Belgische Oud-Keepers en Rode Duivels: Een Blik op Namen en Glorie

Het Belgische nationale voetbalelftal, de Rode Duivels, heeft door de jaren heen een rijke historie opgebouwd met memorabele spelers en momenten. Van de vroege pioniers tot de hedendaagse sterren, België heeft een schat aan talent voortgebracht. Dit artikel werpt een blik op enkele van de meest iconische Belgische oud-keepers en andere spelers die de kleuren van de Rode Duivels met trots hebben verdedigd.

Iconische Keepers: De Laatste Linie van de Rode Duivels

De positie van doelman is cruciaal in het voetbal, en België heeft een aantal uitstekende keepers gekend. Namen als Jean-Marie Pfaff, Michel Preud'homme en Christian Piot behoren tot de internationale top.

Jean-Marie Pfaff: Zonder twijfel de bekendste Belgische oud-voetballer. Pfaff was een opvallende figuur, zowel op als buiten het veld, en stond bekend om zijn spectaculaire stijl en steenkolen Duits. Hij maakte furore bij Bayern München en leidde de Rode Duivels naar de finale van het EK 1980. Zijn hoogtepunt was het WK van 1986 in Mexico, waar hij werd uitgeroepen tot beste doelman van het toernooi.

Geert De Vlieger: Een voormalig doelman die onder meer speelde voor SK Beveren, RSC Anderlecht en Manchester City FC. De Vlieger speelde 151 officiële wedstrijden voor Willem II en groeide uit tot aanvoerder. Hij was de eerste keus tijdens het WK 2002 in Japan en Zuid-Korea.

Arnold Badjou: Was doelman in Eerste klasse bij Daring Club Brussel. Hij werd met de club tweemaal landskampioen (1936 en 1937), werd hij tweemaal tweede (1934 en 1938) en won hij in 1935 de Beker van België. Hij speelde twee wedstrijden op het Wereldkampioenschap voetbal 1930 in Uruguay en één wedstrijd op het Wereldkampioenschap voetbal 1938 in Frankrijk.

Lees ook: Keepersavontuur in Zuid-Afrika

Jean Nicolay: Nicolaÿ was de derde Nicolaÿ die uitkwam voor Standard Luik: ook z’n broers Adolphe en Toussaint speelden er. Jean Nicolaÿ was een doelman. In totaal speelde hij 278 wedstrijden in Eerste Klasse en in totaal 501 met Europese wedstrijden en Belgische bekerwedstrijden bij Standard.

Verdedigers: De Rots in de Branding

De Belgische voetbaltraditie staat bekend om zijn sterke verdediging. Een lange lijst van ijzersterke Belgische verdedigers heeft de eer van het land verdedigd op internationale podia.

Eric Gerets: "De Leeuw van Vlaanderen" was een leider in elke verdediging. Hij stond bekend om zijn verre ingooien en speelde 86 interlands voor de Rode Duivels. Gerets was cruciaal in de beslissende wedstrijd tegen Nederland voor het WK van 1986, waar zijn voorzet leidde tot de winnende goal.

Thomas Vermaelen: Speelde nooit voor een Belgische club. Hij werd op 17-jarige leeftijd door Ajax opgepikt uit de jeugd van Germinal Beerschot. Na een jaar te zijn uitgeleend aan RKC werd Vermaelen in Amsterdam een belangrijke basisspeler. Hij speelde 150 wedstrijden in de Premier League en vertrok voor €19 miljoen naar FC Barcelona.

Ludo Coeck: Maakte indruk bij Berchem Sport en werd op 17-jarige leeftijd ingelijfd door Anderlecht. Hij won er twee landstitels, twee keer de Europacup II en eenmaal de UEFA Cup. Coeck groeide uit tot aanvoerder van de Rode Duivels en stond bekend om zijn vernietigende afstandsschoten.

