Oostenrijk, België en de Rijke Geschiedenis van Hockey

De start van de Europese kampioenschappen staat voor de deur, een evenement waar zowel de Oranje Dames als de Oranje Heren hun titel verdedigen, die ze twee jaar geleden in Amstelveen veroverden. Dit artikel duikt in de rijke geschiedenis van hockey, met een focus op de relatie tussen Oostenrijk, België en Nederland in deze sport.

Europese Kampioenschappen: Een Terugblik

Het vorige EK voor dames en heren vond plaats in 2021 in Amstelveen. De Oranje Dames behaalden de Europese titel in het Wagener Stadion door in de finale met 2-0 van Duitsland te winnen, dankzij doelpunten van Marloes Keetels en Frédérique Matla. Het was een dubbel feest in Amstelveen, want ook de Oranje Heren pakten de titel na een shoot-out overwinning op Duitsland. Jip Janssen sleepte pas negen seconden voor het einde van de reguliere speeltijd de 2-2 binnen uit een strafcorner.

Het Europees kampioenschap vindt plaats in Mönchengladbach, Duitsland, een stad met ruim 260.000 inwoners in de deelstaat Noordrijn-Westfalen. Mönchengladbach was eerder in 2011 gastheer van het EK (dames en heren). Het SparkassenPark Mönchengladbach, voorheen het Warsteiner HockeyPark, is de locatie waar alle wedstrijden worden gespeeld. Het stadion werd in 2006 geopend en biedt plaats aan 9.500 toeschouwers.

Deelnemende Landen en Poule Indelingen

Aan het Europees kampioenschap doen zowel bij de dames als heren acht landen mee. De Oranje Dames zijn ingedeeld in Poule A met België, Italië en Spanje. In de andere poule spelen Duitsland, Engeland, Schotland en Ierland tegen elkaar. De Oranje Heren treffen in de poulefase Duitsland, Frankrijk en Wales.

Historisch Overzicht van het EK

De dames spelen de zestiende editie van het EK, dat in 1984 in Lille voor het eerst op de speelkalender stond. Slechts drie landen kroonden zicht tot kampioen van het Europese continent. Nederland veroverde in totaal elf titels en is daarmee ook recordhouder. Duitsland en Engeland wonnen elk het toernooi twee keer. Duitsland in 2007 en 2013 en Engeland in 1991 en 2015.

Lees ook: Overzicht Oostenrijks voetbal

Voor de heren staat alweer de negentiende editie voor de deur. In 1970 werd in Brussel het eerste Europees kampioenschap gespeld. Duitsland won de finale met 3-1 van Nederland. Daarna zouden de Duitsers nog zeven keer beslag leggen op de continentale titel waarmee het land met acht kampioenschappen recordhouder is bij de heren. De Oranje Heren werden zes keer gekroond tot kampioen van Europa, de laatste keer in 2021. In het Wagener Stadion werd Duitsland na shoot-outs verslagen. In de geschiedenis werden vijf verschillende landen kampioen bij de heren.

Top 3 EK Resultaten Recente Jaren

Dames:

  • 2013: 1. Duitsland, 2. Engeland
  • 2015: 1. Engeland, 2. Nederland
  • 2017: 1. Nederland, 2. België
  • 2019: 1. Nederland, 2. Duitsland
  • 2021: 1. Nederland, 2. Duitsland

Heren:

  • 2013: 1. Duitsland, 2. België
  • 2015: 1. Nederland, 2. Duitsland
  • 2017: 1. Nederland, 2. België
  • 2019: 1. België, 2. Spanje
  • 2021: 1. Nederland, 2. Duitsland

Format van het Toernooi

De acht deelnemende landen bij de dames en heren zijn verdeeld over twee poules van vier landen. In die fase spelen alle landen uit de groep één keer tegen elkaar. De beste twee landen van beide poules gaan door naar de halve finales. De winnaars van die halve eindstrijd spelen de finale, de verliezers treffen elkaar in het duel om de bronzen medaille. De nummers drie en vier van beide poules strijden vervolgens in Poule C voor de plaatsen vijf tot en met acht. De beste zes landen plaatsen zich voor de volgende editie van het EK. De winnaar van de Europese titel kwalificeert zich voor de Olympische Spelen van Parijs volgend jaar. De top zes van het EK is verzekerd van deelname aan het EK in 2025.

