Volleybal is een dynamische en complexe sport die wereldwijd gespeeld wordt. Het spel vereist teamwork, strategie en technische vaardigheden. Om een wedstrijd eerlijk en sportief te laten verlopen, zijn duidelijke spelregels onmisbaar. Dit artikel biedt een uitgebreid overzicht van de spelregels met de nadruk op de puntentelling, van de basisprincipes tot specifieke situaties.
Basisprincipes van Volleybal
Volleybal is een balsport waarbij het speelveld is verdeeld in twee gelijke helften gescheiden door een net. De beide teams, die elk uit zes spelers bestaan, bevinden zich ieder op hun eigen helft en proberen door het slaan of tikken tegen de bal deze op het tegenoverliggende deel van het speelveld binnen de lijnen de grond te doen raken. Een geslaagde poging, of een fout van de tegenstander, levert een punt op. Het speelveld is 9 bij 9 meter, waardoor het totale veld 9 bij 18 meter bedraagt. Op de zijkanten van het net, precies boven de zijlijn, zijn twee verticale stokken, de zogenoemde "antennes", geplaatst. De hoogte van het net hangt af van de sekse en het niveau waarop gespeeld wordt.
Iedere speler in het veld heeft zijn of haar positie, zoals spelverdeler, passer/loper of libero. Er zijn verschillende technieken in het volleybal. De volleybalsport heeft veel termen. Termen die je vaak hoort zijn bijvoorbeeld ace, side-out of touche.
De Puntentelling: Rally Point Systeem
Sinds 2000 wordt er meestal gespeeld volgens het zogenaamde Rally Point Systeem. Dit systeem houdt in dat er bij iedere rally een punt wordt gescoord door een team, ongeacht wie er serveert. Voorheen werd er gewerkt met een zogenaamd side-out systeem, waarbij alleen het serverende team een punt kon scoren. Als het niet-serverende team de rally won, kregen ze wel de opslag, maar geen punt. Binnen de Nederlandse competitie wordt het Rally Point Systeem toegepast. Het komt erop neer dat iedere rally resulteert in een punt voor een van beide teams.
Sets en Wedstrijden
Er wordt gespeeld in sets. Het team dat het eerst bij de 25 is, wint een set. Maar er moet wel met 2 punten verschil gewonnen worden. Bij de stand van 24-24 wordt er dus net zo lang doorgespeeld tot dat er een team twee punten verschil heeft. Een team wint een set door als eerste 25 punten te scoren, met een verschil van minimaal twee punten. Bij een stand van 24-24 wordt er doorgespeeld tot een van de teams twee punten voorsprong heeft.
Lees ook: Volleybal: Alles over winnen
Op de meeste niveaus wordt er om 4 sets gespeeld. Bij 3-1 of 4-0 is de wedstrijd klaar. Als het 2-2 staat, wordt er een beslissende set gespeeld tot de 15 punten. Op de hoogste niveaus wordt het best-of-five principe gehanteerd. De wedstrijd is dan klaar bij een 3-0, 3-1 of 3-2 stand. Er worden altijd 4 sets gespeeld. Wie het eerst drie sets heeft gewonnen, wint de wedstrijd.
Spelverloop en Technieken
Het spel begint met een service van achter de achterlijn. De serveerder moet achter de achterste gele lijn staan en de bal moet binnen de lijnen van het veld aan de overkant terechtkomen. De bal wordt in het spel gebracht door de serveerder door middel van een opslag of service vanachter de achterlijn: de bovenhands geslagen opslag of de sprongservice. De opgeslagen bal moet over het net in het veld van de tegenstander belanden. Wanneer de bal het net raakt en eroverheen gaat, gaat het spel gewoon door.
