De Jupiler Pro League, het hoogste niveau van het Belgische voetbal, staat constant in de schijnwerpers. Niet alleen vanwege de spannende wedstrijden en de felle concurrentie, maar ook door de voortdurende veranderingen in de voetbalwereld. Van de onthulling van de nieuwe kalender tot de economische en reglementaire uitdagingen waar clubs mee te maken hebben, er is altijd wel iets dat de aandacht trekt.
De Onthulling van de Kalender 2025-2026
Afgelopen vrijdag was een belangrijke dag voor de Jupiler Pro League. De kalender voor het seizoen 2025-2026 werd officieel onthuld. Dit evenement was niet alleen een kans om de speelschema's bekend te maken, maar ook een belangrijk netwerkmoment voor partners, clubvertegenwoordigers en de pers. De presentatie werd live gestreamd op YouTube en trok bijna 30.000 unieke kijkers. Tijdens de onthulling werden niet alleen de nieuwe wedstrijden gepresenteerd door Caro Houbreghts, maar was er ook een vooruitblik op het komende seizoen met Chris O’Loughlin, Pierre François, Maarten Dedobbeleer, Sven Vandenbroeck, David Verwilghen, Lorin Parys en Pierre-Yves Hendrickx. De nieuwe officiële wedstrijdbal van Decathlon Belgium voor het seizoen 2025-2026 werd eveneens voorgesteld.
Naast de kalender en de nieuwe bal was er nog een exclusieve aankondiging: de contractverlenging van Sébastien Pocognoli bij Royale Union Saint-Gilloise. De volledige kalender is beschikbaar op proleague.be en in de Pro League app.
De Economische Realiteit van het Belgische Voetbal
De financiële gezondheid van de Belgische voetbalclubs is een onderwerp van voortdurende discussie. Het oude RSZ-gunstregime, dat in het leven was geroepen om het voor clubs gemakkelijker te maken om profspelers aan te trekken, is aan herziening toe. De Belgische overheid heeft in hun begrotingsverklaring aangekondigd dat zowel spelers als clubs zwaarder belast zullen worden, een maatregel die ingrijpende gevolgen kan hebben.
In vergelijking met andere Europese landen genoten Belgische topclubs van aanzienlijke gunsten en kortingen. Dit maakte België aantrekkelijk voor buitenlandse investeerders. De uitzonderingsmaatregelen kostten de Belgische schatkist naar schatting 200 miljoen euro aan gemiste inkomsten, waarvan de Jupiler Pro League alleen al verantwoordelijk was voor 80%. Deze bedragen groeiden jaarlijks aanzienlijk.
Lees ook: Overzicht recente Jupiler Pro League
De Vlaamse politiek vond deze situatie niet langer te rechtvaardigen en pleitte voor het schrappen van de kortingen. De Waalse politiek stond hier minder achter. De recente onthullingen in het kader van Operatie Zero hebben de discussie verder aangewakkerd. Er wordt openlijk getwijfeld aan de rechtvaardiging van dergelijke steun aan een sector die moeite heeft om winst te boeken. In 2020 rapporteerden de profclubs nog een gezamenlijk verlies van 53,6 miljoen euro.
De regering mikt op een 'winst' van ongeveer 43 miljoen euro door de aanpassing van de RSZ-bijdragen en de herwerking van het systeem van bedrijfsvoorheffing voor voetbalclubs. De sterkere schouders van de profvoetballers en andere goedverdienende sporters zullen meer lasten moeten dragen dan de kleine en semiprofessionele clubs.
Minister van Sociale Zaken Frank Vandenbroucke wil een speciale 'sportbonus' invoeren, waarbij degenen die het minst verdienen de grootste korting krijgen, in tegenstelling tot de huidige situatie. Hij stelt voor dat de absolute topverdieners de volle pot betalen: 25 procent door de club en 13,07 procent door de sporter. Minister van Financiën Vincent Van Peteghem steunt dit voorstel.
De aanpassingen aan de RSZ-maatregelen zullen gefaseerd worden ingevoerd, zodat de clubs zich kunnen voorbereiden. Desondanks zal het resulteren in een daling van de gemiddelde bruto maandlonen, die momenteel rond de 430.000 euro liggen. Ook de speciale pensioenregeling, waarbij voetballers hun aanvullend pensioen al op hun 35ste konden opnemen, wordt herzien.