Media Aandacht

Het Europees kampioenschap in Mönchengladbach is te volgen via NOS Studio Sport. Op televisie worden alle groepswedstrijden van de Oranje Dames op NPO 1 uitgezonden en dat geldt ook voor de eerste groepswedstrijd van de Oranje Heren. De overige twee groepsduels van de Oranje Heren zijn op NPO 2 te zien. De presentatie wordt verzorgd door Jeroen Stomphorst. Oud-international Ellen Hoog schuift een aantal keren bij hem aan voor de analyse. Ook zijn alle wedstrijden van de Oranje Dames en Heren live te zien op NOS.nl en in de NOS-app. Het EK is ook te volgen via eurohockeytv.org. De EuroHockey Pass geeft toegang tot alle duels van het Europees kampioenschap en andere Europese club- en internationale evenementen.

De Vroege Geschiedenis van het Nederlandse IJshockey

Een gewaagde start kenmerkte de beginjaren van het Nederlandse ijshockey. Amper vier maanden na de oprichting van de NIJB waagde Oranje zich al aan zijn eerste interland. België, Europees kampioen in 1913, fungeerde als tegenstander voor de interland op 5 januari 1935 in Amsterdam. Het resultaat was verrassend: 0-4 voor Nederland, een team dat voornamelijk bestond uit veldhockeyers.

De namen van de 10 eerste 'Soldaten van Oranje': keeper Jan Gerritsen, Fred van der Vlugt, Bob van der Stok, Felix van der Stok, Lou de Kadt, George van de Mandele, J. Krameris, Felix de Jong, Hans Maas en Sjoerd van Marle.

Lees ook: Sport, politiek en identiteit in het voetbal

Dit succes spoorde de prille internationals aan tot deelname aan het wereldkampioenschap in Davos. Ondanks alle zes verloren wedstrijden, hield Nederland aan zijn debuut de Fair Play Cup over. In een interland tegen Duitsland op 30 maart 1936 scoorde Huib du Pon het eerste doelpunt van de Nederlandse ijshockeyploeg. De eerste overwinning liet bijna twee jaar langer op zich wachten, toen op 17 februari 1937 België met 3-0 werd verslagen.

Den Haag kreeg op 11 maart 1938 de Oranje-ploeg voor het eerst te zien tegen Roemenië (1-4). Tilburg was voor het eerst aan de beurt op 17 maart 1940, waar Nederland-België dankzij een sterke laatste periode met 4-3 won.

In 1939 nam Nederland voor de tweede maal deel aan het wereldkampioenschap in Bazel. De confrontatie met Canada bracht een eerste kennismaking met het Canadese ijshockey (8-0 verlies). Tegen Finland werd met 2-1 de eerste overwinning bij een wereldkampioenschap behaald.

In de vooroorlogse periode speelde Nederland 23 wedstrijden, waarvan het er 5 won en de rest verloor (23-92). Van de 35 spelers die werden ingezet, trad alleen Felix de Jong in alle 23 interlands op.

De Naoorlogse Periode

De draad werd na de oorlog op 31 maart 1948 weer opgepakt met een interland tegen België (1-6). België fungeerde bij meer dan de helft (23) van de eerste 45 interlands als tegenpartij. Ondanks deze eenzijdige kost, voelde Nederland zich in 1950 weer mans genoeg om zich op het wereldkampioenschap te vertonen in Londen.

Lees ook: Overzicht van Oostenrijks vrouwenvoetbal

Met het sluiten van de ijsbaan in Amsterdam en Tilburg werd de korte naoorlogse bloeiperiode in 1951 alweer afgesloten. Voor de nationale ploeg gebeurde dat met het wereldkampioenschap in Parijs. Dankzij overwinningen op België (4-3), Oostenrijk (2-1) en Joegoslavië (5-2) legde het beslag op de derde plaats. In datzelfde jaar ging Nederland tijdens een interland in Tilburg tegen Noorwegen (7-5) in de fout door 'per abuis' de Canadees Carry op te stellen.

Met H.H. & IJ.C. nog als enige fakkeldrager lag voor de volgende 10 tot 12 jaren meteen ook Oranje's eer in Haagse handen. Nederland stak zijn neus niet zo vaak meer buiten de deur. Het speelde bijna geen 'losse' interlands maar nam alleen zesmaal deel aan het wereldkampioenschap. Alleen tussen 1956 en 1961 gaapt er, vanwege de liquidatie van H.H.IJ.C., ook in Oranje's geschiedenis een gat.

Dat Haagse Oranje trad in 1952 in Luik voor het eerst voor het voetlicht. Een belevenis was zeker ook het wereldkampioenschap dat in 1962 Oranje naar Colorado Springs lokte. Ondanks sterk verweer van Meg de Jong, de rots in de branding, alsmede van de junioren Wil van Dommelen en Wil Ooms, werd daarna driemaal verloren. De 2-20 tegen Japan is zelfs de grootste nederlaag uit de geschiedenis van het Nederlandse ijshockey.

