Hockey is een teamsport waarin individuele vaardigheden bijdragen aan het succes van het team. Een van die vaardigheden is het beheersen van diverse passeerbewegingen om tegenstanders te slim af te zijn. Dit artikel duikt diep in de reverse passeerbeweging, een techniek die snelheid, coördinatie en techniek combineert.
Wat is de Reverse Passeerbeweging?
De reverse, ook wel bekend als de forehand spin, is een passeerbeweging waarbij de speler een draaiende beweging om de bal maakt. Het kan worden omschreven als het draaien van een rondje om de bal. De speler rent op de tegenstander af en draait op het laatste moment met de rug naar de tegenstander toe. Tijdens de draai blijft de stick tegen de bal, waardoor de bal goed wordt afgeschermd en de tegenstander er niet bij kan. De beweging begint bij het met de kont indraaien naar de tegenstander, en vervolgens de andere kant op weg te draaien. De verdediger is (in principe) altijd te laat omdat hij jou volgt en jij begon eerder.
Uitvoering van de Reverse
Om de reverse effectief uit te voeren, zijn er een aantal belangrijke punten om op te letten:
- Snelheid en Coördinatie: De reverse vereist een goede combinatie van snelheid en coördinatie. De speler moet in staat zijn om snel te draaien en de bal tegelijkertijd onder controle te houden.
- Techniek: De techniek is cruciaal bij de reverse. De speler moet de bal dicht bij de stick houden en de stick constant tegen de bal houden tijdens de draai.
- Afscherming: Het is belangrijk om de bal goed af te schermen van de tegenstander. Dit kan door de rug naar de tegenstander te draaien en de stick tussen de bal en de tegenstander te houden.
- Handpositie: Tijdens de reverse zijn de handen uit elkaar en bevinden ze zich voor de voeten. De linkerhand bevindt zich bovenaan de stick en de rechterhand in het midden.
Wanneer Gebruik je de Reverse?
De reverse is een effectieve passeerbeweging in verschillende situaties:
- Eén-op-één situaties: De reverse is ideaal in één-op-één situaties waarbij de speler de tegenstander wil passeren.
- Druk van de tegenstander: Als de tegenstander druk zet, kan de reverse worden gebruikt om de bal af te schermen en ruimte te creëren.
- Snelheid behouden: De reverse stelt de speler in staat om de snelheid te behouden tijdens het passeren van de tegenstander.
Andere Passeerbewegingen
Naast de reverse zijn er nog andere passeerbewegingen die een hockeyspeler kan gebruiken om een tegenstander te passeren:
Lees ook: Een diepgaande blik op de historische prestaties van het Duitse Dames Hockeyteam.
- Dummy: Bij de dummy laat de speler de bal voor zich liggen en doet alsof hij naar links gaat. Vervolgens beweegt hij de stick over de bal (als een soort halve cirkel) en neemt de bal uiteindelijk naar rechts mee over de backhand van de tegenstander.
- Haringtruc: Bij de haringtruc speelt de speler de bal langs de ene kant van de tegenstander en rent zelf langs de andere kant. Dit is vooral effectief als er veel ruimte is.
- Trappetje: Het trappetje lijkt op de dummy, maar hier houdt de speler constant de bal aan de stick. De speler dreigt naar links door de bal die kant op te brengen, waarna de tegenstander zal reageren en mee zal stappen. Vervolgens gaat de speler met de backhand verder en stapt met bal en al langs de forehand van de tegenstander.
- Lift: De lift is een passeerbeweging waarbij de speler de bal over de stick van de tegenstander lift. Dit vereist een goede timing en techniek.
- V-tje: Bij het V-tje neemt de speler de bal met de forehand mee naar rechts, terwijl hij met de linkervoet uitstapt. Het verschil met de dummy is dat het V-tje van voor naar achteren wordt uitgevoerd.
Het Hockeykompas: Een Visuele Gids voor Techniek
Om spelers te helpen vrij rondom hun lichaam te hockeyen, is het hockeykompas ontwikkeld. Dit kompas is een visuele weergave waarin alle technieken geplaatst kunnen worden, waardoor spelers een beter begrip krijgen van de verschillende speelrichtingen en de bijbehorende technieken.
Stel je voor dat een speler met zijn gezicht naar het noorden staat. Het hockeykompas verdeelt de ruimte rondom de speler in verschillende richtingen, zoals noord, noordoost, oost, zuidoost, zuid, zuidwest, west en noordwest. Binnen dit kompas kunnen specifieke technieken worden geplaatst, afhankelijk van de richting waarin de bal gespeeld moet worden. Er zijn ook blauwe en rode lijnen om het kompas geplaatst. Deze lijnen geven de gebruikelijke afstand aan die de bal kan overbruggen met een bepaalde techniek.
