Van Mil Honkbal Biografie: Een Overzicht van het Nederlandse Honkbal

Honkbal, in het Engels bekend als baseball, is een team- en balsport die vooral populair is in de Verenigde Staten, Canada, Mexico, de Caraïben en grote delen van Azië. Hoewel het in Europa een van de minder populaire sporten is, beoefenen in Nederland zo'n 25.000 tot 30.000 mensen de sport. Dit artikel biedt een overzicht van de Nederlandse honkbalwereld, met speciale aandacht voor de prestaties, evenementen en personen die de sport in Nederland hebben gevormd.

Honkbal in Nederland: Een Historisch Perspectief

Na 1900 raakte honkbal in Nederland bekend. Er gaan verhalen over de Amsterdammer J.C.G. Grasé die tijdens een vakantie in de Verenigde Staten enkele honkbalwedstrijden had gezien en daar hevig van onder de indruk was geraakt. In 1911 werden de eerste Nederlandse wedstrijden georganiseerd. Op 12 maart 1912 richtte Grasé de Nederlandse Honkbal Bond op. Een jaar later speelde de honkbaltak van de sportclub Excelsior onder de naam AHC Quick. De eerste officiële competitie begon in 1922. Ajax, Blauw Wit, Hercules en Quick vormden de hoogste divisie. Lange tijd was de Amsterdamse voetbalclub 'Ajax' ook actief op het gebied van honkbal. Die honkbalafdeling behaalde vier keer het landskampioenschap van Nederland.

Eindhoven heeft ook een belangrijke rol gespeeld in de Nederlandse honkbalgeschiedenis. Na het geweldige succes van het eerste Europese Kampioenschap op Nederlandse bodem (1958) werd het honkbalveld aan de Kruislaan in Amsterdam weer afgebroken. In 1959 werd in Eindhoven het eerste permanente honkbalveld in Nederland aangelegd, met 10.000 gulden sponsorgeld van Philips. Een jaar later kon de eerste Amerikaanse coach worden aangetrokken: Ron Fraser.

Toch is Haarlem onbetwist Nederlands' honkbalhoofdstad geworden. Er schijnt al een foto uit 1912 te zijn, waarop al een aardige klap wordt geslagen. In 1923 is er een honkbaldemonstratie waar ene Kuling als ongeveer enige toeschouwer een kijkje gaat nemen. Enige maanden later richt hij de HC Haarlem op. Haarlem volgde in 1959 het voorbeeld van Eindhoven, met de aanleg van een permanent honkbalveld.

De Koninklijke Nederlandsche Honkbalbond (KNHB) werd op 12 maart 1912 in Amsterdam opgericht op initiatief van honkbalpioniers Grasé, Bleesing en Baggelaar. In 1934 werd de eerste officiële internationale wedstrijd gespeeld, in Haarlem tegen België.

Lees ook: Het leven van Harry Kruyssen

In Europa maken Nederland (mede door een deelname van een groot aantal spelers geboren op de Antillen en Aruba) en Italië (mede door deelname van 'Amerikaanse' Italianen) al geruime tijd de dienst uit op honkbalgebied. De laatste tien jaar kan Nederland zich mondiaal meten met de sterkere honkballanden uit Noord- en Midden-Amerika en Azië, zoals Cuba, VS, Zuid-Korea, Japan. Hoogtepunt in de nationale honkbalhistorie was de overwinning op Cuba bij de Olympische Spelen in 2000 (de eerste Olympische nederlaag ooit van veelvoudig Olympisch en wereldkampioen Cuba). Bij het WK 2005, dat werd gespeeld in Nederland, behaalde Nederland een historisch hoogste vierde plaats. Bij het WK 2011 in Panama schreef Nederland historie door als eerste Europese land in 73 jaar (Groot-Brittannië was wereldkampioen in 1938) wereldkampioen te worden. In de finale werd met 2-1 gewonnen van Cuba. Eerder in het toernooi werd in de finalegroep al van de VS en Cuba gewonnen.

Na de Tweede Wereldoorlog verkreeg men zelfs speciale marshallhulp van de Amerikanen om de competities weer mogelijk te maken. Er werden kratten verscheept met honkbalmateriaal.

