Op welke leeftijd worden jeugdvoetballers gescout? Een diepgaande analyse

De droom om profvoetballer te worden begint vaak al op jonge leeftijd. Veel kinderen dromen van een carrière als profvoetballer, maar de kans om die droom te realiseren, hangt van veel factoren af. Een van die factoren is de leeftijd waarop je wordt gescout. Maar op welke leeftijd worden jeugdvoetballers gescout en wat zijn de factoren die hierbij een rol spelen? Dit artikel gaat dieper in op deze vraag en onderzoekt de verschillende aspecten van talentherkenning in het jeugdvoetbal.

De complexiteit van talentherkenning

Talentherkenning in het voetbal is een complex proces dat afhankelijk is van verschillende factoren. Het is belangrijk om te beseffen dat de ontwikkeling van ieder individu op zijn of haar eigen en onvoorspelbare wijze verloopt. Er zijn aanzienlijke verschillen tussen kinderen van dezelfde leeftijd, en deze verschillen kunnen groter of kleiner worden naarmate de tijd verstrijkt. Deze diversiteit heeft invloed op hoe spelers het spel ervaren, spelen en hoe ze zich gedragen.

Kalenderleeftijd: meer dan alleen een getal

De kalenderleeftijd, gebaseerd op de geboortedatum, is een van de eerste factoren waarmee rekening wordt gehouden. In het voetbal is 1 januari de peildatum. Dit betekent dat een speler die begin januari is geboren bijna een jaar ouder kan zijn dan een speler die eind december is geboren, terwijl ze wel in hetzelfde team kunnen spelen. Dit verschil van bijna twaalf maanden kan voor een jonge speler van 7-8 jaar een achterstand van 10 tot 15% betekenen ten opzichte van de speler die in januari geboren is. Dit staat bekend als het geboortemaandeffect.

Biologische leeftijd: de onzichtbare factor

Twee spelers van dezelfde kalenderleeftijd kunnen een aanzienlijk verschil vertonen in hun fysieke en motorische ontwikkeling. De één kan al veel verder zijn dan de ander. Dit verschil in biologische leeftijd kan zich uiten in lengte, kracht en snelheid, wat van invloed is op de voetbalvaardigheden op dat moment. De groeispurt begint bij elk kind op een ander moment; bij meisjes gemiddeld tussen 10 en 14 jaar en bij jongens tussen 13 en 16 jaar. De exacte positie van een speler in zijn groeiontwikkeling noemen we de biologische leeftijd.

De biologische leeftijd kan worden berekend met een formule die de "maturity offset" oplevert. Deze waarde geeft aan hoeveel maanden of jaren een speler verwijderd is van de grootste toename in lengte (APHV, ‘Age at Peak Height Velocity’). Door de maturity offset af te trekken van de kalenderleeftijd, kan de leeftijd worden bepaald waarop de grootste toename in lengte zal plaatsvinden. Een jeugdspeler wordt als laatmatuur beschouwd als de APHV minimaal één jaar later valt dan de gemiddelde APHV, welke 13.85 jaar is voor jongens en 11.58 jaar voor meisjes.

Lees ook: Code Scheidsrechter Volleybal

De KNVB biedt vanaf het seizoen 2019/’20 een dispensatieregeling aan voor spelers die relatief klein zijn voor hun leeftijd, waarmee ze rekening houden met de biologische leeftijd.

Voetballeeftijd: ervaring en bewegingsgevoel

De voetballeeftijd omvat alle ervaringen die een speler heeft met voetballen en de bewegingen die daarbij horen. Het gaat om hoe lang iemand al voetbalt, hoe vaak er getraind wordt en wedstrijden worden gespeeld bij de club. Ook de tijd die besteed wordt aan voetballen buiten de club, zoals op straat of op school, speelt een rol. Daarnaast is de voetballeeftijd afhankelijk van de algemene bewegingservaring. Kinderen die van jongs af aan veel en gevarieerd bewegen, bijvoorbeeld door te spelen op straat, in bomen te klimmen, te rennen en te fietsen, ontwikkelen een beter bewegingsgevoel, wat weer van invloed is op hun voetbalvaardigheden.

Jongens worden over het algemeen eerder en meer gestimuleerd om te bewegen dan meisjes. Het is echter niet zo dat jongens van nature beter kunnen bewegen en voetballen dan meisjes. Daarom is het belangrijk om alle kinderen, zowel jongens als meisjes, van jongs af aan te stimuleren om te bewegen. Ook de manier waarop kinderen de voetbalopleiding vanaf het eerste jaar beleven, kan verschillen, bijvoorbeeld door selectie en niet-selectie of gemengd voetballen.

Het geboortemaandeffect: een oneerlijke strijd?

Het geboortemaandeffect is een bekend fenomeen in het voetbal. Kinderen die vroeg in het jaar geboren zijn, hebben een grotere kans om gescout te worden dan kinderen die later in het jaar geboren zijn. Dit komt doordat ze fysiek vaak sterker en verder ontwikkeld zijn, wat een voordeel oplevert bij de eerste selectiemomenten.

