Het Volkslied en Hockey in Ierland: Een Verkenning van Sport, Cultuur en Identiteit

De Nederlandse hockeyvrouwen behaalden een overtuigende 5-1 overwinning op Ierland tijdens het wereldkampioenschap. Echter, de context van sport in Ierland reikt veel verder dan alleen hockey en is doordrenkt van culturele identiteit en tradities. Dit artikel duikt in de complexe relatie tussen sport, volksliederen en de Ierse identiteit, waarbij we zowel de prestaties op het hockeyveld als de diepgewortelde sportieve tradities van het eiland verkennen.

Een Overwinning met Emotie

De wedstrijd tussen Nederland en Ierland op het wereldkampioenschap hockey was niet alleen een sportieve confrontatie. De altijd nuchtere Eva de Goede, een ervaren routinier van het Nederlandse team, werd bij het horen van het volkslied overmand door emoties. Na maandenlang blessureleed was De Goede weer terug in Oranje. Onder leiding van bondscoach Jamilon Mülders begonnen de Nederlandse hockeysters overtuigend aan de wedstrijd tegen Ierland.

Het eerste kwart leverde een handjevol kansen op waarbij Oranje er niet in slaagde de openingstreffer te maken. De beloning liet nog even op zich wachten en kwam pas in het tweede kwart: met een simpele beweging zette Yibbi Jansen op de kopcirkel twee tegenstanders opzij en wist ze Maria Verschoor te bereiken. Verschoor dacht met een schijnbeweging voorbij de keeper te zijn, maar het linkerbeen van de uitkomende Ayeisha McFerran haalde de Nederlandse onderuit. Een strafbal was het enige juiste oordeel en wie anders dan Frédérique Matla nam plaats achter de bal. Ze faalde niet en tekende voor de 1-0.

In tegenstelling tot keeper Anne Veenendaal had haar collega aan de andere kant van het veld, McFerran wel een hoop te doen. De Ierse keepster kon de schade in de eerste helft nog beperken maar moest in de tweede helft haar meerdere erkennen in Oranje. Bij de achtste strafcorner van de wedstrijd was het dan eindelijk raak voor de ploeg van Mülders, Jansen wist met haar sleeppush de bal precies tussen de keeper en lijnstopper te plaatsen en bracht de stand naar 2-0.

Even leek het erop dat Ierland in deze reprise van de verloren WK-finale van 2018, zich niet nog een keer een nederlaag van 6-0 wilde permitteren. De eerste en enige strafcorner in de wedstrijd voor Ierland verdween voor Nederland ongelukkig in het doel: 2-1. Maar Oranje dacht er het zijne van, WK-debutant Sabine Plönissen (met slechts 9 interlands achter haar naam) vond bij een strafcorner met een snoeiharde flats hetzelfde gaatje als Jansen. De 27-jarige Plönissen wist de frons van bondscoach Mülders te veranderen in een grote glimlach. De 4-1 kwam in de slotfase van het derde kwart op het scorebord tevoorschijn. Wat Verschoor kan, kan ik ook moet de jonge Albers hebben gedacht. De 22-jarige speelster van Amsterdam wist met een identieke actie de tweede strafbal van de wedstrijd te versieren.

Lees ook: Het Volkslied en Rugby in Zuid-Afrika

De Ierse Sportieve Identiteit: Meer dan Alleen Voetbal

Op sportgebied speelt de eigen Ierse identiteit een hoofdrol. Van de traditionele sporten (vaak van Keltische komaf) overtreffen hurling en Gaelic football algemeen bekende sporten in toeschouwers. Ierland heeft 1800 jaar lang (van 632 v.Chr. tot rond 1170) een eigen variant gekend op de antieke Olympische spelen. De overlevering wil dat deze Tailtische Spelen (Tailteann Games) door de mythische Keltische koning Lugh werden ingesteld ter ere van zijn moeder Tailtiu (het oord Telltown in het noordoostelijke graafschap Mead is naar haar vernoemd). Ze vonden jaarlijks plaats, duurden een maand en verpieterden na de Normandische invasie. Onderdelen vormden o.m. worstelen, touwtrekken en hurling (een vrije en snelle variant op veldhockey vernoemd naar de stick, de hurley). De Ierse worstelstijlen Collar & Elbow wrestling (boord en elleboog worstelen, een soort judo) uit het oosten en Coraiocht uit het westen vallen onder de Keltische erfenis. Vechten past in de Keltische cultuur. Zo wonnen boksers de helft van het Ierse Olympische goud.

