Leidse Kampioenschappen Hockey: Een Historisch Overzicht

Hockey, een sport met wortels die duizenden jaren teruggaan, heeft in Leiden een rijke en boeiende geschiedenis. Van de vroege pioniers tot de moderne prestaties, Leiden heeft een belangrijke bijdrage geleverd aan de ontwikkeling van het hockey in Nederland. Dit artikel duikt in de Leidse hockeygeschiedenis, van de eerste initiatieven tot de huidige bloeiende verenigingen.

De Vroege Jaren: Van Bandy tot Hockey in Leiden

In de winter van 1891 werd hockey in Nederland geïntroduceerd als bandy, een variant die op ijs werd gespeeld. Pim Mulier, de voorzitter van de Nederlandsche Voetbal en Athletiekbond, nodigde een Engels elftal uit voor demonstratiewedstrijden. Op 5 januari 1891 speelde de Haarlemsche Football Club tegen het elftal van Tebutt op de baan van de ijsclub Haarlem en Omstreken. Deze wedstrijd werd voorafgegaan door het spelen van het Engelse volkslied en Wien Neerland’s bloed; de uitslag was 0-11. In de volgende dagen speelden de Engelsen tegen een Amsterdams team (2-6) en nogmaals tegen H.F.C.. In januari 1893 kwam het bandyteam van Tebutt nogmaals naar Nederland voor wedstrijden in Haarlem, Rotterdam en in Groningen en Friesland.

Er werden hockey- en bandyclubs opgericht in onder meer Bolsward, Hilversum en Den Haag. Ook onder studenten begon het spel aanhangers te krijgen. Hockey werd steeds vaker op grasvelden gespeeld, aangezien het niet elke winter lang genoeg vroor om echte bandy-wedstrijden te organiseren.

In 1897 had jonkheer Ch. van de Poll een voorstel gedaan om een hockeybond op te richten, maar dit idee kreeg pas het volgende jaar een vervolg. Hij nam tezamen met C. Feith, A.A. Kool en J.W.G. Coops zitting in een comité, dat via een brochure opriep een hockey- en bandybond op te richten. Het comité signaleerde namelijk dat er tal van levensvatbare clubs waren in Amsterdam, Bolsward, Delft, Den Haag, Haarlem, Heerenveen, Leiden, Utrecht en Velzen.

Op zaterdag 8 oktober 1898 werd de Nederlandsche Hockey- en Bandybond (N.H.B.B.) opgericht in hotel Krasnapolski te Amsterdam. Aanwezig waren afgevaardigden van de Amsterdamsche, Haagsche en Haarlemsche Hockey- en Bandyclub, de Velzer Hockeyclub en de Zwolsche Athletische Club en vier vertegenwoordigers van de Leidse en Delftse studenten “benevens verscheidene belangstellenden”.

Lees ook: Hockeyen in Leiden als student

De Opkomst van Dameshockey

In januari 1899 signaleerde de Nederlandsche Sport dat er in Haarlem en Amsterdam hockeyclubs voor dames bestonden. “Wie weet of we nu niet spoedig een mixed hockey team zullen krijgen, evenals het in Engeland vaak geschiedt,” veronderstelde de schrijver. De meeste hockeyclubs hadden inderdaad ploegen waar vrouwen én mannen speelden, maar er kwamen ook aparte dameshockeyclubs.

Op 16 oktober 1911 werd de Nederlandsche Dames Hockeybond (N.D.H.B.) opgericht op initiatief van mevrouw H.A. Tromp, die tevens de eerste presidente van de bond werd. Hockey ontwikkelde zich in de jaren tien en twintig heel langzaam. In 1911 waren de meeste clubs waren in het westen van Nederland gevestigd.

LMHC: De Voorloper van LOHC

Al vóór de officiële oprichting werd in de periode 1904-1914 in Leiden al gehockeyd onder de naam LMHC; echter nog niet in de hockeybond. Dit had te maken met de eerste Wereldoorlog. Zo lag het hockeyen vanaf 1914 enige tijd stil op de velden nabij de toenmalige Posthof. In 1917 begon de belangstelling voor hockey te groeien en werd op 18 oktober 1917 de Leidsche Mixed Hockey Club opgericht. Dit vond plaats in een drukbezochte vergadering uitgeschreven door een commissie van oprichting, in Den Vergulden Turk in Leiden. De eerste handeling van het bestuur, onder voorzitter de heer W.H.F. Coebergh, was het houden van een hockeystickveiling, die fl.30,75 opbracht. Grote motor achter de heroprichting van de club op genoemde datum was de heer J.G.J. Verhey van Wijk. Hij was de eerste aanvoerder van Heren 1. Later werd hij benoemd tot erevoorzitter.

