HBC Voetbal Haarlem: Een Rijke Geschiedenis van Traditie en Gemeenschap

HBC Voetbal, officieel de Rooms-Katholieke Sportvereniging HBC, is een voetbalvereniging met een lange en rijke geschiedenis in Haarlem en Heemstede. De club, die meer dan 120 jaar geleden werd opgericht, heeft een belangrijke rol gespeeld in het lokale sportlandschap en staat bekend om zijn sterke gemeenschapszin en focus op de jeugd.

De Vroege Jaren: Van HFC Haarlem tot HBC

De geschiedenis van het voetbal in Haarlem gaat terug tot het einde van de 19e eeuw. HFC Haarlem, opgericht op 1 oktober 1889 door Daan Santhagens en Piet Charbon, was een van de eerste voetbalclubs in de regio. Haarlem speelde haar eerste wedstrijd op 20 oktober 1889 tegen Excelsior met een 2-0 winst. HFC Haarlem werd aangeduid als klein Haarlem. Stadgenoot de Koninklijke HFC was tien jaar ervoor opgericht en kreeg daardoor in de volksmond de naam ‘Groot Haarlem’. In 1892 kreeg HFC Haarlem toestemming van de garnizoenscommandant van Haarlem om te spelen op een terrein op de Cavaleriekazerne. Dat zorgde ervoor dat de club meteen groter werd want veel officieren sloten zich aan. In de volksmond kreeg HFC Haarlem later de bijnaam ‘de Roodbroeken’ toen het in omvang en niveau meer aanzien krijgt dan de Koninklijke. Het was op 4 december 1896 dat in de plaatselijke derby de Roodbroeken wonnen van de Koninklijke en naar de 1e klasse promoveerden.

De club kende in de beginjaren successen, met als hoogtepunt het winnen van de Holdertbeker (de voorloper van de KNVB Beker) in 1902. Tegenstander HBS uit Den Haag werd in de thuiswedstrijd op het terrein van HFC te Heemstede met 2-1 verslagen met doelpunten van Jan van den Berg en K. Pennink. Een jaar later nam HBS in de halve finale revanche met 1-3. Vanaf deze tijd breekt er een periode van een kleine tien jaar aan waarin zowel voor de beker als in de competitie geen aansprekende resultaten werden behaald.

In 1907 kreeg Haarlem een eigen stadion op de hoek van de Rijksstraatweg en de Jan Gijzenvaart. Op 28 mei 1912 dringt Haarlem wederom na een reeks van tussenronden door tot de finale van de Holdertbeker. In de finale gespeeld op het RAP terrein te Amsterdam treft het Vitesse uit Arnhem. Vlak voor de pauze mocht Jur Haak een strafschop nemen tegen doelman en international Just Göbel. De penalty die keurig werd ingeschoten werd echter door de scheidsrechter geannuleerd en in de herkansing schiet Jur Haak de bal tegen de dwarslat. Het is deze Vitesse doelman die vele Haarlem aanvallen onschadelijk wist te maken. Vlak voor de thee is het dan toch Houtkooper die na een voorzet van vleugelaanvaller Haak, doelman Göbel weet te verschalken. Na de pauze is Haarlem verreweg de meerdere en is het opnieuw de doelman die dwarsligt. Toch lukt het Houtkooper opnieuw, om na een verdedigende fout van Vitesse te scoren. De einduitslag is 2-0 en Haarlem weet ten tweede male de beker te winnen.

De belangrijkste namen van de club in de eerste jaren waren Jan van den Berg, de Engelsman Bert Healey en de heren Daan Haak en Martien Houtkoper. HFC Haarlem was toen nog een eliteclub en had veel vermogende leden waaronder ook een echte suikeroom. Eigenaar Cornelis Nicolaas Hin van de Kousenfabrieken Hin NV, die vanaf 1909 aan de Zijlweg in Haarlem was gesitueerd, was een groot fan van de club.