Met het wereldkampioenschap In Stockholm (groep C) werd in 1963 de periode van de 'Haagse School' definitief afgesloten. Stockholm werd daarmee ook het eindpunt voor de glanzende carrières van Joost van Os (33 caps), Dolf Overakker (35), Dummy Smit (32) en Meg de Jong (20).

Een Nieuw Begin

Nederland moest na de wedergeboorte van zijn ijshockey ook internationaal weer bij af beginnen. Vanaf 15 maart 1963 had het slechts zeven interlands gespeeld toen Nederland in 1967 in Wenen schuchter het ijs opstapte voor zijn vuurdoop tegen Bulgarije: 3-10. Maar er was ook een succes. Denemarken werd met 9-6 gepakt.

De gaande en komende ploegen leken overigens nog als twee druppels water op elkaar. De harde Haagse kern van Stockholm vormde ook In Wenen het frame voor de ploeg. Oranje en HIJS-Hoky waren nog steeds synoniem. De Haagse club leverde 12 van de 15 internationals. De vreemde eenden In de Hofvijver waren de Tilburgers Joe Simons en Hans Christiaans alsmede Tonny de Groot van Den Bosch.

Tot de grote afwezigen behoorde Arie Klein, een van de Grand Old Men van het vaderlandse ijshockey. Liefst 64 interlands stonden achter de naam van Arie Klein toen hij ruimte maakte voor de jeugd. Vanaf 1967 (Wenen) heeft Nederland geen enkel jaar meer op een wereldkampioenschap ontbroken.

Met Eindhoven als centrale post en wedstrijden in diverse steden, doorstond de organisatie de toets der kritiek met glans. Sportief gezien ging het karwei Oranje met een voorlaatste plaats minder goed af.

Twee jaar later bleek de Nederlandse ploeg heel wat beter bestand tegen de belangstelling en de extra druk die het thuisspelen met zich brengt. Maar er was dan ook wel het een en ander veranderd. De aflossing van de wacht was niet beperkt gebleven tot Pleticha die de Canadees Wayne Hunter als opvolger kreeg. Ook de selectie kreeg een face-lift. Een nieuwe lichting Nederlandse Canadezen eiste zijn plaats op. Wayne Hunter had daarmee de winnende formule, de combinatie van kwaliteit en strijdbaarheid, gevonden.

De Aantrekkingskracht van IJshockey

IJshockey is een verbluffend kijkspel. De helderwitte ijsvlakte, de kleurige uniformen, de schaatstechniek, de bevroren zwarte rubber schijf, de keepers, de aanvalspatronen; dat alles maakt deze flitsende sport zo sensationeel. Het joelende, klagende, juichende, schreeuwende publiek vervult een grote rol bij dit spel. Of ze nu kijken naar de profclubs of … HYS Veronica III tegen UYC II, er valt altijd wel wat te genieten. IJshockey gaat je in het bloed zitten!

De Oorsprong van IJshockey

Er zijn natuurlijk mensen die ijshockey alleen maar een leuke sport vinden door de soms getoonde brute kracht. 'IJshockey is geen spel voor kostschoolmeisjes,' zei George Armstrong, de captain van de Toronto Maple Leafs.

De Stoney-indianen noemen hem 'Opperhoofd-schiet-de-puck'… 'Vergeet niet,' zei Armstrong, 'dat ijshockey waarschijnlijk van indiaanse oorsprong is. De Mohawk-stam speelde in de achttiende eeuw "ho-ghee", zoals ze hun hockey noemden en "hoghee" betekent: "Het doet pijn".'

'Indiaans spel? Geen sprake van!', commentarieerde de Franse scheidsrechter Calixte Pianfetti tijdens de wereldkampioenschappen van kwalificatiegroep II in Roemenië in maart 1970. 'Hockey is een Franse sport. Het komt van het woord "hoquet", een gebogen stok die onze schaapherders gebruiken!'

De heer F. H. Schweers, voorzitter van de Nederlandse IJshockey Bond, is evenwel van mening dat ijshockey van oorsprong een Nederlands spel is. 'Kijk maar op de schilderijen van oude Nederlandse meesters,' zegt hij. 'Daar zie je kerels op Hollandse schaatsen staan met een hockeystok in hun hand.'

Befaamde sportfiguren als Walter Bush, president van de Amerikaanse profclub Minnesota North Stars, en Thayer Thutt, oud-voorzitter van de Internationale IJshockey Federatie en eigenaar van het beroemde Broadmoor-hotel in Colorado Springs, delen zijn mening.