Vanwege toevloed van leden uit Oegstgeest en de locatie in Oegstgeest is de naam veranderd in Leidsche en Oegstgeester Hockey Club (LOHC). Met genoemd ledental is het de grootste sportvereniging in de regio Leiden.

Hockey in de Tussenliggende Jaren

Hockey werd in Nederland met enige spelregels gespeeld die elders niet gehanteerd werden. Zo had de stick twee platte kanten en was de bal gemaakt van gevlochte touw en canvas. De bal was groter en veel lichter dan nu en omdat hij een oranje kleur had, werd hij de sinaasappel genoemd. Spelers mochten de bal met de voet stoppen en de tegenstander met de stick haken. Als één van de aanvallers de bal kreeg terwijl hij dichter bij de doellijn stond dan minstens drie tegenstanders, stond hij buitenspel en kreeg hij een vrije slag tegen.

Lees ook: Open Club Kampioenschappen Jeugd

Dit dreigde problemen op te leveren bij de beoogde deelname aan het hockeytoernooi van de Olympische Spelen van Amsterdam in 1928. In 1924-1926 werd er nog gespeeld met Hollandse en Engelse regels, maar vanaf 1926-1927 gebruikten de N.H.B.B. en de N.D.H.B. Tijdens de Olympische Spelen van Amsterdam haalde het Nederlands Elftal de finale, waarin de ploeg met 3-0 verloor van Brits Indië. Dit succes bracht meer meer belangstelling voor het hockey in den lande, waardoor de N.H.B.B.en de N.D.H.B. in de volgende jaren meer clubs en meer leden wonnen.

Hockey kwam echter nooit in de ban van de verzuiling. Er kwamen geen christelijke clubs, terwijl de enige socialistische club, Blauw Wit uit Rotterdam, gewoon in de Zuid-Hollandsche Hockeybond meespeelde. Alleen onder de katholieken kwamen er meerdere zelfstandige hockeyclubs of hockey-afdelingen van bestaande sportclubs. Op zaterdag 14 oktober 1934 werd te Haarlem een Diocesaan Haarlemsche Hockeybond opgericht in aanwezigheid van Alliance (Haarlem), Aeolus en Leonidas (Rotterdam), H.A.C. (Den Haag), Rood Wit (Leiden) en N.V.A. (Amsterdam). Aeolus speelde naderhand echter mee bij de Zuid-Hollandsche Hockeybond.

In 1935 wijzigde de N.H.B.B. de naam in Nederlandsche Hockey Bond als gevolg van de oprichting van de Nederlandsche IJshockey Bond. De N.H.B.B. kreeg door de trage groei van het aantal clubs pas in een later stadium onderbonden in vergelijking tot voetbal en korfbal. In 1923 werd de Haarlemsche Hockeybond opgericht. Deze fuseerde door de aansluiting van de Amsterdamse clubs in 1925 tot de Noord-Hollandsche Hockeybond. De Noord-Hollandsche Hockeybond werd in september 1927 aangenomen als lid van de N.H.B.B.

Vanaf seizoen 1898-1899 organiseerde de N.H.B.B. een competitie voor clubs, waarin uitsluitend mannen speelden. Er bestonden in het westen lange tijd niet meer dan een eerste klasse en een tweede klasse met een promotie/degradatieregeling. Vanaf 1930-1931 liet de N.H.B.B. enkel clubs toe in de competities die koninklijk goedgekeurde statuten bij de bond hadden ingeleverd. In 1932 stelden Amsterdam, H.D.M. en Hilversum de instelling voor van een hoofdklasse met de beste acht clubs van Nederland.

Rood Wit: Een Vroege Leidse Hockeyclub

Op zaterdag 14 oktober 1934 werd te Haarlem een Diocesaan Haarlemsche Hockeybond opgericht in aanwezigheid van Alliance (Haarlem), Aeolus en Leonidas (Rotterdam), H.A.C. (Den Haag), Rood Wit (Leiden) en N.V.A. (Amsterdam).

Lees ook: Eindhovense Studenten Tennis Kampioenschappen

LHC Roomburg: Een Fusie met Impact

De enige Leidse hockeyclub, LHC Roomburg, is in 1971 ontstaan door een fusie van de hockeyverenigingen Zuidwijck en SISEO. De MHC Zuidwijck is opgericht op 25 juli 1935. Het spelveld was een voetbalveld, gelegen bij het landgoed Zuidwijck onder Wassenaar, naast de trambaan Leiden-Den Haag. Door de oorlogssituatie moest Zuidwijck verhuizen en men trok naar de Leidse Hout. Het aantal leden groeide en de club kende de nodige sportieve successen; in 1952 promoveerde Heren 1 naar de Promotieklasse!

