Schema Doelspel Hockey: Een Complete Gids

Hockey is een sport die zowel leuk is om te spelen als om naar te kijken. Van de basisregels tot de meer complexe tactieken, dit artikel biedt een uitgebreid overzicht van het spel. We bespreken de spelregels, straffen, technieken, en trainingsmethoden, zodat zowel beginners als ervaren spelers hun kennis kunnen verdiepen.

Basisregels en Spelverloop

Een hockeyteam bestaat uit elf spelers bij volwassenenteams. Bij jeugdteams kunnen kleinere teams voorkomen, waarbij soms afwijkende regels gelden. Alle spelers gebruiken een stick, waarmee ze de bal uitsluitend met de binnenkant mogen spelen; de andere kant wordt de bolle kant genoemd. Het dragen van een bitje en scheenbeschermers is verplicht tijdens wedstrijden.

Een doelpunt is geldig wanneer een speler van de aanvallende partij de bal binnen de cirkel (het doelgebied) raakt en de bal vervolgens volledig over de doellijn gaat.

Een reguliere hockeywedstrijd duurt 70 minuten, verdeeld over vier kwarten van 17,5 minuten. Na het eerste en derde kwart is er een korte pauze van twee minuten, terwijl de rust na het tweede kwart vijf minuten duurt. Internationale wedstrijden duren 60 minuten (4 x 15 minuten). Er is geen blessuretijd; de tijd wordt stilgezet door de scheidsrechter bij bijvoorbeeld blessures of het uitdelen van een kaart.

Strafkaarten: Groen, Geel en Rood

Tijdens hockeywedstrijden kan de scheidsrechter overtredingen bestraffen met strafkaarten:

Lees ook: Schema voor 27 teams

  • Groene kaart: Een speler moet twee minuten afkoelen buiten het veld, waardoor zijn team tijdelijk met een man minder speelt. Twee groene kaarten aan dezelfde speler staat gelijk aan een gele kaart, tenzij de speler de kaart in de functie van aanvoerder krijgt.
  • Gele kaart: Een speler moet minimaal vijf minuten, of tien minuten bij zwaardere overtredingen, het veld verlaten. Twee gele kaarten aan dezelfde speler staat gelijk aan een rode kaart, tenzij de speler de kaart in de functie van aanvoerder krijgt.
  • Rode kaart: Een speler die een ernstige overtreding maakt, moet definitief het veld verlaten. Deze kaart wordt zelden uitgedeeld.

Wisselen en Scheidsrechters

Bij hockey mag onbeperkt worden gewisseld tijdens de wedstrijd, een regel die bekend staat als "Interchange." De speler die het veld inkomt, mag pas het veld betreden als de andere speler het veld heeft verlaten. Dit gebeurt bij de middenlijn. Een wedstrijd wordt geleid door twee scheidsrechters, elk verantwoordelijk voor een helft van het veld.

Speltechnieken en Overtredingen

Er zijn verschillende manieren om de bal te spelen:

  1. Slag: Een zwaaiende beweging van de stick tegen de bal.
  2. Push: Een duwbeweging met de stick tegen de bal.
  3. Flats: Een techniek tussen een slag en een push.
  4. Scoop: Een scheppende beweging met de stick, waardoor de bal omhoog gaat.

Hoge Ballen

Elke speler mag de bal omhoog spelen met een push of scoop, zolang het geen gevaarlijk spel is. Het omhoog spelen van de bal in de richting van een tegenstander binnen vijf meter wordt als gevaarlijk beschouwd. Het opzettelijk omhoog slaan van de bal met een flats of slag in het veld is niet toegestaan. Een hoge flats mag alleen op doel worden gespeeld.

Veelvoorkomende Overtredingen

  • Shoot: De bal komt tegen de voet, het been of een ander lichaamsdeel van een speler. Afhankelijk van de locatie waar de speler de shoot maakt, volgt een strafcorner (binnen de cirkel), een strafbal (voorkomen van een doelpunt), of een vrije slag.
  • Afhouden: Het belemmeren van de tegenstander bij het spelen van de bal, bestraft met een vrije bal of strafcorner, afhankelijk van de locatie van de overtreding.

Strafcorners en Strafballen

Een strafcorner is een straf voor het verdedigende team en een grote kans om te scoren voor de aanvallende ploeg. Een strafcorner wordt toegekend bij:

  • Een onopzettelijke overtreding van een verdediger in zijn cirkel, waarbij geen doelpunt wordt voorkomen.
  • Een opzettelijke overtreding van een verdediger binnen zijn 23-metergebied, buiten de cirkel.
  • Het opzettelijk over de eigen achterlijn spelen van de bal.

De aanvallende partij speelt de bal van het strafcornerstreepje op de achterlijn. De bal moet eerst buiten de cirkel worden gebracht voordat er gescoord mag worden. Het eerste schot, indien geslagen of geflatst, mag niet hoger dan de plank in het doel eindigen. Een push mag wel hoog gemikt worden.