Ik heb óók de doeken gezien met die stoere knapen, leunend op een soort hockeystok, terwijl er een bal voor die 'stick' ligt. Maar ik heb geen enkel schilderij kunnen ontdekken waarop echt wordt gespeeld, waarop de 'ijshockeyers' dus achter de bal aanjagen. Het is best mogelijk dat die mannen op de vier eeuwen oude schilderijen een variatie speelden van het oudhollandse 'kolf', nu nog bekend in West-Friesland. Er zijn zelfs mensen die beweren dat ijshockey in … Griekenland begon.

Foster Hewitt, de eerste radioreporter bij ijshockey, zei mij eens dat zijn vader tot een Canadees comité behoorde, dat het ontstaan van ijshockey moest onderzoeken. Men kwam toen tot de conclusie dat naar alle waarschijnlijkheid Engelse troepen, gestationeerd in de Canadese steden Halifax en Kingston, van 1783 tot 1855 een soort ijshockey speelden.

Clarence Campbell, de president van de National Hockey League, geeft terecht als zijn mening: 'IJshockey werd pas ijshockey, toen er speciale regels voor dit spel kwamen.'

In december 1879 hebben twee studententeams van de McGill-universiteit in Montreal tegen elkaar gespeeld en zij volgden een speciaal soort ijshockeyregels, al bestonden de ploegen uit dertig man. Er waren toen natuurlijk geen overdekte banen, geen hoge omheining. De boards bestonden uit planken van hoogstens een paar decimeter hoog, die om het speelveld lagen en de puck, of wat je dan een puck kon noemen, beletten om tientallen meters weg te vliegen of in een sneeuwhoop te belanden.

Denkt u vooral niet, dat ijshockey meteen populair was, beslist niet. Het stond zelfs in een kwade reuk. Er waren immers nog geen kunstijsbanen. Dus begonnen de heren gewoon met een stick in de hand achter de puck aan te jagen, tussen het gewone publiek, dat vreedzaam aan het schaatsen was.

In de hallen die aan het eind van de vorige eeuw ontstonden, werd al officieel gespeeld onder een soort ijshockeyregels, maar met een bal. Tot het de eigenaar van zo'n hal eens begon te vervelen, dat die bal steeds maar door de ruiten vloog en hij het spel stopzette, een schijf sneed uit de harde rubber bal, die teruggooide op het ijs en zei: 'Zo, speel daar maar mee verder.' Dat was de geboorte van de puck!

De tegenwoordige goals waren er natuurlijk ook nog niet. Twee houten paaltjes in het ijs zonder een lat, dat was alles. Daarvoor stond de doelman - zonder beenbeschermers! - en erachter de doelrechter, die door met zijn zakdoek te wuiven moest aangeven of de puck door de palen was gegaan.

Pas toen de spelers leerden om de puck van het ijs te 'liften' en dus hoog te schieten, moesten de keepers zich gaan wapenen. Ze leenden 'leg guards' van de cricketclubs als beenbeschermers. Toen de schoten nog hoger werden, gingen ze leentjebuur spelen bij de honkbalverenigingen en vroegen om borstprotectors van de achtervangers!

De spelers zaagden hun sticks gewoon van de bomen. Gebogen takken vormden solide sticks. Als beschermende kleding stopten ze dikke weekbladen onder hun kleren.

In 1885 werd te Montreal de 'Amateur Hockey Association of Canada' opgericht. Tijdens de oprichtingsvergadering werd het aantal spelers per team vastgesteld op zeven. In datzelfde jaar werd ook de eerste officiële ijshockeycompetitie ter wereld gespeeld.

Toen ijshockey voor het eerst in hallen werd gespeeld, waren er weer andere problemen. Ten eerste waren die hallen geen kunstijsbanen. Het was buiten eenvoudig zo koud, dat het water ook in de hal bevroor. De toeschouwers hadden vloeibare verwarming bij zich. Meestal in de vorm van whisky. Verder was het licht heel slecht. Maar het voornaamste obstakel vormden de vlaggen, die aan het dak hingen. Er waren spelers, die er een gewoonte van maakten om de puck hoog in de vlaggen te schieten, die boven het doel van de tegenpartij hingen.

Belgische Veldhockey Competitie

KHC Dragons vs. De Ereafdeling, ook bekend onder de sponsornaam Carlsberg 0.0, is de hoogste afdeling van de Belgische veldhockeycompetitie bij de heren. Sinds 1919 wordt er in België gestreden om het landskampioenschap hockey. De competitie is sinds die tijd verscheidene keren van vorm veranderd. Tot 2006 werd gesproken over Divisie 1, sindsdien over de Eredivisie. In recente jaren doen bij de mannen 12 ploegen mee aan de competitie. Na de competitie aan het einde van het seizoen strijden de 4 hoogst geklasseerde ploegen in de play-offs om het kampioenschap.