Hurling en Gaelic Football: De Volkssporten

Hurling bestond al rond 1300 v.Chr. Wedstrijden vormden een compleet oorlogsritueel waarbij teams van meer dan 150 krijgers onder bloedstollend gekrijs en gebrul niet alleen de bal speelden, maar ook probeerden te bewerkstelligen dat het hun tegenstanders letterlijk dun door de broek liep. In de 14e en 15e eeuw was het ruige spel een tijdlang verboden. Daarna kwamen er meer regels en sinds 1904 bestaat ook een speciale vrouwenvariant (camogie). Nederland is de grootste leverancier van essenhout waaruit Ierse hurley sticks worden gemaakt. Inklinkende zeeklei in de Flevopolder legt de voet van essen bloot die de vorm van de sticks al heeft. In de rotsachtige bodem van Ierland gebeurt dat zelden.

De GAA was in 1884 opgericht door 3 heren van stand om de Keltische sporttraditie in ere te houden. Men was dit edele doel dusdanig toegedaan dat sportbeoefenaren binnen het genootschap zich tussen 1930 en 1971 op straffe van levenslange schorsing niet met niet Keltische sporten mochten inlaten (zelfs niet als toeschouwer!). Naast hurling en camogie vallen thans Keltisch voetbal (ook voor vrouwen) en handbal (Gaelic football/ handball) en rounders onder het domein van de GAA. Vermoedelijke verwijzingen naar het op rugby lijkende Gaelic football verschijnen voor het eerst in 16e en 17e eeuwse annalen. In de 19e eeuw kende elke parochie een eigen team waarvoor het zelf de regels vaststelde. Daardoor gingen meer serieus ingestelde beoefenaren over op het via de Engelse kolonisator binnen gekomen rugby. Dit bleef niet lang onopgemerkt en in 1884 maakte de GAA eenduidige regels waarop Gaelic football in Ierland volkssport nr. 1 werd (rugby bleef echter ook populair). Gaelic handball en rounders vallen thans onder de kleine sporten. De vroegste meldingen van deze sporten dateren uit de 18e eeuw. Keltisch handbal heeft niks gemeen met gewoon handbal (Ieren noemen dat Olympisch handbal). Men kaatst met de hand een bal tegen een wand (squash zonder racket dus). Rounders is een vorm van honkbal die uit Engeland stamt. De sport is in Ierland m.n. populair bij schoolmeisjes. Ook road bowling (verwant aan het Oost Nederlandse folkloristische klootschieten) valt onder de traditionele Ierse sporten. Hierbij moet een kogel ter grootte van een tennisbal (de bullet) over een 3 tot 5 km lang parcours worden gerold met zo weinig mogelijk worpen. Binnen een team treden met elke werper 2 adviseurs op. De vroegste beschrijvingen dateren uit de 17e eeuw.

Paardensport en Windhondenrennen: Gokken en Traditie

Paardensport is in Ierland erg populair, vooral vanwege het wedden. In alle dorpen en steden ziet men speciale wedkantoren. De oudste berichten over strijdwagenrennen op speciale parkoersen in Ierland (curragh, Keltisch voor paardenrenbaan) dateren uit de 3e eeuw. Begin 17e eeuw werd melding gemaakt van fokrenpaarden. Thans is, mede door gunstige belastingfaciliteiten, de Ierse volbloed een begrip. Het in 1975 opgerichte Coolmore stud in Tipperary is de grootste volbloedpaardenfokkerij ter wereld. In 1727 kende de curragh vlakte bij Newbridge in het graafschap Kildare ten oosten van Dublin, haar eerste officiële race. Dit is nu de bekendste renbaan voor volbloeds. De 1e hindernisrace vond in 1752 plaats in Cork over een parcours van 7 km. Sinds 1870 is op het Faryhouse parcours in Meath (ten noorden van Kildare) de grootste jaarlijkse steeplechase; de Grand National.