De tegenstander probeert de bal op te vangen en door te spelen naar een andere speler. Een van de veldspelers van de ontvangende partij vangt de geserveerde bal met naast elkaar gestrekte onderarmen op. Deze mag ook 'bovenhands' gespeeld worden. Gewoonlijk wordt de bal doorgespeeld naar een spelverdeler. De spelverdeler, een speler met een goede techniek en spelinzicht, staat in de rally meestal iets rechts van het midden voor het net, of zorgt dat hij of zij daar komt te staan wanneer de bal van de tegenstander ontvangen is.
Deze speler kan het spel verder opzetten en een aanval voorbereiden. De speler die wordt aangespeeld kan de bal over het net slaan. De spelverdeler speelt de bal meestal door naar een van de aanvallers, hetgeen set-up (opzet) genoemd wordt. De spelverdeler kan de set-up geven aan de buitenaanvaller, die aan de linkerkant aan het net staat, de middenaanvaller (ook wel hoofdblokkeerder genoemd), die in het midden aan het net staat of aan de speler, die rechts aan het net staat. In dat laatste geval wordt de set-up meestal achterover gegeven. Tevens kan de spelverdeler de set-up geven aan een van de achterspelers, deze kunnen een zogenaamde "driemeteraanval" uitvoeren. Dit houdt in dat ze net als de voorspelers alle ballen mogen slaan zolang de afzet van de sprong maar achter de driemeterlijn gebeurt; de speler mag na het slaan van de bal wel voor de driemeterlijn landen. Binnen deze driemeterzone mogen de achterspelers de bal alleen over het net spelen, als zij hem onder de netrand raken. Een uitzondering voor de achterspelers is de libero, die nooit een aanvallende actie mag uitvoeren waarbij de bal op het moment van de aanraking zich boven de bovenste netrand bevindt. Hij mag de bal wel bijvoorbeeld onderhands over het net spelen of een onderhandse setup geven.
De aanvaller die de bal krijgt toegespeeld tikt of slaat de bal over het net naar de grond. Meestal wordt de smash toegepast, een harde klap met de vlakke hand, waarbij het balcontact zo kort mogelijk moet zijn. Soms gebruikt de aanvaller een zogenoemde prikbal, bijvoorbeeld als de opzet niet goed is voor een smash, of om de tegenstander te verrassen. Hierbij wordt de bal met de vingertoppen in een bovenhandse beweging gericht gespeeld, zonder echter geslagen te worden.
Lees ook: Alles over zand sokken en volleybal
De verdediging moet de bal van de grond zien te houden en doet dat gewoonlijk door een blok te vormen: een, twee of drie spelers springen tegelijk en naast elkaar met gestrekte armen en handen op, om de tegenstander te beletten de bal over het net heen te slaan/tikken. De kunst is om op het juiste moment en precies tegelijkertijd te springen, en natuurlijk op de plek waar de bal geslagen wordt. Als een bal het blok passeert dient deze door de verdedigers in het achterveld te worden verdedigd. Dit levert vaak spectaculaire acties op met glijduiken en zijwaartse rollen.
Veelvoorkomende Termen
- Ace: Een service die direct scoort, zonder dat de tegenstander de bal kan spelen.
- Side-out: Het terugwinnen van de service door het team dat niet serveerde.
- Touche: Het aanraken van de bal bij een blok.
Spelregels in Detail
Hieronder een overzicht van de algemene spelregels en regels met betrekking tot wissels, service, aanval, blokkeren en de libero.
Algemene Regels
- Een team mag de bal maximaal drie keer raken om deze over het net te spelen.
- Een speler mag de bal niet twee keer achter elkaar raken (een blok telt niet als een slag).
- Spelers mogen het net niet raken.
- Het is niet toegestaan om onder het net in de ruimte van de tegenstander te komen en de tegenstander te hinderen.
- De voet(en) van een speler mogen de middenlijn niet volledig overschrijden en het veld van de tegenstander raken.
- De antennes naast het net mogen niet geraakt worden.
Wissels
- Voor het begin van een nieuw punt mag een speler worden gewisseld.
- Een speler die is uitgewisseld, mag uitsluitend voor dezelfde wisselspeler weer worden ingewisseld.
