Binnen het pupillenvoetbal (Onder 7 tot en met Onder 12) hanteert de KNVB aangepaste wedstrijdvormen en spelregels die beter aansluiten bij de ontwikkelingsfase van jonge voetballers. Het doel is om spelplezier en ontwikkeling te bevorderen. Deze aanpak omvat verschillende aspecten, van veldgrootte en teamgrootte tot de rol van de arbitrage.
Aangepaste Wedstrijdvormen voor Pupillen
De KNVB maakt een onderscheid in verschillende teams, namelijk JO6, JO7, JO8 t/m 10, JO11 t/m 12, waarbij JO staat voor ‘Jeugd Onder’. Pupillen spelen gemengd, dus jongens en meisjes spelen samen.
Om ervoor te zorgen dat kinderen vaker aan de bal komen, meer dribbelen, schieten, samenspelen en scoren, wordt er gespeeld op kleinere velden en in kleinere teams. Het uiteindelijke doel hiervan is het vergroten van het spelplezier en de ontwikkeling van deze pupillen.
- Onder 8 tot en met Onder 10: Deze pupillen spelen 6 tegen 6 wedstrijden op een verkleind kwartveld van 42,5m x 30m.
- Onder 11 en Onder 12: Deze pupillen spelen 8 tegen 8 wedstrijden op een versmald half veld van 64m x 42,5m.
De Rol van de Arbitrage
De rol van de arbitrage is afgestemd op de leeftijdscategorie en wedstrijdvorm. Het doel is om pupillen geleidelijk te laten wennen aan een onafhankelijk persoon die de voortgang van het spel en de spelregels bewaakt. Uiteindelijk zullen ze in de 11 tegen 11 wedstrijdvorm te maken krijgen met een (verenigings)scheidsrechter.
- 6 tegen 6: Bij deze wedstrijdvorm is er een spelbegeleider aanwezig in plaats van een scheidsrechter. De spelbegeleider staat langs het veld en beweegt mee met het spel. Indien nodig kan de spelbegeleider het veld in bewegen. De spelbegeleider bewaakt de spelregels, legt deze uit en corrigeert alleen bij onduidelijkheid door middel van een fluitsignaal. De spelbegeleider geeft de spelers zoveel mogelijk de ruimte om het spel zelf te ontdekken.
- 8 tegen 8: Bij deze wedstrijdvorm is er een pupillenscheidsrechter aanwezig die de leiding heeft over het spel. Deze rol is niet veranderd ten opzichte van de voormalige arbitragerol.
De KNVB Academie heeft een speciale opleiding ontwikkeld voor spelbegeleiders/pupillenscheidsrechters. Tijdens deze opleiding leer je pupillenwedstrijden begeleiden en/of fluiten.
Lees ook: Alles wat je moet weten over de KNVB Onder 8 regels
Belangrijke Spelregels voor Pupillenvoetbal
Naast de aangepaste wedstrijdvormen zijn er ook specifieke spelregels van toepassing op pupillenvoetbal:
- Aftrap: De aftrap wordt genomen door één van de teams in het midden van het veld. Beide teams starten vanaf eigen helft. Na een doelpunt vindt er een aftrap plaats door één van de teams in het midden van het veld. Beide teams starten vanaf eigen helft.
- Terugspeelbal: Een terugspeelbal (gespeeld via een voet) mag niet door de keeper worden opgepakt. Bij een overtreding volgt een waarschuwing. Bij herhaling volgt een indirecte vrije trap op negen meter afstand van de achterlijn.
- Achterbal: De achterbal wordt vanaf de grond genomen binnen het keepersgebied door de bal te passen of te schieten.
- Hoekschop: Hoekschoppen worden vanaf de hoekpunten van het speelveld genomen door de bal in te dribbelen of te passen. Na indribbelen of inpassen, mag er direct worden gescoord door de speler die de hoekschop neemt.
- Uitbal: Bij een uitbal wordt het spel hervat door in te dribbelen.
- Overtreding / Scoringkans: Bij een overtreding wordt een vrije bal door de tegenpartij genomen. Tijdens de wedstrijd wordt een strafschop alleen gegeven bij het ontnemen van een duidelijke scoringskans (9 meter).
- Time-out: Halverwege iedere helft vindt er een time-out plaats (tijdens een neutrale spelsituatie zoals een achterbal of uitbal). De time-out duurt ongeveer twee minuten en biedt de trainer de mogelijkheid kort terug te blikken, tips mee te geven en de spelers te stimuleren.
- Rust: Na 30 minuten is er een rust.
- Keepersgebied: Het advies is om het keepersgebied te markeren op de zijlijn ter hoogte van de zijkant van de 16 meter met twee afwijkende kleur pionnen.
Informatie voor de Omgeving: Ouders en Vrijwilligers
Het is essentieel dat de omgeving van de pupillen - ouders, trainers, begeleiders - goed op de hoogte is van de spelregels en de achterliggende filosofie. Plezier in het voetbal staat voorop, zeker bij de pupillen.
Als ouder speel je een grote rol in de sportbeleving van je kind: voor, tijdens en na de wedstrijd én thuis. Je bent een rolmodel als toeschouwer, supporter en opvoeder. Een positieve houding ten opzichte van alle kinderen, vrijwilligers, scheidsrechters en tegenstanders stimuleert het plezier en de ontwikkeling van kinderen. Daarom is het belangrijk dat je op de hoogte bent van de spelregels en wedstrijdvormen waarin jouw kind actief is.
Daarnaast kun je als ouder actief zijn als vrijwilliger, bijvoorbeeld als coach, commissielid of bestuurder. Verenigingen kunnen niet bestaan zonder vrijwilligers.
Overige belangrijke informatie
Voor elk seizoen wordt bepaald in welke leeftijdsgroep de speler/speelster hoort op basis van het geboortejaar. Voetbalwedstrijden worden in principe gespeeld op zaterdag, maar incidenteel kan op een doordeweekse avond worden gespeeld, onder andere bij inhaalwedstrijden of verplaatsingen in overleg met de tegenstander. Het voetbalseizoen (competitie) loopt van september tot en met eind mei/begin juni. Dit is afhankelijk van de speeldagen-kalender, welke ieder seizoen door de KNVB wordt bepaald. In de jeugd wordt gespeeld met verschillende balmaten.
Lees ook: Gids voor Hockey 8-Tallen Speelbegeleiding
Lees ook: Hockey spelregels: Een gedetailleerde uitleg
tags: #spelregels #onder #12 #knvb