Ook op windhonden wordt in Ierland veel gewed. Windhondenrennen zijn vaak betiteld als paardenraces voor de arbeider. De 1e race was in 1927, de piek viel kort na de 2e wereldoorlog en na 1995 volgde een opleving. Als windhonden een jaar of 6 oud zijn gaan ze met pensioen, maar er worden er ook veel afgemaakt.

Lees ook: Meer over het Belgische volkslied

Voetbal en Rugby: Georganiseerd over het Hele Eiland

Voorlopers van voetbal en rugby worden voor zover bekend in Ierland sinds de 16e eeuw gespeeld. De regels stonden toen nog niet vast. Wel was een ovale bal gebruikelijk. In 1869 was in Dublin de 1e officiële rugbywedstrijd. Rugby (rugby football) is, net als een aantal andere sporten, georganiseerd voor heel Ierland (incl. Noord-Ierland) en de sport is met ruim 100.000 wedstrijdspelers erg populair. De huidige bond IRFU werd opgericht in 1879 via fusie van 2 voorlopers. Gewoon voetbal heet in Ierland association football of soccer. De oudste voetbalbond in Ierland is de in 1911 opgerichte Ierse voetbalbond IFA. In 1921 begon de Ierse Vrijstaat haar eigen bond, de voetbalbond van Ierland FAI. Sindsdien vertegenwoordigt de IFA Noord-Ierland. Een jaar later volgde de oprichting van het Ierse Olympisch comité OCI (Olympic Council of Ireland). Het dekt net als de rugbybond heel Ierland en Noord-Ierse atleten mogen kiezen of ze voor de Ierse republiek of voor het VK uit willen komen.

Het Ierse Sportbeleid: Overheid en Maatschappelijke Betrokkenheid

Sinds 1997 kent Ierland qua organisatie een ministerie van kunst, sport en toerisme. Het ministerie bepaalt het beleid en stelt zich het vergroten en verbreden van de sportdeelname ten doel (men beseft dat hoog opgeleiden en hogere inkomensgroepen oververtegenwoordigd zijn). In 1999 richtte de overheid de Ierse sportraad ISC op als instantie om de uitvoering handen en voeten te geven. De raad houdt zich bezig met criteria en voorzieningen op het vlak van topsport en draagt zorg voor de financiering, coördinatie en versterking van sport NGO’s die zich met topsport en breedtesport bezig houden. Deze heten in de republiek nationale beheerslichamen (NGB’s). Daaronder vallen een nationaal begeleiding en trainingscentrum, een initiatief om de deelname van vrouwen te vergroten en de Federatie van Ierse sporten als vertegenwoordiger van de sportbonden. In 2010 kwam Sport in Europe op 72 erkende nationale beheerslichamen en de Federatie telde ruim 60 sportbonden.

Ierse Sportparticipatie: Een Overzicht

Het quarterly national household survey van het Ierse CBS CSO over het 3e kwartaal van 2006 had sport als thema. Men kwam op een sportdeelname van bijna 63% van de 15plussers (vrouwen 64%, mannen 61%, 2,1 miljoen in getal). Van hen deed de grote meerderheid (69%) dat buiten georganiseerd verband en 15,5% deed aan competities en wedstrijden mee. Bij deze groep waren Gaelic football (23%), gewoon voetbal (17%) en golf (21%) het meest in trek. In 2008 claimde de bond van Ierse sporten GAA 26.000 clubs met ruim 1 miljoen leden, waarvan 0,7 miljoen in de republiek (1 op de 6 Ieren). In heel Ierland telden de 420 clubs van de Ierse golfbond 250.000 leden en de rugbybond kwam op 101.000.

In 2007 vormden vrijwilligers bij clubs voor buitenactiviteiten (m.n. sportclubs) de grootste groep onder degenen die onbetaald actief waren (24% van de 15plussers, EU 13%). Bij de top10 stak wandelen met 840.000 deelnemers met kop en schouders boven de rest uit (39% van de sportievelingen, v 55%, m 23%; 65plus 67%), gevolgd door aerobics/ fitness 13% (v 16%), zwemmen 8% (v 10%), golf 7,6% (m 13%; 55 -65j 14%); voetbal 7,1% (m 14%); Gaelic football 6% (15-25j 16%), fietsen 4%, atletiek en hurling/ camogie (beide 2%) en basketbal (0,8%). De populairste plek om te sporten was buiten in de publieke ruimte (47%, v 59%, niet georganiseerd 65%), gevolgd door sportclubs (24%; incl. golfbanen en sportvelden, m 40%, wedstrijdsporters 78%) en sportcentra (15%, v 17%). Hoog opgeleiden, jongeren en werkenden sporten het vaakst.