Lees ook: Belgische keeper legendes

Vincent Kompany: Veroverde op 17-jarige leeftijd een basisplaats bij Anderlecht. Hij vertrok voor ruim €10 miljoen naar HSV en later naar Manchester City, waar hij uitgroeide tot verdediger van wereldformaat. Kompany speelde 89 interlands voor de Rode Duivels en droeg bij aan de bronzen medaille op het WK van 2018.

Toby Alderweireld: Net zoals Vertonghen en Dembélé heeft ook Toby Alderweireld een verleden bij Germinal Beerschot. In 2004 verruilde Alderweireld de jeugdopleiding van de Belgische club voor die van de Ajax. Vier complete seizoenen speelde de verdediger in het shirt van Ajax, hij won met de club drie keer het landskampioenschap, een keer de KNVB beker en een keer de Johan Cruijf Schaal. In augustus 2013 vertrok Alderweireld naar Spanje om te gaan spelen voor Atlético Madrid. Inmiddels al voor het derde seizoen op rij vormt Toby Alderweireld samen met Jan Vertonghen een onlosmakelijk duo bij de club uit Londen.

Stéphane Demol: De mol kreeg op 18-jarige leeftijd al één keer de kans om mee te spelen met het A-elftal van Anderlecht maar het was wachten tot 1985 om hem echt aan het werk te zien. Demol was een groot talent en was bovendien nog jong. Stéphane Demol speelde ook 38 keer voor de Rode Duivels. Hij was goed voor één doelpunt dat hij scoorde op het Wereldkampioenschap voetbal 1986 in Mexico met het hoofd tijdens de legendarische wedstrijd van België tegen de Sovjet-Unie. Hij werd hiermee de jongste doelpuntenmaker van het toernooi.

Bob Paverick: Voetbalde in Eerste klasse bij Antwerp FC en Beerschot VAC en speelde 41 interlands met het Belgisch voetbalelftal waar hij als enige het presteerde om voor en na de Tweede Wereldoorlog te spelen. Tussen 1935 en 1946 speelde Paverick 41 wedstrijden voor het Belgisch voetbalelftal. Op het Wereldkampioenschap voetbal 1938 in Frankrijk speelde hij de achtste finale. Paverick droeg van 1939 tot 1946 de kapiteinsband bij de Rode Duivels. Samen met Paul Van Himst en Jan Ceulemans, die eveneens gedurende zeven jaar aanvoerder waren, deelt hij dit record.

Fons Van Brandt: Van Brandt speelde in zijn carrière voor slechts twee clubs: Kessel en Lierse SK. Hij won de Gouden Schoen in 1955. Fons Van Brandt speelde 38 interlands. Zijn debuut maakte hij op 12 november 1950 in de met 7-2 gewonnen wedstrijd tegen Nederland. Fons is vooral bekend omdat hij 2 keer tegen Stanley Matthews, destijds een van de beste spelers ter wereld, speelde. De eerste keer was op het Wereldkampioenschap voetbal 1954 in Zwitserland tegen Engeland. Hij speelde tegenover Matthews, die een kwartier voor tijd van flank wisselde omdat hij aan Van Brandts kant er niet aan te pas kwam. De partij eindigde in een 4-4 gelijkspel; het eerste gelijkspel van België in een wereldbekerwedstrijd.

Lees ook: Het beste van de Jupiler Pro League

Nic Hoydonckx: Hoydonckx speelde als verdediger. Hij voetbalde in de eerste klasse bij Berchem Sport en Tilleur FC en speelde 36 wedstrijden met het Belgisch voetbalelftal. In de eerste klasse speelde Nic 119 wedstrijden en maakte 1 doelpunt.

Glen De Boeck: begon zijn loopbaan bij KV Mechelen. In 1995 stapte hij over naar RSC Anderlecht. Hier was hij aanvankelijk controversieel, maar hij verbeterde zijn technische vaardigheden en werd één van de beste centrale verdedigers in de Pro League. In 2005 moest hij zijn loopbaan beëindigen wegens een knieblessure en werd hij opgenomen in de technische staf van RSC Anderlecht. De Boeck was een Belgisch international. Hij maakte zijn debuut voor de Rode Duivels in een vriendschappelijke wedstrijd tegen Gabon op 6 oktober 1993. Hij speelde tot 2002 36 keer en scoorde één doelpunt. Hij maakte deel uit van de Belgische ploeg voor de WK’s van 1998 en 2002.

