De geschiedenis van de voetbalwedstrijden tussen PSV en FC Eindhoven is rijk en gevarieerd, en strekt zich uit over meerdere decennia. Deze wedstrijden, vaak beladen met lokale rivaliteit, hebben een belangrijke plaats in de Eindhovense voetbalgeschiedenis. Van de gloriejaren van EVV Eindhoven tot de recente ontmoetingen met Jong PSV, deze derby's blijven de gemoederen verhitten.
De Vroege Jaren van EVV Eindhoven
De geschiedenis van EVV Eindhoven begint op 16 november 1909, toen de clubs Eindhovia en Sparta fuseerden. Aanvankelijk stond E.V.V. voor Eindhovense Voetbal Vereniging. Rond 1921, na een fusie met Gestel, werd de naam E.V.V. Eindhoven aangenomen. In die tijd speelde de vereniging in de 3e klasse zuid bij de NVB, de voorloper van de KNVB. Hoewel er in 1912/1913 in een kleine poule werd gespeeld, markeerde dit het begin van de club.
Tijdens de Eerste Wereldoorlog was er in het seizoen 1914-1915 een noodcompetitie vanwege de mobilisatie. Er was geen promotie of degradatie vanwege deze uitzonderlijke situatie. Door een administratieve ingreep van de NVB promoveerde EVV naar de 2e klasse, en in het seizoen 1921/1922 werd de club kampioen, wat leidde tot promotie naar het hoogste Nederlandse voetbalniveau. De club handhaafde zich daar tot 1957, een prestatie van formaat. De clubkleuren, blauw en wit, werden gekozen op verzoek van burgemeester Piet van Mens, naar het voorbeeld van het wapen van de stad Eindhoven.
EVV speelde van 1925 tot 1934 in het Villapark in de wijk Stratum, nadat het noodgedwongen moest vertrekken van het eerste terrein aan de oostzijde van de Aalsterweg. Dit terrein lag in het toen nog landelijke gebied tussen de Maple Farm en Villa Eikenburg. De club speelde hier negen seizoenen voordat het opnieuw moest verhuizen vanwege de uitbreiding van Eindhoven.
In 1934 stak EVV Eindhoven de Aalsterweg over om te spelen op het hoofdterrein van het nieuw aangelegde gemeentelijk sportpark. Dit terrein, aangelegd als werkverschaffingsproject, had een hoofdtribune en hoefijzervormige staantribunes. Rondom het veld lag een sintelbaan. Er was plaats voor 27.000 toeschouwers. De eerste wedstrijd speelde EVV tegen landskampioen Ajax en eindigde in een 2-8 nederlaag.
Lees ook: Barcelona tegen PSV: Een terugblik
KNVB Bekerwinst in 1937
In de jaren dertig bevond Eindhoven zich vaak in de onderste regionen van de ranglijst, maar in de KNVB beker boekte het succes. Voor de Tweede Wereldoorlog was de animo voor een bekercompetitie bij de eerste klasse clubs laag. De KNVB nodigde lagere klasse verenigingen uit. Overwinningen in de eerste ronde op 3e klasse Baardwijk (13-0) en ZBVV (9-0) in de tweede ronde, en op 2e klasser Hero uit Breda (2-0) en Sliedrecht (0-2) gaven aan dat de weerstand minimaal was. De eerste gelijkwaardige tegenstander was Hermes DVS uit Schiedam, wat een 3-3 gelijkspel werd, waardoor FC Eindhoven doorging naar de kwartfinale. Vervolgens werd het Rijswijkse RVC met 6-2 verslagen en na een 2-3 winst uit bij Kennemers uit Beverwijk werd de finale bereikt.
Op 12 juni 1937 veroverde Eindhoven de KNVB beker door 2e klasse vereniging De Spartaan te verslaan. De finale, gespeeld aan de Spaarndammerdijk te Amsterdam, duurde tot de 87e minuut voordat invaller Frits Kruger na een voorzet van Wim van Oirschot de 0-1 binnenkopte.
Kampioenschap in de Eerste Klasse Zuid (1938/1939)
In het seizoen 1938/1939 werd EVV kampioen in de 1e klasse zuid. In de laatste wedstrijd uit in Tilburg bij LONGA werd de titel veiliggesteld met een kleine zege. Eindhoven speelde aanvankelijk nerveus, maar in de achttiende minuut brak Koole de ban met een afstandsschot. EVV kon zich enigszins bevrijden, maar LONGA was de betere ploeg in het veldspel. Na een half uur spelen was Eindhoven opnieuw succesvol door een inzet van Muylekom (0-2). In de tweede helft hadden de Tilburgers het beste van het spel en in de achttiende minuut werden zij beloond door een afstandsschot van Bakx. EVV verdedigde de kleine voorsprong en behaalde de winst en de 1e klasse titel. Hierdoor mocht Eindhoven met de andere regiokampioenen (Ajax, DWS, N.E.C. en Achilles 1894) strijden om het landskampioenschap. EVV Eindhoven werd uiteindelijk vierde en liet alleen Achilles achter zich.