Er is onrust in hogere voetbalkringen over deze maatregelen. Trudo Dejonghe uitte kritiek en stelde dat de focus verkeerd ligt en de aanpassingen populistisch en ondoordacht zijn. Hij benadrukte dat ploegen die hebben geïnvesteerd in jeugdwerking het meest gestraft worden. Hein Vanhaezenbrouck wees op de moeilijkheid om jeugdspelers te behouden en de astronomische bedragen die nodig zijn om goede jeugdspelers van 14-15 jaar te houden. Vincent Kompany ziet het op lange termijn wel goedkomen, met een mogelijke stap vooruit door jeugdploegen in 1B te plaatsen.
Lees ook: Belgisch voetbalnieuws op Sporza
In een competitie waar het aantal speelminuten voor buitenlandse spelers jaarlijks stijgt, zijn een serieuze mentaliteitswijziging en investeringen in jeugdopleidingscentra nodig om Belgische talenten meer kansen te geven.
Strengere Regels en Transparantie
Operatie Zero, het grootschalige onderzoek uit 2018 naar fraude en witwaspraktijken in het Belgische voetbal, heeft geleid tot strengere regels voor voetbalclubs en makelaars. Sinds 1 juli zijn ze onderworpen aan de antiwitwaswetgeving.
De wetsaanpassing verplicht de 24 profclubs om een cel op te richten die zich bezighoudt met de toepassing van de antiwitwaswetgeving. Deze cel moet toezicht houden op de identificatie van zakenrelaties en de herkomst van hun geld. Verdachte transacties moeten worden gemeld aan de Cel voor Financiële Informatieverwerking (CFI), die het dossier kan overmaken aan het parket voor verder onderzoek.
De Pro League staat achter de wetswijziging en is voorstander van meer transparantie. De UEFA heeft 18.000 euro vrijgemaakt voor een onderzoek naar de impact van de verscherpte controle op en door clubs.
Voetbalmakelaars voelden zich comfortabel in het oude klimaat, met verhalen over louche deals en hoge vergoedingen. Het feit dat de makelaars naar het Grondwettelijk Hof trokken om de antiwitwaswet te laten vernietigen, is dan ook niet verwonderlijk. CD&V diende in januari 2021 een wetsvoorstel in om makelaarsvergoedingen te beperken tot maximaal 3% van het jaarloon van de speler.
Lees ook: Passie en Kritiek NAC Breda Ultras
Vergane Voetbalglorie en Nieuwe Kampioenen
In de voetbalgeschiedenis hebben vele teams de top bereikt, maar lang niet allemaal slaagden ze erin daar te blijven. RWDM is een voorbeeld van een club die na een periode van succes in de problemen kwam, maar recentelijk weer promoveerde naar de Jupiler Pro League.
RWDM werd afgelopen weekend kampioen van de Challenger Pro League en promoveert dus naar de Jupiler Pro League. Met hun promotie keert ook de Zwanzederby tussen de club uit Molenbeek en Union Saint-Gilloise terug op het hoogste niveau.
Hoewel RSC Anderlecht de meest succesvolle club van de stad is, benadrukken aanhangers van Union Saint-Gilloise en RWDM graag dat paars-wit het vooral van supporters van buiten de stad moet hebben.
In 1895 werd de Belgische Eerste Klasse opgericht, met zeven clubs uit de hoofdstad, Luik, Brugge en Antwerpen. Sinds 1926 kent de Belgische voetbalbond stamnummers toe aan alle aangesloten verenigingen. Royal Antwerp mocht als oudste club van het land stamnummer 1 dragen, gevolgd door vier Brusselse teams: Daring (2), Léopold FC (5), Racing Club (6) en Union (10).
Union maakte in de zomer van 1901 haar entree in de Eerste Klasse en won al snel prijzen. Tot op de dag van vandaag hoeft Union slechts twee teams, Anderlecht en Club Brugge, boven zich te dulden in de eeuwige ranglijst van Belgische landskampioenen.
Tussen 8 januari 1933 en 3 februari 1935 bleef Union 60 wedstrijden ongeslagen, wat de club de bijnaam Union 60 opleverde en resulteerde in drie titels.
Na de Tweede Wereldoorlog kon RWDM de concurrentie financieel niet bijbenen en degradeerde de club. In 2002 was de club failliet, maar de supporters bliezen de club nieuw leven in door het stamnummer van Standaard Wetteren over te nemen.
De Zwanzederby tussen RWDM en Union is vernoemd naar een toneelstuk uit 1938, Bossemans en Coppenolle. De derby is er een van vriendschap, omdat beide clubs de afgelopen jaren moeilijke tijden hebben doorgemaakt.