Middenvelders: Het Creatieve Hart van het Elftal

De Belgische middenlinie heeft door de jaren heen een aantal getalenteerde spelers gekend, die zowel creativiteit als strijdlust in het team brachten.

Eden Hazard: Liet al op jonge leeftijd zien over unieke kwaliteiten te beschikken. Hij werd in 2011 en 2012 verkozen tot beste speler van de Ligue 1 en groeide in de Premier League uit tot een van de beste spelers ter wereld. In 2019 betaalde Real Madrid €160 miljoen voor de aanvallende middenvelder.

Enzo Scifo: Veroverde op 17-jarige leeftijd al een basisplaats bij Anderlecht. De aanvallende middenvelder speelde legendarische Europese duels en maakte zijn debuut op het EK van 1984. Zijn carrière leidde hem verder langs Internazionale, Bordeaux, AS Monaco en Torino.

Wilfried van Moer: Werd in 1965 door Standard Luik weggeplukt bij SK Beveren en groeide er uit tot een speler van topklasse. Hij werd driemaal verkozen tot beste voetballer van België en was aanwezig op het WK van 1970, waar hij tweemaal doel trof.

Jan Ceulemans: Stond bekend om zijn mentaliteit en doorzettingsvermogen. Hij bleef Club Brugge trouw en leidde de club naar vier landstitels. Bij de Rode Duivels kwam Ceulemans liefst 96 keer in actie en scoorde hij een belangrijke goal op het WK van 1986.

Moussa Dembélé: Groeide op in het plaatsje Wilrijk in België en voetbalde in de jeugd voor Berchem Sport. In 2004 maakte hij zijn debuut in het betaalde voetbal voor Germinal Beerschot. Die club was destijds een satellietclub van Ajax. Ondanks dat de Amsterdamse club Dembélé een aanbod deed om voor hen te komen spelen, koos de middenvelder in 2005 voor Willem II, waar hij als basisspeler werd gehaald. Na een goed seizoen in Tilburg maakte de Belg meteen een stap omhoog, hij werd opgepikt door AZ. Twee seizoenen later lukte het AZ wel, met Dembélé als belangrijke schakel in het team werd de club uit Alkmaar voor de tweede keer in haar historie kampioen van Nederland. In 2010 verruilde de Belg AZ voor Fulham en ging hij spelen in de Premier League.

Thomas Buffel: Buffel was een aanvallend ingestelde middenvelder die in zijn laatste seizoen, 2018/19, voor SV Zulte Waregem uitkwam. Voordien was hij jarenlang sterkhouder en kapitein bij KRC Genk. Buffel haalde 35 interlands voor de Rode Duivels. In 2005 trad Buffel toe tot Glasgow Rangers na zes jaar in Nederland bij Feyenoord en Excelsior. In 2008 verhuisde hij naar Cercle Brugge in zijn thuisland België. Van 2009 tot 2018 speelde hij voor KRC Genk en mocht hij met de club het kampioenschap van 2011 en de bekerwinst van 2013 vieren.

Jean Dockx: Dockx speelde voor Mechelen, Racing White en Anderlecht en voor het Belgische nationale team in de FIFA Wereldbeker van 1970 en het UEFA Europees kampioenschap voetbal van 1972.

Johan Walem: Walem kwam it als linkshalf of als centrale middenvelder. Zijn bijnaam luistert naar Le geomètre (De landmeter). Walem groeide medio jaren ’90 uit tot een van de technisch meest begaafde voetballers van België. In 2002 nam hij met België, waarvoor hij 36 interlands afwerkte en twee goals maakte, deel aan het WK onder leiding van bondscoach Robert Waseige. Hij speelde in alle wedstrijden; Walem scoorde op het toernooi tegen Rusland in de groepsfase, België won de wedstrijd met 3-2.