Noodcompetities en de Tweede Wereldoorlog
Bij de instelling van de noodcompetities door de KNVB voor het seizoen 1939-’40 was het niet de bedoeling dat er een kampioenscompetitie zou worden gespeeld. Men voorvoelde dat door de dadendrang van de Duitsers, aan de grens en elders, een normaal einde van de competitie niet mogelijk was. Op 10 mei 1940 viel het Duitse leger Nederland binnen. Nadat op 15 mei de Nederlandse regering capituleerde en de gevechtshandelingen voorbij waren, begon men voorzichtig weer het leven op te pakken, en ook aan voetballen te denken. Uiteindelijk werd 15 juni toch begonnen met de noodkampioen competitie. Eindhoven was in de 1e klasse op een tweede plek geëindigd achter kampioen Juliana uit Limburg. De vijf kampioenen streden om de officieuze landstitel met Feijenoord als Nederlands kampioen.
Ook in het seizoen 1941/1942 werd Eindhoven kampioen van de 1e klasse Zuid. Het had in dat jaar de minst gepasseerde achterhoede van Nederland en was in 22 wedstrijden slechts 16 maal gepasseerd. In de nacompetitie om de landstitel streed EVV in de voorlaatste ronde thuis tegen concurrent ADO. Bij winst was de landstitel nagenoeg binnen. Het werd 1-1 en de kansen waren erg klein, wat een week later bleek. Een achterstallige wedstrijd van ADO tegen AGOVV werd door de Hagenaars met 5-2 glansrijk gewonnen.
Lees ook: Eindhoven Voetbal: Schema en Teams
Tijdens de bezetting royeerden vrijwel alle Nederlandse voetbalclubs hun Joodse leden op last van de bezetter. Clubs die weigerden NSB’ers binnen het bestuur op te nemen werden door de Duitsers ontbonden. Alleen PEC Zwolle en Unitas uit Gorinchem boden verzet. Van beide clubs vertrok als sanctie een prominent lid naar een concentratiekamp. Voetbal bleef in Nederland tijdens de bezetting populair, en het bezoek aan voetbalwedstrijden verdubbelde, ondanks dat verzetsbladen tot een boycot opriepen. Het was een manier om te ontspannen en even onder ons Nederlanders te zijn. Ook ondergedoken joden bezochten wedstrijden.
De Gouden Jaren (1950-1954)
De jaren 1950 tot 1954 worden beschouwd als de gouden jaren van EVV Eindhoven. Onder leiding van trainer Wim Groenendijk was dit de meest succesvolle periode. In 1950 maakte Noud van Melis als eerste international van Eindhoven zijn debuut in het Nederlands elftal. Ook Frans Tebak en Dick Snoek zouden snel voor Oranje debuteren.
In de afdeling Zuid van 1952/1953 hadden Eindhoven en PSV beide 37 punten verzameld uit 26 wedstrijden. Het toenmalige reglement van de KNVB schreef een beslissingswedstrijd voor. De enorme publieke belangstelling bracht zelfs de Rotterdamse Kuip even als locatie in beeld. Uiteindelijk werd besloten de supporters niet onnodig op reiskosten te jagen. De plaats van handeling werd stadion De Vliert in Den Bosch. De toeschouwers, voornamelijk afkomstig uit Eindhoven, zagen de moeder aller overwinningen van Eindhoven. Via een betwiste strafschop, benut door aanvoerder Frans van Tuijl, namen de blauw-witten de leiding. Coen Dillen maakte gelijk met een afstandsschot, maar kort na rust scoorde Piet van Rooij het winnende doelpunt. Het feest na afloop duurde kennelijk wat al te lang. In de competitie om de landstitel met RCH (Heemstede), Sparta en Vitesse kwam EVV maar moeizaam op dreef. Toch dwong de ploeg nog een beslissingswedstrijd tegen RCH af, maar die ging in De Kuip, na verlenging met 2-1 verloren. Net als in 1942 was Eindhoven vicekampioen.
Landskampioen in 1954
In de competitie 1953/1954 wist Eindhoven concurrent Willem II achter zich te houden, eerst door de thuiswedstrijd met 5-4 te winnen. Eindhoven keek kort na rust nog tegen een 1-4 achterstand aan, maar won mede door de vijfde treffer van Toon Feijen nipt. De titel werd net als in het verleden in Tilburg behaald. Willem II werd in een thriller op 3-3 gehouden, wat voldoende was om kampioen te worden. In het landskampioenschap trof men DOS, het hoofdstedelijke DWS en PSV.