Lees ook: De Rijke Historie van Olympia Haarlem

De Oprichting van HBC en de Fusie

Op 29 oktober 1902 werd de club opgericht als ‘Voetbalclub Heemstede’. In 1917 fuseerde deze met Berkenrode en ontstond H.B.C.. Aanvankelijk als twee voetbalclubs spelend waarvan één in het oudste deel van Heemstede (omgeving Wilhelminaplein) en één op Berkenrode aan de Herenweg. HBC is sedert 12 juni 1920 een Rooms Katholieke vereniging. De Bisschoppelijke goedkeuring hiervoor werd in het zelfde jaar verleend.

In 1932 kwam er een voor die tijd schitterend sportcomplex, met een 50 meter lange overdekte tribune. Ooi1 de kleedruimtes werden in eigen beheer, door de heren Boot, v.d.Horst en v.d. Vossen, gebouwd. De hieropvolgende jaren waren tevens de gloriejaren van H.B.C. Hieraan kwam een einde, toen in 1943 op ons terrein door de Duitsers een bunker gebouwd werd. Na deze gedwongen verhuizing werd onderdak verkregen op het Gemeentelijk Sportpark. Hier werd, samen met R.C.H., tot 1958 gespeeld. Ondanks de goede verstandhouding met R.C.H, bleek dat een eigen honk voor H.B.C, onontbeerlijk was. De gezelligheid, bij Prins in het R.K. Verenigingsgebouw aan de Herenweg (thans in gebruik door de firma van Deursen), ontbrak, de eenheid verwaterde, de belang stelling en clubliefde namen af en om het tij te doen keren werd, door Kapelaan Bakker en de heer P. Kemp, het initiatief genomen voor een nieuw eigen home.

HBC tijdens de Tweede Wereldoorlog

Tijdens de Tweede Wereldoorlog probeerde de voetbalclub het verenigingsleven zo goed mogelijk te onderhouden maar dat was niet eenvoudig. Zo waren in juli 1941 voetbalschoenen voorlopig alleen te verkrijgen door middel van distributiebonnen. Ernstiger werd het wanneer het sportterrein in heel het land een verboden gebied werd voor Joodse sportleden. Langzaam aan en stapsgewijs werd de wurggreep van de bezetter op de samenleving duidelijk. Het cluborgaan ‘De Roodbroek’, het ledenblad van Haarlem, mocht vanaf augustus 1941 niet meer verschijnen van de bezetter. Naast het trainen en het spelen van voetbalwedstrijden organiseerde de club ook gezelligheidsactiviteiten, zoals viswedstrijden en schaatstochten. Dat werd op den duur steeds moeilijker gezien de oorlogsomstandigheden zoals: uitgaansverboden, strafwachtlopen, vervoersproblemen, ondergedoken spelers en jongemannen die aan het werk werden gesteld in Duitsland. In juli 1944 verboden de bezetters iedere vorm van ontspanning. Om er zeker van te zijn dat er niet meer werd gevoetbald, werd het speelterrein gedeeltelijk ‘gevechtsgebied’. Een deel van het veld werd afgezet met een prikkeldraadversperring en van gras ontdaan. Op 31 juli 1944 nam de club afscheid van het ‘Haarlemveld’ en kwamen oud en jong nog één keer samen. Een dag later werden alle opstallen op het Haarlem terrein gesloopt. Op de onderzoeksite Het Voetbal Monument zijn de namen terug te vinden van voetballeden die het slachtoffer zijn geworden van het Duitse geweld. Zoals Juda Heijman de Vries. Geboren op 12 september 1900 en van beroep kleermaker zat ondergedoken maar werd na te zijn verraden op transport gezet naar Sobibor. Daar werd de voormalige doelman van HFC Haarlem op 21 mei 1943 om het leven gebracht op 42 jarige leeftijd.

Na-oorlogse periode

In juli 1945 werd door het Nederlands Volksherstel en Hulpactie Rode Kruis een grootschalige inzameling gestart in Haarlem om inwoners van Venray en Nijmegen te helpen. Scholieren van middelbare scholen uit Haarlem, Bloemendaal en Heemstede hielpen hierbij. Zo’n dertig gevulde vrachtwagens reden richting Venray en Nijmegen. Vlak na de oorlog speelden plaatselijke elftallen tegen elkaar zoals Nijmegen tegen Haarlem. De wedstrijd werd gespeeld in het RCH stadion in Heemstede. De international en NEC speler Wim Lakenberg was ook van de partij. Op welke datum en het waarom blijft onduidelijk. Mogelijk dat het ook een benefiet voor oorlogsslachtoffers betrof. Het publiek was met plezier aanwezig tot aller genoegen. Wat na een vijftal jaren bezetting heel goed denkbaar was.

