Frans de Munck: De Zwarte Panter tussen de palen en daarbuiten

Frans de Munck, geboren op 22 augustus 1922 en overleden in 2010, was ongetwijfeld een van de meest kleurrijke en iconische Nederlandse doelmannen aller tijden. Zijn bijnaam, "De Zwarte Panter", dankte hij aan zijn donkere haren, zijn kenmerkende zwarte keepersoutfit en zijn katachtige reflexen. De Munck was niet alleen een begenadigd keeper, maar ook een markante persoonlijkheid die zowel bewondering als controverse opriep.

Vroege jaren en doorbraak

De in Goes geboren De Munck groeide op in een gezin met een vader die werkte als stoker bij het gasbedrijf en een moeder die weduwe was met twee kinderen uit een eerder huwelijk. Al op jonge leeftijd toonde hij aanleg voor diverse sporten, waaronder wielrennen, atletiek, korfbal en handbal. In atletiek behaalde hij zelfs de titel van Zeeuws kampioen speerwerpen. Toch was het voetbal dat zijn hart veroverde.

Als kind bezocht De Munck regelmatig de trainingen van v.v. Goes, waar hij voor de trainingen alvast in het doel ging staan om de spelers op hem te laten schieten. Vanwege een knieblessure kon hij zijn droom om midvoor te worden niet realiseren, maar dit bleek achteraf een gelukkige wending. Hij ontwikkelde zich tot een uitstekende doelman en maakte in 1937 zijn debuut in het eerste elftal van Goes.

Tijdens de oorlogsjaren kreeg De Munck via een Duitse officier de mogelijkheid om bij Turu Düsseldorf te gaan spelen. Hij weigerde echter, waarna hij in een Duitse wapenfabriek moest werken. Een aanbod van Sittardse Boys bood hem een ontsnappingsmogelijkheid. Na een promotiewedstrijd tegen Goes was hij namelijk zo opgevallen dat hij in 1944 een contract kreeg aangeboden. Een sponsor van Sittardse Boys voorkwam dat hij als dwangarbeider in Duitsland te werk zou worden gesteld. In Sittard werd een Ausweiss voor hem geregeld en na de oorlog kreeg hij een baan bij de politie.

Internationale roem en controverses

Aanvankelijk speelde Frans de Munck voor het zogenaamde bondselftal (Nederland B). Op 23 april 1949 debuteerde hij in de Kuip voor Oranje, thuis tegen Frankrijk (uitslag 4-1). Na een volgende interland, uit tegen Denemarken, werd hij lange tijd niet opgeroepen, omdat hij (samen met Georg Kessler) bij Sittardse Boys geld zou hebben aangenomen. Pas vanaf 1954 zou hij weer worden opgeroepen voor Oranje.

Lees ook: Spelenderwijs Pietenvaardigheden

Na een toernooi met Sittardse Boys in Barcelona (1947) kreeg De Munck een aanbieding van deze club. Omdat hij in beeld wilde blijven voor Oranje ging deze transfer niet door. Ook een overgang naar Ajax mislukte, omdat de KNVB vanwege zijn aangenomen betalingen niet meewerkte. Hij moest tot het seizoen 1950/1951 bij Sittardse Boys blijven.

Bij de Duitse profclub 1. FC Köln, getraind door Hennes Weisweiler, verdiende hij 1.500 Mark per maand en ontving hij 30.000 Mark aan tekengeld. De charismatische en goed uitziende De Munck werd erg populair in Duitsland. Vanwege zijn volledig zwarte outfit werd hij door de Keulse supporters ook wel ‘Der schwarze Panther’ genoemd. Mede door zijn populariteit speelde Frans de Munck ook nog mee in de Duitse speelfilm ‘Das ideale Brautpaar’.

Zijn populariteit reikte verder dan het voetbalveld. De Munck schitterde in de Duitse speelfilm "Das ideale Brautpaar", waarin hij de rol van een beroemde keeper vertolkte.

Door de zogenaamde Watersnoodwedstrijd in 1953, een wedstrijd tussen Nederlanders die bij een buitenlandse profclub speelden en Frankrijk, kreeg De Munck weer bekendheid in Nederland. Hij behoorde in de in Parijs gespeelde wedstrijd tot de uitblinkers.

In 1954 startte de zogenaamde wilde profcompetitie, een betaalde competitie georganiseerd buiten de KNVB om. Frans de Munck tekende hierop een contract bij een van de deelnemers van deze competitie, Fortuna ’54 uit Geleen.