Na vier speelronden hadden alle ploegen vier punten. Vervolgens deklasseerde Eindhoven de stadgenoot PSV in eigen huis aan de Frederiklaan. De wedstrijd eindigde in 0-4 na superieur spel van de blauw-witten. Tot de grote uitblinkers behoorden Jan Louwers en Piet van Rooij. Een week later werd DOS met 3-1 verslagen. Noud van Melis tekende voor de drie Eindhovense doelpunten. Voor het eerst was Eindhoven landskampioen. Deze landstitel zou de laatste zijn in het amateurtijdperk. Waarschijnlijk zou Eindhoven tot in lengte van dagen de ‘allerlaatste amateurkampioen’ blijven.
Lees ook: Analyse van FC Eindhoven's prestaties
De Overgang naar Betaald Voetbal
Het seizoen 1954/1955, het eerste in het betaald voetbal, was voor Eindhoven ook succesvol en weer werden zij kampioen van hun klasse. Samen met drie andere Brabantse clubs, NAC, PSV en Willem II, werd de competitie om het landskampioenschap gespeeld. Eindhoven eindigde op de laatste plaats. In het seizoen 1956-1957 kwam aan deze prachtige reeks een einde en degradeerde de vereniging op 12 juni 1957 uit de eredivisie naar de 1e divisie.
De revolutionaire introductie van profvoetbal eiste vooral slachtoffers onder de clubs die niet hadden geanticipeerd op de veranderingen. Eindhoven is daarvan het beste voorbeeld. De club van secretaris Gerrit - Jan Blom zweerde bij het zuivere amateurisme. Aan het begin van de jaren vijftig weigerde Eindhoven zijn spelers onderhands te betalen, wat elders in Brabant en Limburg wel gebeurde. Eindhoven had in 1956 te weinig jonge spelers en áls er al geld in kas was, werd dat niet aangewend om voetballers te kopen. In het eerste Eredivisie seizoen eindigde Eindhoven dan ook als laatste.
Frans Tebak en Dick Snoek: Iconen van EVV Eindhoven
Franciscus Antonius Maria Tebak werd geboren te Eindhoven op 20 september 1927. Hij begon zijn voetballoopbaan bij EVV Eindhoven op achttienjarige leeftijd. Tebak werd één van de dragende krachten van FC Eindhoven, dat in de jaren ’50 glorieuze tijden kende. Hij speelde tussen 1946 en 1963 bijna 600 wedstrijden voor EVV waarmee hij in 1954 landskampioen werd. In deze jaren maakte vooral de verdedigingslinie van Eindhoven veel indruk in voetballend Nederland. Frans Tebak vormde samen met de oersterke Frans van Tuijl het verdedigingsduo, met daarachter doelman Jan Hanssen. Tussen 1952 en 1954 kwam hij in totaal tien keer uit voor het Nederlands voetbalelftal. Het was voor Oranje niet de meest gelukkige periode want van de tien wedstrijden werden er slechts twee gewonnen. Vanaf 1959 had hij een slagerij in Eindhoven.
Dick Snoek werd geboren te Djokjakarta in Nederlands-Indië op 4 april 1926. In 1946, kort na zijn overstap van Gestelse Boys naar Eindhoven, werd Snoek als dienstplichtig militair uitgezonden naar Nederlands-Indië waar op dat moment een onafhankelijkheidsstrijd werd gevoerd. Na zijn terugkeer in Nederland maakte de linksbinnen vanaf 1949 een bliksemcarrière bij Eindhoven. Aanvankelijk kreeg hij slechts een plek in het zevende elftal, om vervolgens de sprong naar het tweede elftal te maken. Pas in 1950 maakte hij zijn entree in het eerste elftal waar hij direct een basisplaats veroverde en enkele maanden later zelfs geselecteerd werd voor het Nederlands voetbalelftal. Dick Snoek gold als een harde werker, een goed schutter en een bekwame spelopbouwer. Snoek kwam in 1950 en 1951 drie keer uit voor het Nederlands elftal.
PSV tegen FC Eindhoven: Statistieken en Onderlinge Duels
PSV heeft in haar historie maar liefst 96 duels tegen FC Eindhoven gespeeld. Daarvan won PSV er 47 (49,0%) en gingen er 32 (33,3%) verloren. 17 (17,7%) Duels eindigden in een gelijk spel. PSV scoorde in totaal 209 keer, een gemiddelde van 2,18 goals per wedstrijd. FC Eindhoven stelde daar 130 doelpunten tegenover, gemiddeld 1,35 per wedstrijd.