Marc Emmers: Emmers speelde in België voor onder meer KV Mechelen en RSC Anderlecht. Hij was een polyvalente speler die voornamelijk als middenvelder werd uitgespeeld. Marc Emmers speelde in zijn carrière op de positie van libero, verdedigende middenvelder, aanvallende middenvelder en rechtsachter. Emmers maakte eind jaren ’80 furore bij KV Mechelen en trok nadien naar RSC Anderlecht, waar hij door blessures nooit echt kon doorbreken. In 1989 werd hij verkozen tot Profvoetballer van het Jaar.

Paul van den Berg: Van den Berg speelde als aanvallende middenvelder. Hij voetbalde in Eerste klasse bij Union Sint-Gillis, Standard Luik, RSC Anderlecht en Crossing Schaarbeek en speelde 38 wedstrijden met het Belgisch voetbalelftal.

Steven Defour: Defour speelde doorgaans als verdedigende middenvelder. Op 11 mei 2021, exact 33 jaar na de Mechelse triomf teg…

Aanvallers: De Scherpschutters van de Rode Duivels

Hoewel België niet zo'n lange traditie van wereldspitsen heeft als sommige andere landen, zijn er toch een aantal aanvallers die hun stempel hebben gedrukt op het Belgische voetbal.

Luc Nilis: Had een geweldige techniek en een prachtige trap. Hij werd bij PSV razend populair en vormde een dodelijke aanval met Ronaldo. Nilis werd verkozen tot beste speler van de Eredivisie.

Paul van Himst: Wordt gezien als de beste Belgische voetballer van de 20e eeuw. De "witte Pelé" speelde zestien seizoenen bij Anderlecht en kwam tot duizelingwekkende cijfers: acht landstitels en 235 goals in 566 wedstrijden. Voor de Rode Duivels speelde van Himst 81 interlands.

Jean Capelle: Capelle speelde vanaf het seizoen 1929-1930 als aanvaller voor Standard Luik. In 1931 debuteerde hij voor de Belgische nationale ploeg op een leeftijd van 17 jaar. Zo werd hij één van de jongste Rode Duivels ooit. Capelle wist in zijn profcarrière 252 keer te scoren in 267 wedstrijden voor Standard.

Léon Semmeling: Semmeling speelde als aanvaller op de rechtsbuitenpositie. Hij speelde lange tijd in de Eerste klasse bij Standard Luik en werd 35 maal geselecteerd als Rode Duivel. Na zijn voetbalcarrière was Semmeling voetbaltrainer. In 1959 trok Standard Luik hem aan en hij zou er zijn hele carrière blijven spelen. Tussen 1959 en 1974 speelde Semmeling 449 wedstrijden voor de club en scoorde 73 doelpunten. Met Standard werd hij vijfmaal landskampioen en tweemaal winnaar van de Beker van België. Semmeling droeg vele jaren de aanvoerdersband van het elftal. Tijdens het trainerschap van Raymond Goethals was Semmeling een vaste waarde in het Belgisch voetbalelftal. Hij werd 35 maal geselecteerd en nam deel aan het Wereldkampioenschap voetbal 1970 in Mexico waar hij drie wedstrijden speelde. Semmeling dee ook mee aan het Europees kampioenschap voetbal 1972 in België waar hij twee wedstrijden speelde waaronder de kleine finale voor de derde plaats.

Léopold Anoul: ‘Pol’ Anoul speelde als aanvaller in Eerste klasse bij Club Luik en Standard Luik. Hij speelde totaal 349 wedstrijden voor Luik en won de landstitel in 1952 en 1953. Zijn opmerkelijkste doelpunt scoorde Anoul in 1948 in de interland Frankrijk-België in het Olympische Stadion van Colombes. Hij trekt vanuit de verdediging ten aanval, omspeelt vier Franse spelers en de doelman en scoort. Sindsdien kreeg Anoul de bijnaam ‘L’homme de Colombes’ (De man van Colombes).