Belangrijke Evenementen en Competities

De Nederlandse honkbalwereld kent diverse belangrijke evenementen en competities, waaronder:

  • Haarlemse Honkbal Week: Een internationaal toernooi dat regelmatig plaatsvindt in Haarlem en teams van over de hele wereld aantrekt. De Haarlemse Honkbal Week is in 2008 genomineerd als Evenement van het Jaar.
  • Holland Series: De finale van de Nederlandse hoofdklasse waarin wordt gestreden om het landskampioenschap. In 2008 won L&D Amsterdam de Holland Series.
  • Europa Cup: Een Europees toernooi waaraan Nederlandse teams deelnemen. In 2009 deed Kinheim mee aan de Europa Cup.
  • Wereldkampioenschap Honkbal: Een internationaal toernooi waaraan Nederland regelmatig deelneemt. In 2009 vond het WK Honkbal plaats in zeven Europese landen.
  • Olympische Spelen: Honkbal was van 1992 tot en met 2008 een Olympische sport. Nederland heeft meerdere malen deelgenomen aan de Olympische Spelen.

Teams en Transfers

De Nederlandse honkbalcompetitie kent een aantal toonaangevende teams, waaronder:

  • L&D Amsterdam: Werd in 2008 landskampioen.
  • Kinheim: Een van de topteams in de Nederlandse competitie.
  • Neptunus: Een andere topclub in Nederland.
  • HCAW: Een team uit Bussum dat regelmatig meedoet om de prijzen.
  • ADO: Een team dat in 2008 in de Hoofdklasse bleef.
  • Almere Magpies: Een team dat hoopvol was voor het seizoen 2009.
  • Pioniers: Een team dat regelmatig in de Play-Offs speelt.
  • RCH: Een team dat in 2008 een goede reeks had.
  • Sparta/Feyenoord: Een team dat in de Eerste Klasse speelt.

In 2008 vonden diverse transfers plaats tussen de teams, waaronder:

Lees ook: Wendy Bussum Honkbal: Jouw nieuwe team?

  • Sharnol Adriana: Verhuisde naar Neptunus.
  • Murphy en Draijer: Veranderden van club.
  • Ivanon Coffie: Kwam naar Neptunus.

Individuele Prestaties en Erkenningen

In de Nederlandse honkbalwereld zijn er diverse individuele prestaties en erkenningen, waaronder:

  • Mark Duursma: Werd in 2008 uitgeroepen tot MVP (Most Valuable Player).
  • Rob Cordemans: Werd in 2008 uitgeroepen tot Beste Werper.
  • Bert Blyleven: Was Pitching Coach van het Nederlands Honkbal Team.
  • Rod Delmonico: Was de nieuwe bondscoach van het Nederlands Honkbal Team in 2008.

De Koninklijke Nederlandse Baseball en Softball Bond (KNBSB) eert regelmatig wedstrijdofficials voor hun inzet. In 2008 werden onder andere Henk Leeflang en Mario Blaauw geëerd voor hun jarenlange verdienste als scheidsrechters.

Materiaal en Regels

Voor het honkbalspel zijn een handschoen, een knuppel (of bat) en een bal nodig. Vroeger werden alleen maar houten knuppels gebruikt. Aluminium knuppels zijn echter eenvoudiger te fabriceren en zijn aanzienlijk gemakkelijker om (ver) mee te slaan. Houten knuppels breken snel bij onjuist gebruik. In de Amerikaanse Major League is het voorgeschreven met houten knuppels te slaan. Sinds enige jaren worden in internationale wedstrijden zoals de Haarlemse Honkbalweek nog uitsluitend houten knuppels gebruikt. Traditioneel is de regel dat dergelijke knuppels uit één enkel stuk hout vervaardigd moeten zijn. Aluminium knuppels worden meestal voorzien van een (kunst)leren 'grip', zoals je ook bij tennisrackets en hockeysticks ziet.

Een goede honkbal is gemaakt van paardenleer omdat dit niet rekt. Het gewicht van de bal ligt tussen 141,7 g (5 ounces) en 148,8 g (5 1/4 ounces).

Handschoenen werden van oudsher gemaakt van leer met een vulling van wol. De wollen vulling is bij veel handschoenen vervangen door een kunststof vulling. De leren honkbalhandschoenen variëren in afmetingen en gewicht en ook in model; het model en de afmetingen van de handschoen zijn afhankelijk van de positie en persoonlijke voorkeur van de speler in het veld. De 'normale' veldhandschoen herkent men aan de vingers. In het binnenveld worden relatief kleine handschoenen gebruikt en in het buitenveld relatief grote. De eerstehonkman mag een apart model handschoen gebruiken. De achtervanger of catcher ten slotte gebruikt ook een apart model handschoen. Dit model is steviger en speciaal gemaakt om de harde worpen van de werpers goed mee te kunnen vangen. Daarnaast heeft hij een dikke beschermende laag om de hand van de achtervanger te beschermen.

