De Geschiedenis van het Spaanse Mannenvoetbal

Het Europees kampioenschap voetbal voor mannen, beter bekend als het EK voetbal, is een prestigieus toernooi exclusief voor Europese landen. Dit vierjaarlijkse evenement, afwisselend met het wereldkampioenschap voetbal, is een hoogtepunt voor zowel spelers als supporters. Spanje deelt met Duitsland het record van meest succesvolle landen, met elk drie gewonnen titels. Italië is de huidige titelhouder, na hun overwinning in 2021 (EURO 2020).

De Beginjaren en de Visie van Henri Delaunay

Het idee voor een Europees kampioenschap werd in 1927 geopperd door de Fransman Henri Delaunay, de toenmalige secretaris-generaal van de FIFA. Delaunay was een fervent voetballiefhebber die begon als speler bij l’Etoile des Deux Lacs in Parijs en later een bestuursfunctie bij de FIFA bekleedde. Hij zag een mogelijkheid om een kampioenschap te creëren specifiek voor Europese landen. Hoewel hij al in 1927 met het idee kwam om een Europees Kampioenschap te organiseren, kreeg het aanvankelijk weinig steun. De FIFA was namelijk al bezig met de organisatie van het Wereldkampioenschap, en er bestond vrees dat een EK de populariteit van het WK zou verminderen.

Delaunay overleed in 1955, maar zijn visie werd niet vergeten. In 1958, drie jaar na Delaunay's dood, besloot de UEFA tijdens een congres in Zweden dat het eerste EK in 1960 zou plaatsvinden. Zijn zoon, Pierre Delaunay, zette het werk van zijn vader voort als directeur van de UEFA en zorgde ervoor dat de trofee vernoemd werd naar Henri Delaunay als eerbetoon aan zijn pioniersrol. De Coupe Henri Delaunay is sindsdien de felbegeerde trofee waar de deelnemende landen om strijden.

De Eerste Toernooien

De eerste editie van het EK vond plaats in 1960 in Frankrijk, met slechts vier deelnemende landen: Sovjet-Unie, Joegoslavië, Tsjecho-Slowakije en gastland Frankrijk. De finale werd gespeeld tussen de Sovjet-Unie en Joegoslavië, waarbij de Sovjet-Unie met 2-1 won, mede dankzij het sterke keeperswerk van Lev Jasjin. Dit toernooi markeerde het begin van een nieuw tijdperk in het Europese voetbal.

Uitbreiding en Groei

In de beginjaren kwalificeerden zich slechts vier landen voor het eindtoernooi. In 1980 werd het aantal deelnemende landen uitgebreid naar acht, wat de concurrentie al aanzienlijk verhoogde. In 1996, toen het EK in Engeland werd gehouden, werd het aantal deelnemers verder uitgebreid naar zestien. Sinds 2016 kwalificeren maar liefst vierentwintig landen zich voor het toernooi. Deze uitbreidingen hebben het EK toegankelijker gemaakt voor meer landen en de algehele kwaliteit van het toernooi verhoogd.

Lees ook: Handbal Spanje Analyse

Spanje's Prestaties op het EK

Spanje is een van de meest succesvolle landen in de geschiedenis van het EK voetbal. Het land heeft het toernooi al vier keer gewonnen, waarmee het samen met Duitsland aan de top staat van de ranglijst. Deze overwinningen getuigen van de consistentie en het talent van het Spaanse voetbal door de jaren heen.

EK-overwinningen van Spanje:

  • 1964: Spanje won het EK in eigen land door in de finale de Sovjet-Unie te verslaan.
  • 2008: Spanje versloeg Duitsland in de finale en won het EK in Oostenrijk en Zwitserland.
  • 2012: Spanje won het EK in Polen en Oekraïne door Italië in de finale te verslaan.

Memorabele Momenten en Winnaars

Door de jaren heen zijn er verschillende memorabele momenten en verrassende winnaars geweest. Nederland behaalde zijn enige EK-titel in 1988 in West-Duitsland, onder leiding van coach Rinus Michels en met Marco van Basten als sterspeler. Na de hereniging van Duitsland in 1990 domineerde het Duitse team het EK van 1996 in Engeland. Frankrijk (2000) en Griekenland (2004) zorgden voor verrassende overwinningen in de vroege jaren 2000. Portugal behaalde zijn eerste grote titel op het EK van 2016, met Cristiano Ronaldo als aanvoerder. Italië won het EK in 1968 en voegde een tweede titel toe in 2021 na een overwinning op Engeland na strafschoppen.