Yannick Ferreira Carrasco: Carrasco speelde sinds 2018 voor Dalian Yifang, maar in januari 2020 werd hij verhuurd aan Atlético Madrid. Carrasco debuteerde in 2015 in het Belgisch voetbalelftal. In de zomer van 2020 werd hij verkocht aan Atlético Madrid. In september 2020 tekent Carrasco een contract voor vier jaar bij Atlético Madrid. Het betaalde ruim 15.000.000,- aan Dalian Yifang. De vleugelspeler speelde een belangrijke rol in het laatste deel van vorig seizoen. Carrasco wilde graag blijven en ook Atlético wilde hem definitief terughalen. In het seizoen van 2020-2021 werd hij met Atlético Madrid kampioen van Spanje.

Overige Vermeldenswaardige Spelers

Naast de bovengenoemde namen zijn er nog tal van andere spelers die een belangrijke rol hebben gespeeld in de geschiedenis van de Rode Duivels.

Eric Van Meir: Speelde als centrale verdediger. Hij speelde in zijn carrière voor Hoboken SK, Berchem Sport, Sporting Charleroi, Lierse SK en Standard Luik. Met Lierse haalde hij diverse trofeeën: het landskampioenschap in 1997, de Beker van België in 1999 en de Supercup in 1997 en 1999. Hij eindigde in 1997 ook tweede in het referendum van de Gouden Schoen achter Pär Zetterberg. Hij speelde ook diverse keren Europees voetbal, waaronder de Champions League in het seizoen 1997-98. Van Meir scoorde uitzonderlijk veel voor een verdediger. Zo was hij in zowel 1997, 1999 als 2000 topscorer bij zijn club. Bij het 100-jarig bestaan van Lierse in 2006, werd Eric Van Meir door de supporters verkozen als speler in het ‘Lierse-elftal van de eeuw’.

Luc Millecamps: Luc was samen met zijn broer Marc Millecamps speler in KSV Waregem. Vanaf zijn 12 jaar tot zijn 35 speelde hij voor KSV Waregem. Hij speelde hier als libero. Ook behaalde hij 35 selecties voor het Belgisch voetbalelftal. Dit had hij te danken aan het feit dat hij een sterke voorstopper was. In de volksmond zegt men nog steeds ‘Lukie liet niemand passeren’. Met het Belgisch voetbalelftal bereikte hij de finale van EK 1980 in Italië. Hij was er ook bij toen de Rode Duivels de historische winst maakten tegen Argentinië met Maradona in WK 1982 onder leiding van bondscoach Guy Thys. Na zijn carrière bij Waregem, was hij een tijdlang speler-trainer van Izegem en twee jaar van KSC Wielsbeke.

Youri Tielemans: Tielemans speelt doorgaans als middenvelder speelt. Hij verruilde RSC Anderlecht voor AS Monaco in mei 2017. In juli 2019 is hij verkocht aan Leicester City, dat hem in het voorgaande halfjaar al huurde.

Florimond Vanhalme: Aantal interlands: 37 in de periode 1921 - 1930

Nico Claesen: Aantal interlands: 36 in de periode 1983 - 1990

Philippe Clement: Aantal interlands: 38 in de periode 1998 - 2007

Nicolas Lombaerts: Aantal interlands: 39 in de periode 2006 - 2016

Christian Benteke: Aantal interlands: 39 in de periode 2010 -

Nico Van Kerckhoven: Aantal interlands: 42 in de periode 1996 - 2002

Michel De Wolf: Aantal interlands: 42 in de periode 1980 - 1994

Filip De Wilde: Aantal interlands: in de periode

Pierre Braine: Aantal interlands: 44 in de periode 1922 - 1930

Geert De Vlieger: Aantal interlands: 43 in de periode 1998 - 2006

Thomas Meunier: Aantal interlands: 46 in de periode 2013 -

tags: #belgische #oud #keepers #rode #duivels #namen