Uit onderzoek blijkt dat er significant meer profvoetballers zijn die in de eerste maanden van het jaar geboren zijn dan in de laatste maanden. Zo debuteerden er in Nederland de afgelopen drie jaar 68 profvoetballers uit januari tegenover 28 uit december. Over een periode van tien jaar zijn deze verschillen nog groter.

Lees ook: Wanneer pakt Feyenoord de titel?

Dit betekent niet dat voetballers die vroeg in het jaar geboren zijn meer talent hebben, maar dat ze simpelweg een voorsprong hebben door hun fysieke ontwikkeling. Het is daarom belangrijk dat scouts zich bewust zijn van dit effect en niet alleen kijken naar de fysieke kwaliteiten, maar ook naar de potentie van de speler.

De rol van scouts en clubs

Scouts spelen een cruciale rol in het identificeren van talentvolle voetballers. Ze bezoeken wedstrijden en trainingen om spelers te beoordelen op verschillende aspecten, zoals techniek, tactiek, mentaliteit en fysieke kwaliteiten. Het scouten moet leiden tot het verhogen van de doorstroom van talentvolle jongens en meisjes naar een hoger niveau.

De KNVB heeft een gestructureerd scoutingsysteem waarbij opleidingsgebieden zijn opgedeeld in regio’s. Binnen die regio’s stuurt een coördinator (talentcoach) een aantal talentscouts aan, die per persoon zo’n acht tot twaalf verenigingen onder zich hebben. Iedere week bezoekt de scout een of meerdere van die clubs, hetzij op eigen initiatief, hetzij gestuurd door de talentcoach. Door die gestructureerde scouting brengt de KNVB de beste talenten (11 t/m 17 jaar) in beeld voor de selecties van het Jeugdplan Nederland. Alle clubs komen daarbij aan de beurt.

Scouts letten bij het aanvallen op zaken als vrijlopen, passen, dribbelen, positie kiezen en aanspeelbaar zijn, zowel individueel als in relatie tot medespelers. Bij het verdedigen gaat het om positie kiezen, duelleren om de bal, onderscheppen van de bal en rug- en ruimtedekking geven, wederom op individueel niveau en in samenwerking met teamgenoten. Omschakelen is een cruciale teamfunctie; scouts kijken naar wat een speler doet bij balverlies of balverovering. Tot slot wordt gekeken naar specifieke kwaliteiten en wat een speler onderscheidt van zijn leeftijdsgenoten.

Verandering in scoutingsmethoden

Sommige clubs zijn hun scoutingsmethoden aan het veranderen om talenten niet te missen. Zo is VVV-Venlo bijvoorbeeld gestopt met het scouten van jeugdspelers onder de negen jaar. Ze zijn van mening dat scouten en talent herkennen op jonge leeftijd erg lastig is, omdat de weg naar het betaald voetbal nog ontzettend lang is. Wetenschappelijk gezien is scouten op die leeftijd ook niet te onderbouwen.

Lees ook: Complete gids voor Duits voetbal kijken

Ook AZ heeft ervoor gekozen om geen jongste jeugdteams te hebben. In plaats daarvan hebben ze een voetbalschool waarin ze 150 kinderen een jaar tot twee jaar lang elke week één dag trainen en beïnvloeden. Op basis van de gegevens die ze van die kinderen hebben, kunnen ze vervolgens een goede inschatting maken of iemand voldoet aan de jeugdopleiding en wordt er een Onder 11 gevormd.

Het belang van een brede blik

Het is belangrijk dat scouts een brede blik hebben en niet alleen kijken naar de prestaties op het veld. Ze moeten ook rekening houden met de biologische leeftijd, de voetballeeftijd en de potentie van de speler. Daarnaast is het belangrijk dat ze zich bewust zijn van het geboortemaandeffect en dat ze niet alleen spelers selecteren die vroeg in het jaar geboren zijn.

Tips voor jonge voetballers

Wat kun je als jonge voetballer doen om je kansen te vergroten om gescout te worden? Hier zijn een paar tips:

  • Blijf geloven in jezelf: Wie ooit gescout wil worden, zal moeten blijven geloven. En dat geloof moet worden omgezet in arbeid.
  • Werk hard: Keihard werken betekent nog steeds geen garantie, maar het vergroot wel je kansen.
  • Zoek maximale weerstand: Om een betere voetballer te worden moet je steeds zoeken naar maximale weerstand. Hoe beter jouw medespelers, hoe hoger jouw niveau gaat worden.
  • Promoot jezelf: Zorg voor filmpjes van je wedstrijden, waarin jouw kwaliteiten zichtbaar zijn. Schrijf een goede brief waarin je uitlegt waarom jij klaar bent voor een stap hogerop.
  • Geef niet op: Het klopt dat de kans kleiner wordt met de jaren, maar het is niet onmogelijk.

tags: #op #welke #leeftijd #worden #voetballers #gescout