In het weekend van 4 en 5 november 1945 werd de eerste officiële competitieronde in het Nederlandse voetbal gespeeld. Na veertien maanden was het dan eindelijk zover. De eerste voetbalcompetitie in 1945/1946 leverde HFC Haarlem direct een 1e klasse kampioenschap op. De seriewedstrijden begonnen op 17 juni 1946 tussen de kampioenen van de diverse regio zoals NEC, Ajax, NAC, Limburgia en Heerenveen. Nadat het roemruchte Ajax, met onder meer Rinus Michels in de gelederen, in een uitverkocht Olympisch stadion met 2-0 was verslagen, sloegen de Amsterdammers in de tweede ontmoeting genadeloos terug. Na deze avond van de grote vernedering trok de Haarlem-ploeg, op verzoek van de ‘nuttige invaller’ Jaap van Balen Blanken jr., naar café Brinkmann. Men zakte even goed door en mede dankzij het inspirerende pianospel van rechtsbinnen George Koning bouwde Haarlem een ‘feestje’ en werd de geest opgefrist. NAC werd vervolgens met 4-1 en 2-1 het eerste slachtoffer van de herboren Roodbroeken. Daarna ging Limburgia twee keer over de knie 2-1 en 3-2. In de voorlaatste speelronde werd thuis tegen het Heerenveen van Us Abe Lenstra gespeeld. Er zat veel spanning op de ontmoeting want het kampioenschap kon nu al worden binnengehaald. De Friezen kregen dankzij treffers van Koning en Smit, met 2-0 klop, waarna de spelers juichend van het veld werden gedragen.

Lees ook: Passie en Kritiek NAC Breda Ultras

In het seizoen 1947/1948 behaald HFC Haarlem een 2e kampioenschap in de 1e klasse West. Het was tot het laatst toe spannend met het Rotterdamse Xerxes als directe concurrent. In de onderlinge ontmoeting wisten beide teams hun thuiswedstrijden te winnen. Uiteindelijk is de marge maar één punt en zijn de Roodbroeken de sterkste. In de nacompetitie om de landstitel moet de selectie een buiging maken. Uit tien wedstrijden werden er zeven verloren. Dit overigens telkens met minimaal verschil van één doelpunt.

Een nieuw sportcomplex

In de aanvankelijke plannen sprak men van een ‘H.B.C. Stadion’ met een overdekte zittribune, drie onoverdekte en twee staantribunes. Later werd dit plan gewijzigd en kwam er een begroting op tafel voor de huidige accommodatie ten bedrage van ƒ 120.000.= Een andere ludieke actie was de kwartjesactie. Eén kwartje voor elke goal dat het eerste team scoorde. Er waren zo’n 2000 formulieren in omloop, zodat een doelpunt al snel ƒ 500.= op kon leveren. De eerste spade ging op 3 januari 1955 de grond in. De historische openingsdag van het voor die tijd in Nederland unieke complex, vond plaats op zondag 24 augustus 1958; een plechtige H. mis op het hoofdveld door Mgr. Huibers, de Bisschop van Haarlem, een grandioos ontbijt voor alle senioren in de sporthal, een optocht door de straten van Heemstede, de officiële opening door burgmeester Mr. A.G.A. Ridder van Rappard en als sportief hoogtepunt een wedstrijd tegen de oud-internationals. In 1962 kwam, op de fundamenten van de stal van boer van Bakel, de ‘Toekomst’ een sfeervol ontmoetingscentrum, tot stand.

De Jaren '70: Jubileum en Verandering

In de jaren '70 vierde HBC zijn 75-jarig jubileum. Rond de jaren vijftig werden er regelmatig subafdelingen opgericht. De inmiddels verzelfstandigde subverenigingen, zoals volleybal, tafeltennis, gymnastiek, dameshandbal, softbal, rugby, zaalvoetbal, klaverjas, bridge e.a., werden mede aangestuurd door een overkoepelende vereniging, de Sportraad genoemd. De verenigingen, die momenteel deel uitmaken van de grote HBC-familie hebben in totaal ongeveer 2.400 leden.

