzenden wordt door de scheidsrechter apart bij de aanklager van het betreffende district gemeld.
- Als een doelverdediger tijdstraf krijgt opgelegd, dan moet een andere speler zijn plaats als doelverdediger innemen. De als doelverdediger optredende veldspeler zal door het aantrekken van afwijkende kleding als doelman herkenbaar moeten zijn.
- Als een speler zijn tijdstraf van 5/10 minuten niet kan volmaken, omdat de rust aanbreekt, dan zal hij het resterende gedeelte van de tijdstraf in de tweede helft dienen te ondergaan; dit geldt ook voor de verlenging. Als een speler zijn tijdstraf van 5/10 minuten niet kan volmaken, omdat het einde van de tweede helft is bereikt en sprake is van een verlenging, dan zal hij het resterende gedeelte van de tijdstraf direct aan het begin van de verlenging dienen te ondergaan. Is de tijdstraf van een speler nog niet om bij het einde van de wedstrijd, wordt hem de rest kwijtgescholden.
- Indien een speler zijn tijdstraf van 5/10 minuten niet kan volmaken omdat de wedstrijd wordt gestaakt, dient hij het restant te ondergaan vanaf de spelhervatting. Dit betekent dat, indien de wedstrijd alsnog uitgespeeld dient te worden op een later tijdstip, de betreffende speler aan wie een tijdstraf was opgelegd niet aan het restant van de wedstrijd mag deelnemen totdat de volledige tijdstraf is uitgezeten. Mocht deze speler niet meer aan de wedstrijd meedoen, dient een andere speler zijn tijdstraf uit te zitten.
- Als het aantal spelers vanwege het aantal tijdstraffen onder de 7 daalt, moet de wedstrijd worden gestaakt. Het betreffende team is dan schuldig aan het staken van de wedstrijd.
- Spelers die de tijdstraf nog niet volledig hebben ondergaan bij het starten van de strafschoppenserie, mogen wel aan de strafschoppenserie deelnemen.
De Rol van de Scheidsrechter
De scheidsrechter speelt een cruciale rol bij het handhaven van de regels en het toepassen van de juiste sancties. Het is de taak van de 1e scheidsrechter te voorkomen dat er aan de teams maatregelen moeten worden opgelegd. Dat kun je bereiken door oogcontact te hebben op het juiste moment met degene die bepaald gedrag vertoont waarvan jij vindt dat dat niet is toegestaan in die situatie. Ook kun je dat met een berispend of kalmerend handgebaar duidelijk maken. Het geven van een kaart moet "water op vuur" zijn en geen "benzine op vuur" tot gevolg hebben.
De scheidsrechter moet rekening houden met de context waarin iets wordt gezegd of gedaan. Als aanbeveling voor de scheidsrechter staat dit in het commentaar bij de betreffende spelregel: "De scheidsrechter heeft begrip voor emotioneel gedrag zoals het direct reageren op een beslissing (zonder dat hierbij sprake is van een belediging o.i.d.). Hij kan dit afdoen met een gebaar of vermaning. Doorgaan na die vermaning met doelbewust gedrag als provocatie of om te kwetsen, dient daarbij onderkend en bestraft te worden volgens de tabel van maatregelen’.
Lees ook: Record aantal gele kaarten in een EK voetbalwedstrijd
Strafzaken
Van een strafzaak is sprake wanneer een speler ontoelaatbaar gedrag vertoont voor, tijdens of na een wedstrijd. Net als de administratieve beroepszaken, worden ook de strafzaken door de strafcommissies behandeld. De procedures die bij een strafzaak worden gevolgd, vind je in het reglement Strafzaken. Ben je als official betrokken bij een strafzaak (na een rode en gele kaart (in een of twee handen) of een voorval dat valt onder belediging of agressie bijvoorbeeld), dan dien je binnen 3x 24 uur dit rapport in te vullen.
Lees ook: Argentinië - Nederland: een terugblik