Inleiding
Binnen de gemeente Heerlen bevinden zich diverse bestemmingsplannen die ouder zijn dan 10 jaar en daarom geactualiseerd moeten worden volgens de Wet ruimtelijke ordening. Voor deze actualisatie wordt een gebiedsindeling gehanteerd, waarbij één nieuw bestemmingsplan meerdere oudere plannen kan vervangen. Het bestemmingsplan Heerlerheide Noord is zo'n actualisatie, met het karakter van een beheerplan. Dit artikel geeft een overzicht van de belangrijkste aspecten van dit bestemmingsplan.
Karakter van het Bestemmingsplan
Het bestemmingsplan Heerlerheide Noord is primair een beheerplan. Dit betekent dat het geen nieuwe ontwikkelingen mogelijk maakt, maar zich richt op het overnemen van geldende bestaande rechten in het nieuwe plan. De wijze van bestemmen is afgestemd op actueel vastgesteld beleid en geldende wetgeving, met als doel een goede ruimtelijke ordening.
Doel en Geldigheidsduur
Het doel van dit bestemmingsplan is het vormen van een actueel juridisch-planologisch kader voor het plangebied. Het bestemmingsplan zal naar verwachting minimaal 10 jaar geldig zijn.
Ligging van het Plangebied
Het plangebied van bestemmingsplan Heerlerheide Noord bevindt zich in het noordelijk deel van Heerlen, grenzend aan de gemeente Brunssum. De plangrens loopt vanaf de Akerstraat-Noord via de gemeentegrens in oostelijke richting, buigt af in zuidelijke richting over de Heerenweg, en vervolgt via de Unolaan. De zuidelijke plangrens loopt langs begraafplaats Heerlerheide, de achterste perceelsgrenzen van de K.S.G. straat en de Navolaan tot aan de Europalaan/KSG straat. De grens loopt trapsgewijs via de Europalaan, Willem Barentsz weg, John Franklinstraat en het verlengde hiervan via de noordelijke perceelsgrens van de aaneengebouwde woningen aan de Colombusstraat, een gedeelte van de Houtmanstraat, de achter perceel grens van de Bartholmeo Diazstraat, de Marco Polostraat, Terweijerweg, Oranjeboomstraat.
Relatie tot Andere Plannen
Aan de Laurierstraat wordt een kind- en buurtcentrum gerealiseerd, waarvoor een apart bestemmingsplan is opgesteld: bestemmingsplan Kind- en buurtcentrum Passart. Binnen het plangebied Heerlerheide Noord gelden verschillende bestemmingsplannen, vrijstellingen, ontheffingen en afwijkingen die in de actualisatie worden meegenomen.
Lees ook: Meer over Eredivisie Beachvolleybal
Juridische Onderdelen: Regels en Verbeelding
De regels en de verbeelding (plankaart) vormen de juridisch bindende onderdelen van het bestemmingsplan. De toelichting geeft een nadere uitleg van de gemaakte beleidskeuzen en invulling van het bestemmingsplan. Elk bestemmingsplan heeft een uniek identificatienummer.
Opzet van de Toelichting
De toelichting beschrijft de opzet van het bestemmingsplan, het doel, het relevante beleid, een beschrijving van het plangebied, de relevante omgevingsaspecten en de uitvoerbaarheid. Ook staat er een uitleg van de regels in. Ten behoeve van een goede ruimtelijke ordening worden aan de gronden bestemmingen toegewezen met bijbehorende doeleinden of functies, waaraan regels zijn gekoppeld. De regels maken duidelijk waarvoor de gronden gebruikt mogen worden en wat op de gronden gebouwd mag worden. Aan gronden kan ook een dubbelbestemming toegekend worden voor het beschermen van bepaalde waarden.
Standaardisering: SVBP
Om de regels van bestemmingsplannen in heel Nederland te kunnen vergelijken, is een standaard opzet voorgeschreven: de SVBP (Standaard Verbeelding Bestemmingsplannen). Deze standaard wordt ook in dit bestemmingsplan gevolgd.
