De voetbalgeschiedenis van Rijswijk is rijk en gevarieerd, met verschillende clubs die door de jaren heen een belangrijke rol hebben gespeeld. Dit artikel duikt in de vroege wortels van het voetbal in Rijswijk, de oprichting van K.R.V.C. (later Vredenburch), en de opkomst van talenten zoals Lex Immers.
Vroege Voetbalactiviteiten in Rijswijk
Al in de periode 1918-1921 waren er schaarse berichten over katholiek voetbal in Rijswijk. Onder leiding van kapelaan J.C. de Moel voetbalden ongeveer twintig jongens op het pleintje bij het Patronaatsgebouw aan het einde van de Doelenstraat. Dit clubje, genaamd V.V. Bonifacius, speelde echter nooit competitie, wat voor sommige spelers reden was om elders een vereniging te zoeken. Er werd vooral straatvoetbal en bedrijfsvoetbal gespeeld. V.V. Bonifacius deed wel mee aan wedstrijden om de Residentiebode-beker, die werden gespeeld op het veld van R.I.A. (Roomsch In Alles) bij de Prinsenvijver.
Na het vertrek van kapelaan De Moel in 1921 verdween Bonifacius en was er een paar jaar geen voetbal in Rijswijk. Pas in 1926 werd de voetbalvereniging De Valkeniers opgericht. De Valkeniers speelden op het Hoornpark, vlakbij de Rijswijkse wielerbaan. Deze vereniging was een onderafdeling van de St. Josephgezellenvereniging Den Haag VIII, van de parochie St. Gerardus Majella aan de Wenkenbachstraat. Er was een samenwerkingsverband met Rijswijk, omdat veel Rijswijkse voetballers van St. Jozef lid waren.
De Oprichting van K.R.V.C.
Op 1 juni 1931 kwamen Gerard Wubben, Jan Beijersbergen, Willem Heetkamp, Antoon Trouwborst en de gebroeders Aad, Jan en Theo van der Velde bijeen in hun stamcafé “De Geestbrug” te Rijswijk. De moeder van de gebroeders Van der Velde exploiteerde het café, gelegen vlakbij de Geestbrug aan de Voorburgse kant. Onder het genot van een biertje werd de oprichting van de Katholieke Rijswijkse Voetbal Club (K.R.V.C.) een feit. Theo van der Velden werd gekozen als eerste voorzitter, Jan Beijersbergen werd penningmeester en Gerard Wubben secretaris.
K.R.V.C. startte het seizoen 1931-1932 met twee elftallen aan de Noordweg te Wateringen. Al snel bleek dat een ‘leek’ (Theo van der Velden) geen voorzitter mocht zijn van de D.H.V.B. (Diocesane Haarlemse Voetbal Bond). De bisschop van Haarlem benoemde daarom kapelaan H. tot Geestelijk Adviseur.
Lees ook: Informatie over het Regio Voetbal Toernooi
Veldproblemen en Gemeentelijke Steun
Al snel kon K.R.V.C. het terrein aan de Noordweg verlaten, omdat er een veld aan de Van Vredenburchweg beschikbaar kwam. Het weiland, eigendom van Bouwmaatschappij Hofstad, werd door boer Jansen gebruikt voor zijn koeien. Hij was bereid het door te verhuren aan de vereniging. Hofstad behield zich echter het recht voor om de huur met een termijn van zes weken op te zeggen, omdat ze speculeerden op een eventuele bouw door de gemeente Rijswijk.
Dankzij de inspanningen van de gemeenteraadsleden Smulders sr. en Henri ter Hall ging de gemeenteraad akkoord met het huren en toewijzen van het terrein aan K.R.V.C. Het voorstel haalde het met één stem meerderheid, wat aangaf dat voetbal in de Rijswijkse gemeenteraad nog niet erg populair was. Enige K.R.V.C-ers knapten vervolgens de “zandvlakte” op, maar bij opmeting bleek het veld te klein. Ook dit probleem werd opgelost, en op 17 september 1933 kon kapelaan J.N. de G.A. het veld inzegenen.