Lees ook: Zwarte Duivels: Van begin tot nu

De Munck stond bekend om zijn eigenzinnige karakter en zijn weigering om zich aan te passen aan de groepsnormen. Legendarisch zijn de verhalen dat De Munck, voor verre uitwedstrijden ijskoud in een eersteklasse coupé plaats nam, terwijl de rest van de ploeg op sjofele bankjes in de derde klasse de lange reis volbracht. Al kaartend en kletsend. De bezeten De Munck wenste zich echter te concentreren op de topper die komen ging. Dit gedrag maakte hem niet geliefd bij al zijn medespelers.

Kampioenschap met DOS en latere carrière

In 1957 stapte Frans de Munck over naar het Utrechtse DOS. Met deze club werd hij in 1958 meteen kampioen van Nederland. Hij bleef tot 1961 bij de club, waarna hij - inmiddels 39 jaar oud - ging spelen voor eerstedivisieclub Veendam. Na zijn periode in Veendam, tot 1963, speelde De Munck nog voor Cambuur uit Leeuwarden en Vitesse uit Arnhem.

Frans de Munck maakte het verschil, want zonder hem speelde DOS nooit een rol van betekenis. In dat kampioensjaar schreef hij geschiedenis door de Amerikaanse filmster Jayne Mansfield - zij verrichtte de aftrap bij Sparta-DOS - voor de wedstrijd op de mond te zoenen, terwijl zijn medespelers nerveus toekeken.

Trainerscarrière en laatste jaren

De trainerscarrière van Frans de Munck kwam moeizaam op gang. Dat had te maken met de KNVB, die van mening was dat De Munck niet over de juiste papieren beschikte. De Goesenaar had een opleiding aan de Sporthochschule in Keulen gevolgd.

Frans de Munck begon zijn trainerscarrière in 1966 bij Vitesse op het moment dat hij zelf nog actief was als speler. Hij volgde tussentijds Joseph Gruber op, die was ontslagen. Na zijn trainerschap in Arnhem werd De Munck trainer in België. Eerst bij Club Brugge, waarmee hij in 1970 de beker won, daarna bij Lierse SK. In 1972 keerde hij als trainer terug naar Vitesse. Daar bleef hij tot 1974. Na zijn tweede periode bij Vitesse trainde Frans de Munck ook nog de amateurclubs Minerva (Utrecht) en Arnhemse Boys.

Lees ook: Essentiële keepersuitrusting

Ook als trainer bleef De Munck een markante figuur. Hij was twee keer in dienst bij Vitesse, trainde in België Club Brugge en Lierse SK, maar hij moest al snel genoegen nemen met de amateurclubs Minerva uit Utrecht en Arnhemse Boys, terwijl hij zijn trainerscarrière afsloot als jeugdtrainer bij FC Dordrecht.

In zijn latere jaren leidde De Munck een teruggetrokken bestaan in Arnhem. ‘Nadat hij met pensioen was gegaan, praatten we nog regelmatig wat bij in de coffeeshop van Hotel Haarhuis in Arnhem. Daar zat hij graag met koffieleutende huisvrouwen van middelbare leeftijd te flirten. Hij hield altijd die unieke uitstraling van een overjarige playboy. Frans de Munck reed dan voor in een stokoude Ford Mustang, maar die auto paste wel perfect bij hem. Het zat hem niet lekker dat hij van een minimumloon moest leven in een sobere Arnhemse volkswijk, omdat hij nooit het grote geld verdiende. Frans de Munck was op zijn oude dag geen gelukkig en zeker geen vrolijk mens. Hij mopperde er lustig op los, maar zodra hij over zijn verleden mocht vertellen, fleurde hij weer wat op.

De nalatenschap van een legende

Frans de Munck was meer dan alleen een goede keeper. Hij was een icoon, een persoonlijkheid die de voetbalwereld kleur gaf. Zijn flamboyante stijl, zijn onverschrokkenheid en zijn weigering om zich aan te passen, maakten hem tot een unieke verschijning. Hoewel hij soms omstreden was, blijft hij in de herinnering voortleven als een van de grootste Nederlandse doelmannen aller tijden.

Zijn carrière werd gekenmerkt door successen en tegenslagen, maar zijn naam zal altijd verbonden blijven aan de gloriejaren van het Nederlandse voetbal. Frans de Munck, de Zwarte Panter, was een legende in zijn eigen tijd en is dat tot op de dag van vandaag gebleven.

tags: #pictures #zwarte #panter #keeper