Qua frequentie p/w scoorde Ierland in 2004 naar EU maatstaf goed (minstens 3 x: 28 om 17%, 1 of 2 x: 25 om 21%). Zomer 2006 sportte (incl. wandelen) 55% 3 x p/w of vaker en 36% 1 of 2 keer. Het aandeel Ieren dat nooit sportte lag in 2004 met 28% flink onder de EU25 normaal (40%, NL 31%, Be 36%) en ook eind 2005 was de groep die liever iets anders deed in de vrije tijd dan zich inspannen relatief klein (37%, Eu 44%). Onder de niet sporters gaf in 2004 en 2005 een iets onder gemiddeld deel tijdgebrek op als oorzaak (31% en 52%). Zomer 2006 werd tijdgebrek vanwege werk het vaakst aangevinkt (28%, m 37%, v 18%), gevolgd door geen zin (18,5%), nooit gedaan (16%), fysiek gebrek (15%), te oud (13,5%) en geen tijd door zorgplichten (9%). Een doorsnee aandeel gaf eind 2005 de omgeving de schuld van deze inertie. Het deel dat vond dat hun leefomgeving veel gelegenheid bood tot fysieke activiteit was aan de kleine klant (67%) en het deel dat vond dat er genoeg sportvoorzieningen waren (72%) of dat hun gemeente fysiek actief zijn te weinig stimuleerde (44%; EB 246/ wave 64.3) aan de grote. Zomer 06 verwachtte onder niet sporters echter 73% dat meer faciliteiten hen niet zou kunnen weerhouden van het kweken van meer zitvlees. Zowel niet sporters als sporters schatten het vaakst in dat meer zwembaden (n.s. 10%, s 21%), wandelpaden (7 en 16%) en fitnesscentra (6 en 13%) actieve deelname bij hen zou aanmoedigen. Bij nadere beschouwing waren in 05 in de week voor de vraagstelling weinig Ieren vaak op andere manieren fysiek flink bezig (werk 18%, EU25 19%; onderweg 16 om 22%; in of rond het huis 23 om 27%, in hun vrije tijd 16 om 15%). Het deel dat zich nooit fysiek inspande was aan de grote kant (nooit duchtig 49%; nooit matig 39%). Zowel bij duchtig als matig was de doorsnee duur van inspanningen naar verhouding kort en ook de frequentie lag onder de Eu normaal. Het volksdeel dat nooit langer dan 10 minuten liep was gemiddeld (14%) en het deel dat zich wel te voet voortbewoog deed dat relatief weinig en kort. De tijd die dagelijks zittend werd doorgebracht was echter ook tamelijk kort en dat zitten gebeurt relatief vaak bij sportevenementen, want in 2007 was het volksdeel dat deze had bezocht (passieve sportdeelname) het grootst binnen de EU (minstens eens 62 om 41%; minstens 5 keer 29 om 15%). Gaelic football trekt het meeste publiek (34% in 2003), gevolgd door hurling 23%, voetbal 16% en hockey 8%.

Lees ook: Rugby als symbool van Afrikaanse identiteit: een analyse

Sport en Europese Integratie

De Ieren zijn m.b.t. sportbeleid tamelijk Europees gericht (meer EU bemoeienis met EU sportgebeuren 52 om 51%, meer samenwerking tussen Europese en landelijke organisaties 68 om 63%; Europese strijd tegen doping 82 om 80%, EU stimulering van de link onderwijs sport 66 om 65%, Europese promotie van ethische en sociale waarden van sport 65 om 59% en opname sport in de EU grondwet 70 om 62%). Wel verloor de Europese gerichtheid t.o.v. een jaar eerder relatief veel terrein.