De vereniging had nu een eigen veld, waarmee het tot 1955 moest doen. De bestuursvergadering van 7 mei 1934 is de eerste waar de kapelaan formeel optreedt als voorzitter.
Trainer Ben Eijken en de Katholieke Identiteit
Op de bestuursvergadering van 7 mei 1934 deed A.v.d. Sman het voorstel om Ben Eijken aan te wijzen als voetbaltrainer. Dit ontmoette verschillende bezwaren, omdat Eijken lid zou zijn van de voetbalvereniging Rijswijk. Besloten werd Eijken hierover te polsen en op de zaak terug te komen. Op de vergadering van 6 juni 1934 meldde de Geestelijk Adviseur dat Eijken graag trainer wilde worden.
Ben Eijken was een getalenteerde voetballer die speelde bij het neutrale “Rijswijk” en geselecteerd was voor het Interdiocesane elftal. Vooral zijn lidmaatschap van deze neutrale club werd hem kwalijk genomen. Kennelijk was er een goed gesprek geweest tussen de G.A. en Eijken, waarna hij toch werd aangesteld.
Lees ook: Informatie over het Volleybal Jeugd Toernooi in Vaassen
De Eerste Jaarvergadering en Bestuurswisselingen
Op 23 mei 1934 werd de eerste echte jaarvergadering gehouden, met onder meer een bestuursverkiezing. Over de voorzitter hoefde niet te worden gestemd. Jacobus (Koos) Beijersbergen, de vice-praeses van de St. Josephgezellen, werd de opvolger. Beijersbergen, die al in september 1931 Theo v.d. Velde als voorzitter was opgevolgd, werd nu secretaris-penningmeester. W. Schuimer werd 2e secretaris en Kan terreincommissaris. Tot commissarissen werden gekozen A. v.d. Sman, J. van Leeuwen en C. Fagel. Smulders sr. werd aan het bestuur toegevoegd namens de St. Josephgezellen en A. Hoornweg namens “De Jonge Wacht”. De aanwezigen, onder wie 30 voetballers, gingen akkoord met de onderlinge verdeling van de functies.
Groei en Uitdagingen in de Beginjaren
Bij de start van het seizoen 1934-1935, op 16 september 1934, waren de oprichtings- en bestuursperikelen achter de rug. De vereniging startte dit tweede seizoen met zeven elftallen. Er kwam nu een betaalde trainer, de heer Smit, die ook de afdeling atletiek zou gaan trainen. Het is onduidelijk wat er met trainer Eijken is gebeurd. De nieuwe trainer was helaas geen succes. Al in november werd Smit toegesproken door commissaris C. Fagel, omdat bestuur en spelers ontevreden over hem waren. Zijn theorie en oefeningen waren ouderwets. Desalniettemin werd het eerste elftal kampioen.
De notulen van de volgende jaren geven het gebruikelijke beeld van veel klein leed: er wordt slecht getraind, er moet beter worden afgeschreven, er worden schorsingen opgelegd, er zijn leden die hun contributie niet betalen, de elftalcommissie functioneert niet goed, en er lopen bestuursleden boos weg.
Andere Voetbalverenigingen in Rijswijk en Den Haag
Naast K.R.V.C. waren er ook andere voetbalverenigingen actief in Rijswijk en Den Haag. H.V.V. Laakkwartier, opgericht in 1920, speelde een belangrijke rol in de regio. O.D.B. (Ons Doel Bereikt), opgericht in 1935, was een andere vereniging met een rijke geschiedenis. W.I.K. (Willen Is Kunnen), opgericht in 1919, kende ook een lange en bewogen geschiedenis in Den Haag en omgeving.
H.V.V. Laakkwartier
H.V.V. Laakkwartier werd opgericht op 1 juni 1920 door klanten van de herenkapperszaak Kemmers in Den Haag. De club speelde op een terreintje achter een fabriek aan de Rijswijkseweg. In 1921/1922 schreef de club zich in voor de officiële competitie van de HVB (Haagsche Voetbal Bond) met drie seniorenelftallen en twee adspirantenteams.