IJshockey in Nederland Vandaag

IJshockey is een variant van hockey die op ijs gespeeld wordt. De sport valt onder de "balsporten" maar de puck waarmee gespeeld wordt is geen ronde bal, maar een platte schijf van rubber. Het bewijs zou zijn dat op schilderijen van oude Nederlandse meesters kerels op schaatsen met een stok tegen een bal slaan. Het gaat hierbij om het oude spel Kolf. In Nederland werd voor het eerst in januari 1929 ijshockey gespeeld. Twee Belgische ploegen kwamen op de Haarlemse ijsbaan een demonstratie geven. Dat het juist Belgen waren was niet zo vreemd. België behoorde in die tijd tot de sterkste landen van Europa.

In 1934 kreeg Nederland zijn eerste kunstijsbaan. Die lag aan de Amsterdamse Linnaeusstraat bij de gasfabriek. Op 6 september 1934 ontstond de Nederlandse IJshockey Bond. IJshockey bloeide in de dertiger jaren. Verenigingen als de A.Y.H.C. in Amsterdam, het Haagse H.H.Y.C. (onderafdeling van de bekende landhockeyclub) en T.Y.S.C. De Nederlanders leerden snel. In 1935, een jaar na de oprichting van de Nederlandse IJshockey Bond, werd al deelgenomen aan de wereldkampioenschappen te Davos. In 1950 won Nederland het vierlandentoernooi, dat in Amsterdam en Den Haag werd georganiseerd, vóór België, Frankrijk en Italië, maar daarna kwam de klad in ons nationale ijshockey. De kunstijsbaan in de Apollohal ging dicht en ook Tilburg werd gesloten, zodat alleen de H.O.K.Y. HYS HOKY bleef Nederlands kampioen tot 1969.

Sinds het seizoen 2007/2008 worden vrijwel alle competities op landelijk niveau georganiseerd. Op seniorenniveau zijn dat de Eredivisie, Eerste Divisie, Tweede Divisie en Derde Divisie. De junioren zijn verdeeld in een 5-tal leeftijdscategorieën. De overige competities worden regionaal georganiseerd. Sinds 2005 is er geen aparte vrouwencompetitie meer.

Mondiaal neemt Nederland een plaats in de middenmoot in, zowel bij de mannen als bij de vrouwen. Het Nationale vrouwenteam is Internationaal sinds 2010 aan een opmars bezig. In 2012 wist Julie Zwarthoed de eerste Nederlandse Olympische medaille in het ijshockey tot nu toe te winnen op de Jeugd Olympische Spelen in Inssbruck.

Internationaal wordt momenteel georganiseerd ijshockey gespeeld in 68 landen. De sport is vooral 'groot' in Noord-Amerika, Rusland, Tsjechië, Slowakije, Scandinavië en Zwitserland. In Finland is het de belangrijkste volkssport. De belangrijkste ijshockeycompetitie ter wereld is de Amerikaans-Canadese NHL.

Spelregels en Uitrusting

De spelregels voor ijshockey zijn niet overal hetzelfde. Een ijshockeywedstrijd bestaat uit drie zogenaamde perioden van elk 20 minuten zuivere speeltijd. Het spel wordt gespeeld door twee teams. Naast de goalie mogen beide teams vijf spelers tegelijk in het veld hebben staan. Er mag vrijwel voortdurend gewisseld worden.

Het speelveld is verdeeld in 3 zones: het verdedigingsvak, het neutrale vak en het aanvalsvak. De bedoeling van het spel is om te scoren door de puck in het doel van de tegenstander te schieten. Een straf bij ijshockey heet een 'penalty'. Tijdens een penalty heeft het niet in overtreding zijnde team een zogeheten powerplay of man-meer-situatie.

Een ijshockeybaan is het speelveld voor ijshockey. Het is een rechthoekige ijsbaan met afgestompte hoeken en is ommuurd met een boarding van 1,22 meter hoog. Er is een verdedigende zone, een neutrale zone en een aanvallende zone. Een ijshockeybaan is 61 meter lang en 30 meter breed volgens de internationale regels.

IJshockey is een harde en soms gevaarlijke sport dus dragen de spelers de nodige bescherming: een toque, helm, scheenbeschermers, elleboogbeschermers, handschoenen, speciale ijshockeybroek en bodybeschermer. De goalie is bij ijshockey compleet ingepakt.

tags: #oostenrijk #belgie #hockey #geschiedenis