Nederland en België op het EK

Nederland heeft één keer het EK gewonnen, in 1988. Daarnaast werd Nederland een keer derde in 1976, in een tijd dat er nog een troostfinale werd gespeeld. In 1992, 2000 en 2004 eindigde Nederland ook als vierde, maar er werd geen wedstrijd om de derde plaats meer gespeeld.

België behaalde de derde plaats in 1972 en de tweede plaats in 1980, wat nog steeds de beste prestatie is voor België op een EK.

De Golden Goal en Andere Regelwijzigingen

In 1996 werd de golden goal, ook wel ‘sudden death’ genoemd, ingevoerd op het EK in Engeland. Zowel tijdens dit EK als het daaropvolgende EK van 2000 werd het toernooi gewonnen door een golden goal. In 2002 schafte de UEFA de golden goal weer af. Voor het EK van 2004 werd de silver goal geïntroduceerd. Tijdens dit EK werd de silver goal alleen toegepast tijdens de halve finale tussen Griekenland en Tsjechië, waarbij Griekenland won door in de laatste minuut van de eerste verlenging te scoren. In 2006 keerde de UEFA terug naar het traditionele verlengingssysteem: twee keer een kwartier verlenging, gevolgd door strafschoppen indien nodig.

Lees ook: De opkomst van Spanje in de honkbalwereld

Mascottes en Toernooisfeer

Elk EK heeft zijn eigen unieke sfeer en mascottes die bijdragen aan de feestelijke stemming. Op 20 juni 2023 werd een teddybeer met een kleurrijk shirt gepresenteerd als mascotte voor het EK 2024.

Records en Statistieken

Cristiano Ronaldo is de topscorer aller tijden op het EK voetbal. Tijdens vijf toernooien scoorde hij in totaal veertien doelpunten. De grootste overwinning van Nederland op een EK was in 2000, toen ze Joegoslavië met 6-1 versloegen in de kwartfinale.

Het EK 2024 in Duitsland

Het EK 2024 wordt gehouden in Duitsland. De finale van het toernooi werd gespeeld op 14 juli 2024.

FC Barcelona: Een Belangrijke Speler in de Spaanse Voetbalgeschiedenis

De geschiedenis van het Spaanse voetbal is onlosmakelijk verbonden met de club FC Barcelona. Joan Gamper, zelf een voetballer die onder meer bij FC Basel speelde, besloot samen met andere liefhebbers van de sport, waaronder Britten, Zwitsers en Catalanen, een club te beginnen. De Brit Walter Wild werd de allereerste clubvoorzitter.

Gamper zelf werd aanvoerder en nam zitting in het bestuur. In 1908 nam Gamper het stokje van de voorzitter over en dat deed hij uiteindelijk vijf seizoenen (weliswaar niet achter elkaar). Hij was onder meer verantwoordelijk voor het allereerste stadion, Les Corts.

Lees ook: Oranje treft Spanje en Australië

In 1925 beschuldigde de Spaanse dictator Primo de Rivera Gamper van Catalaans nationalisme. Hij werd gevangen gezet en uit het land verbannen. Na terugkomst in Zwitserland raakte hij in een depressie en in 1930 pleegde hij uiteindelijk zelfmoord.

In de jaren veertig werd een Spaansgezinde voorzitter aangesteld en de Catalaanse vlag op het logo werd zelfs (tijdelijk) vervangen door de Spaanse. Vanaf de jaren vijftig en zestig ging het met Barça steeds beter en werd het ene na het andere succes geboekt. In 1952 won de club zelfs vijf bekers: de Spaanse landstitel, de Spaanse beker, de Copa Latina, de Copa Eva Duarte en de Copa Martini Rossi. In 1957 werd het beroemde stadion Camp Nou (letterlijk: ‘Nieuw Veld’) in gebruik genomen.

In 1960 schakelde FC Barcelona Real Madrid uit in de Europacup I, na vijf keer kampioen te zijn geworden. Helaas haalde de club de beker zelf dat jaar ook niet binnen. Rinus Michels, Johan Cruijff en Johan Neeskens streken in de jaren zeventig in Barcelona neer en vanaf dat moment ging het met de club weer opwaarts. Ook won FC Barcelona twee keer de Europacup, in 1978 en in 1982.