Het hockeykompas maakt gebruik van een kleurcodering om de moeilijkheidsgraad van elke techniek aan te geven. Groen staat voor de eenvoudigste technieken, geel voor de gemiddelde en rood voor de moeilijkste. Deze visuele representatie helpt spelers en trainers om snel te bepalen welke techniek in een bepaalde situatie het meest geschikt is.
De Basisgreep: Het Fundament van Goede Techniek
De basisgreep is cruciaal voor het ontwikkelen van een goede hockeytechniek. Het stelt spelers in staat om zowel de backhand als de forehand effectief te gebruiken.
Bij de basisgreep plaatst de speler de linkerhand bovenaan de stick, met alle vingers om de stick en tegenover de bolle kant. De rechterhand houdt de stick losjes vast in een "shake hands"-greep, ongeveer in het midden van de stick. De linkerhand fungeert als de draaihand, terwijl de rechterhand de stuurhand is. Deze greep maakt een snelle linkerpols mogelijk, waardoor de speler snel kan reageren op veranderende situaties op het veld en direct kan schakelen tussen forehand en backhand.
Lees ook: De evolutie van hockey: een gedetailleerde analyse
Vooral in de beginjaren is het belangrijk om de basisgreep continu te corrigeren. Dit vereist veel kennis en aandacht van de trainers. Zelfs als spelers "spelend leren", moet er aandacht zijn voor de greep, vooral als een speler een fout dreigt in te slijpen. Een verkeerde linkerhandgreep kan ertoe leiden dat spelers de linkerhand gaan overpakken wanneer de stick wordt gedraaid.
Naast de basisgreep zijn er andere belangrijke grepen, zoals de dubbele V-greep en de verkorte greep. Het is essentieel dat trainers goed letten op de correcte overgang van de basisgreep naar de dubbele V-greep. Oefeningen waarbij spelers moeten wisselen tussen verschillende technieken helpen hen om de verschillende grepen te beheersen.
- Dubbele V-greep: Een correcte dubbele V-greep zorgt ervoor dat de stick in de top van de achterzwaai gesloten is. De linkerhand is goed naar de V-greep gedraaid, waardoor de punt van de stick in de passrichting wijst.
- Verkorte greep: Bij de verkorte greep zijn de handen dichter bij elkaar geplaatst.
Drijven en Balcontrole
Bij het drijven is het belangrijk dat je de bal dicht bij je stick houdt, zodat je zowel je tegenstander als de bal in de gaten kunt houden. Je houdt je stick ongeveer in het midden vast en je lichaamsgewicht rust voor een groot deel op je linkervoet.
De Push: Een Veelzijdige Techniek
De push is een van de meest gebruikte passtechnieken in hockey. Het is een snelle beweging die geschikt is voor zowel korte als lange afstanden.
Tijdens het pushen duw je de bal als het ware weg. Je houdt je linkerhand bovenaan de hockeystick en je rechterhand onderaan de grip. Je zet de hockeystick met de platte kant van de krul tegen de bal aan. Om te pushen, duw je de bal weg en wijs je met je stick na in de richting waar de bal heen moet.
Lees ook: Een overzicht van de carrière van Chloe Hockey en haar bijdrage aan het Nederlandse hockey.
Pushen is essentieel voor passen tijdens de wedstrijd, omdat je al rennend de bal snel kunt passen. Het is ook belangrijk voor de algehele balcontrole van de speler.
- Scoop: De scoop is een pass waarbij de bal over de spelers wordt gespeeld, en is een soort push.
- Sleeppush: De sleeppush is een afrondtechniek die vooral wordt gebruikt tijdens strafcorners. Bij een strafcorner mag de eerste bal op doel alleen hoog gepusht worden, waardoor veel spelers de sleeppush gebruiken.
Trainingsmethoden en Technische Ontwikkeling
Om hockeyers goed op te leiden, is het cruciaal dat trainers over voldoende technische en tactische kennis beschikken. Het is belangrijk om de juiste volgorde aan te houden bij de hockeyopleiding: eerst techniek, dan tactiek, fysieke en mentale conditie.
Tussen de 7 en 12 jaar moet de focus liggen op het aanleren van basistechnieken. In deze periode wordt vaak de fout gemaakt dat er te veel wordt gecoacht en er te veel nadruk ligt op de tactische ontwikkeling van spelers in plaats van op de technische ontwikkeling. Om een speler tactisch te ontwikkelen, heeft hij techniek nodig. Tactiek komt later.
Trainers moeten kennis hebben van de greep (grip), het raakpunt, de lichaamshouding en de voetenstand. Hockey begint bij de basisgreep, en elke basisvaardigheid (drijven, aannemen, gebruik van de backhand) begint vanuit deze greep.
tags: #reverse #hockey #passeerbeweging #uitleg