Het rooms-katholieke SISEO (Sportief in spel en ontspanning) werd op 15 juni 1944 opgericht als damesvereniging. Hun eerste jaren brachten zij door op een weiland aan de Herensingel in Leiden. De gemeente Leiden maakt ten tijde van de wederopbouw ook ruimte voor sportcomplexen. Zo ontstond in 1954 het complex aan de Van Vollenhovekade, op historisch terrein vlakbij de Romeinse vesting Matilo (aan de overkant van het kanaal). Het complex heeft een clubhuis met kleedkamers die voorzien waren van warmwaterdouches, voor die tijd zeer luxueus. Een van de drie velden werd toegewezen aan SISEO, in 1956 kreeg Zuidwijck het tweede veld en op het derde veld speelde nog een tijdje de handbalvereniging Saturnus. SISEO was een van oorsprong rooms-katholieke sportvereniging: dit betekende onder ander dat er op zondag pas na 12.00 uur mocht worden gespeeld.

Van gemeentelijke zijde werd al in 1959 aangedrongen op een fusie tussen beide hockeyverenigingen, maar de tijd was er toen nog niet rijp voor. In 1971 waagde men een nieuwe poging: op 12 februari vergadert Zuidwijck op de bovenverdieping van het Leonardushuis en SISEO op de begane grond. Na een bij tijd en wijle verhit debat stemt een grote meerderheid van de leden van SISEO vóór de fusie. Er kwam een aparte gemengde commissie om eventuele fusiepijn te behandelen, maar die hoefde nauwelijks in actie te komen. Ook de naam leverde geen problemen op: het werd LHC Roomburg. Het tenue werd een soort mix van de Zuidwijckse oranje blouse en het blauw van broek en rok van SISEO, vervolmaakt door blauwe kousen (dat was nieuw).

De voordelen van de fusie bestonden niet alleen uit het stijgende aantal leden en het in eigen beheer nemen van de ‘cantine’ (1972), maar ook -en vooral- de mogelijkheid om nu bij de gemeente aan te kloppen voor kunstgrasvelden. Hoewel één en ander niet zonder slag of stoot ging (de polarisatie in de gemeentepolitiek in de jaren tachtig strekte zich ook uit tot dit soort vragen) kreeg Roomburg in 1983 zijn eerste kunstgrasveld, in 1993 gevolgd door de volgende twee velden. In 2002 kwam het nieuwe clubhuis gereed. Daarmee is de professionalisering van de club weer een stap verder gekomen, niet in het minst doordat het clubhuis multifunctioneel is: naast een naschoolse opvang maakt ook de Leidse Welzijnsorganisatie gebruik van het clubhuis. Voor deze aanpak ontving het bestuur van Roomburg in 2002 van de KNHB een prestigieuze prijs. Want met meer dan 1.300 leden en ruim honderd vrijwilligers is LHC Roomburg thans de grootste Leidse sportvereniging.

LOHC: Groei en Prestatie

Naast een flink aantal leden dat zich toelegt op prestatie hockey wordt er ook veel breedte hockey gespeeld, alsmede trimhockey. Met 330 leden heeft LOHC de grootste trimhockey groep van Nederland. Roelant Oltmans was in de jaren 80 trainer van het succesvolle Heren 1 team van LMHC, dat enige jaren Hoofdklasse (hoogste niveau) heeft gespeeld. Dit was in de periode 1983-1986. Sportief gezien het hoogtepunt uit de clubgeschiedenis. Hij is al vele jaren lid van de trimmersgroep OHK (Oude Knarren hockey). Zijn vrouw en kinderen hebben ook lange tijd bij LOHC gespeeld. Roelant is vooral bekend als trainer van het Nederlands Herenteam.

Een andere grote naam is Taeke Taekema. Hij is bij LOHC begonnen met hockey. Het is een hard gegeven dat talentvolle spelers vaak vertrekken naar de professionele clubs in de regio die hoofdklasse spelen. Genoemde speler is het meest representatieve voorbeeld. Hij speelde hoofdklasse bij Amsterdam en speelde ook jaren in het Nederlands Herenteam, waarbij hij alle grote prijzen heeft behaald.

