Oranje Voetbal op de Olympische Spelen: Een Geschiedenis van Hoogte- en Dieptepunten

Het Nederlands voetbalelftal, ook wel bekend als Oranje, heeft een rijke en gevarieerde geschiedenis op de Olympische Spelen. Hoewel het team door de jaren heen successen heeft gekend in andere internationale competities, zoals het EK en het WK, is de Olympische geschiedenis van Oranje er een van wisselend succes.

De Olympische Spelen van 1928 in Amsterdam

Amsterdam werd de toewijzing van de Spelen van 1928 toebedeeld dankzij de vriendschap tussen IOC-voorzitter Pierre de Coubertin en het Nederlandse IOC-lid Van Tuyll van Serooskerken. Echter, niet iedereen in Nederland was hier blij mee. Van christelijke zijde waren er grote bezwaren, uit angst voor 'zondagsontheiliging' en 'toeneming der onzedelijkheid'. Ondanks de tegenstand werd er een olympisch stadion gebouwd met plaats voor 31.500 toeschouwers, evenals gebouwen voor schermen en krachtsporten en een zwemstadion.

Primeurs in Amsterdam

Amsterdam had talloze olympische primeurs. Tijdens de opening werd voor het eerst het olympisch vuur ontstoken op de marathontoren bij het stadion, door een eenvoudige beambte van het gemeentelijk gasbedrijf. Ook opende Griekenland voor het eerst de landendéfile bij de openingsceremonie. In Amsterdam werd de afstand van de marathonloop definitief vastgesteld op 42 km en 195 m. Koningin Wilhelmina was ontstemd en liet zich niet zien bij de opening van de Spelen.

Het Voetbaltoernooi van 1928

Aan de opening van de Spelen gingen hockey en voetbal vooraf. In het voetbaltoernooi trof Oranje meteen olympisch kampioen Uruguay, waarvan het met 2-0 verloor.

Nederlandse Prestaties in 1928

Nederland behaalde een zesde plaats in het officieuze eindklassement. Er was goud voor de turndames, zwemster Marie 'Zus' Braun, de military-ruiters, de wielrenners Leene en Van Dijk en bokser Bep van Klaveren. Ook waren er eerste prijzen in het olympisch kunsttoernooi voor Jan Wils en Isaac Israëls.

Lees ook: Steun het Nederlands Elftal met stijl

De Jaren Voorafgaand aan Amsterdam

Het Nederlands elftal bestaat sinds 1905. Sindsdien speelde het team vele interlands en beleefde het mooie successen. In die tijd was de Olympische Spelen het hoofddoel. Nederland was daarin in de eerste jaren bijzonder succesvol.

Latere Deelnames en Uitdagingen

Na de Olympische Spelen in Amsterdam moest het Nederlands elftal tot 1948 wachten op een nieuwe kans. In 1932 was er geen voetbaltoernooi en in 1936 deed Nederland niet mee vanwege onenigheid over onkostenvergoedingen. Vanwege de Tweede Wereldoorlog gingen de Spelen van 1940 en 1944 niet door.

Olympische Spelen van 1948 in Londen

In 1948 kon Nederland in Londen eindelijk revanche nemen. Oranje won in de voorronde, waarna in de eerste ronde gastheer Groot-Brittannië wachtte. Oranje verloor echter in de verlenging met 4-3.

Olympische Spelen van 1952 in Helsinki

In 1952 twijfelde de KNVB lang over deelname aan de Spelen. Nederland loot in de eerste ronde tegen Brazilië en verloor met 5-1. Net als in 1928 en 1948 was het Olympisch toernooi in 1952 voor Oranje na één ronde voorbij.

De Lange Weg Terug: Beijing 2008

Na 1952 duurde het tot 2008 voordat Nederland zich weer kwalificeerde voor het Olympisch voetbaltoernooi. Vanaf 1992 hanteert de Spelen de Onder-23-regel op het voetbaltoernooi, waarop de UEFA besloot dat het EK-Onder-21-jaar als kwalificatietoernooi zou gaan gelden voor deelname door Europese beloftenteams op het Olympische eindtoernooi.

Lees ook: Wie zijn de huidige doelmannen van Oranje?

EK-Onder-21 in 2007

In 2007 slaagde Jong Oranje er eindelijk in om een Olympisch ticket te bemachtigen. Op dat beloften-EK kroonde Nederland zich tot Europees kampioen op eigen bodem.

De Selectie voor Beijing

Olympisch bondscoach Foppe de Haan besloot zijn succesvolle beloftenploeg aan te vullen met zoveel mogelijk ervaring. Kew Jaliens werd toegevoegd als defensieleider en Roy Makaay kreeg de aanvoerdersband. Gerald Sibon werd verrassend opgenomen in de selectie.

Het Toernooi in Beijing

In de openingswedstrijd speelde Oranje gelijk tegen Nigeria. Nederland dankte het aan een merkwaardige vrije trap in de slotseconden van de blessuretijd tegen de Verenigde Staten. In het derde en beslissende groepsduel was Sibon wederom de late held met een lage schuiver.

De Kwartfinale tegen Argentinië

In de kwartfinale wachtte een nagenoeg onmogelijke taak: titelfavoriet Argentinië. Argentinië bleek in de verlenging alsnog te sterk.

Ryan Babel: De Ster van het Team

Hoewel deze ploeg met De Guzman, Emanuelson, Drenthe en Bakkal aardig wat techniek had rondlopen, viel in Beijing maar één speler echt op door zijn individuele acties: Ryan Babel.

Lees ook: Korfbal Historie Tilburg

tags: #oranje #voetbal #olympische #spelen #geschiedenis