De Verbeelding: Digitaal en Analoog
De verbeelding (de plankaart) geeft een grafische weergave van het plangebied. In de verbeelding zijn de plangrens, bestemmingen en aanduidingen weergegeven. Het bestemmingsplan onderscheidt een digitale en een analoge verbeelding. De digitale verbeelding is een interactieve raadpleegomgeving via het internet (www.ruimtelijkeplannen.nl) die de gehele inhoud van het bestemmingplan (grafische weergave, regels en toelichting) toont. Door een muisklik op de kaart te geven verschijnen de bijbehorende regels voor die locatie in beeld. De analoge verbeelding bestaat uit 7 bladen en heeft een schaal van 1: 1.000. Voor de verbeelding op papier wordt gebruik gemaakt van topografische en kadastrale ondergronden. Deze ondergronden zijn niet altijd actueel en tonen niet altijd alle bebouwing. De gemeente heeft daar geen invloed op. De ondergronden maken geel deel uit van het bestemmingsplan.
Structuur van de Toelichting
De toelichting is als volgt opgebouwd:
Lees ook: Overzicht Subsidies Gemeente Terneuzen
- Hoofdstuk 2: Planologische beleidskaders (rijksbeleid, provinciaal, regionaal en gemeentelijk beleid).
- Hoofdstuk 3: Beschrijving van het plangebied.
- Hoofdstuk 4: Omgevingsaspecten.
- Hoofdstuk 5: Juridische opzet van het bestemmingsplan.
Beleidskaders
In dit hoofdstuk wordt het beleidskader voor het rijksbeleid, het provinciaal en regionaal beleid en het gemeentelijk beleid, van toepassing voor het bestemmingsplan Heerlerheide Noord, toegelicht.
Rijksbeleid: Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR)
De Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR) vormt de overkoepelende rijksstructuurvisie voor de ruimtelijke ontwikkeling van Nederland tot 2028, met een doorkijk naar 2040. Het Rijk streeft naar een concurrerend, bereikbaar, leefbaar en veilig Nederland, door middel van een krachtige aanpak die ruimte geeft aan regionaal maatwerk, de gebruiker voorop zet, investeringen prioriteert en ruimtelijke ontwikkelingen en infrastructuur met elkaar verbindt. Het rijksbeleid richt zich op het versterken van de internationale positie van Nederland en het behartigen van de nationale belangen, en het waarborgen van een leefbare en veilige omgeving waarin natuurlijke en cultuurhistorische waarden behouden zijn.
Er zijn 13 onderwerpen van nationaal belang benoemd, waaronder het borgen van ruimte voor de hoofdnetwerken, het verbeteren van de milieukwaliteit, ruimte voor waterveiligheid, een duurzame zoetwatervoorziening en klimaatbestendige stedelijke ontwikkeling, ruimte voor behoud van unieke cultuurhistorische en natuurlijke kwaliteiten, ruimte voor een nationaal netwerk voor natuur en ruimte voor militaire terreinen en activiteiten. Het beleid met betrekking tot verstedelijking, groene ruimte en landschap laat het Rijk over aan provincies en gemeenten. Voor Parkstad Limburg geeft het Rijk in de SVIR wel aan dat het aanpakken van de krimpopgave noodzakelijk is om leegstand en verpaupering te voorkomen.
Ladder voor Duurzame Verstedelijking
In de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte is de 'Ladder voor duurzame verstedelijking' geïntroduceerd. Deze ladder is ingericht voor een zorgvuldige afweging en transparante besluitvorming bij nieuwe stedelijke ontwikkelingen, zodat de ruimte in stedelijke gebieden optimaal wordt benut. Conform het bepaalde in artikel 3.1.6, lid 2 van het Besluit ruimtelijke ordening moet bij ruimtelijke ontwikkelingen sprake zijn van zorgvuldig ruimtegebruik en dient overprogrammering te worden voorkomen.
In juli 2017 is het Bro gewijzigd, waarbij de afzonderlijke treden zijn losgelaten. De eerste en de tweede trede zijn samengevoegd en de derde trede is vervallen. De uitgebreide motivering is beperkt tot "nieuwe stedelijke ontwikkelingen' buiten het bestaand stedelijk gebied. Tevens is het begrip 'actuele regionale behoefte' vervangen door het begrip 'behoefte' en wordt een nieuw onderdeel toegevoegd waarmee het mogelijk wordt een dubbele Laddertoets bij flexibele planvorming te voorkomen. Uiteindelijk zal de gewijzigde Ladder via het invoeringsbesluit van de Omgevingswet worden ingevoegd in het Besluit kwaliteit leefomgeving.