In 1988 keerde Cruijff terug, dit keer niet als speler, maar als trainer. Daarmee brak voor de club een van de meest succesvolle periodes aan. De Catalanen zijn Cruijff nog altijd dankbaar voor zijn prestaties. Maar liefst vier keer op rij werd FC Barcelona landskampioen (1991-1994) en als klapper werd de club Europees kampioen in 1992, door een doelpunt van Ronald Koeman. Sindsdien kunnen de Nederlanders in Barcelona weinig fout doen.

In de jaren vlak voor de eeuwwisseling herstelde de club zich echter snel en in 1996-1997 werden de Europacup II, de Copa del Rey en de Supercup gewonnen met onder meer Ronaldo op het veld. In 1997 werd Louis van Gaal coach en onder zijn leiding won FC Barcelona nogmaals twee keer Spaanse Liga, de Copa del Rey en de Europese Supercup. Joan Gaspart nam het stokje van Núñez over, maar de club kwam op dat moment al gauw in financieel zwaar weer terecht. In 2003 moest hij vertrekken.

Bij de verkiezingen kwam Joan Laporta als nieuwe voorzitter uit de bus. Deze haalde Frank Rijkaard binnen als trainer en Ronaldinho moest voor de doelpunten zorgen. In 2005 werd de club opnieuw landskampioen en werd ook de Supercup gewonnen. Ook in 2006 werd de Liga gewonnen, alsmede de Champions League.

Het debuutseizoen van Guardiola als trainer was meteen het beste jaar uit de geschiedenis van FC Barcelona. Het elftal met namen als Leo Messi, Samuel Eto’o, Andres Iniesta en Xavi, werd landskampioen en won de Copa del Rey. In het seizoen 2009-2010 werden de Spaanse Liga en de King’s Cup gewonnen en het seizoen daarop (2010-2011) de Champions League en de Spaanse competitie. In 2011-2012 ging de landstitel aan FC Barcelona voorbij, maar werd de Copa del Rey wel gewonnen. Na dit seizoen nam Guardiola afscheid. Tito Vilanova nam het over en in 2013 werd FC Barcelona opnieuw landskampioen. Dat seizoen was de Argentijn Gerardo Martino trainer en daarna volgde Luis Enrique.

In de jaren na de gloriejaren van Pep guardiola heeft de club niet bepaald stil gezeten. De jaren daarna werd het legendarische aanvalstrio MSN gevormd met natuurlijk Lionel Messi, Luis Suarez en de Braziliaan Neymar. Dit bleek uiteindelijk een groot succes. Ze wonnen in 2015 de treble onder leiding van Luis Enrique. De Champions league, Spaanse beker en La Liga werden allemaal gewonnen door de Catalaanse club wat natuurlijk een hele mooie prestatie is.

Met Ernesto Valverde als nieuwe trainer begon Barcelona aan een nieuw tijdperk. De club had hoge verwachtingen en hoopte hiermee een succesvolle periode in te gaan, maar dit bleek helaas anders uit te pakken. Na Valverde volgde opnieuw een wissel van coach: Quique Setién nam het roer over. Zijn periode duurde echter niet lang, na een 8-2 nederlaag tegen Bayern München in de halve finale van de Champions League moest de trainer vertrekken. Vervolgens werd Ronald Koeman aangesteld als trainer, maar ondertussen kampte de club met ernstige financiële problemen. Deze problemen werden zo groot dat Barça-icoon Lionel Messi in 2021 moest vertrekken. De periode van Ronald Koeman bij FC Barcelona duurde ook niet lang.

Clubicoon Xavi keerde terug naar de club en nam het stokje over van Koeman. Hoewel Xavi het team grondig veranderde, werden er in het seizoen 2021-2022 geen grote prijzen gewonnen. In het seizoen 2023-2024 ging de landstitel echter naar Real Madrid. Toch brachten de nieuwe talenten onder leiding van Xavi hoop voor een toekomstige succesperiode. In het seizoen maakte ook Lamine Yamal zijn debuut bij het eerste team. De jonge aanvaller wordt gezien als een van de grootste talenten ter wereld en wordt vaak vergeleken met Lionel Messi. Net als Messi is Lamine Yamal een speler uit de eigen jeugdopleiding, wat het verhaal extra bijzonder maakt.

Het seizoen 2024-2025 begint veelbelovend. Barcelona domineert in de competitie en behaalt grote successen in de Champions League. De club wist zelfs overtuigend te winnen van Bayern München. De 17-jarige Lamine Yamal speelt een belangrijke rol, samen met topspelers als Frenkie de Jong.