Sportstadions: Van Traditioneel tot Modern

Ierland herbergt het grootste stadion binnen de EU na Camp Nou van FC Barcelona en het Wembley stadion in Londen. Dit is het in 1913 geopende Croke Parc in Dublin (Croker in de volksmond) met sinds de laatste renovatie (1990- 2004) plaats voor ruim 82.000 toeschouwers. Dit stadion en hoofdkwartier van de GAA werd gebouwd voor traditionele Ierse sporten en kent een bewogen geschiedenis. De jaarlijkse hoogtepunten zijn de All Ireland senior football championship finale om de Sam Maguire cup (Gaelic football, het meest bezochte sportevenement) en het Senior hurling championship om de Liam Mc Carthy cup. Pas sinds 2005 zijn er soms andere sportevenementen en popconcerten. Daarvoor mocht dat niet, want de sporttempel wordt beschouwd als heilige grond. Dat er tussen 2006 en 2010 rugby en voetbal interlands plaats vonden was uit nood geboren en kwam louter doordat het Landsdowne Road stadion in Dublin werd afgebroken. Dit profane centrum van rugby en voetbal interlands en popconcerten werd op 14/5-2010 via opening door Taoiseach (president) Brian Cowen vervangen door het Aviva stadion met 50.000 plaatsen. Hier worden in 2011 bijv. weer wedstrijden gespeeld voor het Six nations Championship, de jaarlijkse rugby competitie tussen de 6 Europese grootmachten. Dit is evenwel niet het 2e stadion van Ierland, want die eer valt te beurt aan het in 1910 geopende Semple Stadium in Thurles in het graafschap Tipperary met 53.500 plaatsen. Sinds 1956 is dit stadion in handen van de GAA en het wordt gebruikt voor hurling. Het Gaelic grounds…

Het Ierse Volkslied: Amhrán na bhFiann

Amhrán na bhFiann (Een soldatenlied) is het volkslied van Ierland. Het lied werd in 1907 gecomponeerd door Peadar Kearney en Patrick Heeney. Eerstgenoemde schreef ook de eerste, Engelse, tekst. Het lied bestaat uit drie verzen. Amhrán na bhFiann werd met name populair tijdens de zogeheten Paasopstand van april 1916, een mislukte aanval van Ierse republikeinen op de Britse machthebbers die wordt beschouwd als de opmaat naar de Ierse onafhankelijkheid. In Ierland is enige discussie over het volkslied. Vanwege de uitgesproken gewelddadige en anti-Britse tekst menen sommigen dat er beter een nieuwe tekst geschreven kan worden. Anderen pleiten dan weer voor een geheel nieuw volkslied. Kandidaat daarvoor is Ireland’s Call, een populair lied dat bij internationale rugbywedstrijden tegenwoordig al na het Ierse volkslied wordt gespeeld.

Tijdens het EK voor dames in Amstelveen wordt bij de wedstrijden van Ierland een andere Ierse vlag getoond dan de gebruikelijke driekleur (groen, wit, oranje). Ook klinkt er voorafgaand aan de duels van de vice-wereldkampioen een ander volkslied dan we gewend zijn bij bijvoorbeeld voetbalinterlands. Het valt eigenlijk simpel te verklaren. Op clubniveau spelen ploegen uit Ierland en Noord-Ierland samen in de EY Hockey League. Bovendien komen spelers uit beide landen tijdens Europese en mondiale hockeytoernooien samen uit als ‘Ierland’. Omdat Ierland en Noord-Ierland vanzelfsprekend een eigen en dus verschillende vlag voeren, kiezen veel Ierse sportbonden, zoals de hockeybond, een eigen vlag voor tijdens toernooien. Het Ierse hockeyteam heeft tijdens EK’s en WK’s een vlag met een schild opgedeeld in vier vlakken. Deze vlakken representeren de vier provincies waaruit het Ierse eiland bestaat: Ulster, Connaught, Munster en Leinster. Ook wordt er voorafgaand aan de interlands van de hockeyheren en -dames een ander ‘volkslied’ ten gehore gebracht. Dat lied werd in opdracht van de Ierse rugbybond in 1995 geschreven door Phil Coulter, nadat een aantal Noord-Ierse leden van de rugbybond het gebruik van het volkslied van Ierland ongepast vond. Ireland’s Call groeide in de jaren erna uit tot meer dan alleen een rugbylied. Het nestelde zich in het collectieve bewustzijn van de eilandbewoners en meer sportbonden, waarvoor Noord-Ieren en Ieren in een team uitkomen, namen het volkslied over. De hockeybond adopteerde Ireland’s Call als volkslied in 2000.