Lees ook: De rijke historie van SV Heerlen Handbal
De Ladder-onderbouwing is verplicht voor 'nieuwe stedelijke ontwikkelingen'. Hieronder wordt de ruimtelijke ontwikkeling van een bedrijventerrein, zeehaventerrein, kantoren, detailhandel, woningbouwlocaties of andere stedelijke voorzieningen verstaan. Deze laatste categorie is in de handreiking bij de ladder voor duurzame verstedelijking (ministerie van Infrastructuur en Milieu) nader gespecificeerd in accommodaties voor onderwijs, zorg, cultuur, bestuur en indoor sport en leisure.
In de definitie voor stedelijke ontwikkeling (artikel 1.1.1 lid 1 sub i van het Bro) is geen ondergrens opgenomen. Hieruit zou men kunnen concluderen dat iedere stedelijke ontwikkeling, hoe kleinschalig dan ook, valt binnen het toepassingsbereik van de Ladder. Echter, blijkt uit vaste jurisprudentie van de Afdeling dat er wel sprake kan zijn van een voorziene ontwikkeling die te kleinschalig is om als nieuwe stedelijke ontwikkeling te kunnen worden aangemerkt. In de literatuur wordt er bij voorziene ontwikkelingen met betrekking tot woningbouw zelfs gesproken over een daadwerkelijke ondergrens. Volgens vaste jurisprudentie zijn elf woningen (welke op één dezelfde locatie worden gerealiseerd) het maximale aantal woningen wat door de Afdeling als te kleinschalig wordt geacht om als een stedelijke ontwikkeling te kunnen worden gekwalificeerd.
Bestemmingsplan Heerlerheide Noord betreft een actualisatie van de bestaande planologische situatie en maakt geen nieuwe stedelijke ontwikkelingen mogelijk.
Besluit Algemene Regels Ruimtelijke Ordening (Barro)
Ter bescherming van de nationale belangen is door het Rijk het "Besluit algemene regels ruimtelijke ordening" (Barro) opgesteld. De regels van het Barro moeten in acht worden genomen bij het opstellen van provinciale ruimtelijke verordeningen en bestemmingsplannen. Er is één nationaal belang dat betrekking heeft op het plangebied, namelijk de ecologische hoofdstructuur.
Ecologische Hoofdstructuur (EHS)
In het plangebied treffen we drie locaties aan die zijn aangeduid als ecologische hoofdstructuur. Het betreft het Heidserpark gelegen ten noorden van de Uterweg, park Carisborg gelegen ten zuiden van de Passartweg en het natuurgebied grenzend aan bedrijventerrein de Weggebekker. Bij provinciale verordening worden regels gesteld aan een bestemmingsplan dat betrekking heeft op een gebied behorend tot de ecologische hoofdstructuur en aan een omgevingsvergunning waarbij met toepassing van artikel 2.12 eerste lid, onderdeel a, onder 3º, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, van het bestemmingsplan wordt afgeweken. Deze regels bewerkstelligen dat in het bestemmingsplan geen activiteiten worden mogelijk gemaakt -ten opzichte van het ten tijde van inwerkingtreding van de verordening geldende bestemmingsplan- die per saldo leiden tot een significante aantasting van de wezenlijke kenmerken en waarden, of tot een significante vermindering van de oppervlakte van die gebieden of van de samenhang tussen die gebieden.
De betreffende gronden die als ecologische hoofdstructuur aangeduid zijn, worden in het toekomstige bestemmingsplan Heerlerheide Noord bestemd als 'Natuur'. Er worden geen nieuwe ontwikkelingen toegestaan. De aanwezige waarden en kwaliteiten worden op deze manier gewaarborgd.