- In totaal zijn er maximaal zes wissels per set toegestaan. In totaal zijn dit dus twee wissels van de maximaal toegestane zes.
Service
- De service moet van achter de achterlijn worden geslagen. De serveerder moet achter de achterste gele lijn staan. Als speler mag je serveren vanachter de gehele achterlijn. Je hebt één opslagpoging. Bij een foute service gaat het punt naar de tegenstander.
- De bal moet over het net in het veld van de tegenstander belanden.
- Als de bal het net raakt en eroverheen gaat, gaat het spel gewoon door. Een service die het net raakt en in het veld van de tegenstander terechtkomt wordt goedgekeurd.
- Bij de service mag het zicht van de tegenpartij niet worden ontnomen door je medespeler(s). Dit wordt ook wel schermen genoemd.
Aanval
- Een aanvaller kan de bal over het net slaan of tikken om te scoren.
- Achterspelers mogen een aanval uitvoeren vanaf achter de driemeterlijn.
- Binnen de driemeterzone mogen achterspelers de bal alleen over het net spelen als zij hem onder de netrand raken.
Blokkeren
- Blokkeren is het tegenhouden van de bal direct bij het net.
- Een blok telt als een van de drie toegestane slagen.
- De speler die de bal bij het blok raakt, mag de bal niet direct daarna nogmaals spelen.
Libero
- Een libero is een specialist in de verdediging die sommige ploegen inzetten.
- De libero draagt een afwijkend shirt.
- De libero mag niet serveren, blokkeren of een aanvallende actie uitvoeren waarbij de bal zich boven de netrand bevindt. Hij mag de bal wel bijvoorbeeld onderhands over het net spelen of een onderhandse setup geven.
Fouten
Een team scoort een punt als de tegenstander een fout maakt. Naast de voor de hand liggende wijze van de bal in of uit slaan, moet ook de techniek van de spelers en de tactiek van de aanval volgens de regels gaan. Opvallend is dat je formeel als team geen punten kan maken, maar alleen dankzij een "fout" van de tegenstander. Voorbeelden van fouten zijn:
- De bal buiten de lijnen slaan.
- De bal meer dan drie keer raken.
- Een speler raakt de bal twee keer achter elkaar.
- Het net raken. De spelers mogen het net niet raken.
- Een voetfout maken (over de middellijn stappen). Voetfouten: Met een voet over de middellijn staan. Het is ook fout als de voet(en) van een speler over de middenlijn komen, dus het veld van de tegenstander raken.
- Niet achter de achterlijn staan bij het serveren.
- Dubbel: de speler mag de bal niet twee keer achter elkaar aanraken.
Time-outs
Gewoonlijk zitten trainer/coach, reservespelers en andere teamleden tegenover de hoofdscheidsrechter. Elke trainer/coach mag tussen twee rally's een time-out aanvragen. De trainer maakt met zijn handen een T-teken, de scheidsrechter blaast af en er kan met de spelers worden overlegd. Tijdens een time-out kan de trainer met de spelers overleggen om tactische aanwijzingen te geven of de vaart uit het spel van de tegenstander te halen. Een time-out kan simpelweg een tactische manoeuvre zijn om de vaart uit het spel van de tegenstander te halen, en/of nodig zijn om aanwijzingen aan de eigen spelers te geven.
Beachvolleybal
Er zijn enkele verschillen in de spelregels tussen zaalvolleybal en beachvolleybal:
Lees ook: Alles over Vrije Ruimte Volleybal
- Beachvolleybal wordt gespeeld met twee spelers per team.
- Er is geen vaste positie voor de spelers.
- Er is geen middenlijn; een speler mag het veld van de tegenpartij betreden, mits de tegenstander niet wordt gehinderd. Er is geen middenlijn bij beachvolleybal. Een speler mag dus in het veld van de tegenpartij komen, mits de tegenstander daardoor niet direct of indirect wordt gehinderd!