De club stond in deze periode stil bij de veranderende sportcultuur, waarbij agressie op de voetbalvelden toenam. Gelukkig kon men stellen dat H.B.C. zich hier goed tegen weet te weren.

Focus op de Jeugd

Door de jaren heen heeft HBC altijd een sterke focus gehad op de jeugd. In het seizoen 1953-1954 had H.B.C. 140 jeugdleden die onder leiding stonden van 17 jeugdleiders. Nu hebben we meer dan 300 jeugdleden waarvoor meer dan 60 leiders klaarstaan en waarvan er ruim 50 aktief een elftal leiden. Vele leiders zijn als jongetje van een jaar of acht bij H.B.C, gekomen waaruit blijkt dat de band niet zo gauw vervaagt. De begeleiding van de jeugd in H.B.C. is een kwestie van samenwerking tussen bestuur, jeugdtrainers, hoofdleiders, jeugdleiders en jeugdkomtnissie. H.B.C. mag trots zijn op de mensen van het eerste uur die de jeugdafdeling 45 jaar geleden hebben opgericht.

Lees ook: Kleding en benodigdheden Uganda

HBC Vandaag: Gemeenschap en Ambitie

Vandaag de dag is HBC Voetbal een bloeiende vereniging met een sterke gemeenschapszin. De club heeft verschillende teams, van de jeugd tot de senioren, en biedt een plek voor iedereen die van voetbal houdt. Henk Dieters overleed afgelopen zaterdag op 82-jarige leeftijd. Henk was jarenlang lid van HBC Voetbal en is actief geweest als speler en scheidsrechter. Op latere leeftijd was hij lid van de Pebako-groep die allerlei onderhoudsklussen doen op het HBC Sportpark.

HBC wordt recentelijk geconfronteerd met serieuze tegenstand. Meedraaien in de top van de eerste klasse was de missie. De start was voortvarend en werd de 1e plek ingenomen maar de tegenstand neemt toe de laatste weken. Toch maakt de technische staf zich nog geen zorgen. Komende zondag speelt HBC Vrouwen 1 thuis tegen KSV Vrouwen 1 op het HBC Sportpark om 13:00 uur.

Roxy de Zwart speelt al haar hele leven bij HBC. ‘Mijn hele familie heeft altijd bij HBC gevoetbald of voetbalt er nog steeds. Ik heb op de club ongeveer mijn eerste stapjes gezet’, zegt ze. ‘HBC is één grote familie. Het zijn supergezellige mensen en iedereen kent elkaar. Ook mijn team is hartstikke leuk.’ De vrouwen spelen dit seizoen voor het eerst in de A-categorie en dat brengt veel veranderingen met zich mee voor het team. Volgens Dominque is het team heel goed in het simpele voetbal en dat terwijl dat juist het moeilijkste is. ‘Bij ons is altijd de eerste optie een korte combinatie. Het is niet niet onze richtlijn om een lange bal naar voren te schieten. We proberen er altijd voetballend onderuit te komen.

Accommodatie en Faciliteiten

Als een van de weinige sportverenigingen in Nederland is H.B.C. eigenaar van een echt sportpark. Het huidige sportpark heeft een oppervlakte van ca. 65.000 m2 en bevat naast een kleine sponkil, bijbehorende kleedkamers en een mooi clubhuis - de Jan Laurijssenzzal genoemd naar de in 1999 overleden penningmeester van de Sportraad en de “Toekomst’ - voor de afdeling tafeltennis en momenteel ook in gebruik bij de afdeling gymnastiek, een grote vergaderzaal, een ouderwets gezellige tribune met daaronder acht kleedkamers die momenteel gerenoveerd worden, een fysiotherapieruimte een keuken en bergruimte. Ons voetbalclubhuis de “Toekomst” is te gezellig voor woorden.

tags: #hbc #voetbal #haarlem #geschiedenis