Lees ook: Wat is het verschil?

Bij elke spelersuitrusting behoort ook een voor mannelijke honkballers de toque ter bescherming van de geslachtsdelen. Op bepaalde posities of onder bepaalde omstandigheden worden aanvullende materialen gebruikt. De speler aan slag draagt een helm die ten minste één oor beschermt. Speciale slaghandschoentjes zijn niet zozeer voor veiligheid, maar voor een betere grip op het handvat van de knuppel te hebben daar deze de trillingen dempen. De achtervanger of catcher gebruikt de meeste beschermende materialen. Hij heeft dan ook de gevaarlijkste positie. Hij gebruikt beenbeschermers, die ook de knieën bedekken. Verder gebruikt hij een bodyprotector die het hele bovenlichaam bedekt behalve de armen en de gooischouder (dus wel de vangschouder) en een speciale helm met een gezichtsmasker en een klepje onderaan dat de keel beschermt. De plaatscheidsrechter gebruikt vrijwel dezelfde set beschermende materialen als de achtervanger, met als extra nog bescherming op de armen en beide schouders.

Een wedstrijd bestaat uit negen innings, elke inning bestaat uit twee speelhelften. In de ene speelhelft wordt door het thuisspelende team in het veld verdedigd en door het bezoekende team "aan slag" aangevallen, in de andere speelhelft zijn de rollen omgedraaid. er sprake is van drie gemiste slagen door de slagman; wanneer deze de toegeworpen slagbal mist, ofwel slaat en mist op een geworpen bal (wijd of slag) of bij een derde gemiste bal de achtervanger die bal reglementair heeft gevangen. Wanneer bij de derde slag de slagman de bal wel schampend raakt maar de achtervanger deze vangt is de slagman ook uit. een van de aanvallende spelers uitgebrand wordt; de bal is dan eerder 'op' het honk dan de loper. Dit geldt alleen als er sprake is van een gedwongen loop, als de loper gedwongen is een honk op te schuiven. Als de slag niet uit is rent de slagman naar de eerste van vier honken. Als hij erin slaagt, de bal over de rand van het veld te slaan kan hij in de regel alle honken doorlopen. Dit wordt een homerun genoemd en levert een punt op. Honklopers die op tussenhonken blijven tot de volgende slag krijgen in de vierde honk (thuishonk) een punt.

Een van de teams verdedigt (staat in het veld) terwijl van het aanvallende team steeds een speler aan slag is. De werper of pitcher gooit de bal vanaf de werpplaat over het vierde honk, de thuisplaat. De bal moet over de plaat gaan, tussen knie- en ellebooghoogte van de slagman (dit heet de 'slagzone'). De worp wordt beoordeeld door de (plaat) scheidsrechter, die achter de catcher en de thuisplaat staat. Is de worp niet in dit vak dan telt dat als een wijd, tenminste als de slagman niet probeert de bal te slaan. Is de worp wel in dit vak dan telt dat als een slag, ook als de slagman niet probeert te slaan. Een worp buiten het vak telt als slag als de slagman toch probeert te slaan. Heeft de werper vier keer wijd gegooid, dan mag de slagman vrij naar het eerste honk lopen. Ook als de slagman geraakt wordt door de werper op het lichaam heeft de slagman een vrije loop naar het eerste honk, de zogenaamde 'hit by pitch'. De slagman zal dus alleen (proberen te) slaan op goede worpen. De werper zal de hoogte, snelheid en het effect van zijn worp variëren om het de slagman te bemoeilijken. De partij met de meeste punten wint.

Beroemde Nederlandse Honkballers

De Nederlandse honkbalgeschiedenis kent vele getalenteerde spelers. Onder anderen zijn Bert Blijleven, Herman Beidschat, Robert Eenhoorn, Joop Geurts, Henk Keulemans, André Kraan, Roel de Mon, Win Remmerswaal, Simon Arrindell, Hudson John, Hamilton Richardson, Han Urbanus, Charles Urbanus sr., Charles Urbanus jr. en Cor Wilders. Zij hebben de Nederlandse honkbal op de kaart gezet en zijn een inspiratie voor toekomstige generaties.

tags: #van #mil #honkbal #biografie