Culturele Eigenheden en Humor: Een Inkijkje in het Ierse Leven

  • Taal en Dialect: Doordat het dialect zeer moeilijk verstaanbaar is, zeggen mensen continu dingen die je waarschijnlijk niet begrijpt. Kijk anders naar de comedyserie “Father Ted”. De serie gaat over drie uitgerangeerde priesters op een afgelegen eilandje, dat bevolkt wordt door allerhande ‘characters’, en waar eigenlijk nooit wat gebeurt. Het is een goed inkijkje in het Ierse leven en de Ierse humor, en heeft de Ieren een heleboel nieuwe stopwoordjes en zegswijzen gegeven.
  • Snacks: Tayto crisps everywhere. In de pub. Onderweg in de auto. Naast je sandwich, op je sandwich. Soms zelfs in combinatie met een andere eet-obsessie, te weten Cadbury-chocola. De chippies zijn er in ‘typisch Ierse’ smaken als salt & vinegar en cheese & onion, en worden aangeprezen door een vrolijk lachend, aan geelzucht lijdend aardappeltje: de broer van mister Monopoly. Tayto’s is een afkorting voor “po-ta-toes”. Het ‘typisch Ierse’ zie je wel vaker terugkomen in etenswaren. Ieren vinden het leuk om aan te geven dat de producten uit de supermarkt gezellig lokaal zijn. Soms zetten ze er op het bonnetje een klaver bij, zodat de klant het ook weet.
  • Gesprekken: Ieren praten graag. Dat vinden toeristen altijd erg fijn, want daardoor voel je je welkom. Het ís ook erg fijn, want je hebt altijd aanspraak in winkels, kroegen, op de straat, in de supermarkt en dergelijke. Voor je het weet word je bij iemand thuis uitgenodigd, of heb je er een nieuwe vriend bij. Twee onderwerpen zijn altijd in te zetten: het weer, en (tot voor kort) de crisis of recessie. Wat dat betreft zijn het net Hollanders. Vooral Ierse vrouwen zijn er behendig in gesprekken tot aan Sint Juttemis op te rekken. Ze lullen je de oren van de kop over hun grootvader dit en ooit, lang geleden dat. Vooral Amerikanen zijn hier erg van gecharmeerd, en geen wonder! Er is echter een punt in het gesprek waarop je achter je oren krabt en denkt: nu wil ik eigenlijk wel mijn jas pakken en me richting m’n hotel begeven. Bijvoorbeeld als iemand je toevoegt dat hij aliens met grote hoofden heeft gezien. Of als iemand je vertelt dat Obama in Ierland is geboren. Een boel Ieren zijn meester in de ironie, en als suffe Hollander (Duitsers nog vaker) heb je het soms helemaal niet door dat er een spervuur aan moppen op je wordt afgevuurd.
  • Gekke Uitspraken: Er worden gekke dingen gezegd.
    • What’s the craic? (zeg: crack). Huh? Waarom vraagt iedereen hier naar drugs? Natuurlijk kom je er snel genoeg achter dat het slechts een simpele begroeting is. Ik ben er niet helemaal zeker van of de uitspraak überhaupt nog door mensen onder de veertig gebruikt wordt. Het woordje ‘craic’ op zichzelf hoor je vaker (en heeft een beetje dezelfde betekenis als ons ‘gezellig/gezelligheid’.
    • Are you alright there? Dit verwart mij mateloos. Hoezo? Zie ik er slecht uit? Mensen achter de balie vragen je dit, als je iets wil bestellen. Dan moet je dus maar gewoon bestellen. Denk ik. Hetzelfde geldt voor how are you (howyeh) - hoe moet je daar nou op reageren? Soms moet je het maar terug zeggen, soms slechts vriendelijk knikken, maar als je de persoon goed kent kun je ook best oprecht antwoorden.
    • I’m going to Europe - Waarmee ze bedoelen: het vasteland, het continent. Nee, Ierland is geen Europa, ja eigenlijk horen ze ook niet echt bij de E.U. (oh, vandaar al die subsidies) en die euro…tsja.