Provinciaal Beleid: Omgevingsverordening Limburg 2014
De Omgevingsverordening Limburg 2014 bevat de regels die nodig zijn om het omgevingsbeleid van POL 2014 juridische binding te geven. Specifiek voor de doorwerking van het ruimtelijk beleid is in de verordening een hoofdstuk Ruimte opgenomen. Dit hoofdstuk bevat uitsluitend instructiebepalingen die zijn gericht tot gemeentebesturen. Zij moeten deze regels in acht nemen bij het vaststellen van bestemmingsplannen, beheersverordeningen en bij het verlenen van omgevingsvergunningen. In het hoofdstuk Ruimte zijn voor een beperkt aantal onderdelen van het POL-beleid regels opgenomen. Daarnaast zijn regelingen opgenomen die naar de mening van het Rijk door de Provincies nader moeten, dan wel kunnen worden uitgewerkt in een provinciale ruimteverordening. In de verordening is onder andere bepaald dat nieuwe stedelijke ontwikkelingen in beginsel een plaats moeten krijgen binnen het bestaande stedelijk gebied (overeenkomstig de Ladder voor duurzame verstedelijking). Verder bevat de Omgevingsverordening de bepaling dat een ruimtelijk plan voor een gebied gelegen in de regio Zuid-Limburg niet voorziet in de toevoeging van nieuwe woningen aan de bestaande planvoorraad (ofwel de woningen die zijn opgenomen in de voor 5 juli 2013 vastgestelde ruimtelijke plannen en die nog niet zijn gerealiseerd).
Regionale Structuurvisies
Een belangrijk onderdeel van het POL, zoals dat in december 2014 is vastgesteld, betreft de opgave voor de drie regio's Noord, Midden en Zuid-Limburg om voor die thema's waarvoor dynamisch voorraadbeheer aan de orde is, regionale structuurvisies op te stellen en daarover ook op regionaal niveau bestuursafspraken te maken. Om de naleving van de nieuwe regionale afspraken ook juridisch te borgen is op 11 november 2016 door Provinciale Staten de Wijzigingsverordening Omgevingsverordening Limburg 2014 geamendeerd vastgesteld. Hierdoor wordt invulling gegeven aan de bestuursafspraken met betrekking tot de regionale uitwerking POL 2014 door middel van zogenoemde voorzorgsbepalingen. Concreet komt het er op neer, dat gemeenten geen nieuwe woningen meer mogen toevoegen aan de voorraad, tenzij de raad van de desbetreffende gemeente de "Structuurvisie Wonen Zuid-Limburg" heeft vastgesteld waarin is geregeld dat er een regionale programmering dient te zijn, waarin afspraken zijn gemaakt over compenserende maatregelen in geval van nieuwe toevoegingen aan de woningvoorraad.
Provinciaal Omgevingsplan Limburg (POL) 2014
Op 12 december 2014 hebben Provinciale Staten het Provinciaal Omgevingsplan Limburg (POL) 2014, de Omgevingsverordening Limburg 2014 en het Provinciaal Verkeers- en Vervoersprogramma 2014 vastgesteld. In het POL staan de fysieke kanten van het leef- en vestigingsklimaat centraal. Verder staat in het POL kwaliteit centraal. Dat komt tot uiting in het koesteren van de gevarieerd-heid van Limburg onder het motto 'meer stad, meer land', het bieden van ruimte voor verweving van functies, in kwaliteitsbewustzijn, en in dynamisch voorraadbeheer dat moet resulteren in een nieuwe vorm van groeien. De aantrekkelijkheid van Zuid-Limburg wordt in sterke mate bepaald door de aanwezigheid van relatief op korte afstand van elkaar gelegen, dichtbevolkte stedelijke gebieden (vergelijkbaar met de dichtheid in de Randstad) en het daartussen gelegen unieke Nationaal Landschap Zuid-Limburg. Dit heuvellandschap geeft samen met de historische binnenstad van Maastricht een bijzondere kwaliteit aan deze regio. In Zuid-Limburg wonen ruim 600.000 mensen, meer dan de helft van alle inwoners in Limburg. Tegelijkertijd is Zuid-Limburg in economisch opzicht te typeren als een 'tussenregio', tussen de metropoolregio's Randstad, Vlaamse Ruit en Ruhrgebied. Er zijn relatief weinig…
tags: #parkstad #heerlen #honkbal #geschiedenis