De allereerste Nederlandse speler bij FC Barcelona was Johan Cruijff, maar hij was zeker niet de laatste. De etappe met de meeste spelers van Nederlandse bodem begon in 1997, toen Louis Van Gaal trainer werd en Patrick Kluivert, Frank de Boer en Marc Overmars op het veld stonden.

De Rivaliteit tussen Nederland en Spanje

De rivaliteit tussen Nederland en Spanje in het mannenvoetbal heeft een lange geschiedenis die zich uitstrekt over meerdere decennia. Beide landen hebben een indrukwekkende staat van dienst op het wereldtoneel, met sterke teams die vaak tot de favorieten behoren bij grote toernooien.

Nederland en Spanje hebben door de jaren heen verschillende keren tegenover elkaar gestaan in zowel vriendschappelijke wedstrijden als in competities op grote toernooien zoals het Europees kampioenschap (EK) en het Wereldkampioenschap (WK). De eerste officiële ontmoeting tussen Nederland en Spanje vond plaats op 31 maart 1920 in een vriendschappelijke wedstrijd, waarbij Nederland met 3-1 verloor van Spanje.

Een van de gedenkwaardigste ontmoetingen tussen Nederland en Spanje vond plaats op 11 juli 2010, tijdens de finale van het Wereldkampioenschap in Zuid-Afrika. Deze wedstrijd was bijzonder omdat het de eerste keer was dat beide landen de finale van een WK bereikten. Spanje won de wedstrijd met 1-0 dankzij een doelpunt van Andrés Iniesta in de verlenging, wat Spanje hun eerste wereldtitel opleverde.

Op 31 maart 2014, bijna vier jaar na hun WK-finale, kwamen Nederland en Spanje opnieuw tegenover elkaar te staan in een vriendschappelijke wedstrijd. Een van de sensationeelste wedstrijden tussen Nederland en Spanje vond plaats op 13 juni 2014 tijdens de groepsfase van het Wereldkampioenschap in Brazilië. Nederland vernietigde de toen regerende wereldkampioen Spanje met een verbluffende 5-1 overwinning. Deze wedstrijd werd vooral gekenmerkt door het spectaculaire doelpunt van Robin van Persie, die met een ‘vliegende kopbal’ scoorde, en het sterke optreden van Arjen Robben.

Nederland en Spanje hebben in totaal 11 keer tegen elkaar gespeeld, waarvan Spanje zes keer won, Nederland vijf keer, en geen enkele wedstrijd in een gelijkspel eindigde (tot 2023).

De wedstrijden tussen Nederland en Spanje zijn vaak een strijd tussen verschillende voetbalfilosofieën geweest. Nederland staat bekend om zijn ‘Totaalvoetbal’, een speelstijl die in de jaren 70 populair werd door legendarische spelers zoals Johan Cruijff en trainer Rinus Michels. Spanje daarentegen staat bekend om hun ‘Tiki-taka’-stijl, die werd verfijnd door clubs zoals FC Barcelona en het nationale team tijdens hun gouden periode van 2008 tot 2012.

Spanje en het Vrouwenvoetbal

Spanje is net als Nederland een echt voetballand. Ook het vrouwenvoetbal krijgt daar steeds meer voet aan de grond. In 2023 wonnen de Spaanse vrouwen het WK. De allereerste keer dat het Spaanse elftal een wedstrijd speelde was in 1920 op de Olympische Spelen tegen Denemarken. Spanje werd in 2010 wereldkampioen tijdens het WK Voetbal. In de finale speelde het land tegen Nederland en won met 1-0.

Vanaf 2021/2022 is er een professionele Primera División voor vrouwen. De eerste vrouwenliga, de Primera División Femenina, bestaat overigens al sinds 1988. Het eerste Spaanse meidenteam werd in 1914 opgericht in Barcelona. Bij het WK in 2018 verloren de Spaanse vrouwen onder 20 de finale van Japan. De speelstijl van de Spaanse selectie wordt ook wel Tiki-Taka-voetbal genoemd. De Spaanse bondscoach Luis Aragonès wordt gezien als grondlegger van het Tiki-Taka-voetbal. Hij was onder meer trainer van het elftal tijdens de overwinning op de EK van 2008. Bij een overwinning springen de fans nogal eens in een fontein op een van de pleinen in de grote steden.

tags: #spanje #mannen #voetbal #geschiedenis