    • I’m grand - gewoon I’m fine, maar dan Iers. Op een gegeven moment wordt het zelfs bijna raar als je ‘fine’ zegt. ‘Grand’ is multi-inzetbaar: that’s grand, grand so!, ah, you’re grand, [you’ll/it’ll] be grand, en soms zit er een ironisch bijsmaakje aan.
    • Dan zijn er nog enkele scheldwoorden die ik leuk vind, te weten: gobshite en bollix/bollox of hoe je het ook schrijft. Je zou bijna vergeten dat er in Ierland ook nog een andere taal gesproken wordt: Gaelic, of het Iers. Gesproken is echter een groot woord. Ja, in sommige gebieden hoor je iemand nog wel eens ‘Keltisch’ lispelen. Sommige anderen spreken het bijna vloeiend - naast Engels. Ze proberen het levend te houden, maar de meeste Ieren komen niet verder dan enkele random zinnen.
  • Flirten: Voor meisjes en vrouwen: oude mannen flirten met je. Jonge mannen ook, maar dan voornamelijk als ze iets op hebben. Oudere mannen weten precies hoe ze hun Ierse charme ook nuchter op je los moeten laten.
  • Kleding: rare outfits: Zelfs in de winter lopen de Ierse meisjes in dunne bodycon-jurkjes van Penney’s (Primark): liefst strapless en tot net onder aan de kont reikend. Ze dragen geen panty en geen jas. Wél hele hoge hakken (waar ze later vanaf vallen) en een dikke laag make-up, die in ieder geval hun gezicht warm houdt. Jongens dragen van die rare trainingsbroeken met hemdjes erboven, en als ultieme accessoire een grote fles Lucozade. Waarom drinkt iedereen die sportdrank daar toch? Ik snap er nog steeds niets van. Natuurlijk zijn er ook een heleboel net geklede, goed-gestylde en subtiel be-make-upte mensen in Ierland.
  • Sporten: rare sporten: 'De snelste sport ter wereld! (en zogenaamd de oudste van Europa!)' is het, maar ze kennen hem voornamelijk binnen Ierland: hurling. Daarnaast zie je, afhankelijk van waar je bent, ook wel eens mensen tegen een misvormde rugbybal aan slaan. Da’s Gaelic football - of football, niet te verwarren met het Europese ‘soccer’, wat wij en de Engelsen natuurlijk weer voetbal/football noemen. Verwarrend allemaal! Hurling is inderdaad erg interessant om te zien, zeker omdat je de spelregels pas begint te begrijpen als de wedstrijd bijna afgelopen is.
  • Happy Sad: Mijn favoriete manier om de Ierse aard te omschrijven. Ieren zijn er meester in om de meest gruwelijke dingen met een ironisch-sarcastische glimlach, en een grote dosis zelfspot, te ondergaan. Ze moesten wel, als je naar hun turbulente geschiedenis kijkt. Ieren zijn zeikerds, maar ze zijn happy-sad zeikerds. Ze zeuren over politiek, over het weer, over de crisis. Het is nooit goed. Maar dan komt er plotseling weer een droge grap uit rollen, en wordt er een pint besteld. Ierland is opgebouwd uit het type allenstaande, iets te dikke en bijna-bejaarde oom die nog altijd de kunst verstaat zijn moeder in verlegenheid te brengen met een goed getimede vieze mop. Het weer is happy-sad. Dan regent het. Dan is het droog. Dan regent het weer. Een zonnestraal piept door de mist, schijnt over de groene velden en de puntige kliffen: een beeld waar iedereen meteen poëtisch van wordt. Het is nooit eens echt lekker weer in Ierland, zelfs niet als de zon schijnt. Als het warm is, is het namelijk te warm. Dan verbrandt iedereen. Bah.
  • In Ierland dragen de meeste politieagenten geen wapen, in Noord-Ierland daarentegen wel.
  • In sommige pubs is het dansen met een bezem populair, de zogenaamde broom dance. De dansers tapdansen heel sierlijk rond hun bezem. De sfeer zit er al snel goed in. Wellicht kan je thuis alvast oefenen met de bezem…

tags: #volkslied #ierland #hockey