Lees ook: Padelclubs en toernooien Rijswijk
In 1923 verhuisde Laakkwartier naar een terrein aan de Rijswijkseweg, nabij de Geestbrugweg/Haagweg. Tijdens de periode aan de Vredenburchweg werd H.V.V. Laakkwartier gezien als een Rijswijkse vereniging. In 1926 promoveerde het eerste elftal naar de N.V.B. (de oude naam van de K.N.V.B.).
De Tweede Wereldoorlog was ook voor H.V.V. Laakkwartier een moeilijke periode. Na de oorlog werd er een afdeling Honkbal opgericht. In 1941 haalde Laakkwartier het kampioenschap in de 3e Klasse A KNVB en promoveerde naar de 2e Klasse KNVB.
O.D.B. (Ons Doel Bereikt)
O.D.B. is ontstaan uit een afsplitsing van personeel van de Haagsche Courant Bedrijfsvoetbalvereniging. De club werd opgericht op 19 augustus 1935. In 1939 verhuisde O.D.B. naar een nieuw terrein aan de Leyweg en bouwde daar een eigen clubhuis.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog had O.D.B. het moeilijk. In 1942 moest het complex ontruimd worden voor het verbouwen van groente voor de Duitse bezetter. Na de oorlog speelde O.D.B. in het Zuiderpark. In 1964 promoveerde O.D.B. 1 naar de KNVB.
W.I.K. (Willen Is Kunnen)
W.I.K. werd opgericht op 1 juni 1919 door personeel van de gasfabriek in Den Haag. De club speelde op een terrein achter de Rademakers Haagsche Hopjes fabriek. In 1920 werd WIK officieel ingeschreven en begon de club met twee elftallen aan de competitie.
In 1930 werd WIK 1 kampioen van de eerste klasse HVB en promoveerde naar de vierde klasse (K)NVB. In 1939 moest de club verhuizen naar Ockenburgh, maar dit was van korte duur vanwege de oorlogsdreiging.
De Rol van Gezelligheid en Gemeenschap
In alle verhalen over het begin van K.R.V.C. komt terug dat de vereniging is opgericht in een café. Daarmee zou vanaf het allereerste begin de gezelligheid een belangrijk kenmerk van K.R.V.C. - en later Vredenburch - zijn geweest. Burgemeester Bogaardt schreef in het jubileumboekje uit 1956: “K.R.V.C. is meer dan een voetbalclub, het is een hechte gemeenschap”. Adriaan van der Voort meldde in 1962 dat Vredenburch voor de keuze stond of gezelligheidsvoetbal, of prestatievoetbal te gaan spelen. En in 1991 vertelde trainer Frank Kuyl dat hij gewaarschuwd werd, toen hij bij de club zou gaan werken. De spelers zouden meer geïnteresseerd zijn in gezelligheid dan in grootse prestaties!
De Opkomst van Lex Immers
De tekst vermeldt niet direct de geschiedenis van Lex Immers in relatie tot het Vredenburch Toernooi, maar impliceert wel dat hij een product is van de club. De tekst zegt:
"Alle aandacht van de ware voetballiefhebber zal dit seizoen uitgaan naar Bas Visser, een ouderwetse nummer 10, die vooral tijdens het eigen Vredenburch oefentoernooi indruk maakte. De kans is niet uitgesloten dat we te maken krijgen met een situatie zoals destijds met Lex Immers het geval was. Ook hij speelde bij Vredenburch voordat hij de overstap naar het betaalde voetbal, in eerste instantie naar ADO Den Haag, maakte."
Dit suggereert dat Lex Immers een speler was die via Vredenburch de overstap naar het betaalde voetbal heeft gemaakt. Het Vredenburch toernooi dient dus als een platform waar talenten zoals Immers zich kunnen laten zien.
tags: #vredeburch #toernooi #lex #immers #geschiedenis