Lees ook: Complete Gids Toernooischema

Een strafbal lijkt op een penalty in voetbal. Vanaf de strafbalstip mag de nemer één keer op doel pushen, zonder rebound of tweede kans. Een strafbal wordt toegekend als:

  • Een verdediger een opzettelijke overtreding in zijn cirkel maakt tegen een tegenstander in balbezit.
  • Een verdediger een opzettelijke overtreding maakt, waardoor een tegenstander niet in balbezit kan komen.
  • Een verdediger een opzettelijke óf onopzettelijke overtreding in zijn cirkel maakt, waardoor hij een zeker doelpunt voorkomt.

Shoot-outs

Shoot-outs zijn één-op-één duels tussen een speler en een keeper, die worden gebruikt om een winnaar te bepalen na een gelijkspel. De aanvaller rent vanaf de 23-meterlijn richting het doel en probeert binnen acht seconden te scoren, waarbij meerdere doelpogingen zijn toegestaan zolang de bal in het spel blijft.

Training en Opleiding

De KNHB (Koninklijke Nederlandse Hockey Bond) heeft een visie waarbij het hockeyspel op een spel- en wedstrijdgerichte manier wordt aangeleerd en verbeterd. Deze visie bestaat uit:

  • Spelgericht trainen: Kinderen spelen van nature, en door spelenderwijs te hockeyen, ontwikkelen ze spelvaardigheid en plezier.
  • Motorisch leren: Spelers worden spelcompetenter door in spelsituaties zelf keuzes te maken.
  • Motivatie & Feedback: Positieve feedback stimuleert de intrinsieke motivatie.

Traditioneel wordt het hockeyspel benaderd vanuit vier aspecten: techniek, tactiek, mentaal en motorisch/fysiek. Echter, anno 2015 wordt er meer gekeken naar teamfuncties: balbezit (BB), niet-balbezit (NBB) en omschakeling (OS, vanuit balwinst (BW) en balverlies (BV)), met de elementen doel (D) en richting (R).

Spelgerichte Training

Spelgerichte trainingen bevatten elementen van balbezit, niet-balbezit, omschakeling, doel en richting. In deze trainingen worden spelers uitgedaagd om in wisselende spelsituaties beter te worden in het spel, waarbij technieken een middel zijn om spelcompetenter te worden. De KNHB promoot een spelgerichte benadering, waarbij technieken zo snel mogelijk in relatie tot het spel worden aangeboden.

Lees ook: Stappenplan 4-Team Toernooi

Schema Doelspel Hockey (SDH)

Het Schema Doelspel Hockey is een hulpmiddel om inzicht te krijgen in het complexe spel en het eenvoudig en hanteerbaar te maken. Het SDH onderscheidt verschillende fases en omvat de elementen BB, NBB, OS, doel en richting. Dit schema kan gebruikt worden bij de ontwikkeling van spel- en wedstrijdgerichte trainingen en is een hulpmiddel bij het bepalen van de context.

Trainersopleidingen

De KNHB Academie biedt diverse opleidingen aan voor trainers en coaches, van basisopleidingen tot HT2, HT3 en HT4. Daarnaast zijn er opleidingen voor technisch management (TM), zoals technisch coördinator (TM3) en technisch manager (TM4). De visie op spel & spelontwikkeling is volledig geïntegreerd in deze opleidingen.

Clubscheidsrechters en Spelregelkennis

Het is belangrijk om de spelregels te kennen om plezieriger te hockeyen en de beslissingen van de scheidsrechter te begrijpen. Veel hockeyclubs bieden cursussen aan voor clubscheidsrechters, vaak verplicht voor B-junioren en nieuwe senioren. Deze cursussen bestaan uit een e-learningprogramma van de KNHB en een bijeenkomst waarin praktijkvoorbeelden worden besproken. Na het succesvol afronden van een examen, ontvangt de deelnemer een scheidsrechterskaart.

CS+-opleiding

Voor scheidsrechters die wedstrijden van een hoger niveau willen fluiten, is er de CS+-opleiding (Clubscheidsrechter plus). Deze opleiding biedt extra mogelijkheden om de vaardigheden verder te ontwikkelen.

Creatieve Trainingen op Afstand

Tijdens periodes van beperkingen, zoals de anderhalve meter afstand maatregelen, zijn er creatieve ideeën ontstaan om de trainingen te variëren:

  • Variatie in baltechnieken: Oefeningen met veel variatie in baltechnieken om de warming-up leuk te maken.
  • Parcours op snelheid: Spelers leggen een parcours af met de bal en de tijd wordt gemeten.
  • Hockeytennis: Een variant op tennis, gespeeld met hockeysticks en bal.
  • Ezelen: Om en om slaan op het doel, waarbij je een letter krijgt als je mist.
  • Passeerbewegingen: Oefenen van drijven, passeerbewegingen en duwpush.
  • Hockeyslagbal: Een spel met twee teams, waarbij de bal wordt geflatst of geslagen.

tags: #schema #doelspel #hockey