Thuis zou PSV volgens het driepuntensysteem gemiddeld 1,8 punten gehaald hebben en uit 1,5. Er kan dus worden gesteld dat er sprake is van een 'thuisvoordeel'. De grootste thuisoverwinning van PSV dateert van 1930-1931: 9-0. In 1953-1954 leed PSV met 0-4 haar grootste thuisnederlaag tegen FC Eindhoven. Uit werd de grootste triomf gevierd in 2002-2003, toen PSV won met 0-6. In 1933-1934, 1941-1942 ging PSV onderuit met 4-0 in een uitwedstrijd bij FC Eindhoven, een record.
In competitiewedstrijden won PSV 36,2% van haar duels tegen FC Eindhoven. 43,5% Van de partijen werd verloren, terwijl 20,3% geen winnaar opleverde. PSV scoorde gemiddeld 1,87 maal per wedstrijd, FC Eindhoven 1,57 keer. In bekerwedstrijden won PSV 87,5% van haar duels tegen FC Eindhoven. 0,0% Van de partijen werd verloren, terwijl 12,5% geen winnaar opleverde. PSV scoorde gemiddeld 3,25 maal per wedstrijd, FC Eindhoven 0,75 keer. In oefenwedstrijden won PSV 78,9% van haar duels tegen FC Eindhoven. 10,5% Van de partijen werd verloren, terwijl 10,5% geen winnaar opleverde.
Recente Ontmoetingen en de Lichtstadderby
De Lichtstadderby van 2013 werd in het kader van 100 jaar PSV in het Philips Stadion gespeeld. De editie van dit jaar vindt plaats aan de Aalsterweg, in het Jan Louwers Stadion van FC Eindhoven. Opnieuw is er sprake van een bijzondere editie, het is namelijk voor de 90e keer dat beide stadgenoten tegen elkaar spelen. Vorig seizoen trok PSV aan het langste eind in de traditionele Lichtstadderby. Het team van Phillip Cocu toonde zich duidelijk de sterkste en won het duel door doelpunten van Tim Matavz (2) en Jürgen Locadia met 3-0.
Na een uitstapje naar het Philips Stadion keert de jaarlijkse stadsderby dit seizoen terug in het Jan Louwers Stadion. PSV en FC Eindhoven delen een rijke historie als het gaat om onderlinge duels, 89 keer eerder stonden beide ploegen tegenover elkaar. Met name aan het begin van het vorige decennium was FC Eindhoven regelmatig te sterk voor PSV.
Het seizoen 2013-2014 stond voor FC Eindhoven in het teken van de wederopstanding. Na een seizoen eerder nog als laatste te zijn geëindigd in de eerste divisie, haalde FC Eindhoven tijdens de vorige jaargang verrassend de zesde plaats in de reguliere competitie. Het leverde de ploeg van hoofdtrainer Jean-Paul de Jong een plek in de play-offs op, waarin Sparta Rotterdam over twee duels te sterk bleek.
In een recente doelpuntrijke Eindhovense derby wist FC Eindhoven zich goed staande te houden tegen de huidige landskampioen. PSV won de wedstrijd met 3-2.
De Lichtstadderby in 2023: Oud-spelers en Huidige Carrières
In 2023 blikten PSV en FC Eindhoven terug op de Lichtstadderby van tien jaar eerder. Verschillende spelers die destijds in actie kwamen, hebben sindsdien hun carrière elders voortgezet.
- Remko Pasveer: Speelde zijn eerste Lichtstadderby na zijn overgang van Heracles Almelo naar PSV.
- Joshua Brenet: Vertrok in 2018 naar TSG Hoffenheim en speelt momenteel bij FC Twente.
- Jeffrey Bruma: Speelde van 2013 tot en met 2016 bij PSV en kwam daarna uit voor diverse clubs in Europa.
- Jorrit Hendrix: Vertrok in 2021 bij PSV en speelde daarna voor Spartak Moskou, Feyenoord, Fortuna Düsseldorf en Western Sydney.
- Abel Tamata: Beëindigde zijn voetbalcarrière vroegtijdig en werd ondernemer.
- Oscar Hiljemark: Stopte relatief vroeg met voetballen en verliet PSV medio 2015.
- Marcel Ritzmaier: Speelt momenteel bij SKN St. Pölten in Oostenrijk.
- Adam Maher: Vertrok in 2018 naar FC Twente en speelde daarna voor AZ, FC Utrecht en het Saoedische Damac FC.
- Luciano Narsingh: Speelt bij het Cypriotische Nea Salamis.
- Luuk de Jong: Keerde terug naar PSV en is een belangrijke speler voor de club.
- Jürgen Locadia: Vertrok begin 2018 naar Brighton & Hove Albion.