Voorzitter Wim Iserief beaamt dat er in de hoofdklasse met geheel andere budgetten wordt gewerkt, die voor LOHC op dit moment niet haalbaar zijn. "Het huidige niveau waarop Heren 1 acteert (Overgangsklasse) lijkt op dit moment een prima niveau en op termijn zou het mooi zijn als we naar de toekomstige promotieklasse kunnen promoveren. Voor Dames 1 ligt de doelstelling om dit niveau (Overgangsklasse) na dit seizoen te gaan behalen.

Het Digitale Archief van LOHC

Het aankomende eeuwfeest van Leiden in 2017 was reden om het archief op orde te krijgen. Ed Patijn en Janine Fikkert zijn lid van de reünistencommissie en hebben met behulp van een historicus en een mediabedrijf het archief helemaal opgebouwd. Bij toeval stuitten zij op ledencertificaten van de eerste oprichting in 1904. ‘Een mevrouw in het oosten van het land stuurde ons een bericht. Op de site van LOHC is te lezen dat het digitale archief met hulp van leden, oud-leden en familieleden van oud-leden organisch moet groeien, want, zo zegt Ed: ‘De wedstrijd van vandaag is volgend jaar geschiedenis’. Bij veel foto’s ontbreekt nog veel informatie. Daarom hopen Janine en Ed op veel inbreng van leden en oud-leden. We willen dat heel veel mensen gaan kijken. Heb je informatie of historisch materiaal? De passage ‘Lang leve het hockey, de schoonste sport, die hier in Leiden, beoefend wordt’ kwam uit een lustrumnummer van de ‘Passing Shot’ uit 1937. Hockeyclub Leiden is, voor zover de Leidse hockeyers zelf bekend, vooralsnog de enige club in Nederland met een digitaal historisch archief.

De Hoofdklasse: Een Jubileum

De Hoofdklasse Heren viert een jubileum. Het hoogste niveau van het herenhockey beleeft dit seizoen zijn vijftigste editie. ‘Het hockey-drama Hoofdklasse is ten einde. Twee dagen eerder is in de Glazen Zaal in de Amsterdamse RAI na een vergadering van ruim drie uur een akkoord bereikt over het formeren van de Hoofdklasse vanaf het seizoen 1973-1974 bestaande twaalf teams: vier uit het westen, vier uit het zuiden, twee uit het oosten en twee uit het noorden. Tot dan bestaat de competitie uit vier afzonderlijke regionale afdelingen.

De Hoofdklasse is al jaren de roze olifant in de hockeywereld. Voorstanders zijn van mening dat de invoering van de Hoofdklasse de afstand tussen de internationale top en het beste clubhockey verkleint, de competitie sneller wordt afgewerkt en het kwaliteitshockey meer wordt gespreid. Bovendien zal de Hoofdklasse leiden tot een grotere speelruimte voor interlands. De vorming van een Hoofdklasse wordt begin 1971 concreet. Het bondsbestuur stelt de invoering van een Hoofdklasse met tien clubs met ingang van het seizoen 1972-1973 voor. Het plan wordt voorgelegd tijdens de algemene ledenvergadering op 25 september 1971 in de Grijze Zaal van de Martinihal in Groningen. Het idee krijgt de handen niet massaal op elkaar. Er is veel weerstand. Ruim twintig Noord-Hollandse clubs dienen een motie in. Ze vinden dat het bondsbestuur te weinig rekening heeft gehouden met hun wensen. Er is vanuit de bond rekening gehouden met tegenstand, maar niemand verwacht dat de tegenstanders veruit in de meerderheid zijn. Een teleurgestelde Idenburg zegt na de vergadering tegen het Nieuwsblad van het Noorden: ‘Vanaf heden worden daarmee de huidige competitiedoeleinden - het komen tot een Hoofdklasse- gestaakt. Dat gebeurt drie maanden later. De bond heeft een nota heeft samengesteld waarin de invoering van een landelijke hoofdklasse met ingang van 1973-1974 wordt bepleit. De nota is tot stand gekomen na overleg met de voorzitters van de zes districten van de KNHB. Het duel tussen Schaerweijde en Hattem (0-0) op de allereerste speeldag van de Hoofdklasse Heren op 16 september 1973. Het voorstel wordt behandeld op de bondsvergadering van 11 december in Amsterdam. Dit keer is er dus wel een meerderheid voor het plan. Die kentering valt mogelijk mede te verklaren door de toezegging van Idenburg dat het bondsbestuur de amateurbepalingen streng zal handhaven met het oog op de Olympische Spelen. Quarles van Ufford maakt het helaas niet meer mee. De vurige voorstander van de komst van de Hoofdklasse overlijdt op 25 september 1971.

tags: #leidse #kampioenschappen #hockey #geschiedenis