- Er zijn time-outs toegestaan, maar geen spelerswissels bij de categorie 2 tegen 2. Time-outs zijn niet toegestaan bij het Summer BeachLife. Spelerswissels zijn niet toegestaan bij de categorie 2 tegen 2. In de overige categorieën zijn spelerswissels wel toegestaan op bepaalde momenten: wissel van speelhelft na iedere 7 gespeelde punten en bij 'indraaien' op de serveerplaats.
Specifieke Regels voor Beachvolleybal
- Service passing: De service mag door de tegenpartij bovenhands (zacht) gespeeld worden, mits deze bovenhands gespeelde bal als set-up voor de aanvaller wordt beoordeeld. Hard contact bovenhands is altijd toegestaan, ook als deze hard gespeelde bovenhandse bal niet wordt beoordeeld als een set-up voor de aanvaller. Het is wenselijk dat deze regel, â evenals de overige techniekregels â in het bijzonder in de categorie 4x4 mixed, uiterst soepel wordt toegepast.
- Set-up: Een bal, welke de intentie heeft van een set-up, mag over het net worden gespeeld. Indien dit niet te beoordelen is volgt een dubbelfout. Internationaal mag de bal tijdens de set-up niet meer dan eenmaal roteren, maar wel dragend in een vloeiende beweging bovenhands worden gespeeld. Tijdens het Summer BeachLife volgen we alleen het tweede gedeelte van deze spelregel. Bal mag dus wel roteren en mag ook dragend bovenhands worden gespeeld.
- Aanval: De aanval mag alleen met hard contact worden uitgevoerd (smash, geslagen boogbal, knokkels, vingertoppen, vuist, onderhands, etc.). Het is dus niet toegestaan de aanval uit te voeren door middel van de âpush- of duwtechniekâ, waarbij met de vingers richting wordt gegeven aan de bal. Als uitzondering geldt een bovenhandse gespeelde bal met twee handen, waarbij de balbaan loodrecht op de schouders staat van de uitvoerder. Indien, door te veel beweging van de uitvoerder, niet vast te stellen is of de balbaan loodrecht is, wordt deze als fout beoordeeld.Blijf dus stil staan na uitvoering van deze bal, zodat scheidsrechter en tegenstander de stand van de schouders ten opzichte van de balbaan kunnen beoordelen.
- Verdediging: Alleen een hard geslagen bal mag âviesâ (langer of meervoudig contact) worden verdedigd. Een boogbal en een bal via netrand of blok mag niet als hard geslagen worden beoordeeld.
- Blok: Een blok telt als spelen van de bal, dus na een blokaanraking mag de bal nog maximaal twee maal worden gespeeld, waarbij degene die bij de blokkering de bal geraakt heeft ook de persoon mag zijn die de bal voor de tweede keer speelt.
Volleybal op de Olympische Spelen
Op het hoogste niveau, zoals bij de Olympische Spelen, gelden strengere en nauwkeurige spelregels die zijn vastgesteld door de Fédération Internationale de Volleyball (FIVB). Er is extra aandacht voor fair play en nauwkeurigheid in beslissingen. Een belangrijk verschil is het gebruik van technologie, zoals de videoref. Deze videoreferee kan de beelden terugkijken om te controleren of een beslissing van de scheidsrechter juist was. De wedstrijden worden standaard gespeeld met het systeem best-of-five.
Belang van Kennis van de Spelregels
Spelregels zijn onmisbaar om een wedstrijd eerlijk en sportief te laten verlopen. Officials dienen alle regels te kennen en ervoor te zorgen dat deze tijdens de wedstrijd op de juiste manier worden nageleefd. Als speler, trainer, coach, ouder of toeschouwer hoef je niet alle spelregels uit je hoofd te kennen. Maar om beslissingen van de scheids te begrijpen en zelf zoveel mogelijk spelplezier te beleven, is kennis van de basisregels essentieel.
tags: #volleybal #puntentelling #regels